ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Zaterdag 7 Augustus 1909.
Tweede Blad.
(Z ierikzeesoh
Cour an t).
NIEUWSTIJDINGEN.
Eenige weken aan 't Hof van
den Sultan van Turkije.
ABONNEMENT.
De abonnementsprijs van dit blad, dat lederen
DINSDAO, DONDERDAO en ZATERDAG verschijnt, is
voor Zierikzee f 1,30, voor alle andere plaatsen In
Nederland f 1,60 per 3 maanden.
Voor het buitenland, verzending eens per week, f 10
per jaar bij vooruitbetaling.
65ste JAARGANG. No. 8806.
Uitgever-Hoofdredacteurs A. FRANKEL.
Redacteurs J. WAALE.
ADVERTENTIE N.
Van 1—3 regels 30 ets., meerdere regels 10 ets.
Oroote letters worden naar plaatsruimte berekend.
De Inzending moet geschieden des Maandags-,
Woensdags- en Vrijdags-middags uiterlijk 2 ure.
Alle betalingen moeten geschieden bij den Directours A. J. DE LOOZE, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Het Kantoor is geopend eiken werkdag van 's morgens 9 tot 's avonds 9 ure.
SPANJE.
Aan een particulieren brief uit Barcelona,
d.d. 30 Juli, onlleenen wij het volgende:
„In vijf dagen is het ons niet wel moge
lijk geweest, de deur uit te gaan. Ik denk,
dat gij in de bladen al een en ander zult
gelezen hebben over het oproer hier. Hoe
het elders in het land is, weet ik niet,
maar hier in Barcelona is het gruwelijk.
En het leelijkste is, dat wij in het hartje
zitten. In de straat waar wij wonen, wordt
den heelen dag geschoten. Als het voor
een oogenblik rustig is, en wl] kijken even
naar bulten, dan zien we Iemand voorbij
dragen, doodgeschoten. Meteen begint het
verschrikkelijke schieten weer en we moeten
vliegensvlug de vensters sluiten.
„Den eersten dag, dat het lieve leven
begon, ging ik met J. winkelen. Ik kan u
verzekeren, dat ik blij was heelhuids thuis
te komen. Terwijl Ik in een winkel was,
begonnen ze juist een paar huizen verderop
te schieten, dat je niets dan rookwolken
zag. Ik was geweldig van streek, en geen
van ons is sinds de deur uit geweest,
behalve J. Hij gaat 's morgens zes uur
uit, om het een en ander In te slaan. Daar
is geen vleesch meer te krijgen, in welken
winkel ook, en de meeste andere dingen
zijn ook nauwelijks te bekomen. Vanmorgen
scheen het veel rustiger, en wij dachten
dat het over was; de winkels hadden weer
vleesch gekregen, en andere waren.
Maar vanavond om vijf uur begon het
opnieuw. Wij dachten dat ze moedwillig
In de huizen schoten, maar we konden
het vanzelf niet zien, omdat we zoo gauw
er geschoten werd, de vensters hebben
gesloten. Ik hoor de schoten, terwijl ik dit
zit te schrijven', 't is verschrikkelijk. Ik
verlang naar het einde; ik kan niet meer
schrijven zoo zenuwachtig als ik ben".
Gisteren deelden wij de offlclëele opgaaf
der dooden en gewonden mede. Volgens
een bericht uit Cerbère, zijn daaronder
niet begrepen de verliezen der gendarmen,
die een aanzienlijk getal aan dooden en
gekwetsten te betreuren moeten hebben.
ZWITSERLAND.
Uit Zwitserland komen weer berichten
van tal van ongelukken, al te overmoedigen
bergbeklimmers overkomen. Van den
Murtschenstock stortte een tourist uit
Zurich in de diepte. Een andere tourist
uit Zurich, die den Bristenstock beklom,
wordt vermist. In de rotsen van den Dent
de Corzon vond een Dultscher den dood.
