ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Zaterdag 13 Maart 1909.
De kali ai in lamilie Der grassen.
Tweede Blad.
(Z ieri It zeesche
O o u r a n t).
BERICHT.
250,500,1000,3000 ol 5000 regels,
NIEUWSTIJDINGEN.
Vervolg van hel Verslag der bevindlogee
en handelingen van de Gezondheidscommissie
zeielende Ie Zierikzee.
ABONNEMENT.
De abonnementsprijs van dit blad, dat iederen
DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG verschijnt, is
voor Zierikzee f 1,30, voor alle andere plaatsen in
Nederland f 1,60 per 3 maanden.
Voor het buitenland, verzending eens per week, f 10
per jaar bij vooruitbetaling.
65ste JAARGANG. No. 8745.
Uitgever-Hoofdredacteurs A. FRANKEL.
Redacteurs J. WAALE.
AOVERTENTIËN.
Van 1—3 regels 30 ets., meerdere regels 10 ets.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
De inzending moet geschieden des Maandags-,
Woensdags- en Vrijdags-middags uiterlijk 2 ure.
Alle betalingen moeten geschieden bij den Directeurs A. I. DE LOOZE, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Het Kantoor is geopend eiken werkdag van 's morgens 9 tot 's avonds 9 ure.
liet Bureau van dit Blad (hoek Schuit
haven te Zierikzee) is eiken werkdag ge
opend van des voormiddags 9 - tot des
avonds 9 ure, tot het aannemen van ad-
vertentiën en abonnementen en het doen
van betalingen daarvoor. Het adverteerend
publiek wordt opmerkzaam gemaakt op
het voordeel, gelegen in het plaatsen van
advertentiën bij abonnement van
binnen het jaar te verbruiken. Het tarief
hiervoor is aan het Bureau verkrijgbaar,
en wordt ook op verzoek aan buiten de
stad wonenden gezonden.
De Directeur,
A. J. DE LOOZE.
Wij zullen over de kerkelijke twisten en
de daaruit ontstane onlusten, die gedurende
het Twaalfjarig Bestand zooveel onheil
over slad en land brachten, niet uilweiden,
maar kunnen deze toch niet geheel met
stilzwijgendheid voorbijgaan, omdat zij in
Amsterdam ontstaan en voornamelijk daar
gewoed hebben.
De te Amsterdam fungeerende predikant
Arminius, een groot geleerde, werd van
onrechtzinnigheid in de leer beschuldigd.
Benoemd tot hoogleeraar aan de universi
teit te Leiden verkondigde hij over de
praedestinatieleer denkbeelden, waartegen
Gomarus opkwam. Het kerkelijk krakeel
kreeg allengs een scherp karakter. De aan
hangers van Arminius werden Remonstran
ten, die van Gomarus de Contra-Remon
stranten genoemd. De Remonstranten werden
vervolgd en hunne godsdienstoefeningen
verboden, sedert de nationale synode te
Dordrecht hen in het ongelijk stelde. En
toen zij te Amsterdam in het geheim hunne
god sdienstigesamenkomsten hielden, werden
zij door het gemeen overvallen, en werd
alles, wat in het pakhuis, waarin de bijeen
komst gehouden werd, aanwezig was, kort
en klein geslagen, onder het geschreeuw:
„val aansla doodsla dood dien predikant,
dien scheurmaker". De overheid nam zelfs
drie Remonstrantsche predikanten gevangen,
en sloot hen in het tuchthuis op. Één van
deze, Sapma genaamd, wist op eigenaardige
wijze daaruit te ontvluchten. Zijn vrouw
met een dikken doek om haar kin, alsof zij
kiespijn had, en een kap op haar hoofd,
bracht hem in de gevangenis een bezoek.
Hij trok hierop de kleeren van zijn vrouw
aan, deed den doek om zijn kin, en de
kap op zijn hoofd, waardoor zijn aan
gezicht niet zichtbaar werd, en wist op die
wijze de waakzaamheid der bewaarders te
verschalken en de gevangeniste ontvluchten.
