Z1EIUKZËESCHE NIEUWSBODE. Donderdag 30 Juli 1908. C o u r a n t). NIEUWSTIJDINGEN. (Z ieri It z e e s c h. e Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prijs per 3 maanden is 1,30, franco per post 1,60. Voor het buitenland, verzending eens per week, 10,per jaar bij vooruitbetaling. 63ste JAARGANG. - No. 8648. Uitgever-HoofdrAdacteur i A. FRANKEL, Oude Haven D 493. Redacteur: J. WAALE. Adverlentiênvan 1—3 regels 30 Cts., meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des Maandags-, Woensdags- en Vrijdags-middags 2 ure bezorgd worden. Grootc letter wordt naar plaatsruimte berekend. Alle betalingen moeten geschieden bij den Directeur s A. J. DE L.OOZEHoek SchuithavenZierikzee. Het Kantoor is geopend eiken werkdag van 's morgens 9 tot 's avonds 9 ure. in deze maand moet de helft van den Hoofdelijken Omslag over 1908 betaald worden. Onveiligheid Yaarwat r. De BURGEMEESTER van Zierikzee brengt het navolgende bericht betreffende Schietoefeningen ter kennis van zeevarenden, die daarbij belang kunnen hebben, t.w.: Schietoefeningen van het fort Pampus. Zuiderzee. 3de District. Volgens mededeeling van den Minister van Oorlog zal op 5 en zoo noodig ook op 6 Augustus eene schietoefening worden gehouden van het fort Pampus. Er zal gevuurd worden met kanonnen van zwaar kaliber (24 c.M.), waarbij onveilig wordt gemaakt een sector begrensd door de richtingen ongeveer NO. tot ongeveer Oost (45") tot op 9C00 M. van het fort. Op de dagen, waarop gevuurd wordt, zal van het fort Pampus een roode vlag waaien, van minstens één uur vóór den aanvang der Schiet oefeningen tot aan het einde daarvan; bovendien zullen tegelijkertijd roode vlaggen waaien van de batterijen Diemerdam en Durgerdam, de Westbatterij nabij Muiden en den kerktoren te Mulderberg. Zierikzee, den 29 Juli 1908. De Burgemeester voornoemd, D. VAN DER VLIET, Weth., AMERIKA. In hel tuchthuis van Sing Sing, in Amerika, zouden twee Italianen, Angelo Landieri en Carlo Rogers, door middel van den electrischen stoel worden terecht gesteld. Toen de tweede moordenaar in den stoel plaats nam, raakte het electrische apparaat defect, en de stroom stak slechts het haar van den ongelukkigen in brand, die met een woesten schreeuw trachtte op te staan. Het contact moest uitgeschakeld worden. Nog tweemaal liet de beul den stroom door het lichaam gaan; eerst na zeven minuten verklaarden de geneesheeren, dat de man dood was. Natuurlijk bespreekt men het geval in Amerika druk. Velen betoogen, dat een terechtstelling met de valbijl veel minder wreed is, waar ze wel eens gelijk in konden hebben, gezien bovenstaand geval. Een plaatsje in de nabijheid van Boston is dezer dagen in rep en roer gebracht door drie bandieten. Deze vielen een kroeg binnen, schoten een bezoeker dood, wondden twee anderen en beproefden toen de kracht hunner wapens op het kasregister. De houder van Tie kroeg nam de wijk in zijn brandkast. Één der bandieten werd gegrepen, de beide anderen ontvluchtten. Den volgenden dag keerden ze tegen den avond terug en begaven zich naar het politiebureau, naar de inwoners vreesden om hun makker te bevrijden. Het volk liep te hoop en wilde de mannen vatten, waarop dezen hun revolvers grepen en in den dichten hoop achtervolgers vuurden. Een man werd gedood, anderen bekwamen schotwonden. Ten slotte weken de bandieten naar het kerkhof. Toen werd hulp gehaald. Vijfhonderd politie-agenten rukten aan en omsingelden den dooden- akker. Den geheelen nacht werd nauw keurig wacht gehouden. In den ochtend werd het omsingelend cordon samenge trokken. De beide bandieten weigerden zich over te geven, zij schoten als dollen. Aan het gevecht kwam eerst een eind, toen één der bandieten doodgeschoten was en de andere machteloos lag met een aantal gevaarlijke wonden. Zware onweders hebben in de oostelijke staten der republiek groote schade en persoonlijke ongevallen ver oorzaakt. In het kamp der troepen van Pennsylvanië bij Gettysburg zijn vijf soldaten door den bliksem gedood en 26 ernstig gewond. Het onweder