Bij Thusis werd In een bergbeekje het
lijk van een tourist gevonden en aan den
Flnsteraargletscher dat van een arbeider,
vermoedelijk een Italiaan. Aan den voet
van den Tennhorn bij Meirlngen vond men
het lijk van den sedert eenlge weken
vermisten Engelschman Williamson, die,
naar men vermoedde, hel slachtoffer van
een misdaad was geworden. Daar echter
het lijk niet beroofd bleek, blijkt ook hier
een ongeluk te zijn geschied.
In de Vorarlberger Alpen is Dinsdag een
Duitscher verongelukt, bij Meran kwam
een Oostenrijker bij het plukken van
edelweiss om het leven. De ongelukkenlijst
dreigt dit jaar dus al bizonder groot te
worden.
EH8ELAND.
Cowes, 4 Aug. Koning Edward en de
Tsaar zijn hedenmiddag op een afgelegen
plek aan land gegaan en hebben zich per
auto naar Osborne begeven.
5 Aug. Onder het vuren van het
geschut is de Tsaar heden namiddag 3,40
aan boord van de „Standart" vertrokken.
De Russische gezant verklaarde, dat de
Tsaar diep getroffen is geweest door het
hartelijk welkom der koninklijke familie
en de ontvangst van de schitterende
scheepsmacht, die hem alhier begroette.
FRANKRIJK.
Maandag is voor de negende correctie-
oneele kamer van de Parijsche rechtbank
de zaak Marlx voor geweest.
Men zal zich herinneren, dat kapitein
Marix met tal van handlangers, verdacht
wordt van het verkoopen van allerlei
gunsten. Hij handelde in vrijstellingen
van dienstplicht, in ridderorden, In gratie-
verleeningen, en vulde, naar het heette,
zijn zakken ten koste van rechtzoekenden.
Er staan thans vier personen terecht,
Marlx, Sérès, Weill en Grenier. Alleen
Marix en Sétès hebben preventief gezeten.
De twee anderen verkeeren op vrije voeten.
Het viertal wordt beschuldigd van oplich
ting, poging tot oplichting en medeplich
tigheid aan dit misdrijf.
De eerste zaak, die aan de orde komt,
is de poging tot oplichting van madame
Sierra de Luna. Deze vrouw was veroor
deeld tot gevangenisstraf. Sérès moet haar
beloofd hebben, dat kapitein Marix haar
vrijheid zou waarborgen, als zij maar 5000
frank wilde storten. Madame Sierra de Luna
kon dat geld niet leveren, maar zij heelt,
om kapitein Marix gunstig te stemmen,
zekere klanten aangebracht, eveneens tot
gevangenisstraf veroordeeld, die mogelijk
wel geld beschikbaar hadden om van den
machtigen kapitein de vrijheid te koopen.
Er zijn meer dan 100 getuigen opge
roepen.
DUITSCHLAND.
Te Bamberg zal dezer dagen een zestien
jarige bakkersknecht terecht staan, die
eenlgen tijd geleden zijn meesteres en haar
zesjarig dochtertje op wreedaardige wijze
vermoordde en zich daarna met de kas uit
de voeten maakte. De jeugdige misdadiger
bracht de vrouw eerst met een zwaren
hamer een slag op het hoofd toe, die haar
bewusteloos ineen deed zinken en mis
handelde haar daarna zóódanig, dat ze
spoedig bezweek. Vervolgens deed hij haar
een strik om den hals en bevestigde dezen
aan het raamkozijn, om den schijn te
wekken, dat het slachtoffer zelfmoord ge
pleegd had. Het zesjarige meisje, dat
wanhopig dit alles aanzag, sloeg hij het
hoofd tegen den muur te pletter en legde
het lijkje bij dat der moeder. Daarop maakte
hij zich met het geld uit de voeten.
Een ander dochtertje der ongelukkige
vrouw, dat kort daaroo uit school thuis
kwam, was de eerste, die de gruweldaad
ontdekte. In den beginne meende men
werkelijk met zelfmoord te doen te hebben,
doch al spoedig bemerkte men, dat hier
geweld moest gepleegd zijn De knaap, op
wien de verdenking vlel en die kort daarop
gevat werd, bekende ten slotte de misdaad
gepleegd te hebben.
