Ingezonden Mededeelingen.
op de Nieuwe Groenmarkt moet geen
schade lijden. Na het failllssement-Laanc
waren de kerkvoogden verstandiger ge
worden, maar verschillende kleine rente
niertjes zijn er leelljk Ingevlogen.
Amsterdam, 4 Aug. Hedenmorgen half
zeven arriveerde te dezer stede het stoom
schip „Vondel" van de Maatschappij
Nederland aan de Handelskade, met aan
boord passagiers en militairen. Tot het
detachement behoorden ook twee ridders
van de Militaire Willemsorde, de sergeant
ziekenvader Carl Heinrich Streicher, een
Duitscher, en de cavalerist Antonlus Wence-
slaus Benda, een Amsterdamsche jongen.
Reeds gisterenavond was kapitein Wijn
malen met zijn adjudant naar IJmulden
vertrokken om de ridders te verwelkomen.
Toen vanochtend vroeg het detachement
stond aangetreden, sprak de heer Wijnmalen
de mannen toe. Hij zeide o. a.
Oe hebt allen, de een meer, de ander
minder, een drukken tijd in de laatste
jaren meegemaakt. Druk. omdat in de laatst
verloopen jaren zooveel van het Indische
leger gevergd is. Nog steeds vraagt Atjeh
groote inspanning: Djambi, Celebes, Bali
enz. eischten moreel en physiek veel van
u, maar het Indische leger heeft weer als
altijd zijn plicht gedaan.
Gij, sergeant Streicher en cavalerist
Benda, die beiden, ofschoon niet behoo-
rende tot de wapens, die als het ware
aangewezen zijn om te vechten, keert terug,
versierd met de Militaire Willemsorde. Maar
des te schooner was uw flinke houding,
sergeant Streicher.
Is het bij het bestormen van een ver
sterkte benting een schoone daad, de eerste
te zijn die zulk een stelling binnendringt
en aldus een kranig voorbeeld geeft aan de
kameraden, schooner is het wat gij als
ziekenvader deedt, door onder het hevig
vuur van den vijand met eigen levensgevaar
op uitstekende en kalme wijze gewonden
te helpen en te verbinden. Ge wlldet uw
mannen niet in den steek laten, ge waart
helper en strijder beiden. Want toen ge
meendet met uw gewonden terug te kunnen
trekken, moest ge nog een klewangaanval
van den vijand afslaan, wat u kranig ge
lukte. Al uw gewonden bracht ge uit het
vuur en in veiligheid.
En gij, cavalerist Benda, ook gij hebt den
vijand menlgmalen het wit uwer oogen
laten zien. Reeds in 1904 onderscheiddet
ge u in Korintji, zoodat de Koningin uw
borst Het versieren met het schoonste eere-
teeken voor den braven soldaat. En ge
toondet u die onderscheiding waardig, want
2 jaren later, toen de cavalerie een werk
zaam aandeel in den strijd moest nemen
op Ball, wist ge u weder door dapperheid
en durf op den voorgrond te plaatsen en
te onderscheiden, en verwierf gij de gouden
kroon, de eervolle vermelding.
Alsnu deelde de kapitein aan belde rid
ders mede, dat zij op medewerking mogen
rekenen van het bestuur van „Moed, Be
leid en Trouw", waarvan hij secretaris Is,
tot het verkrijgen van een hun passende
betrekking.
Aan de Handelskade werden de ridders
ontvangen door den kolonel plaatselijk
commandant en door luitenant-kolonel
Meljboom, namens het 7e regiment infan
terie. Ook de kapel van Zaagmans was
aanwezig en liet de Vaderlandsche liederen
hooren.
Het schijnt, naar men bij geruchte
verneemt, dat in de afgeloopen week een
tweetal belangrijke hoogst brutale dief
stallen, aan twee groote bankinstellingen,
hier ter stede gevestigd, gepleegd zfln.
