Donderdag 29 April 1909. (55 ierilizeesclie C o u r a n t). Openbare Aanbesteding, DRANKWET. AFKONDIGING. Algemeen Overzicht. NIEUWSTIJDINGEN. ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. ABONNEMENT. De abonnementsprijs van dit blad, dat lederen DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG verschijnt, is voor Zierikzee f 1,30, voor alle andere plaatsen in Nederland f 1,60 per 3 maanden. Voor het buitenland, verzending eens per week, f 10 per jaar bij vooruitbetaling. 65ste JAARGANG. No. 8764. Uitgever-Hoofdredaoteur i A. FRANKEL. Redacteurs I. WA ALE. ADVERTENTIËN. Van 1—3 regels 30 ets., meerdere regels 10 ets. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. De inzending moet geschieden des Maandags-, Woensdags- en Vrijdags-middags uiterlijk 2 ure. Alle betalingen moeten geschieden bij den Directeurs A. I. DE LOOZE, Hoek Schuithaven, Zierikzee. Het Kantoor is geopend eiken werkdag van 's morgens 9 tot 's avonds 9 ure. Rijks-Verz.-Bank Het Post- en Telegraafkantoor te Bruinisse Is, met ingang van 1 Mei a.s., als volgt opengesteld Op Werkdagen: Van 8 uur voorm. tot 9 uur nam. Voor Postwissel- en Quitantiezaken van 8.30 uur voorm. tot 3.30 uur nam. Rijks-Postspaarbank van 9 uur voorm. tot 9 uur nam. r Aangifte Onge vallen van 8 uur voorm. tot 9 uur nam. Overige geval len van 9 uur voorm. tot 3 uur nam. Op Zon- en Feestdagen: Van 8 uur voorm. tot 9 uur voorm. en van 1 uur nam. tot 2 uur nam. Voor Rijks-Postspaarbank van 8 uur voorm. tot 9 uur voorm. Rljks-Verz.-Bank (aangifte onge vallen) van 8 uur voorm. tot 9 uur voorm. en van 1 uur nam. tot 2 uur nam. (Alles plaatst ij d). Bruinisse, 27 April 1909. De Directeur, DE HORN. op Vrijdag den 30 April 1909, des voormiddags te 11 uur, ten raadhuize, van: „het maken van een aarden „kade langs een gedeelte van „den Scheepstimmerdijk te Zie rikzee". Aanwijzing op Donderdag den 29 April a. s., des voormiddags 10 uur, ten kantore van den Gemeente-Bouwmeester. Het bestek ligt ter inzage ter Gemeente- Secretarie en ten kantore van den Gemeente- Bouwmeester, bij wien tevens inlichtingen te bekomen zijn. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee Gelet op' artikel 22 der Drankwei Herinneren belanghebbenden aan den inhoud van dit artikel, volgens welke bepaling alle ver gunningen met 1 Mei vervallen, tenzij het over het volgend jaar verschuldigde recht vóór dien dag is betaald. Zierikzee, den 26 April 1909. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, H. C. MOOLENBURGH, Burgemeester. JAN SNELLEN, Secretaris. Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te Zierikzee maakt bekend, dat door den heer Directeur der Directe Belastingen te Middelburg is executoir verklaard het kohier betreffende de personeele belasting dezer gemeente over het belastingjaar 1909, No. 3, dat op heden aan den heer Ontvanger der Directe Belastingen alhier wordt ter hand gesteld ter invordering, en dat ieder verplicht is zijn aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen. Zierikzee, den 27 April 1909. Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voornoemd, H. C. MOOLENBURGH. In Turkije wordt een belangrijk stuk geschiedenis afgespeeld, dat door heel Europa met spannende belangstelling wordt gevolgd. Gelijk een ieder weet, is Turkije in het bezit gekomen van con- stitutioneele Instellingen, die, geschoeid op Westersche leest, een einde maakten aan het autokratische stelsel, waarvan de sultan, Abdoel Hamid, de belichaming was. Een parlement, gekozen door het volk, werd ingesteld, en ministers werden benoemd, die in constitutioneelen zin regeerden. Het scheen, alsof de sultan zelf niet slechts met den nieuwen staat van zaken, die zijn oppermacht gebroken had, verzoend was, maar daarmede zelfs zeer ingenomen was. Maar den 13den April, waarop de contra-revolutie losbarstte, leerde, dat de sultan slechts komedie had gespeeld. Het garnizoen van Konstantinopel toch, door de softa's (Turksche geestelijken) bewerkt, die zich onder een reactionair bewind behagelijker