Als verzachtende omstandigheid voerde
hij aan, dat de vrouw hem geslagen had,
waarop hij in woede de misdaad bedreven
had. Het kind had hij vermoord, daar hij
terecht vreesde dat het de zaak verraden zou.
De museum-diefstal in Berlijn.
Hij Is dus gepakt, de dief van de gouden
sieraden uit het Keizer Frederlk-Museum
in Berlijn. En tevens is het gestolene on
gerept teruggevonden. De dief Is een
jeugdige musicus, Waldemar Döring ge-
heeten, en het blijkt thans, dat het nog
niet 20-jarige jongemensch den diefstal niet
uit nooddruft, maar uit grenzelooze licht
zinnigheid heeft gepleegd.
Dóring had drie weken geleden al eens
bij zijn eigen stiefvader te Kónings-Winter-
hausen inbraak gepleegd, uit een kast een
groot aantal gouden en zilveren voorwerpen
en baar geld gestolen en was daarop naar
Berlijn gevlucht, met medeneming van de
legitimatiepapieren van zijn stiefbroeder.
Hij betrok in Berlijn een kamer bij een
weduwe, wie hij verzocht hem niet bij de
politie op te geven (zooals dat in Duitsch-
land voorgeschreven Is), daar hij slechts
op de doorreis in de hoofdstad vertoefde.
De jonge schavuit vreesde natuurlijk, dat
zijn stiefvader den diefstal zou hebben
aangegeven en hij gezocht zou worden.
Dit is dan ook inderdaad gebeurd, en dit
feit heeft zeer veel tot zijn arrestatie bij
gedragen. De opbrengst van het gestolen
goed, honderd (I) Mark, bracht hij er in
een paar dagen door, zoodat hij op 't eind
van de vorige week weer platzak was en
nu op een nieuwe misdaad zon.
Bij zijn eerste bezoek aan het Keizer
Frederlk-Museum kreeg hij als een Ingeving,
dat hier wat „te halen" zou zijn. Hij brak
zijn potlood in tweeën, en kraste nu met
de ééne, scherp gespleten helft, teekens
in het glimmende hout van de kasten met
kostbaarheden, die hij den volgenden dag
wilde openbreken.
Op Zaterdag kwam Dóring terug, klom,
toen de zaal waarin de kostbare voor
werpen stonden even leeg was, over den
antieken wand voor één der vensters en
verborg zich In de vensternis daarachter.
Om zes uur werd het museum gesloten.
Döring wachtte kalm af, tot de wachters
hun ronde gedaan hadden. Bij den wand,
waar hij achter verscholen zat, stond één
der wachters met zijn hond stil, maar nóch
de man nóch het dier merkte Iets bizonders.
Dadelijk nadat de wachters de zaal ver
laten hadden, klom de jongen weer over
den wand en begon met een beitel en
een breekijzer de kasten open te breken.
Gedeeltelijk volbracht hij zijn diefstal nog
bij daglicht, wat wel pleit voor de weerga-
looze onbeschaamdheid van den dief. Om
8 uur klom hty nogmaals terug naar zijn
schuilhoek en wachtte rustig tot midder
nacht. Toen liet hl] zich aan een mee
gebracht touw uit 't venster zakken en
raakte met het gestolene bulten het hek
op de reeds medegedeelde wijze.
Maar hij liep al spoedig in 't net. Den
zelfden Zondag, waarop de diefstal werd
ontdekt, begaf hij zich naar de goud- en
zllversmelterlj van zekeren Broh, en bood
daar de zilveren staven met Japansche
opschriften en ander goud- en zilverwerk
ten verkoop aan. Dóring, die heel zeker
optrad, vertelde, dat hij dat alles van een
uit China teruggekeerden vriend had ge
kregen. Vrouw Broh was alleen thuis en
gaf hem acht Mark handgeld, en de bood
schap, dat hij Maandag maar terug moest
komen. Maar 's Maandagsmorgens las zij
van den diefstal in de bladen en haastte
zich nu, de politie op de hoogte te gaan
brengen en deze de kostbare oudheden
over te geven.