De verduistering van f 3300 aan effecten
wordt genoemd en een diefstal van een
pakket diamanten, ter waarde van f 3000
i f4000.
In verband met den eersten diefstal is
een kantoorlooper aangehouden, doch deze
werd, bij gebrek aan bewijs, weer vrijge
laten.
5 Aug. Bij de zoogenaamde gesloten
bewaarneming aan de Nederlandsche Bank
wordt uit een doos een bedrag van f 270
in gouden tientjes vermist. De doozen enz.
worden door de bewaargevers aan de
ambtenaren dezer afdeellng overhandigd,
die ze openen en een onderzoek instellen
naar den aard der waarde die ze inhouden.
Daarna worden ze gesloten In tegen
woordigheid van den bewaargever, van
een kruisband voorzien en verzegeld. En
vervolgens worden ze dan onder toezicht
der directie in de safe geplaatst. Dezer
dagen nu kwam een dame, die op deze
wijze in een doos 37 gouden tientjes in
bewaring had gegeven, tot de ontdekking,
dat er 27 goudstukken mankeerden. Het
vermoeden viel op den beambte, aan wien
ze de doos had gegeven. De politie heeft
echter tegen den man geen schijn van
bewijs; evenmin is bij den man iets van
speculatiezucht gebleken, zooals we ergens
vermeld vonden, en er is geen sprake van
dat hij reeds in hechtenis is gehouden.
Wel is hij door de directie In zijn bediening
geschorst.
Nader meldt men het volgende:
Een dame van den Amstel, die reeds
gerulmen tijd een Safe aan de Nederland
sche Bank heeft, is voor een belangrijk
bedrag bestolen. De correspondenties met
deze dame werden aan de Nederlandsche
Bank steeds gevoerd door den beambte
L., wonende in de Kerkstraat. Als de dame
meldde, dat zij den volgenden dag komen
wilde, werd haar steeds door genoemden
L. verzocht, haar bezoek een dag te ver
schuiven. Het eigenaardige was, dat de
dame een zwak heeft voor gouden tientjes
en zij voor een bedrag van plm. f 2000
daarvan in haar safe bewaarde De vorige
week nu, kwam de dame plotseling, zonder
haar bezoek van te voren te hebben aan
gekondigd. De beambte L. werd doods
bleek. Bij opening der safe bleek de dame,
dat er slechts voor ongeveer f 100 aan
gouden tientjes in de safe aanwezig was.
Het bleek al spoedig, dat de safe tijdens
hare afwezigheid geopend was, en deze
van andere zegels voorzien was. Het ver
moeden viel aanstonds op genoemden L.
De inspecteur Pijpers, met het onder
zoek belast, deed een huiszoeking ten
huize van den verdachte beambte en vond er
o. a. verschillende effecten, welke in beslag
genomen zijn. Het vermoeden bestaat, dat
deze effecten uit andere safe's afkomstig
zijn. Een uitgebreid onderzoek zal dan ook
in dezen ingesteld worden. De verdachte
is gevangen genomen en bevindt zich in
arrest aan het bureau St.-Pietershal.
Aan de Nederlandsche Bank heeft het
geval groote ontroering verwekt. Ook de
safe-houders zijn door deze zaak alles
behalve op hun gemak.
't Schijnt, dat dc verdachte, die gehuwd
is, uit speculatiezucht tot de daad werd
gedreven. Hij stond overigens bekend als
een ijverig beambte en genoot steeds het
volle vertrouwen van zijn superieuren.
Onder verantwoordelijkheid van den inzender).
Van 1—5 regels "7Z3 Cts.elte regel meer 13 Cts.
Ondervinding van een inwoner van Middelburg.