Door zijn toedoen, en met zijn hulp, wisten
later ook de twee andere gevangene
predikanten uit het tuchthuis te ontsnappen.
Prins Maurits, die de zijde van de Contra-
Remonstranten gekozen had, bezocht in 1618
twee malen Amsterdam. Op feestelijke wijze
werd hij ontvangen. Twintig vendelen
schutters en drie vendelen stadssoldaten
stonden op den Dam en langs het water
geschaard. De officieren waren met Oranje-
pluimen en Oranjesjerpen uitgedost. Terwijl
de met vlaggen getooide koopvaardij
schepen vuurden, en de trompetters het
„Wilhelmus van Nassauwen" bliezen, voer
de Prins onder het bulderen van het
geschut tot aan den Dam, alwaar hij over
een steiger, die met blauw laken bekleed
was, aan wal stapte en door de stedelijke
regeering werd welkom geheeten. Bij zijn
tweede bezoek in genoemd jaar verscheen
hij in de vergadering der Vroedschap,
verklarende gekomen te zijn „om volgens
„den last van de regeering des lands de
„36 raden te bedanken voor hunne dienst,
„en tevens te ontslaan van den eed, dien
„zij als Vroedschappen gedaan hadden,
„mitsgaders van den eed en het recht,
„hetwelk hun, als Schepen of Raad der
„stad, In het kiezen van burgemeesters
„toekwam". Wel trachtte de oud-burge
meester Hooft den Prins te bewegen den
Raad niet te bedanken, maar deze ant
woordde: „Bestevaar! 't moet nu voor
dezen tijd zoo zijn, de nood en dienst van
het land vereischen het". Hierop werden
de 36 raden van hun eed ontslagen en
bedankt, maar terstond met uitzondering
van zeven leden in hunne waardigheid
hersteld.
De handelingen van Prins Maurits, voor
namelijk de gevangenneming van Hugo de
Groot, Hoogerbeets en Ledeboer, en niet
het minst de onthoofding van 's lands
advocaat, Joan van Oldenbarneveld, op
den I5den Mei 1619 te 's-Gravenhage,
hadden in ons land veel kwaad bloed gezet,
en onder anderen ook de verontwaardiging
opgewekt van onzen geachten dichter
Joost van de Vondel, die in die terecht
stelling aanleiding vond een treurspel te
schrijven, dat getiteld „Palamedes of de
vermoorde onschuld", veel sensatie in die
dagen maakte, binnen weinige dagen was
uitverkocht, maar hem aan een gerechtelijke
vervolging blootstelde, die tengevolge had,
dat hij tot betaling van een boete ten
bedrage van f 300 veroordeeld werd. Door
een lid van de Amslerdamsche regeering
werd die boete betaald, daar Vondel zelf
onbemiddeld was. Vondel was in 1587 in
Keulen geboren, maar op prillen leeftijd
naar Amsterdam gekomen, alwaar hij
schitterend door zijn dichtersgaven, tot
aan zijn dood gewoond heeft. Toen hij
oud werd, verkreeg hij van de stedelijke
regeering een aanstelling als beambte bij
de Bank van Leening, heigeen hem jaar
lijks een inkomen van f 650 gaf. Gedurende
een tiental jaren bekleedde hij dien post.
In 1668 werd hij, met behoud der volle
jaarwedde als pensioen, eervol uit zijn
betrekking ontslagen. Nog elf jaren heeft
hij van de rust, die hem geschonken werd,
kunnen genieten, want Vondel stierf den
5den Februari 1679. Op zijn grafsteen is
in de Latijnsche taal een grafschrift ge
beiteld, dat vertaald aldus luidt:
Aanschouwer, dit 's de zark van Vondels graf,
[O neen:
Virgiel en Sophocles en Flaccus dekt dees
[steen.