gevoelen dan onder een volksregeering, en door den sultan in het geheim omgekocht, sloeg aan het muiten, knevelde zijn officieren, die tot de Jong-Turksche partij behooren, en doodde er een 250 van. Het ministerie werd weggejaagd, en vervangen door vol bloed reactionairen, die, al durfden zij het nog niet openlijk verklaren, het stille oogmerk hadden het oude regime in zijn geheelen omvang fe herstellen en de Nationale Vergadering naar huis te jagen. Tal van Jong-Turken en officieren namen de vlucht naar de havenplaats Saloniki, waar het Comité van Eenheid en Voor uitgang, dat uit Jong-Turken bestaat, onmiddellijk alles in het werk stelde, om het constitutioneele stelsel te redden. De Macedonische en Thracische troepen, die trouw waren gebleven aan de Grondwet, werden, versterkt door duizende vrij willigers, naar Konstantinopel gericht, dat weldra van alle zijden door 20.000 man was ingesloten. Met bewonderingswaardige omzichtigheid gingen zij, die deze troepen macht aanvoerden, te werk. Eerst nadat alle militaire maatregelen, noodig voor de inneming en bezetting der stad, volgens een vast plan genomen waren, ging men er toe over Konstantinopel binnen te rukken. Van een kazerne werd de witte vlag geheschen, en toen de constitutioneele troepen haar bezetten wilden, werd ver raderlijk een salvo op hen afgegeven, zoodat zij moesten terugtrekken. Maar zij kwamen met versterking terug, en wisten zich van de kazerne meester te maken. Het verzet werd met geweer- en kanonnen- vuur gebroken. Het garnizoen gaf zich ten slotte op genade en ongenade over, werd ontwapend, en gevankelijk weg gevoerd. Vervolgens richtte men de kanonnen op Jlldis, een stad in de stad, waarin het versterkte paleis van den sultan gelegen is. De witte vlag werd geheschen, de lijfwacht van den sultan gaf zich over, en de toegangen tot het palels werden bezet. Een aan den Bosporus ge legen kanonneerboot belette een eventueele vlucht van den sultan. Een fetva van den Sjeich Oei Islam, één der hoogst geplaatste geestelijke waardigheidsbekleders, is ver schenen, waarbij sultan Abdoel Hamid II op grond van het door hem opgewekte oproer, ongeschikt om te regeeren wordt verklaard. Op die verklaring heeft de Nationale Vergadering in een geheime zitting de afzetting van den sultan uit gesproken, en Resjad Effendi, den oudsten broeder van den sultan, die den reeds gezegenden leeftijd van 65 jaar heeft bereikt, tot sultan uitgeroepen. De nieuwe sultan is door zijn broeder jaren lang in een paleis gevangen gehouden, zoodat het de groote vraag zal wezen, of hij voor zijn moeilijke taak in de gegevene kritieke omstandigheden zal opgewassen zijn. Honderd en één kanonschoten kondigden gisterennamiddag (Dinsdag) om half drie de troonswisseling aan. Over zee is hij onder het gedonder van het geschut naar Stamboel gegaan. Overal werd hij met militaire eerbewijzen ontvangen en door de bevolking allerwege toegejuicht. De Nationale Vergadering had een afvaardiging van twee volksvertegenwoordigers en twee senatoren gekozen om Abdoel Hamid kennis te geven van zijn afzetting. Deze heeft de afvaardiging op Jildis Kiosk ontvangen, en de mededeeling ter neer geslagen, maar gelaten In ontvangst genomen. Hij antwoordde, dat dit het noodlot was, en toonde bevreesd te zijn voor zijn leven. Het hoofd der afvaardiging antwoordde hierop, dat de natie borg staat voor zijn leven, waarop de sultan weer zeide„Men zegt soms, dat het leven geëerbiedigd zal worden, maar later verandert men van inzicht". Abdoel Hamid drukte den wensch uit het paleis te Tsjerahan te bewonen, waar sultan Monrad als gevangene geleefd heeft. Een andere afvaardiging heeft Resjad Effendi er mede in kennis gesteld, dat hij tot den troon geroepen is, en heeft hem In plechtigen optocht naar het Ministerie van Oorlog geleid. Wat zal men met den trouweloozen sultan aanvangen nu hq van den troon vervallen is verklaard? Zoolang hij vrij is, is hij een gevaar voor den constitutio neelen toestand, want het is zoo goed als zeker, dat de