ADHERTENTIEN.
eenigen met een verhooging voor dén dienst
der onderwijzers met 25 en meer jaren.
De heer Rijnberg vraagt hoe het komt
dat de onderwijzers met 25 dienstjaren
verhooging hebben verzocht en niet de
jongere.
De voorzitter antwoordt hierop, dat de
oudste, volgens de wet, op geen verhooging
meer aanspraak kunnen maken en dat
eenige verhooging natuurlijk direct van
invloed is op eventueel pensioen.
De heer A. Kloet vraagt: „Wat dringt
ons nu om die tractementen te verhoogen.
De aanvragers hebben flinke tractementen
en zijn niet onbemiddeld; de nood dringt
ons er niet toe".
De heer W. Kloet gaat accoord met
A. Kloet.
De heer Rijnberg is van oordeel, dat
vooral de jongste onderwijzers te weinig
genieten en is derhalve vóór verhooging
van deze; ook zou hij genegen zijn mede
te werken tot verhooging der jaarwedden
van adressanten onder voorwaarde, dat zij
zich wilden verplichten tot het geven van
een uur les ieder des Zaterdag aan leer
lingen, die zich wenschen te bekwamen
om op de voorbereidende klasse der
Normaalschool geplaatst te worden.
De Jieer M. Groenewege merkt op, als
de heer Rijnberg wil dat de jonge onder
wijzers verhoogd worden, hij (Groenewege)
dan van meening is, dat allen verhoogd
dienen te worden.
De heer J. Hage zegt niet mee te kunnen
werken aan betaling door de gemeente van
pensioens-premiewel is hij voor ver
hooging der jaarwedden.
De voorzitter de sprekers beantwoor
dende zegt, dat de gemeente niet kan
gedwongen worden de jaarwedden te
verhoogen; eene geruststelling voor de
heeren Kloet.
Den heer Rijnberg wordt opgemerkt, dat
tractements-verhooging met daaraan ver
bonden voorwaarden als deze wel niet
door Gedep. Staten zal goedgekeurd worden.
De heer Rijnberg vraagt, of er dan geen
mogelijkheid zou bestaan eene jaarlijksche
verhooging van f 50 toe te kennen als
gratificatie.
De heer Bastiaanse betuigt hiermede
instemming.
De voorzitter meent, dat Gedep. Staten
hiertegen geen bezwaar zullen hebben.
Het eind-resultaat van al die besprekingen
is, dat de jaarwedden der onderwijzers
met 1 tot 3 dienstjaren met f 50 worden
verhoogd en dat de onderwijzers met meer
dan 20 dienstjaren een gratificatie van
f 50 's jaars zullen ontvangen, onder ge
noemde voorwaarde.
De heeren Kloet verklaarden zich tegen
beide voorstellen.
Alsnu was aan de orde of ook de help
sters in de bewaarschool eenige verhooging
zullen krijgen.
De heer A. Kloet was ook hier tegen,
doch de zes andere heeren waren over
tuigd, dat die loontjes zoo laag waren, dat
eenige verbetering dringend noodig was.
Het aanvangs-salaris is nu bepaald op
f 60 met 4 verhoogingen van f 10 per
jaar tot een maximum van f 100.
Besloten wordt verder op grond eener
bedenking van den heer Rijnberg te doen
vervallen den post: Jaarwedde van den
vasten arbeider ad f 200, op grond hiervan,
dat feitelijk geen vaste arbeider bestaat,
en de persoon hier bedoeld buitendien
ook nog apart betaald wordt voor ander
werk.
De voorzitter merkte bij de bespreking
van deze zaak op, dat deze post er inge
bracht is om te voorkomen, dat een te
groot getal bevelschriften tot betaling in
de rekening worden gebracht.
De f 200 zullen nu gebracht worden
op: onderhoud van het rioolstelsel en
deze post derhalve met dat bedrag worden
verhoogd.
Verder wenschte de heer Rijnberg eene
verhooging van de raming van den post:
Veerlegging van goederen op gemeente
grond. Hiervoor is f 30 geraamd en in
1907 bracht dit f 260 op.
De voorzitter merkt hieromtrent op, dat
die inkomsten zeer 'wisselvallig zijn en
het wel eens voorgekomen is, dat het
maar f 60 opbracht en in ieder geval de
ontvangsten door den gemeente-ontvanger
worden geïnd en verantwoord. De post
blijft gehandhaafd.