Maandag loerden de rechercheurs in Broh's
woning vergeefs op den dief, dien men
stellig terug verwachtte. Maar Dinsdag
werd hun geduld beloond. During kwam
met de rest van het gestolene aanstappen
en liep regelrecht tegen de lamp. Hij
deed niet de minste moeite om te loochenen
en liet zich gewillig arresteeren.
Leipzig, 4 Aug. De Oberreglerungsrat
Baron Woehrmann is vanochtend vermoord.
De moordenaar, een 20-jarige boerenzoon,
Georgl, stelde zich in handen van de politie.
De moord werd blijkbaar gepleegd met
de bedoeling om te stelen.
BELGIS.
Werklieden breken thans een gedeelte
der hallen van Verjaringspark te Brussel af.
Één hunner, een jongen van 17 jaar,
die op de halle langs den rechterkant van
den triomfboog was gezeten, zelde Maan
dagnamiddag, dat hij het klimmen beu
was. Hij riep zijn metgezellen een vaarwel
toe en sprong In de ruimte van een
hoogte van 42 M.
Hij viel loodzwaar te midden van balken
en allerhande materiaal. Men trof den
armen jongen aan met het hoofd gebarsten
op drie verschillende plaatsen, verschil
lende gebroken ribben en gebroken beenen.
Hij leefde nog slechts eenige oogenbllkken.
Één der werklieden, getuige van dit
vreeslijk schouwspel, werd zóó ontroerd,
dat men hem moest vasthouden om te
beletten dat ook hij In de ruimte viel.
Te St.-Nicolas, bij Luik, hoorde men,
onder het lustig draalen van een carrousel,
eensklaps een paar revolverschoten en
men zag naast den draaimolen een min
neervallen en na eenige oogenblikken den
geest geven, zonder nog een woord te
hebben kunnen spreken. Hij bleek een
mijnwerker uit Brussel te zijn. Inmiddels
achtervolgde men de moordenares,
want het was een vrouw, die hem uit
wraak had doodgeschoten. Zij was spoedig
aangehouden, evenals twee mannen, die
verdacht zijn, de hand in de zaak te
hebben.
Brussel, 4 Aug. De stuurballon „Belgi-
que" manoeuvreerde hedenavond om zes
uur voor het eerst boven de stad en voer
verscheidene malen rondom den toren van
het stadhuis. Een reusachtige menigte
woonde deze manoeuvres bij.
Ondanks de tegenovergestelde stem
ming van de Kamer heeft de Senaat
hedenmiddag met 36 tegen 17 stemmen
de door dit lichaam geamendeerde wet
gehandhaafd, waarbij de arbeidsduur in
de mijnen tot 9 uren wordt beperkt.
Het geschil tusschen Eerste en Tweede
Kamer Is dus nog niet uit den weg ge
ruimd en de wet keert voor de tweede
maal naar de Tweede Kamer terug.
Antwerpen, 5 Aug. Bij een brand aan
een fabriek In de voorstad Merxem is een
muur ingestort, waarbij drie personen
werden gedood en velen gewond.
NEDERLAND.
Heerenveen, 4 Aug. Gisterenavond
kwamen tnr. A. Wassenaar, subsistuut-
griffier bij de rechtbank alhier, en zijn
echtgenoole per fiets van Oudeschoot.
Vlak bij Heerenveen werden ze door 5
kerels aangerand. Wevr. W. werd met
fiets en al omvergeworpen en mishandeld.
Mr. W., die zijn vrouw wilde ontzetten,
kreeg ook klappen, waarna de kerels af
trokken.
Direct klopte nu. W., 't was ongeveer
twaalf uur de politie op, die het geluk
had spoedig de daders op te sporen. Het
zijn bewoners van woonscheepjes, die des
daags uit venten gaan. De hoofddader is
zekere v. N.
Haarlem, 4 Aug. Sedert Zalcrdag werd
hier vermist het gezin van en de makelaar
P. zelf, en vandaag heeft de rechtbank
termen gevonden, den man failliet te ver
klaren.