staatsgreep, waarbij honderden het leven verloren hebben, zijn heilloos werk is geweest. Zal men hem in een mooi paleis opsluiten, waar hij als een Luculles kan leven, en waar hij zich, evenals vroeger, aan de genietingen van het haremleven ten volle kan overgeven? Welke historische les kunnen de volkeren der aarde uit de jongste gebeurtenissen in het Turksche rijk putten Deze, dat men geen vertrouwen mag schenken aan hen, die op het altaar des vaderlands het onheilig twistvuur van het geloofsverschil brengen, en die, uitsluitend om de regeeringsmacht in handen te krijgen, het volk met godsdienstige leuzen misleiden. In Turkije heette het, dat de Islam in gevaar was. De reactie hief valschelijk die kreet aan, en de contra-revolutie zege vierde, gelukkig slechts voor een korte wijle. Maar in dien korten tijd stichtte zij groot onheil. In de Turksche provinciën werden toch op het bericht van haar zegepraal meer dan 5000 christelijke onderdanen vermoord. Russische troepen zijn Perzië binnen gerukt, onder voorwendsel natuurlijk de orde te herstellen, maar in waarheid om het rijk of een deel er van in te palmen. Het moest zich toch voor de verliezen in Mantsjoerije geleden eenigszins schadeloos stellen. De belegerde revolutionnairen in Tabrls, die, aan ontbering ten prooi, een waren heldenkamp voor de vrijheid voeren, hebben op het bericht van de Russische invasie aan den Shah te Teheran geseind, dat zij, nu het vaderland in gevaar is, bereid zijn zich te onderwerpen, teneinde gezamenlijk tegen den indringer te kunnen strijden. De Shah heeft last gegeven levensmiddelen door te laten, en is bereid aan zijn volk de constitutioneele instellingen te hergeven. Hij zal inzien, dat meer gevaar voor hem dreigt van zijn zoo- genaamden Russlschen vriend, dan van zijn constitutioneele tegenstanders. AMERIKA. Boven en beneden den Niagara-waterval is zóóveel ijs opgedrongen, dat de toestand werkelijk gevaarlijk begint te worden. Het stauje Lewiston, zeven mijlen van de monding van de Niagara In het Outario- meer, wordt door het opgestuwde water met overstrooming bedreigd. De rivier staat zóó hoog, dat men thans op het Ijs staande de Lewiston-brug kan raken, die anders 85 voet boven het normale rivier- niveau ligt. Men vreest, dat de brug zal worden vernield als het Ijs begint te kruien. Eveneens acht men de groote electrische centrale bedreigd. Aan de autoriteiten is het verzoek gedaan het Ijs voor de monding door middel van dynamiet te laten springen. De stad Cleveland in Ohio is Donderdag door een wervelwind ge teisterd, die slechts vijf minuten duurde, maar in dien korten tijd toch voor niet minder dan een millioen dollars schade aanrichtte en den dood van zeven menschen en de verwonding van ten minste wel zeventig anderen tengevolge had. SPANJE. Lissabon, 24 April. Tot nog toe werden 41 lijken gevonden onder de puinhoopen in het district Rybatejo. Nieuwe aardschok ken werden gevoeld te Santorem, om 12 uur 's nachts, twee, vier en zeven uur in den morgen. Om vijf uur werd een nieuwe aard schok gevoeld te Renavente en te Samora- corria en om één uur te Ajambuja. Opnieuw zijn zes lijken gevonden te Benavente. ITALIË. Te Florence heeft Zondag de 24-jarige Laschi eerst zijn aangebedene, de 50-jarlge markiezin Carmelita Defornari, en toen zich zelf doodgeschoten. Laschi, een rijke niets doener, was smoorlijk verliefd op de steeds nog als verwonderlijk schoon afgeschilderde markiezin, maar vond geen wederliefde. De jonge man trok zich dit ten slotte zóó aan, dat hij het voorwerp zijner min op de trap van haar woning opwachtte, toen zij met een vriendin uitging, en haar dood schoot. Vervolgens joeg hij zich zelf een kogel door de hersens. Napels, 27 April. Door een benzine ontploffing op een onderzeesche boot zijn 7 personen gedood en 13 gewond. TURKIJE. Alexandrette, 25 April. Op het oogen- btik is de toestand te Alexandrette vrij kalm. Meer in het binnenland hebben nog steeds moordpartijen op de Armeniërs plaats. Dortyal is ingesloten door de op standelingen. De