De begrooting wordt hierna met 6 tegen
1 stem vastgesteld op een bedrag van
f 22019,095 in ontvang en uitgaaf. Tegen
de heer W. Kloet uit gemoedsbezwaren.
De heer Kloet kan n.l. zijn stem niet
geven aan de verzekering tegen brand
schade van de gemeente-gebouwen en
hiervoor komen natuurlijk op de begrooting
ook gelden voor.
Al wees de voorzitter er ook op, dat
krachtens de wet de gemeente-gebouwen
moeten verzekerd zijn, tenzij de raadsleden
zich bij acte mochten verbinden de schade
bij eventueele rampen voor eigen rekening
te nemen, het mocht niet baten, de heer
Kloet stemde tegen.
Bij het nazien der begrooting door de
commissie, was door den heer Rijnberg in
herinnering gebracht, dat in eene vroegere
raadsvergadering door den voorzitter toe
zegging was gedaan, dat Burgem. en Weth.
zouden nagaan de mogelijkheid van het
aanstellen van lijkdragers door de gemeente.
De voorzitter, dit punt thans besprekende,
zegt, dat blijkens het gemiddelde sterfte
cijfer over de laatste 4 jaren noodig zouden
zijn 320 personen, gerekend ad f 0,75 per
man, dit een uitgaaf zou vorderen van
f 240 k f 250. Dit bedrag zou door een
belasting-verordening moeten gevonden
worden, waarvan het twijfelachtig zou zijn
of de regeering die zou goedkeuren. In
elk geval is de familie der overledene
volgens de wet verplicht zijn bloedver
wanten te begraven en slechts bij onwil
daartoe, wat nooit voorkomt, is de gemeente
verplicht op te treden.
Na verdere discussie, waaraan door ieder
zoowat werd deelgenomen, werd de vraag
of er van wege de gemeente vaste lijk
dragers zullen aangesteld worden met 6
tegen 1 stem ontkennend beantwoord. De
heer Rijnberg stemde vóór.
De voorzitter deelt verder mede, van den
Bond van Staatspensionneering een adres
ontvangen te hebben, behelzende een ver
zoek aan den raad om adhaesie te hechten
aan een adres dier vereeniging, gericht
aan H. M. de Koningin, om spoedig bij
de regeering een wetsontwerp aanhangig
te maken, waarbij aan alle Nederlanders
het recht wordt toegekend op een staats
pensioen. De voorzitter zegt het wensche-
lijk te achten, dat pensioen aan alle
Nederlanders kon worden verstrekt en zou
een minder pensioen verkiezen boven een
meerdere uitkeering uit de armenkas. Bij
de bespreking blijkt, dat de meerderheid
dit gevoelen deelt, en er wordt dan ook
met 6 tegen 1 stem besloten een adres
van adhaesie in te zendende heer
A. Kloet stemde tegen.
Ten slotte deelt de voorzitter mede, dat
de schietvereeniging alhier verzocht heeft
gebruik te mogen maken van een gemeente
lokaal of gedeelte daarvan, tot het houden
van oefeningen met de buks, met zoo
genaamde margapatronen. Dit zijn geheel
gevaarlooze patronen. Met algemeene
stemmen wordt hiervoor disponibel gesteld,
hetzij de gang der openbare school, hetzij
de voorzaal van het gemeentehuis, onder
bepaling, dat schade enz. blijft voor
rekening der vereeniging.
Hierna sluit de voorzitter de vergadering.
Ingezonden Mededeelingen.
(Onder verantwoordelijkheid van den Inzender).
Van 1-5 regels 11,—elke regel meer 10,20.
Menigeen in Zierikzee lijdt, en kan genezen
worden zooals deze Vlissinger.
De heer J. Ossel, Lange Zelke 136 E te
Vlisslngen, meldt ons: Sedert ruim drie jaren
klaagde ik over de nieren, ik had steeds verschrik
kelijke pijn in den rug en in de lendenen en was
immer aangedaan met een door en door vermoeid,
afgemat gevoel, hetgeen zich reeds 's morgens
bij het opstaan openbaarde. Mijn eetlust was
zeer verminderd en ik was zeer neerslachtig en
moedeloos, toen men mij opmerkzaam maakte op
Foster's Rugpijn Nierenpillen. Op aanraden van
een vriend begon ik deze onmiddellijk In te nemen,
en dit was mijn geluk, want na een paar dagen
gevoelde ik reeds dat ik opknapte en veertien
dagen later was de pijn geheel en al verdwenen.