Oun dit gebeente rust: trap met geen onbe-
scheid
Te stout op 't Graf, daar 't lijk van zulk
[een dichter lelt.
Dees plaats is heilig: treê terug, sta verder af,
(Hier ligt iets QoddelQks verborgen in dit graf).
En eer den Oude, eer, uit plicht, der Dichtren
[Zon,
Die 's allen door verstand en jaren overwon.
Aan de wreede vervolgingen, waaraan
de Remonstranten blootstonden, kwam onder
het bewind van Prins Frederik Hendrik
een einde. De Vroedschap van Amsterdam
verklaarde bij een resolutie van 3 September
1631dat de uitvoering der plakkaten
tegen de Remonstranten onbestaanbaar was
met de rust der stad. Zij verkregen door
de ophelfing van die plakkaten vrijheid
van eeredlenst en wisten in 1634 zelfs de
vergunning der stedelijke regeering te ver
krijgen voor de oprichting van een
Seminarium, dat, bedriegen wij ons niet,
nog ten huidigen dage bestaat.
Wij spraken hierboven van de Bank van
Leening. Deze was een stedelijke instelling,
die haar ontstaan te danken had aan de
omstandigheid, dat de Lomberden of Lom
baarden te hooge Intrest namen van het geld,
dat zij tegen het geven van panden, aan de
behoeftigen voorschoten. Die interest be
droeg jaarlijks meer dan 33 pCt. Den
naam Lomberd of Lombaard leidt men
hieruit af, dat zij, die zich met deze in
dustrie bezig hielden, Italianen waren, die
voornamelijk uit Lombardlje afkomstig
waren. Om hunne woekerpraktijken Ie
weren, stelde de stedelijke regeering de
Bank van Leening in, die tot veel lagere
interest panden beleende. De gebouwen
hiervoor werden op de Oostzijde Voor
burgwal gevestigd, waar zij nog voor het
zelfde doeleinde dienen. Op een blauwe
steen kan men de volgende dichtregelen
lezen van Balthazar Huijdecooper, schepen
van Amsterdam:
.Hebt gij noch geld noch goed? Ga deze
[deur voorbij.
.Hebt gij het laatste, en mist gij 't eerste?
|Kom bij mij:
.Geef goed, ik geef u geld. Waarom zoude
[Ik u borgen?
,Of is het niet genoeg, dat gij van 't mijne
[teert?
.Maar eischt ge uw pand terug, dan dient
|ge in tljds te zorgen,
.Dat mij mijn hoofdsom, met de renten weder-
keert.
.Zoo help ik u en mij; en toon aan de
[onderzoekers
.Van mijn geheimen 't graf des eervergeten
[woekers".
NEDERLAND.
Elburg, 11 Maart. Gisterenmiddag om
streeks halfvier zette door den Noord-
Oostenwind het ijs af. In een ommezien
verzamelden zich honderden nieuwsgierigen
aan de haven, want het leven van een
twaalftal flinke zeelieden stond op het
spel.
In allerijl maakten eenige visschers een
schuit zeilklaar, welke met veel moeite de
open zee bereikte. Het ging echter moei
lijk een ijsschots te bereiken.
De visscher Wijnbelt, een bekend figuur
onder de visschers, aanvaardde met een
z.g. kubbeboot het reddingswerk en mocht
niet alleen de voldoening smaken de ijs
schots te bereiken, die met een kolossale
snelheid wegdreef, maar redde ook zijn
makkers.
Gouda, 10 Maart. Gisterenochtend heeft
ten huize van den sigarenmaker J. den Os,
aan de Karnemelksloot, een treurig ongeluk
plaats gehad.
Het 7-jarig zoontje kwam in zijn nacht-
kleerljes te dicht bij de gloeiende kachel,
zoodat hij in een minimum van tijd geheel
in vlammen stond. De vader, op het hulp
geschrei van zijn kind toegeschoten, doofde
de vlammen met een in der haast gegrepen
wollen deken. Het jongetje had echter
reeds zeer ernstige brandwonden aan de
beenen en het onderlijf bekomen. Direct
werd geneeskundige hulp ingeroepen en
het jongetje voorloopig aan huis behandeld.