Mejuffrouw A. Vroonland, Beenhouwerssingel
K 76 te Middelburg, meldt ons: Het is thans
reeds vijf jaren dat ilc gesukkeld heb aan een
hevige pijn in de lendenen, rug en zijden. De
urine was erg beslagen en kwam met een bran
derig, pijnlijk gevoel. Ik had veel zweetingen en
benauwdheden, die door huiveringen werden
gevolgd, ook leed ik aan rheumatiek. Somtijds
was mijn geheele lichaam opgezwollen, waardoor
ik mijn kleeren dikwijls niet eens dicht maken
kon en vooral mijn enkels en polsen waren dik
opgezet. Ik sliep slecht en wanneer Ik 's morgens
opstond was ik reeds vermoeid. Verschillende
maten was ik hiervoor onder behandeling geweest,
doch zonder merkbare verlichting en het was mijn
geluk, dat ik met Foster's Rugpijn Nierenpillen
bekend raakte, want ik had deze nauwelijks twee
weken Ingenomen, toen ik reeds een groote
verlichting bekwam. Nadat ik nog een paar doosjes
had gebruikt, kwam er een algeheeie verandering
In mijn toestand. De pijn was zoo goed als
verdwenen en van at de vroegere ellende bemerkte
ik bijna niets meer. Ik zal thans nog een tijdje
met uw pillen doorgaan en hoop u binnenkort
mijn volkomen herstel te kunnen melden.
Ik ondergeteekende verklaar dat het boven,
staande waar is en machtig u het publiek te
maiken op eike wijze die u goeddunkt.
Nierziekte is gevaarlijk, omdat zi] zoo onge
merkt aankomt. Zij heeft veel verschijnselen en
menigmaal wordt ze voor een andere ziekte
gehouden. Hoofdpijn, een zenuwachtige prikkel
bare toestand, onregelmatig hart, slapeloosheid,
duizelingen, een voortdurend vermoeid gevoel,
dit zijn even goed kenteekenen van nieraan
doening als rugpijn, waterzucht, onregelmatige
urine, rheumatiek, graveel, zwakte der blaas enz.
Nierziekte kan soms jaren in het gestel zijn,
vóórdat de oorzaak van het kwaad vermoed werd.
Dat is het gevaar. Foster's Rugpijn Nierenpillen
zijn een speciaal geneesmiddel voor nier- en
blaasziekten.
Let er op dat gij de échte Foster's Rugpijn
Nierenpillen bekomt, elke échte doos voert den
naam voluit, benevens de handteekening van
James Foster.
Ze zijn te Zleriksec leikrjjgbaar bij den Heer
M. S. Polak, gedipt. Drogist, en te Tholen
b( den Heer W. Potter, filiaal Apotheek
„Corcnoe", Stoofstraat. Toezending geschiedt
franco ca ontvangst van postwissel a f 1,75 voor
één of f 10,— voor 6 donzen.
Leiden, 3 Aug. Een knaapje, op een
wagen geklauterd, viel er af, werd over
reden en dood opgenomen.
's-Gravenhage. De Haagsche corresp.
van de Temps schrijft aan dit blad, dat een
Nederlandsche commissie met een generaal
aan het hoofd, namens Koningin Wilhelmlna,
Keizer Wilhelm zal gaan begroeten, wanneer
deze in het midden dezer maand te Kleef
komt, ter inwijding van het monument.
Koningin Wilhelmina heeft, door deze
daad van hoffelijkheid, de goede betrek
kingen willen doen uitkomen, welke
tusschen de Hoven van 's-Gravenhage en
Berlijn bestaan; te meer nu Hare Majesteit,
tengevolge van den toestand harer gezond
heid, die eenige voorzichtigheid eischt, en
van de weinige vrijheid welke haar de
voeding der jeugdige Kroonprinses over
laten. bedankt heeft voor het bezoek, dat
de Duitsche Keizer en de Keizerin haar
dezen zomer wenschten te brengen.