Uit erkentelijkheid zal ik steeds gaarne de uit
stekende hoedanigheden van uw pillen bekend
maken en ik geloof, dat ik daardoor tevens velen
nierlijders een dienst bewijs.
Ik ondergeteekende verklaar dat het boven
staande waar is en machtig u het publiek te
maken op elke wijze die u goeddunkt.
Waarschuwing. De lezers van dit blad worden
in hun eigen belang ernstig gewaarschuwd,
wanneer zij Foster's Rugpijn Nierenpillen koopen,
om slechts die te verlangen en geen andere.
Ze zijn te Zierikzee verkrggbaar b| den Heer
M. S. Polak, gedlpl. Drogist, en te Tholen
bfl den Heer W. Potter, Bilaal Apotheek
„Coronoe", Stoofstraat. Toezending geschiedt
franco na ontvangst van postwissel I 11,75 voor
één of f 10,— voor 6 dooien.
RECHTSZAKEN.
Voor de vierde kamer der rechtbank te
Amsterdam stond Donderdag terecht een
36-jarige man, vroeger kantoorbediende,
die echter zijn betrekking kwijt raakte,
omdat hij in dienst moest. Hij werd
daarop declamator en bracht in verschillende
plaatsen van ons land dramatische scènes
op de planken, doch dat werk moest hij
laten varen, wijl het geen geld genoeg
opbracht. Vervolgens trachtte hij als
werkman zijn brood te verdienen; hij
werd magazijnknecht, maar door ziekte
geraakte hij buiten betrekking. Van dat
oogenblik af werd het een tobben en
sukkelen, dat beklaagde er moedeloos
onder werd. Hij nam ergens een kleinigheid
weg, gaf zich zelf bij de politie aan en
werd tot 2 maanden gevangenisstraf ver
oordeeld. Die straf onderging hij en
nauwelijks uit de gevangenis ontslagen
met een uitgangskas, die echter te klein
was om er kleeren voor te koopen,
waaraan hij behoefte had, maakte hij
zich op 28 Juni wederom schuldig
aan diefstal, thans van een handkar, die
hij op het Spui vond staan. Ook nu gaf
hij zich zelf wederom bij de politie aan.
Beklaagde bekende volledig en gaf een
omstandig verhaal van zijn ongelukkig leven.
President mr. Meinesz: „Heb je heelemaal
niemand, die u helpen wil
Bekl.„Ik zou niet weten wie".
Het O. M., mr. Peereboom, rekening
houdende met de omstandigheden, eischte
6 maanden gevangenisstraf. Beklaagde kan
dan tegen het voorjaar uit de gevangenis
ontslagen worden.
Mr. Van Hamel Jr., toegevoegd verdediger,
vond weinig in dit geval te zeggen. We
hebben hier een beklaagde, die zich zelf
bij de politie heeft aangegeven, nadat hij
een paar dagen te voren zich ook
aangegeven had; een beklaagde, die tot
zijn verdediger zegt„laat mij maar liever
gaan naar een rijks-werkinrichting", wat
echter voor dit misdrijf niet mogelijk is;
een beklaagde, die aan het O. M. een
brief schrijft, waarin hij verzoekt om een
zware straf van eenige maanden; kortom,
een beklaagde bij wien alles is de
omgekeerde wereld, en naar aanleiding
van wiens zaak, gehoord ook de clemente
eisch van het O. M., men zich afvraagt
of hier de rechtspleging nog wel in haar
voegen staat. Pleiter hoopt, dat deze
beklaagde, die maar niet op slag kan
komen, nadat hij zijn straf heeft uitgezeten,
zich den naam en het adres van zijn
verdediger zal herinneren. Hij hoopt dan
alles voor hem te doen wat mogelijk is.
8 October a.s. uitspraak.
Koninklijke Vlaggen.
Bij Kon. besluit zijn verschillende wijzi
gingen gebracht in de vlag van H. M. de
Koningin en in de onderscheidingsvlaggen
voor de bestaande leden van het Konink
lijke Huis.