Dr. Rups achtte echter overbrenging
naar het gasthuis noodzakelijk en het
ongelukkige ventje werd dan ook heden
middag daarheen vervoerd.
Bij het dooven van de vlammen vatlen
ook de kleederen van den vader vlam en
kreeg deze brandwonden aan de handen,
doch niet van zóó ernsligen aard, dat hij
zijn werk er om moet onderbreken.
's-Gravenhage, 10 Maart. Sinds een
paar dagen misten de buren een oud
vrouwlje, bewoonster van één der bekende
kleine huisjes aan het Hooge Zand.
Men waarschuwde de politie. Toen deze
door inklimming aan de achterzijde van
het huisje in de woning kwam, vond men
de oude vrouw dood op den grond liggen,
met brandwonden overdekt.
Ook in de kamer werden sporen van
brand ontdekt, zoodat vermoed wordt,
dat de vrouw op de een of andere wijze
in brand is geraakt, maar door den rook
bewusteloos geworden, niet om hulp heeft
kunnen roepen.
In den afgeloopen nacht is alhier
ingebroken bij de firma J. H. Varenkamp
Zoon, aan de Groenmarkt in de on
middellijke nabijheid van het politie-bureau.
De vrij zware brandkast in het kantoor
werd gekanteld en in één der zijwanden
van de kast een gat geboord, dat echter
niet groot genoeg was om de in de brand
kast bevindende waaide daaruit te halen.
Ware dit wel gelukt, dan nog zou de dief
of de dieven slechts eenig zilvergeld ge
vonden hebben, daar de firmanten gewoon
zijn, 's avonds de papieren van waarde
mee naar huis te nemen. Uit het kasregister
in den winkel was het geld weggenomen;
verder waren een paar lessenaars in het
kantoor opengemaakt en het daarin aan
wezige geld voor goeden prijs verklaard.
Het losse kopergeld was blijkbaar niet
naar de gading der dieven, want dit hebben
zij onaangeroerd gelaten. In het geheel
is ongeveer f 20 aan specie gestolen.
De firma is tegen inbraak verzekerd.
Dordrecht, 10 Maart. De vorige week
is hier door de politie de hand gelegd op
Wilhelm Ernst Lamberly, geboren te Saksen.
Genoemde heer had zich eenigen tijd
geleden, met zijn broer Paul, te dezer stede
gevestigd. Belden gaven zich uit voor
leden van de firma Gebr. Lamberly, eige
naars eener fabriek van chemische pro
ducten „Rhenania" aldaar.
Sedert eenige dagen kwamen herhaaldelijk
klachten bij de politie en justitie in, daar
de firma zich aan groote oplichterij scheen
schuldig te maken. Uit het ingesteld
onderzoek is gebleken, dat de klachten
gegrond waren.
Genoemde heeren bleken te Antwerpen
reusachtige zaken te doen. Onder den
naam van chemische fabriek „Rhenania"
plaatsten zij in bladen in Duitschland,
Oostenrijk-Hongarije en laatst ook in
Rusland groote advertenties van een artikel
„Orcolin", dat, aan petroleum toegevoegd,
deze een bizonder heldere vlam gaf, wat
nader in fraaie reclameprenten werd aan
getoond. Het publiek werd in die adver
tenties verlokt een proefbusje te bestellen
voor 65 cents, bij vooruitbetaling te voldoen.
Werkelijk ontving men dan een preparaat
dat aan het doel scheen te beantwoorden.
Maar tevens kregen de bestellers de
aanbieding om zich met den alleenverkoop
van het artikel, binnen een door hen zelf
te bepalen rayon, te belasten. Als volstrekte
voorwaarde werd hun dan gesteld minstens
honderd busjes voor een bedrag van
ongeveer f 10 te bestellen, de kosten bij
vooruitbetaling in postwissel te voldoen.