Maassluis, 4 Aug. In den nacht van
Dinsdag op Woensdag is alhier ingebroken
in het pakhuis en de kantoren van de
firma Sonneveld en Janzen, reeders en
haringfacteurs op de Govert van Wijnkade.
De inbrekers hadden zich toegang ver
schaft door een ladder over de sloot te
leggen en aan de achterzijde de deur van
het pakhuis te forceeren. Eenmaal binnen,
hebben zij eenige lessenaars opengebroken,
maar er niets van waarde in gevonden.
Toen hebben zij de brandkast geforceerd.
Aan de achterzijde Is daarin een gat
gehakt en toen is voor een waarde van
ongeveer f 500 gestolen. Boeken en
rekeningen zijn achter in het weiland
teruggevonden. Hoewel aan den havenkant
drie wachters de op de kade liggende
tonnen haritag bewaakten en er tengevolge
van een oiitslaanden brand veel volk
passeerde, Is van de inbraak niets bemerkt.
Rotterdam, 5 Aug. De firma E. Esders
kreeg gisterenmorgen in haar magazijn aan
de Hoofdsteeg bezoek van een jongmensch,
dat, onder allerlei listige verhalen, een
regenjas en jockeypet wist te verktijgen,
welke voorwerpen bezorgd moesten
worden aan het Brielsche koffiehuis aan
de Gelderschekade. De jongen noemde
allerlei namen van familieleden, waardoor
vertrouwen werd ingeboezemd. Toen de
bestelling werd uitgevoerd aan het opge
geven adres, wachtte het jongemensch
den bediende buiten op en nam jas en
pet van den man In ontvangst. Later bleek
het dat men de dupe was van een oplichter.
Hedenmorgen 11 uur kwam hetzelfde
jongmensch andermaal in het magazijn
der firma en bestelde een uniform voor
zeeloods, daar hij benoemd was tot leerling
bij het Rijkszeeloodswezen. De vlieger
ging nu evenwel niet op, want onverwijld
werd de hulp van de politie ingeroepen,
die den sluwen oplichter aanhield. Naar
het bureau in de Lange Torenstraat ge
bracht, bleek hij dezelfde snuiter te zijn,
die de vorige week groote partijen sigaren
bestelde om te doen bezorgen aan boord
van het s.s. „Slndoro", aan de Lloydkadc,
bij een van welke gelegenheid hij werd
aangehouden en zich ontpopte als de
23-jarlge J. M. N., zonder vaste woonplaats.
De uniform voor zeeloods moest blijkbaar
dienen om nieuwe oplichtingen te plegen.
Hl] is nu veilig opgeborgen in het politie
bureau Lange Torenstraat.
In zijn woning in de Rakstraat alhier
kreeg gisteren de 80-jarige P. v. M. twist
met zijn 52-jarigen zoon. De grijsaard
maakte zich hierbij zóó driftig, dat hij
een mes greep en daarmede zijn zoon een
steek onder de linkerborst gaf. De ver
wonde, wiens toestand niet levensgevaarlijk
is, is in het ziekenhuis opgenomen en de
80-jarige dader naar het politiebureau in
de Meermansstraat gebracht.
Dordrecht, 4 Aug. Gisterenvoormiddag
waren aan de werf der Dordr. Houthandel-
en Transitomij. aan den 's-Gravendeelschen
dijk alhier een aantal bootwerkers bezig
met het lossen der stoomboot „Kinderdijk".
Één der arbeiders, de 40 jarige Cornells
Maagendans, die op de brug stond, welke
het schip met den wal verbindt, wilde op
een oogenblik zijn kameraden voorbij
laten gaan en deed daarvoor een slap
achterwaarts, maar struikelde over één
der bruglcggers, tengevolge waarvan hij
achterover in het Mallegat viel en na
enkele oogenblikken in de diepte verdween.
Zijn kameraad A. Oeldorp sprong dadelijk
gekleed te water en dook eenige malen,
maar zonder den drenkeling te kunnen
vinden. Het lijk was gisterenavond nog
niet gevonden. De ongelukkige laat een
weduwe met acht kinderen na, van welke
het jongste pas 10 dagen telt.