De door H. M. te voeren vlag is een
vierkante vlag van Oranjekleur, in vier
vakken verdeeld door een over het midden
geplaatst staand vierarmig kruis van
Nassau's blauw, ter breedte van van
de zijden van de vlag, met in het midden
van het kruis het Kon. wapen, zooals dit
is vastgesteld bij art. 1 van het Kon. be
sluit van 10 Juli 1907, Staatsblad no. 181
het schild gedekt door de Kon. Kroon en
omhangen door de versierselen (lint met
ordeteeken) van het Grootkruis der Militaire
Willemsorde; de boven- en onderzijde van
het wapenschild liggende in de lijnen der
boven- en onderzijde van den horizontalen
arm van het kruis; voorts in het midden
van elk der vier door het kruis gevormde
oranjevakken een jachthoorn van azuur,
gesnoerd en geopend van keel, beslagen
met zilver (oranje).
De door H. K. H. de Vorstin-Weduwe
zu Wied, Prinses van Oranje-Nassau te
voeren vlag is een langwerpige vlag van
oranjekleur, waarvan de hoogte {j- van de
lengte bedraagt, driehoekig uitgesneden
over van de lengte van de vlag, in vier
vakken verdeeld door een staand vier
armig kruis van Nassau's blauw, ter breedte
van l van de hoogte der vlag, het midden
van het kruis liggende op van de lengte
der vlag, gerekend van de broekzijde, in
het midden van het kruis een medaillon
van oranjekleur, ter middellijn van j30 van
de lengte van de vlag, waarop geplaatst
het wapen, zooals hierboven aangegeven,
gedekt door de Kon. Kroon; in elk van
de oranjevakken, gelegen aan de broek
zijde van de vlag, een hoorn, als boven
omschreven.
De door de Koningin-Moeder te voeren
vlag is een langwerpige vlag van oranje
kleur, waarvan de hoogte van de lengte
bedraagt, driehoekig uitgesneden over
der lengte van de vlag; in vier vakken
verdeeld door een staand vierarmig kruis
van Nassau's blauw, ter breedte van van
de hoogte der vlag, het midden van het
kruis liggende op W van de lengte der
vlag, gerekend van de broekzijde, in het
midden van het kruis een medaillon van
oranjekleur, ter middellijn van van de
lengte der vlag, waarop geplaatst het
Kon. wapen, zooals dit is vastgesteld bij
art. 1 van het Kon. besluit van 10 Juli
1907, Staatsblad no. 181het schild ge
dekt door de Kon. Kroon; in elk der vier
door het kruis gevormde oranjevakken een
jachthoorn van azuur, gesnoerd en geopend
van keel, beslagen met zilver (oranje).
De door Z. K. H. den Prins der Neder
landen, Hertog van Mecklenburg te voeren
vlag is een langwerpige vlag van Mccklen-
burgsch blauwe kleur, waarvan de hoogte
der lengte bedraagt; in vier vakken
verdeeld door een over het midden
geplaatst staand vierarmig kruis van Oranje
kleur, ter breedte van van de hoogte
der vlag; in het midden van het kruis
het Kon. wapen, zooals dit is vastgesteld
bij art. 1 van het Kon. besluit van 10 Juli
1907, Staatsblad no. 181 het schild gedekt
door de Kon. Kroonde boven- en onder
zijde van het wapenschild liggende in de
lijnen der boven- en onderzijde van den
horizontalen arm van het kruis; in het
bovenste blauwe vak aan de broekzijde
en in het daartegenover liggend onderste
blauwe vak een klimmende rechtsgewende
leeuw van goud, gekroond met een kroon
van drie bladen en twee parelpunten van
hetzelfde, getongd en genageld van keel,
in den rechter voorklauw opgeheven
houdende in schuin-linkschen stand een
ontbloot Romeinsch zwaard van zilver,
met gevest van goud en in den linker
een bundel van zeven pijlen van zilver,
met punten van goud, de punten omhoog,
en de pijlen te zamen gebonden met een
lint van goud (Nederland).
In het onderste blauwe vak aan de
broekzijde en in het daartegenover liggend
bovenste vak een klimmende rechtsgewende
griffioen van goud, ongekroond, getongd
van keel, genageld van goud (Mecklenburg).
RIJKSPOSTSPAARBANK.
De ruchtbaar geworden strafbare hande
lingen, door enkele brievengaarders onlangs
gepleegd, zijn o. a. mogelijk gemaakt óf
tengevolge van het aan hen in bewaring
geven van spaarbankboekjesóf door
onvoldoend of geheel ontbroken toezicht
van de zijde der inleggers op de inschrij
vingen, in hunne boekjes gedaan.