Christenen zijn aldaar In gevaar. De commandanten der Italiaansche, Engelsche en Fransche schepen hebben gedaan gekregen, dat 400 man werden uitgezonden om Dortyal te ontzetten. Konstantinopel, 25 April. Een consulaire dépêche uit Balroet, dato heden, meldt, dat, volgens telegraphische berichten uit Lathakiesch, de Armenische plaats Kassei sedert gisteren in brand staat en dat de bevolking voor een deel vermoord is. Men verwacht te Bairoet de aankomst van Engelsche en Fransche oorlogsschepen. FRANKRIJK. Nizza, 25 April. De hertog van Genua arriveerde om halfzes en werd door presi dent Fallières ontvangen. De hertog bracht den president de groeten over van den koning van Italië en zeide, dat de koning hem had opgedragen, den president het collier van de orde van Annunciado ter hand te stellen. Fallières verzocht den hertog, den koning van Italië namens hem te bedanken. Fallières seinde aan den koning van Italië, dat hij het bewijs van vriendschap, hem gegeven door het verleenen van de Annunciado-orde, op zijn volle waarde wist te schatten. Aan het gala-dinerte Villefranche bracht president Fallières een toast uit, waarin hij zeide tot den hertog van Genua: Door Uwe Hoogheid de opdracht te ver leenen mij te komen begroeten, gaf de koning getuigenis van zijn vriendschappe lijke gevoelens. Ik verzoek u hem mijn levendigen dank te betuigen voor deze groote hoffelijkheid. Fallières hief zijn glas op ter eere van den koning en de koningin van Italië, die de geheele wereld eenigen tijd geleden In droevige omstandigheden ge legenheid heeft gehad te bewonderen voor hun edelen moed. Hij dronk vervolgens op den hertog van Genua, op de Italiaansche marine en het waarlijk groote land, dat door banden van vertrouwen en vriendschap met Frankrijk is verbonden. De hertog van Genua dankte voor deze zoo vriendelijke gevoelens, welke Fallières had uitgedrukt ten opzichte van Italië, den koning en de koningin. Hij hief zfln glas op ter eere van Fallières en dronk op de dappere Fran sche marine en de welvaart van Frankrijk. Fallières verzocht admiraal Boadoes Montes in een toast den koning van Spanje te bedanken voor de beminnelijke gedachte een oorlogsschip te zenden om hem te begroeten. De president verklaarde zich gelukkig In de zoo beminnelijke attentie een nieuw bewijs te zien van de voort durende vriendschap, die Spanje en Frank rijk verbindt. DUITSCHLAND. In geen jaren is de trek van Nederland- sche arbeiders naar Duitschland zóó sterk geweest als de laatste maanden. Behalve de uit Limburg komende brikkenbakkers en de polderwerkers uit Noord-Brabant en Zeeland, die grootendeels via Kalden- kirchen naar Duitschland gaan, komen er groote transporten arbeiders via Nieuwe- schans en Emmerik. De laatsten zijn het meeste turfgravers, die in de Oidenburgsche peelgronden volop werk vinden. Ook in het Rhurgebied zijn vele Hol- landsche arbeiders werkzaam. REL8IË. Brussel, 26 April. Met 20 tegen 18 stemmen heeft de Brusselsche gemeenteraad een besluit aaugenomen, waarbij de eerste Mei 1909 als feestdag wordt Ingesteld. De schoolkinderen en het personeel van die takken van dienst, waarbij het werk gestaakt kan worden zonder dat daardoor nadeel wordt toegebracht aan den geregelden gang der gemeentelijke bedrijven en administratie, krijgen vrijaf. De socialisten en progressisten stemden vóór het besluit, de katholieken en libe ralen tegen. NEDERLAND. Maastricht, 25 April. Ruim vijf jaren geleden werd in het kanton Gelsenkirchen, vlak bij de Hollandsche grenzen, een Duit- sche gendarm door wildstroopers doodge schoten. Vermoed werd dat Hollandsche wildstroopers aan dezen moord schuldig warendoch ondanks het strenge onderzoek kon de dader niet worden gearresteerd. Eenige dagen geleden werd te Eygels- hoven In de mijn Laura en Vereeniging onder den grond door eenige personen een gesprek gevoerd over dezen moord. Aangezien deze mijnarbeiders meenden, dat ze door niemand werden afgeluisterd, spra ken ze nogal vrij luid. Één der beambten (Stijger), die zich verdekt