ging ver gezeld van een orkaan, waarin geen enkele tent bleef staan. Op twaalf plaatsen in het kamp sloeg de bliksem in en ver oorzaakte brand. Het vuur werd echter spoedig gebluscht. Het telegrafisch verkeer is door het breken der draden ernstig gestoord; in de stad New-York bezweken ook eenige palen. Een jongen werd gedood door een paal, die door den bliksem was neerge slagen. Cincinnati, 28 juli. Taft, thans formeel verklarende, dat hij de candidatuur voor het presidentschap aanvaardde, ontwikkelde in een rede, zijn economisch politiek program. Daarin zijn ook opgenomen, voor zieningen van een wetgeving op de spoor wegtrusts en strafbepalingen voor o verlreders dier wet. Taft blijkt voorstander van een redelijke beperking van den .interstate" handel. Hij bestreed het voorstel der democraten, tot wijziging van het tarief van invoerrechten, ten einde daardoor 'n basis voor den handel te verkrijgen, daar dit een ramp voor den handel zou worden. TURKIJE. Constantinopel, 27 Juli. De grootvizier legde tien sultan het adres van dank betuiging der bevolking voor. De sultan gelastte het in kracht treden der grond wet, omdat hij het geluk zijner onderdanen wenscht, aldus een officieele communique. Dat de grondwet niet vroeger in kracht trad, kwam doordien het geschikte tijdstip nog niet was aangebroken. De sultan nam het adres van dankbetuiging met groote bevrediging in ontvangst en is overtuigd, dat de Kamer haar plicht tegenover hem en het land trouw vervullen zal. Het is de wensch des sultans, dat de grondwet tot de laatste letter zal doorgevoerd worden, en dat aan de doorvoering nimmer, op welke gronden ook, hinderpalen in den weg zullen gelegd worden.' De ver kiezingen zullen zoo spoedig mogelijk gehouden worden. De Kamer zal op 1 November worden geopend. De afge vaardigden moeten de vereischte eigen schappen bezitten. De vaderlandsliefde legt de bevolking den plicht op elke handeling en eiken eisch te\vermijden, die met de grondwet en met de toewijding en trouw onvereenigbaar is, om de wereld te bewijzen, dat zij de keizerlijke gunst bewijzen waard is. De geringste tegen den wil des sultans bedreven handeling zou het land onherstelbare verliezen berokkenen. De ambtelijke mededeeling wekt ten slotte de bevolking op de drie dagen geduurd hebbende betoogingen thans te doen ophouden. 28 Juli. De Turksche bladen melden heden alleen, dat de Sultan zich eergisteren tegen middernacht aan de voor Jildiz Kiosk verzamelde menigte heeft vertoond; hij opende zelf het venster en maande de menigte tot kalmte aan. De Sultan voegde er aan toe: Vanaf het tijdstip dat ik den troon besteeg heb ik gewerkt voor de welvaart en het heil van het vaderland; uw toekomst is van nu af verzekerdleeft als broeders en geniet uwe vrijheid! De menigte juichte den Sultan geruimen tijd toe. RUSLAND. Reval, 28 Juli. Bij het souper op het keizerlijk jacht „Standart" bracht de tsaar een toast uit, waarin hij den president dankte voor zijn bezoek, dat door geheel Rusland als een nieuw bewijs voor de oprechte, onveranderlijke vriendschap wordt beschouwd, die Rusland en Frankrijk ver- eenigt. Het verblijf van den president zal bewerken, dat deze vriendschapsbanden nog enger toegesnoerd worden, en ook de vaste wil der beide landen, om te wed ijveren, èn in de handhaving, èn in het behoud van den wereldvrede, zal er opnieuw door in het juiste licht geplaatst worden. De keizer dronk op de gezondheid van den president en op Frankrijk's roem en vooruitgang. Fallières antwoordde, zich gelukkig te voelen, dat hij hier met den tsaar de gevoelens van bestendige, trouwe vriend schap, die de beide volkeren verbindt, opnieuw kan bevestigen. De in 't voordeel der wederzijdsche belangen zoo gelukkig gesloten bond ontvangt hierdoor opnieuw de wijding. Hij is voor Europa een borg, dat het evenwicht zal voortduren tot heil van Frankrijk en Rusland. Ook hij is er van overtuigd, dat door dit bezoek en de daaraan verbonden feestelijkheden de besliste wil tot vrede der beide volkeren opnieuw