Dit blind vertrouwen op eerlijkheid en
nauwgezetheid, hetwelk zoo zeer werd
beschaamd, geeft aanleiding er bij de
inleggers met klem op aan te dringen,
dat zij:
1°. hunne spaarbankboekjes zelf in be
waring houden;
2°. zich vergewissen, vóór zij het post
kantoor verlaten, van de juistheid der
inschrijvingen, in hunne boekjes ver
meld;
3°. geene quitantie-formulieren in blanco
onderteekenen, of met andere woorden,
dat zij hunne handteekening op zulk
een stuk niet stellen, vóórdat het
behoorlijk is ingevuld en nagezien;
4°. wanneer de kennisgevingen wegens
een inleg van f 25 en hooger niet
binnen 14 dagen worden ontvangen,
daarvan den Directeur der Rijkspost
spaarbank dadelijk verwittigen;
5°. hunne boekjes eenmaal 's jaars tot
het doen bijschrijven der rente en
ter vergelijking met zijne boekhouding
aan den Directeur der Rijkspostspaar
bank opzenden, waartoe gebruik kan
worden gemaakt van omslagen met
gedrukt adres, kosteloos aan de
kantoren der posterijen verkrijgbaar.
Wanneer zij deze raadgevingen niet
opvolgen, loopen zij gevaar voor eigen
zorgeloosheid te boeten.
Wel waarborgt de Staat onvoorwaardelijk
de betaling van hetgeen op rijkspostspaar
bank-boekjes rechtmatig verschuldigd is;
doch wanneer men gelijk reeds ge
schiedde zich tevreden stelt met de
aanneming van eene quitantie voor eene
gedane storting, zonder meer, d. 1., genoegen
neemt met zoodanig bewijsstuk, zonder een
boekje te vorderen, niet let op de, in die
boekjes gedane, inschrijvingen, dan heeft
men het aan zich zeiven te wijten, indien
geldelijk verlies daarvan het gevolg mocht
zijn.
Volgens het wettelijk voorschrift, den
spaarbankdienst betreffende, moeten alle
inlagen en terugbetalingen in een spaar
bankboekje worden ingeschreven en door
den dienstdoenden postambtenaar met
zijne handteekening worden bekrachtigd,
voorts met den afdruk van zijn kantoor
stempel worden gewaarmerkt.
Men zie dus goed toe, of de vorde
ring op de Rijkspostspaarbank aldus
deugdelijk is vastgesteld.
Geef, zoo roepen wij den inlegger toe,
aan uw spaarbankboekje eene even veilige
bergplaats als aan uw geld; immers het
bevat den sleutel tot uwe brandkast, het
middel om over uwe spaarpenningen te
beschikken.
Als ge de hiervóór gegeven wenken
opvolgt, worden onregelmatigheden on
mogelijk gemaakt, bemoeilijkt of spoedig
ontdekt en behoedt gij u zelf voor mogelijke
schade. v
Amsterdam, 18 September 1908.
De Onder-Directeur,
waarnd. Directeur der Rijkspostspaarbank,
du B O IS.
P.S. In het belang der zaak, welke het
hier geldt, worden de dagbladen„en vooral
de locale bladen ten plattelande, beleefdelijk
verzocht, dit stuk over te nemen.
TELEGRAMMEN.
Rotterdam, 28 September.
GRANEN. Buitenlandsche, stil. Meel
f 13{j, kalm. Binnenl. Tarwe, f 9 k
f 10,75. - Rogge, f 6,10 k f 6,50. -
Haver, f 6,75 k f 7,90. Wintergerst,
f 8,50 k f9.— Zomergerst, f 8,50 k f 9.
Chevaliergerst, f 9,60 k f 10. Witte
Boonenf 10 k f 11. Bruine Boonen,
f 9,50 k f 10,40. Erwten, f 9,25 A f 10.
Maïsf 176. Kanariezaad, f 6,75 a
f 7,75. Lijnzaad, Kluitzaad, f 8,50 k
f 9,50; Bolzaad f 10,50.
Vlas. Aanvoer 1800 steen Groninger,
37 stuivers; 36 steen geel, 42 stuivers;
270 steen wit, 30 a 32 stuivers.
AardappelenRedelijke aanvoer en vraag,
prijshoudend.