Klaaswaal, 4 Aug. De werkman H. v.
O. alhier kreeg dezer dagen een lat op
het hoofd, waarin een verroeste spijker
zat. Niet veel notitie werd er van genomen.
Het hoofd zwol echter een paar dagen
later vreeselljk op, zoodat geneeskundige
hulp moest worden ingeroepen. En deze
constateerde hevige bloedvergiftiging. De
man is nu niet in slaat te werken.
Dinteloord, 4 Aug. Hedenmiddag had
onder een toeloop van vele nieuwsgierigen
op het R.-K. kerkhof de ter-aarde-bestelllng
plaats van het dienstmeisje van den sasknecht
A. M., dat de vorige week op zoo'n nood
lottige wijze om het leven is gekomen.
Was men toen algemeen van gedachte, dat
het lijk door den stroom het Volkerak was
ingevoerd, vanochtend echter werd het aan
de overzijde van de Mark, nog aan de
binnenzijde der sluisdeuren, gevonden.
Welk een pijnlijk verlies het voor de
naaste familie is, laat zich licht begrijpen.
Bergen-op-Zoom4 Aug. Op de
Bossche bakkerij-tentoonstelling werd de
heer P. M. Loose alhier met goud be
kroond. Den heer P. Loose werd een
verguld zilveren medaille toegewezen.
De moordaanslag te Hazerswoude.
Men schrijft aan het Leidsdi Dagblad
omtrent deze misdaad, door ons reeds
vermeld, het volgende:
Ons anders zoo vredig en stil dorp was
Zaterdagmorgen ten prooi aan een onge
wone en hevige agitatie! Eén moordaanslag,
in den nacht gepleegd op de echtelieden
C. Spijker, die met hun beidjes op den
Voorweg wonen, bracht menigeen vroeger
op de been dan zijn gewoonte is.
Vrijdagavond omstreeks hallelf, toen de
menschen, waarvan de man 66 jaar en
de vrouw 70 jaar Is, zich reeds te bed
hadden begeven, werd op de achterdeur
geklopt.
Boer Spijker springt onmiddellijk uit
zijn bed en verneemt van den kloppende,
dat er een koe van hem in 't water zit.
Zoo, zegt Spijker, dan zal ik even mijn
buurman P. roepen, om mij te helpen.
De inmiddels binnengelaten klopper
vond dat niet noodig, want hij was met
eenige visschers met een boot achter in
de sloot aan 't vlsschen en die konden
best helpen.
Zij wandelen nu samen het land In en
bereiken, pratende over koetjes en kalfjes,
in een groot kwartier het eind van de
welde.
Het is vast geen koe van mij, zegt
Spijker; ik denk, dat ze van P. zal wezen.
Daar ligt een schouw, waarmee wij wel
even kunnen overvaren.
Zoo gezegd, zoo gedaan. Maar op het
land van P. was evenmin een verdrin
kende koe te bespeuren. Spijker merkt
dit op en zegt ook, dat hij die visschers
nergens ziet.
Eensklaps steekt de ander hem met een
mes in het linkeroog, waarop de aange
vallene, hoewel geheel ongewapend, zich
moedig verdedigt. Onder het worstelen
ontvangt hij een steek in de rechterwang,
die op het kaakbeen afstuit en vervolgens
een steek boven in het hoofd, waarna de
onverlaat hem in de sloot werpt en naar
het huis teruggaat.
Daar zat de oude hardhoorige vrouw
in doodelijke ongerustheid over het lot
van haar man.
De deur gaat eindelijk open en de man
van zooeven treedt binnen eu vraagt een
glas water om zijn dorst te lesschen. Hij
drinkt en zegt aan de doove vrouw, dat er
een koe van P. in 't water zit en geeft
haar tevens den raad, haar buurman te
gaan roepen.