bevestigd zal worden. Hij eindigde met een hoera op den tsaar, de tsarina, de keizerlijke familie en op het geluk van Rusland, Frankrijk's vriend en bondgenoot. DUITSCHLAND. Gravin Wartensleben te Berlijn heeft haar paarlen halssnoer en doekspeld, ter waarde van 250,000 matk, die haar in Februari werden ontstolen, terug. Een dienstbode, op wie van den aanvang af verdenking rustte, blijkt de kostbaarheden gestolen en weggestopt te hebben. Zij vertelde het aan een vriendin en die bracht het uit. BELGIË. Brussel, 27 Juli. Het vonnis van de rechtbank schrijft de raibp van het Belgische schoolschip in 1906 toe aan onbekende oorzaak, maar stelt tevens vast, dat de commandant niet toereikende maatregelen nam, om de reddingsbooten te water te laten, waardoor zijn erfge namen aansprakelijk moeten worden gesteld tegenover de familie van de ver ongelukte adelborsten. Het Hbld. van Antw. verneemt uit Gent: ln een schoenwinkel op de Vee markt is een schrikkelijk drama voorge vallen. Een zoon van den eigenaar, M. van S., 21 jaar, heeft zich in een aanval van zinneloosheid op afschuwelijke wijze ver minkt. Naar boven, in zijn kamer gegaan zijnde, heeft hij met een schoenmakersmes één zijner ooren afgesneden, toen gepoogd zich een oog uit te steken, en eindelijk zich den neus en de tong afgesneden. Daarop heeft hij zichzelven sneden en steken toegebracht op de armen en over geheel het lichaam. Toen men hem vond, was hij bijna dood gebloed. Men vreest hem niet in 't leven te zullen behouden. Hij wordt in het gasthuis verpleegd. NEDERLAND. Maastricht, 27 Juli. Vrijdagavond 9 uur heeft tusschen Valkenburg en Heerlen, zooals in ons vorig nummer reeds kortelijk is medegedeeld, een ontzettend automobiel ongeluk plaats gehad De Luiksche familie Blaffend, die thans te Valkenburg vertoeft cn bestaat uit twee heeren, hun vrouwen en één kind, had per automobiel een bezoek gebracht aan Heerlen. In de automobiel bevond zich behalve de familie Blaffard, een kinder meisje en de chauffeur met vrouw en kind; in alles 8 personen. Toen de automobiel om eenfge minuten vóór 9 uur Heerlen verliet, deed zij zulks met een duizelingwekkende vaart, zoodat menschen zelfs van de troltolrs vluchlten en iedereen zich angstig afvroeg, hoe dat zou eindigen. Het antwoord op die vraag liet niet lang op zich wachten: Eenige minuten later kwam een knecht van de bouwhoeve „Lindeloof" onder Voerendaal, in broek en hemd, per fiets Heerlen binnen rennen, om geneeskundige hulp in te roepen voor de op zijn minst genomen roekelooze automobilisten, die verongelukt waren. Honderden Heerlenaren die 't onge-, luk voorzien hadden waren weldra op de been en begaven zich naar de plaats der ramp. Te „Lindeloof" is een draai in den Rijks weg en ontbreken tengevolge van een particulieren zijweg eenige boomen. Die opening werd denkelijk door den chauffeur voor den weg aangezien. Hij stuurde er recht op af en kwam met een daar staande hooiharkmachine in botsing. De automobiel reed de hoogte in, maakte een salto mortale en kwam ver volgens op de rechterzijde neer; zij was geheel verbrijzeld. De chauffeur kwam in de tanden van de vernielde hooiharkmachine terecht, de dames en een kind rolden over en door elkaar naast het rijtuig, terwijl de twee heeren en een ander kind eenige meters verder geslingerd werden. Al de inzittenden konden opstaan behalve een kind, dat op de plaats dood bleef en de chauffeur, die door de in allerijl toegesnelde bewoners van „Lindeloof" uit zijn benarde positie gered werd. De moeder van het verongelukte kind was wanhopig. De gewonde en het lijk werden naar „Lindeloof" vervoerd; ook de overige personen namen daar voorloopig hun intrek. Dr. Beckus uit Heerlen was aanstonds ter plaatse en verleende de eerste genees kundige hulp. Drie dames, die geen ernstige verwon dingen bekomen hadden, vertrokken met het lijkje van het verongelukte kind per rijtuig naar Valkenburg. De chauffeur Deflgre had eenige ernstige kwetsuren aan het hoofd, een gebroken arm en eenige inwendige kneuzingen