P. was zijn loopbaan begonnen op het
kantoor van den makelaar Poorlman en
toen deze kwam te overlijden, erfde hij
diens zaken, alsook het perceel, de „Gouden
Leeuw", waarin de vellingen van onroerende
goederen worden gehouden.
Zijn zaken marcheerden uitstekend, hij
kocht huls op huls, heele hofjes behoorden
tot zijn bezittingen, genoot het volle ver
trouwen, ook van de R.-K. geestelijkheid,
en nu Is hij er van door naar Amerika,
en laat hij In verschillende kassen een déficit
na van tusschen de f 30 000 en f 100.000.
Dat hebben de Steelljes gedaan.
Van een loodgietertje zijn ongeveer
f 14,000 verdwenen. De kas van de kerk
(Overgenomen uil het Nieuwsblad van Friesland).
XXXIX.
Wij hebben ook een tocht langs het
strand gemaakt naarCordillo, waar prachtige
zomerverblijven bewonderd konden worden.
Zelfs kregen we de rijke inventaris van
één dier buitenplaatsen nog te zien, welke
boedel met haast naar buiten werd ge
bracht, door dat er binnen brand was
uitgebroken, die een stuk van de villa in
vlammen deed opgaan. Aan 't strand
heerschte veel bedrijvigheid. Er ztyn vele
badgelegenheden, doch de jeugd ging
overal te water, zonder zich te ontkleeden.
Door de sterke warmte waren ze op het
strand in korten tijd weer droog. Verder
hebben we aan de kust mosselvlsschers
aan 't werk gezien, die met hun handen
in 't witte zand omwoelden om deze
schelpdieren te vangen en zegenvlsrchers,
die met gelijk soort netten en op dezelfde
wijze bezig waren, als hunne collega's op
de Frlesche meren. Cypressen-boomen, die
In vorm overeenkomen met onze sparren,
en dadelboschjes geven aan de kust een
eigenaardige bekoring. Vergeten heb ik
nog te zeggen, dat mijn vriend en ik in
ons gezelschap hadden gekregen nog een
derde man, doch deze bracht „het praat
niet an", 't Was een Rus, schilder van
beroep, die geen van ons beiden kon ver
staan. Hij kende enkele Fransche woorden
en uitdrukkingen en moest zich daarmede
behelpen. Op de boot was hij mijn hut-
genoot geweest en ik had enkele woorden
Fransch met hem gewisseld. Toen ik hem
ons reisplan mededeelde, verzocht hij
onderdanig zich bij ons te mogen aan
sluiten. Dit werd toegestaan, doch veel
pleizier hebben we niet aan hem beleefd.
Eerstens door dat we hem zoo slecht
konden verstaan, zoodat het inspanning
eischte met hem te sprekenIn de tweede
plaats, omdat hij van alle oudheden
schetsen ging maken, waardoor wij af en
toe op hem moesten wachten, en In de
derde plaats, omdat hij niet heel „redsum"
bleek te zijn, of wilt ge, niet berekend
voor zoo'n tocht in vreemde landen. Zoo
was hij op de boot al In ongelegenheid
gekomen, omdat hij niet anders dan
Russisch geld had, terwijl hij het Turksche
geld niet genoeg kende, om zich te wagen
aan wisselen. Te Konstantinopel had hij
dit al moeten bedenken. Zoo was er meer,
waaruit zijn onnadenkendheid bleek, doch
wij zullen onze reis maar vervolgen en
scheep gaan naar Athene. Dit was een
vaart van een dag en een nacht, 't Was
juist Zondag en aan boord werden bekende
Psalmen gespeeld, om dezen Chrlstelljken
feestdag te wijden, niettegenstaande de
aanwezigheid van vele Turken. Tegen den
avond gaven Italianen muziek op de man
doline ten beste, 't Scheen wel een reizend
muziekgezelschap te zijn dat speelde, een
trekkend fanfarecorps. Een Duitsche
matroos vond dat hun kunst niet hoog
stond. Ik hoorde hem althans zeggenNah,
das nennen die Kerlen Musik madien! en
verwijderde zich uit de luisterende schare.