Dat doe ik niet, antwoordt vrouw
Spijker, dat kan jij beter doen, jij bent
„een jonge kerel".
Hij zegt: Goed! Maar dan gaan we
samen.
De vrouw neemt hij aan den arm en
zoo Ioopen zij de deur uit, tot aan de
plaats, waar twee lei-perziken tegen den
muur groeien.
Daar steekt de man de weerlooze vrouw
boven het oog en werpt haar op den
grond, haar de keel dichtknijpende.
Zij schreeuwt en gilt en kermt vreese-
lijk en de aanrander kiest In allerijl het
hazenpad.
Intnsschen was Spijker, die door de sloot
naar de overzijde gegaan was, nogmaals
door een sloot gewaad om op den tuin
van zijn buurman Pannebakker, een boom-
kweeker, te komen.
Bloedende uit al zijn wonden kwam hij
bij Pannebakker aan, die echter wegens
familie-omstandigheden het huis niet kon
verlaten. De ongelukkige begeeft zich
daarop naar de overburen, P. Ooms en
Straathof, die natuurlijk den ongelukkigen
man alle hulp willen verleenen.
Onder het loopen had Spijker het gillen
en kermen van zijn vrouw reeds gehoord
en vermoedde, dat zij vermoord was.
Toen hij met de buren zijn huis betrad,
vond hij echter gelukkig zijn echtgenoote,
hoewel met bloed overdekt, in de keuken
zittende.
De behulpzame buren hebben onmiddel
lijk per rijtuig de politie in kennis gesteld
en reeds zeer vroeg waren de burgemeester,
de rijks- en de gemeente-veldwachter op
het terrein aanwezig.
De man zal zijn linkeroog geheel kwijt
zijn, maar de wonden leveren overigens
geen direct levensgevaar op.
De oude vrouw heeft, naar zij beweert,
in den aanvaller een man herkend, die
's morgens op de werf was geweest, om
te trachten varkens te koopen. Zij gaf dit
den booswicht ook te kennen, maar hij
ontkende beslist. Hij was naar schatting
21 a 22 jaar oud cn als slager gekleed,
terwijl zijn rijwiel volgens de verklaring
der vrouw nummer 91 droeg.
Men vermoedt, dat het plan om geld
te stelen door het schreeuwen der vrouw
verijdeld Is geworden.
De inbreker-uitbreker Thomas.
De Grondwet deelt mede, dat de
pseudo-Thomas Vrijdagmorgen uit Breda
12.10 te Roosendaal is aangekomen, zoo
vrij als een vogel in de lucht en op z'n
doorreis naar Antwerpen, waartoe hij tot
1.51 te Roosendaal vertoefde. De redactie
heeft den man, waarover zooveel herrie
is gemaakt, gezien en gesproken. Waarlijk
maakte hij ook bij haar niet den minsten
slechten indruk. Hij is een reeds tamelijk
bejaard persoon, van middelmatige gestalte
en heel bedaard, ja voorkomend van
uiterlijk. Hoe dan ook de Antwerpsche
politie in hem den beruchten In- en
uitbreker heeft kunnen zien, Is, na be
schouwing der portretten van dezen laatste,
voor ons een raadsel. Zooals hij ons
uit officteele papieren liet zien, is zijn
eigenlijke naam Johann M. Schwermer,
geboren te Groz-Schunkern, Oost-Pruisen,
stoker op één der Engelsche schepen van
de Cunard-line.
Pas afgemonsterd te Antwerpen, werd
hij bij het aan wal gaan door een recher
cheur aangehouden en ondervraagd, waarna
men hem onder beschuldiging van te zijn
de beruchte inbreker Thomas in het cachot
stak, al zijn papieren en goed in beslag
nam, plus ruim 380 francs gage-geld.