Door de goede proefzending en de mooie
verdienste verlokt, liepen honderden erin
en deden de bestelling, maar voor hun
geld ontvingen zij óf niets óf een waar
deloos bocht, terwijl klachten daarover
onbeantwoord bleven.
Als een bewijs, hoe groot de oplichterij
was, kan dienen dat alleen in de maand
Februari j I. voor een bedrag van ongeveer
twaalf duizend gulden aan postwissels aan
het postkantoor te Dordrecht aan Lamberty
werd uitbetaald, terwijl hij bovendien in
'3 a 4 dagen voor f 50 a f 60 aan post
zegels voor monsterzendingen ontving.
Dinsdagmorgen kwam Lamberly weer
van Antwerpen naar Dordrecht, voorzien
van een aantal voor voldaan geteekende
postwissels voor een bedrag van circa
f 600, maar hij kreeg geen kans om die
te ontvangen, want hij weftl aan het station
gearresteerd.
Zijn broer wordt nog door de politie
gezocht.
Dintetoord, II Maart. Dlndsdag, 9
dezer, trad lil de zaal van mejuffrouw
de wed. Vlamings alhier de heer Den
Hartog, advocaat te Bergen-op-Zoom, op,
ter toelichting van het Arbeidscontract,
daartoe uitgenoodigd door de landbouw-
vereenlging „Landbouwbelang". De voor
zitter, de heer P. Sneep, opende te 5 uur
de vergadering, waarna de hooggeachte
inleider aan het woord kwam. Op duidelijke
wijze heeft hij licht verspreid over wat
voor velen nog duister was, op de vele
gestelde vragen, welke door enkelen na
de inleiding nog wérden gesteld, werd
een afdoend en helder antwoord verkregen,
zoodat de opgekomenen bij het sluiten
der vergadering er over voldaan waren,
dat op zoo'n practische wijze aan hunne
wenschen was voldaan.
De openbare school in Eikerzee vol
doet niet aan de eischen. De reeds meer
malen geuite bezwaren, als aanwezigheid
van een steenen vloer en van een kleeren-
bergplaats in de leslokalen, en het ont
breken van drink- en waschwater, waren
nog geheel van kracht.
De openbare school in Ellemeet is door
de verbouwing veel verbeterd. De venti
latie en de verlichting in één der lokalen
lieten te wenschen over. Ook is er voor
de leerlingen geen gelegenheid om te
drinken of de handen te wasschen.
De openbare school in Haamstede Is
afdoende verbeterd.
De openbare school in Kerkwerve is
in verschillende opzichten in beteren staat
dan vroeger.
In Nieuwérkerk is de verlichting aan
merkelijk verbeterd. Alleen ontbreekt er
drinkwater. In het gemis er van voorziet
het hoofd der school.
In Noordgouwe lieten inrichting en
reinheid der privaten te wenschen over.
invoering van het tonnenstelsel en door
trekking der gang met verplaatsing der
privaten naar de buitenzijde der school
kunnen hierin groote verbetering brengen.
Tegen de school In Noordwelle heeft
de commissie verschillende bezwaren.
De school in Ouwerkerk is ten deele
slecht verlicht, terwijl drink- en wasch
water ontbreken. Bij behoefte daaraan
voorziet hierin het hoofd der school.
In Serooskerke wordt de bouw eener
nieuwe school overwogen.
De gebreken aan de beide scholen te
St.-Philipsland zijn niet weggenomen.
Daarom werd wederom een schrijven tot
het gemeentebestuur gericht, waarin op
het aanbrengen der door de Commissie
voorgestelde verbeteringen werd aange
drongen.
Twaalf bewaarscholen, verdeeld over 9
gemeenten, werden door de Commissie
onderzocht.
Tegen de gemeentelijke bewaarschool
In Brouwershaven Is de voornaamste grief
de onvoldoende quallteit van het drink
water.