Ajuin. Aanvoer 7000 balen; bruine f2,40
k f 2,50; stroogele f 2,20; kleine f 3,75
de 60 K.G., puike kwaliteit.
Eieren. Zeeuwsche f 4,80 a f 5; Over-
maassche f 5 k f 5,20.
VEE. Aanvoer 150 Runderen, 30 k 37 ct.,
redelijk. 149 Kalveren, 40 k 50 ct.,
matig. 1970 Schapen of Lammeren, 20
k 30 ct. Lammeren, 30 a 35 ct., vlu<4.
1080 Varkens, 22 k 24 ct., lichte 20
k 21 ct., vlugge handel.
STOOMBOOTDIENST
Zierikzee-Rotterdam.
Stoombooten „Schelde 2" en
„Stad Zierikzee".
SEPT.OCT.
Van Zierikzee:
Dinsd. 29'sntorg. 7,—
Woens. 30
Dond. 1
Vrijdag 2
Zaterd. 3
Zondag 4
Maand. 5
Dinsd. 6
7,30
8,30
8,30
8,30
8,30
Van Rotterdam
Dinsd. 29 's morg.
Woens.30
Dond. 1
Vrijdag 2
Zaterd. 3
Zondag 4
Maand. 5 's nam.
Dinsd. 6
11,30
11,30
11,—
11
11,—
11,
12,30
1,30
Op Woensdag 30 September j
hopen onze geliefde Ouders en
j Grootouders:
CORNEL1S VAN D1JKE
en
CORNELIA NIEUWELINK,
S hunne 40-jarige Echtvereeni-
I ging te herdenken.
A.-J.-Polder, 29 Sept. 1908.
Hunne dankbare Kinderen,
Behuwd- en Kleinkinderen.
1873 1908,
Den lsten October herdenkt de Heer
M. J. VAN BEVEREN te Veere den dag,
waarop hij aldaar vóór 35 jaar als Rijks-
Tonnenleger en Bakenmeester werd aan
gesteld.
Namens de Familie,
JACOB J. VAN BEVEREN.
Ondertrouwd:
K. G. OD1NK
en
A. J. QUIST.
Wormerveer, c
25 September 1908.
St.-Philipsland, f
Huwelijksvoltrekking 8 October d. a. v.
De Heer en Mevrouw VAN DE
GARDE—Hammacher geven kennis van
de geboorte eener Dochter.
Middelburg, 25 September 1908.
Geboren:
WILHELMINA,
Dochter van J. C. A. GELUK en
A. GELUK—De Bruijne.
Dinteloord, 26 September 1908.
Dinsdag 22 September j.l. overleed
te Utrecht, onze Zoon en Broeder
C. G. Groenewege,
in den ouderdom van ruim 39 jaar.
St.-Maartensdijk (Bosch).
M. GROENEWEGE.
L. J. GROENEWEGE—Hage
en Kinderen.
Den 28sten September, omstreeks
8 ure, behaagde het den Heere van
onze zijde weg te nemen, onze ge
liefde Dochter en Zuster,
Machaliena Louisa Bolle,
in den jeugdigen leeftijd van bijna
20 jaar, na een kortstondig lijden van
slechts 5 dagen. God sterke ons in
deze zware beproeving.
schuddebeurs.
Uit aller naam,
C. BOLLE,
Echtgenoote en Kinderen.
Heden behaagde het den Heere
van leven en dood van onze zijde
weg te nemen, onze geliefde Echt
genoote en Moeder
Wilhelmina Jacoba Op den Brouw,
in den ouderdom van 43 jaren.
St.-Maartensdijk, 25 Sept. 1908.
I. QUIST.
N. QUIST.
Mevrouw de Wed. MULOCK
HOUWER—Van Andel en verdere
familie geven bij deze kennis van het
overlijden van hun geliefden Echt
genoot, Vader, Behuwd- en Groot
vader,
den WelEdelGeb. Heer Daniel
Quirijn Mulock Houwer,
in den ouderdom van ruim 80 jaar.
Zierikzee, 26 September 1908.
Bezoeken van rouwbeklag kunnen
niet worden afgewacht.
Heden overleed na een smartelijk
lijden, onze geliefde Echtgenoote,
Moeder, Behuwd- en Grootmoeder
Johanna Pieterneila Hanse—Tintel,
in den ouderdom van 70 jaar.
Sirjansland, 26 September 1908.
Uit aller naam,
JACOB HANSE Cz.