Over de behandeling der Antwerpsche
politie was de man in het geheel niet te
spreken; men had hem daar beestachtig
behandeld, sprak hij. 't Lidteeken, dat bij
den echten Thomas, voorkomend van een
schampschot, aan de rechterzijde van den
hals zichtbaar was, en dat bij Schwermer
aan den linkerkant voorkwam, was af
komstig van een bloedende schram, hem
door één der Antwerpsche politie-agenten
toegebracht. Ook deelde hij mede, dat
verschillende papieren van hem waren
zoek geraakt of weggenomen.
Ter confrontatie eerst naar Brussel
getransporteerd, werd hij daar heel wat
menschelijker behandeld, totdat hij, na van
3 Juni van de ééne rechtbank naar de
andere te zijn gezonden, Dinsdag j.l. aan
de Hollandsche politie werd uitgeleverd.
Over onze politie had hij niets dan lof.
Wel was het voor hem iets verschrikkelijks
ais een wild beest geboeid en gebonden
te worden, aangegaapt en met minachtende
schuwheid bekeken door honderden nieuws
gierigen, maar dit beschouwde hij als het
volbrengen van een justitieelen plicht,
waaraan de politieman heeft te voldoen.
Toch had hij gemerkt, dat ook onze politie
twijfelde of zij wel „de ware Thomas" te
pakken had.
Over z'n verder verblijf te Breda sprak
hij dan ook met grooten lof. Door de
justitie was hij, zoodra men twijfelde aan
den waren persoon, met besliste voor
komendheid behandeld. Zelfs haalde hij
aan, hoe hem de officier van justitie
's morgens nog een extra „riks" in de
hand stopte als versnapering op reis. Hij
ging nu eerst naar Antwerpen om z'n
gage-geld van de politie terug te vorderen
en verder om bij den Duitschen consul
z'n beklag te doen over het roekeloos
en ongemotiveerd optreden der Antwerpsche
politie.
„Wat zal anders „de ware Thomas" in
z'n vuistje lachen, wanneer hij heel die
comedie leest", waren de laatste woorden
van Schwermer, die thans voor het eerst
van zijn leven, maar op gevoelige, harde
wijze, met de politie had kennis gemaakt.
De abnormale zomer.
In Vragen van den Dag van Augustus schrijft
dr. H. Blink over den kouden voorzomer van
19C9, dien hij in verband brengt met de ijs
toestanden van den noordelijken Atlantischen
Oceaan. Wij kunnen de beschouwingen van dr.
Blink niet in haar geheel overnemen en willen
dus volstaan met het volgende citaat:
„Het veldijs wordt in den Noord-Atlantischen
Oceaan meest gevormd langs de kusten van New
foundland, en ook daarvan raken groote schollen
los, die tot in de routen der Trans-Atlantische
scheepvaart drijven, waar de groote ijsbergen veel
voorkomen. De nadering van een ijsberg kondigt
zich reeds aan, vóór hij zelf in het gezicht is.
De stralen van zon of maan worden op het ijs
in volle kracht gereflecteerd en daardoor ver-
toonen de lucht en de wolken aan den verren
horizon een witten, bleeken glans, sterk afstekend
bij het overige donker der lucht. De ijsbergen
zelf kunnen bij helder weer door hun schittering
ook reeds op zeer verren afstand ontdekt worden
en bij nacht door een soort van fluorescentie of
lichtgloed. Bij mistig weer is het moeilijker de
nadering te leeren kennen, alleen de mist om een
ijsberg is donkerder, als dit mogelijk is. En als
de ijsberg dichter nadert, daalt de temperatuur
der lucht aan lijzijde sterk; de berg is blijkbaar
door een atmosfeer van uiterst koude lucht om
geven. Ook de temperatuur van het water daalt
in de nabijheid van een ijsberg. Op tal van
marinestations van de kusteilanden en aan de
kust worden Inlichtingen verstrekt omtrent het
ijs in den omtrek der banken van New-Foundland
en door draadlooze telegrafie verkrijgen deze
stations de berichten dienaangaande van visschers
en schepen op zee.