bekomen. De heer Blaffard had twee ribben stuk en een gebroken arm. Na verbonden te zijn werden ze naar 't hospitaal te Maastricht overgebracht. De heer Blaffard schijnt op eigen ver antwoordelijkheid den chauffeur tot spoed aangezet te hebben, want toen de gewonde chauffeur weer eenigszins bijgekomen was en zijn heer zag, snikte hij: C'est votre faute, monsieur! ('t Is uw schuld, mijnheer!) En het antwoord daarop luidde: Je ne vous reproche rien. (Ik verwijt u niets.) De heer H. A. P., hoofd der school te Vijlen-Vaals, begaf zich de vorige week des avonds naar het café B. in de Vijlenderstraat, om over de duiven te spreken, die aan een wedstrijd hadden deelgenomen. Omstreeks halfelf keerde hij huiswaarts, terwijl de overige duiven- liefhebbers allen nog een tijdje in de herberg bleven vertoeven. Om spoediger thuis te zijn, keerde hij terug over een door een afgelegen weide voerend voet pad; de weide is begrensd door een heg, die een kromming vertoont. Op het oogenblik, dat de heer P. aan die kromming gekomen was, sprong een lange en forsche persoon te voorschijn, die zonder iets te zeggen een J M. lang voorwerp, met beide handen ophief en hem daarmee een hevigen slag op de oogen toebracht. Nog versuft door dien slag, ontving hij reeds een tweeden, zoodat hij hevig bloedend tegen den grond viel. Nog niet ^oldaan, sloeg zijn laffe aanrander den weerloozen hoofd onderwijzer op hoofd, borst en beenen, zoodat hij kreunend bleef liggen. Zijn aanrander sloeg daarna op de vlucht. Toen P. eenigszins was bijgekomen, kon hij zijn hoed oprapen en geheel ver blind door het langs zijn gezicht stroomend bloed langzaam naar de herberg van B. terugsukkelen, waar hij door den her bergier van bloed en stof gereinigd werd en vervolgens naar huis werd geleld. De bij hem geroepen geneesheer ver klaarde den toestand van P. voor niet direct gevaarlijk; zijn beide oogen waren bont en blauw en dik opgezwollen met bloeding van het rechter; een kleine wonde op den neus tusschen de oogen, neusbloeding, de rechterschouder blauw, alsmede verschillende kwetsuren op de beide beenen, zoodat de heer P. eenige weken zijn gewone werkzaamheden niet kan verrichten. Als verdacht van deze mishandeling werd door de marèchaussées aangehouden J. J. V., fabrieksarbeider, die reeds lang een wrok tegen P. schijnt te hebben gehad. Te zijnen huize werd een met bloed besmeurde jas in beslag genomen. Apeldoorn, 28 Juli. Hedenmorgen 11 uur arriveerden de huzaren uit Deventer en Zutphen op Het Loo. Wegens de hevige onweersbuien was de opmarsch vertraagd. Buiten Het Loo werden de troepen tegemoet gereden door den ordonnans jhr. van Reigersberg Versluys. Duizenden, onder wie vele vreemdelingen, stonden in de omgeving van het bassecour geschaard. Vóór den hoofdingang stond het Konink lijk Echtpaar, de Koningin in rouw gewaad, de Prins in generaais-uniform. Muziek opende den stoet. De corpsen defileerden en trokken- vervolgens het Koninklijk park in, waar de manschappen op broodjes en bier onthaald werden. Na afloop onderhield de Koningin zich met den kolonel, ln den stoet bevond zich ook een buitenlandsch attaché. Gelukkig regende het tijdens het défilé niet meer, doch ontlastte zich daarentegen een zwaar onweer. Arnhem, 27 Juli. Een logé van een logement in de Weerdjesstraat alhier, kwam Vrijdagavond halftwaalf op het lumineuze denkbeeld om op het dak te klimmen en zoo het hotelletje te verlaten. Zoo gezegd, zoo gedaan. De man klauterde over eenige daken en kwam eindelijk bij een glazen afdak van een bakkerij in de Vossenstraat. De glasbedekking kon den man niet dragen en zoo stortte hij met donderend geraas door de ruiten van het 3 meter hoogdak in de bakkerij. De bakker en zijn hulsgenoofen, die rustig sliepen, ontstelden hevig, toen zij het lawaai hoorden en nog meer, toen zij in de bakkerij een man vonden, die daar als dood neerlag. Gelukkig bleek het geval nog goed te zijn afgeloopen. De ontsnapte logé kwam spoedig bij en bleek alleen lichte wonden te hebben bekomen. Hij werd ter