Op de boot was ik er getuige van een
bizonder voorval, bizonder voor mij, doch
anders heel gewoon. Er had zich n.l. een
passagier iaten insluiten op het schip, als
een dief dit bij avond zou doen in een
huls. Op zee werd hij direct aan 't kolen-
sleepen gezet, het gewone werk, waarmede
zulke insluipers worden gestraft. Hij moest
naar Marseille en had geen cent op zak.
Op de reis naar Smyrna was een jongen
van zestien jaar zoo meegevaren, die met
aardappelschillen de vracht eenlgszins had
te vergoeden. Zulke gevallen kwamen
dikwijls voor, hoorde ik van onderscheidene
zijden. Men noemde zulke reizigers „blinde"
passagiers.
Er waren vier klassen aan boord, die
allen vrij bezet waren. Wij hadden hutten
voor zes personen, drie aan drie boven
elkaar, doch 't was er haast niet uit te
houden van de warmte. Wij lagen 's nachts
letterlijk in 't zweet te baden en hoorden
allerwege verzuchtingen slaken over de
hitte. Toen ik eindelijk mijn zweethokje
verliet en naar boven ging, zag ik in de
openstaande hutten 'n bonte ongedekte
menigte omwoelen In de respectieve
kribben, en op het dek gekomen weer een
menigte, die het benedenrulm al had ver
laten, de meesten in slaapzoekende houding.
Een paar Turken lagen onder een reisdeken
op één der tafels. Boven was het koel
en tegen het opgaan der zon zelfs koud,
waarover ik mij wel verbaasde.
Wat ik nog op de boot te zien kreeg
dien morgen? Een vrouw, die met een
vullen mopshond in haar arm lag te slapen,
met een drinkbeker naast zich, waarop
het portret van H. M. de Koningin der
Nederlanden stond afgebeeld; een wieg,
gemaakt van een oude kist, waarin een
bruin kindje lag te spelen, lachend tegen
„heil en mem", die het welbehagelljk aan
schouwden passagiers in het ruim, zonder
hut, op matrassen naast elkander, als
haringen In een ton en enkele anderen,
die in eigen hangmatten schommelden.
Deze vierde klassers waren er niet het
minst aan toe.
Later op den dag heb ik deze passagiers
hunne kisten als tafels zien gebruiken,
waarop groole voorraden van allerlei eet
waren werden uitgespreid in frappante
wanorde. De Russische schilder kon er zijn
hart aan ophalen en was onafgebroken
aan 't werk met zijn „studies" van deze
„types", die leefden alsof ze „thuis" waren,
vroolljk en ongedwongen. Oeen zorgen
voor den dag van morgen. In leege btlse
dounset lidit.
Honden en katten deden dienst als
„dekrelnigers" en behoefden niet stil te
zitten om „bij" te blijven. Er komt wat
kijken op den kop van zoo'n boot vol
met passagiers uit alle oorden der wereld.
Maar de zee lag er niet „droagjend hinne"
en het waren geen „kroese weagen", die
het schip „omaeyden", maar „swarte
tommelweagen mei skomjende koppen",
die we aanschouwden. Rusteloos kwamen
ze daar aanrollen, die hooge, breede
golven, stuitend op ons Ijzeren gevaarte,
dat spotte met hun tegenstand en ze ver
nietigde tot „skom en brfls". Hoog, zeer
hoog zag men het water voor den boeg
opspatten en als droppels weer nedervallen,
waarin de zon voortdurend de kleuren
van den regenboog weerkaatste in zeld
zame pracht. Ik heb dien morgen op zee
in stilte genoten, niet alleen van het
natuurschoon, maar ook van den strijd,
die er gestreden werd tusschen twee ver
wanten, die elkander zoo na in den bloede
bestaan, n.l. de ijle stoom en het massieve
water. Dat zoo'n beetje damp, besloten in
enge ruimte, bergen water in de breede
ruimte kan verzetten, Is het niet wonder
baar, wanneer men even gaat nadenken!
Dat moesten de kruisvaarders van duizend
jaar geleden eens gezien hebben.
Wyckel.
S. H.
(Wordt vervolgd).