De verbreiding van drijfijs en ijsbergen in den
Atlantischen Oceaan wordt door de zeevaarders
steeds nauwkeurig nagegaan en maandelijks wordt
de ijstoestand der zee om New-Foundland op de
Amerikaansche Pilot Charts voorgesteld, terwijl
tevens omtrent mlstverschijnselen en verschillende
meteorologische toestanden mededeelingen wor
den verspreid. Vóór ons liggen de Amerikaansche
„Pilot Charts of the North-Atlantic Ocean" van
Januari tot en met Juli, en eveneens de Duitsche
„Monatskaarten für den Nord-Atlantischen Ozean"
van dezelfde maanden, bewerkt door de Deutsche
Seewarte te Hamburg.
De Amerikaansche „Pilot-chart" van Mei 1909
geeft belangrijke bijzonderheden omtrent den ijs
toestand in de noordelijke gedeelten van den
Atlantischen Oceaan. Reeds in Maart was het
dijfijs op de groote Bank van New-Foundland In
zulk een aanzienlijke hoeveelheid aanwezig op
pl. m. 50° lengte en 41° N.Br., dat het een opper
vlakte van 250,000 vierk. Kilometer bedekte en
reeds de lijn overschreed, die als de route voor
de Trans-Atlantische stoomschepen wordt aan
bevolen. In April was de oppervlakte van het
ijs nog vermeerderd tot pl. m. 350,000 K.M\, dat
is een oppervlakte van ongeveer s/3 van Frankrijk
en vormde twee compacte groepen van ijsvelden
met ijsbergen. De jaren 1887, 1890, 1894, 1899
en 1906 hadden ongeveer een dergelijke uitbrei
ding van het ijs in deze wateren en veroorzaakten
toen, evenals thans, het koude voorjaar In West-
Europa. De „Pilot-chart" van Juni wijst aan, dat
het ijs in de maand Mei in de Straat van Bell-
Isle twee, en op de Bank van New-Foundland
uit dertien groepen van ijsvelden bestond, met
een totale uitgestrektheid van 300,000 K.M:. op
pl. m. 42° NBr. De Duitsche Julikaart vertoont
een uitbreiding der ijsbergen tusschen 45" en
55° WL. tot op 41° NBr., een paar graden zuide
lijker dan de gemiddelde grens voor dien tijd.
Groote ijsvelden wijst de Junikaart nog aan in
de St.-Laurensgolf tusschen New-Foundland en
de kust.
Bij die uitgebreide ijstoestanden, welke thans
boven het normale gaan, is het te verwachten,
dat de invloed zich daarvan in West-Europa sterk
doet gevoelen, dewijl de Westenwinden, die hier
heerschende zijn, de door het ijs en koude water
afgekoelde lucht er aanvoeren.
Het weder in het buitenland.
In Dultschland is het weer, volgens de
weerberichten der Frankfurter Zeitung
(4 Aug.), aan het verbeteren. Het gebied
van lage drukking neemt langzaam af.
Men heeft in Midden-Duitschland nog koel
weder, bij bedekte lucht. Maar er wordt
warmer weder verwacht, bij bewolkte lucht,
maar zonder zware regens.
In het Beiersche Alpengebied was het
Woensdagmorgen koel weder bij betrokken
lucht en hier en daar regen. Op de hoog
gelegen plaatsen zware mist.
In Bohemen en Opper-Oostenrijk was
het weder nog grootendeels slecht; maar
langzaam verbeterend. In Zuld-Tyrol had
men af en toe betrokken lucht en het was
matig warm.
Ook in Zwitserland wordt het weder
langzaam beter. Op de bergen is het nog
koelmaar voor 't overige is de temperatuur
aan het rijzen.