verpleging naar het gemeente-ziekenhuis gebracht. Haarlem, 27 Juli. In Mei 1906 werd ais viermaander bij de militie alhier een jongmensch uit deze gemeente ingedeeld, die het al spoedig zóó bont maakte, dat hij voor straf naar Hoorn werd overgeplaatst. Reeds in Juni deserteerde hij uit zijn gar nizoen, kwam naar Haarlem terug, verbleef daar tot Februari 1908, zonder gesnord te worden, en had de brutaliteit soms zelfs de militaire cantine in de kazerne te be zoeken, zonder dat iemand hem van desertie verdacht, hoewel hij toch als deserteur Van het 10e regiment was afgevoerd. Hij kreeg het toen in het hoofd naar zee te gaan, vroeg en verkreeg op advies van den commissaris van politie alhier een bewijs van goed gedrag, kreeg ook van het gou vernement van Noord-Holland een bewijs van Nederlanderschap, maar toen hij de brutaliteit zoover dreef, om aan dat bureau vrijstelling te vragen voor de nationale militie, liep hij in de fuik en werd voor den krijgsraad te Haarlem terecht gesteld. Na drie maanden militaire detentiestraf te hebben ondergaan, werd hij naar het gar nizoen te Hoorn teruggezonden, doch daar ontpopte hij zich onmiddellijk als dienst weigeraar, deserteerde weer, sloot zich te Haarlem aan bij een bende inbrekers, poogde daarmede inbraak te plegen, doch werd, voor het zoover kwam, weder ge arresteerd. En nu simuleert hij krankzinnig heid of hij is inderdaad krankzinnig. Want in het huis van bewaring (provoost-huis) heeft hij bij het vervaardigen van vuur makers onder meer krullenstukjes ijzerdraad en allerlei andere voorwerpen ingeslikt, die er langs den natuurlijken weg wel weer zijn uitgekomen, doch waar door aan het bij elkaar hebben van alle vijf zintuigen eenige twijfel is ontslaan. Vandaar, dat de officieren-commissarissen op advies van den auditeur-militair, daar naar nu door deskundigen een onderzoek laten instellen. Amsterdam, 28 Juli. Het rapport der deskundigen over den geestestoestand van den Amsterdamschen inktwerper strekken tot ontoerekenbaarverklaring. Het 13-jarige loopmeisje C. v. Z. werd gisterenavond om halfnegen in de St.-Laurensstraat zonder eenige aanleiding door een 14-jarigen jongen een zakje met peper in de oogen gegooid. In het zieken huis werd haar de eerste hulp verleend. De kwajongen bleef onbekend. Een pleiziertocht met afwisseling. Een Amsterdamsche vischclub, welke een pleiziervaart naar Haarlem maakte, is daar op den wal aan het Binnenspaarne siaags geraakt met een persoon die in een roei schuitje gezeten, door de boot was aan gevaren en toen een reistasch van het dek der boot had weten weg te nemen. De man vluchtte daarmede de Houtmarkt op, maar werd spoedig door de feestgenooten gegrepen en afgeranseld, waarna de tocht weer werd voortgezet. Bij de Melkbrug aangekomen maakte echter de polith proces-verbaal tegen de feestgenooten op, en er ontstond daar een nieuwe vecht partij tusschen het publiek en feestgangers, welke eindigde met een verhoor op het bureau van politie. Na een uur oponthoud stoomde men onder draaiorgeimuziek weer de stad uit. Utrecht, 27 Juli. Zaterdagmiddag liet een jongen zijn rijwiel eenige oogenblikken onbeheerd staan voor een perceel in de Spoorstraat alhier. De bewoner van één der aangrenzende huizen zag hoe een ver dacht persoon op het rijwiel afsloop en er zich vliegensvlug mede uit de voeten maakte. Dadelijk werd de eigenaar van de fiets gewaarschuwd; deze trachtte den dief te achterhalen, die in volle vaart den Catharljnesingel op was gereden in de richting van de Bartholomeusbrug. 't Werd een ware jacht, die eindigde, toen een vervolger met zijn fiets den dief ten onderstboven reed. Hij werd overmeesterd en opgebracht, maar ter hoogte van de Spoorstraat rukte de arrestant zich eensklaps los, gaf den brugwachter een slag tegen het hoofd, zoodat deze van de been geraakte en trok daarna uit één zijner zakken een ten deele onder een zakdoek verborgen revolver, welk wapen hij tot viermalen toe afvuurde,

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1908 | | pagina 1