De particuliere bewaarschool in Bruinisse
gaf aanleiding tot de volgende beden
kingen de onvoldoende reiniging en be
sprenkeling van den vloer, de afwezigheid
van lendeleuningen bij een gedeelte der
banken, welke alle even groot waren,
zoodat geen rekening was gehouden met
de verschillende grootte der kinderen, en
ten slotte het feit, dat voor 50 kinderen
slechts één privaat aanwezig was, wat
vooral in het koude jaargetijde tot minder
wenschelijke gevolgen aanleiding kan
geven. Het drinkwater was ook hier
onvoldoende.
In Drelschor was de verlichting van één
der lokalen van de gemeentebewaarschool
onvoldoende. Ook de ventilatie was niet
goed. Ook Is de aanwezigheid van een
althans ten deele steenen vloer niet
gewenscht.
Voorts waren de banken te groot voor
de kinderen, terwijl geen drinkwater voor
handen was.
Het drinkwater in de gemeentebewaar
school te Haamstede is beslist slecht,
terwijl ook de banken hier even-groot
waren.
De bewaarschool te Nleuwerkerk bevat
2 lokalen, die te klein waren in ver
houding tot het aantal kinderen, die er
gebruik van maken. De banken waren
ten deele niet voorzien van lendeleuningen
en alle even groot. Reiniging en be
sprenkeling van den vloer liet veel te
wenschen over. Het drinkwater uit den
regenbak was er beslist slecht.
Eén der lokalen van de bewaarschool
te Oosterland is te klein. Verlichting en
ventilatie waren onvoldoende.
De inrichting der banken, die allen even
groot waren, onvoldoende ventilatie, zijn
de hoofdgrieven tegen de particuliere
bewaarschool te Ouwerkerk. Bovendien
onvoldoende verlichting en slecht drink
water.
Zierikzee. 1. De particuliere bewaar
school voor minvermogenden. Ventilatie
is niet goed, de banken hadden voor een
deel geen lendeleuningen en slechts één
privaat voor 150 leerlingen.
II. De particuliere burger-bewaarschool.
Lendeleuningen ontbreken hier, ventilatie
en verlichting lieten te wenschen over.
III. Roomsch-Katholieke bewaarschool.
De banken zijn van een verouderd systeem,
terwijl zij bovendien alle even groot zijn.
De ventilatie veroorzaakt tochL Hier ont
breekt elk privaat. Overigens voldoet zg
ruimschoots aan de uit een sanitair oog
punt te stellen eischen.
IV. De bewaarschool der vereeniging
voor Christelijk Onderwijs is in vele op
zichten beslist onvoldoende. De lokalen
zijn laag en slecht verlicht. De ventilatie
is onvoldoende. In één der lokalen ver
keerde de vloer In slechten staat. De
privaten en urinoirs zijn buiten het ge
bouw gelegen. Het drinkwater is van
onvoldoende qualiteit. Ten slotte trof haar
de lage ligging der schoollokalen, welke
zich in een sous-terrain bevinden, en
komt haar de benaming „kelder", waar
mede zij deze inrichting hoorde betitelen,
alleszins juist voor. De commissie acht,
daar deze bewaarschool aan de eischen,
die uit een saniteits-oogpunt gesteld
worden, niet voldoet, afkeuring van haar
zeer wenschelijk.
De particuliere bewaarschool te Zonne-
malre bevat 2 lokalen, waarvan één te
klein is voor het aantal leerlingen. De
schoolbanken waren ten deele niet voor
zien van lendeleuningen. Ten slotte bezit
de school geen drinkwater.
Wanneer door de bemesting de een of
andere voedingsstof in den bodem ge
bracht wordt, houdt de grond deze stof
niet altijd bewaard, totdat zij door de
plantenwortels wordt opgenomen. Slechts
enkele stoffen blijven gedurende langen
tijd in den bodem. Zij worden, zooals
men dat noemt, door den grond geabsor-