had opgesteld, om het werkvolk te controleeren, had echter alles gehoord en deed ter bevoegder plaatse aangifte van hetgeen hij vernomen had. Zutphen, 26 April. Een 25-jarig meisje, A. F., die de volgende week zou trouwen, is hedenmiddag bij het spoelen van goed in de Berkel gevallen. Dit riviertje stroomde heden buitengewoon snel, zoodat de onge lukkige in zeer korten tijd onder de zoo genaamde „Overwelving" geraakte en zij reddeloos verloren was. Wel waren haar nog een bezem en een raagbol toegestoken, maar die had het meisje niet meer kunnen grijpen. Een sergeant der koloniale reserve, Voigt, probeerde nog haar achterna te zwemmen, maar hij kon haar niet inhalen en geraakte zelf in levensgevaar. Het lijk is 's namid dags te 5 uur gevonden bij de sluis onder de Overwelving. Kampen. De weduwe van den de vorige week bij Lemmer omgekomen loods De Vries uit deze gemeente heeft van H. M. de Koningin een gift van f 50 ontvangen. Urk, 26 April. Na de Paaschdagen landde alhier een jong heerschap aan, dat zich als een rijke Australiër voordeed. Hij prefereerde een eenvoudig tehuis In een Urker gezin boven het hotelleven, kleedde zich geheel in 't Urker en had door zijn mildheid en joviaal optreden alras het vertrouwen gewonnen. Meermalen maakte de „rijke meneer" zijn brieven waren geadresseerd aan den heer Rouboffsky uilstapjes naar den vasten wal, al of niet in Urker costuum. Zoo zou de rijke Australiër ook Zaterdag weer van een reisje terugkeeren, doch meneer was te laat in Enkhuizen en seinde om hem met een botter te halenbij aan komst aldaar vernam zijn hospes echter, dat de „rijke" logeergast reeds door de politie was opgepakt, verdacht van diefstal. Toen dit alhier bekend was geworden, heeft de politie meneers koffer ook eens onderzocht, wat tot verrassende ontdekkin gen leidde. Gevonden werden o. a. enkele dassen met spelden, bezet met diamanten, zoo ook manchetknoopen en een broche met parels, benevens een gouden standaardje, waarin een meisjesportret. In een brief, Zaterdag van meneers broer uit Den Haag ontvangen, werd hem de ernstige raad gegeven, Urk direct te ver laten en naar Zuid-Frankrijk te vluchten. De politie was hem op 't spoor. En van daar geld over te zenden. De rijke Australiër blijkt een sluwe oplichter. De gevonden voorwerpen zijn vermoedelijk afkomstig van diefstal bij een juwelier te Londen en tevens moet de rijke dief bij een kort verblijf in Amerika t 75,000 verduisterd hebben. Het te gelde maken van het gestolene heeft de politie op 't spoor gebracht. Uit verschillende papieren is gebleken, dat de oplichter en diens broer zoons zijn van den hotelhouder K. te Ede. Terschelling, 25 April. Eenige dagen geleden hadden we in het gebouw „Ons Huis" een eigenaardige samenkomst; de negen overgebleven redders van het Italiaansche fregatschip „Fernando", op 23 November j.l. op onze kusten vergaan, waren met hunne vrouwen uitgenoodigd om van den heer A. P. Staalman te ver nemen het resultaat van zijn veelbesproken circulaire: „Zou weldadig Nederland zoo wreed zijn!" Eerst werd met een woord van waar deering voor betoonden heldenmoed aan. ieder der redders één banknoot van f 60 ter hand gesteld. Wat waren toen reeds deze menschen in hun nopjes, maar grooter werd de verbazing nog, toen de heer Staalmam hun een enveloppe ter hand stelde, die bij opening bleek in te houden één banknoot van f 100. De ver bazing was zelfs zóó groot, dat door sommigen ietwat verlegen gevraagd werd of ze wel echt was. Dat men in dankbare stemming heen ging, na een paar uur gezellig samenzijn, waarbij ook sommige notabele ingezetenen aanwezig waren, die zich bereid verklaard hadden giften voor dat doel te willen ontvangen en informatiën te willen ver strekken, laat zich denken. Ook werd nog aan vier andere personen, die zich bij het reddingswerk verdienstelijk hadden gemaakt, een gezamenlijk bedrag uitgekeerd van I 180, en aan de nagelaten betrekkingen der drie omgekomen roeiers,

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1909 | | pagina 1