wielrijden, dat daardoor de veiligheid op
den openbaren weg werd bedreigd.
En of de geverbaliseerde heden al zijn
onschuld betuigde, en zeide, dat het
„gosonmogelijk was met die ouwe fiets,
die hij er op nahield 30 a 35 kilometer
te rijden", het Openbaar Ministerie vorderde
f 15 boete.
Dat zijn 60 kwartjes.
KERKNIEUWS.
In de Dinsdag gehouden vergadering der
Qeref. Synode werd gekozen tot voorzitter
ds. Frans Lengbeek te Enschedé, tot vice-
voorzitter ds. J. Wisse te Zierikzee, en
tot adj.-scriba ds. J. Jansen te Utrecht. De
heer G. Renkema werd tot permanent
scriba gekozen.
Uit het fonds tot verbetering der
schraalste predikants-traktementen bij de
Ned. Herv. Kerk, waarvan de Synode de
uitkeeringen begeeft, werd dit jaar aan
75 gemeenten een bedrag van f 5667,50
toegekend. Van deze hebben slechts 22
een traktement van f 1000 of even daar
boven, d. w. z. met deze ondersteuning.
Eenige dalen zelfs onder de f 900, als
f 875 en f 889,10. En ook zijn er nog vele,
die de f 1000 niet te boven ^aan, zonder
dat ze ondersteuning genieten.
De ontvluchting van Veltman.
Wij meldden, dat de beruchte Veltman
in den nacht van Zondag op Maandag
,uit het krankzinnigengesticht te Medem-
blik ontvlucht was. Zooals gemeld, was
Veltman in 1900 wegens poging tot moord
op den brigadier Van Stralen door de
Amsterdamsche rechtbank tot 14 jaren
gevangenisstraf veroordeeld.
Thans is de Tel. in de gelegenheid
eenige bizonderheden over de ontvluchting
te geven. Veltman had door zijn mee
gaande houding in het krankzinnigen
gesticht de waakzaamheid zijner bewakers
verschalkt. Men dacht, dat hij veel te suf
was, om maar eenigszins aan ontvluchten
te denken. Groot was dan ook de ver
bazing, toen men Maandag ontdekte, dat
hij .zonder verlof" het krankzinnigengesticht
had verlaten.
In den nacht van Zondag op Maandag
is hij te middernacht ongeveer zijn ge
vaarlijken tocht aangevangen. Door het
venster liet hij zich door middel zijner
aan elkaar geknoopte dekens en lakens
zakken tot de eerste verdieping. Daar
hadden zijn vrienden voor een ladder
gezorgd, waarmee Veltman behouden op
den grond kwam. Een viertal vrienden,
waaronder de beruchte Jan de Bakker
die Woensdagavond in de Warmoesstraat
gevangen genomen is, als medeplichtige
aan een groote inbraak te Rotterdam
is Veltman bij de ontsnapping behulpzaam
geweest. Men voorzag hem aanstonds van
kleederen, en plakte hem een valsche
snor onder den neus, zoodat hij met z'n
pet, z'n roode, wollen das, z'n ruwe
pilowbroek en z'n valen jas meer op
'n boer dan op 'n ontvluchten tuchthuis
boef geleek. De vermomming was dan
ook volkomen en leidde „zelfs" de politie
van Medemblik op een dwaalspoor.
Veltman ging namelijk bij het eerste
ochtendgloren in het land staan werken.
Onkruid wieden was, o ironie, z'n bezig
heid, toen de mannen der politie zich bij
hem kwamen voegen om hem inlichtingen
te verzoeken. Men vroeg hem, of hij
soms 'n ontsnapten gevangene uit het
krankzinnigengesticht had gezien. Zoo en
zoo. was z'n signalement en hij was ge
kleed in de kleeding der gedetineerden.
Veltman schudde brommend z'n hoofd.
Hij had, om met 't onschuldig meiske uit
„Roger de geschandvlekte" te spreken, niets
gehoord, niets gezien
In het volle besef hunner waardigheid
gingen de politiemannen verder en Veltman
bleef onkruid wieden, zoolang de mannen
nog in het gezicht waren. Daarna voegde
hij zich bij zijn vrienden en begaf zich
„full speed" naar Amsterdam. Doch in
Amsterdam achtten de vrienden het wat
gevaarlijk voor Veltman. De politie is
daar gewoonlijk beter ingelicht dan te
Medemblik. Hij hield zich eenige dagen
schuil bij een berucht personage uit de
Amsterdamsche inbrekerswereld, een per
soon, die thans het vak uitoefent van
portier van één der beruchte speelholen.
En daarna werd hij, daartoe in staat ge
steld door de vrienden, die geld bij
elkander hadden gebracht, naar het buiten
land, naar België, geëxpedieerd, waar hij
zich naar alle waarschijnlijkheid thans nog
ophoudt.
De overstrooming in Galicië.
De wolkbreuk, die over Jusczyna los
barstte, heeft 42 huizen en gebouwen
verwoest. Dertien woningen werden met
den grond gelijk gemaakt. In de rivier
vonden 26 personen den dood, 5 arbeiders
worden nog vermist.
Van een gezin zijn alle leden omgekomen,
behalve een twaalfjarige jongen, die, door
het water op een balk geslingerd werd en
door de rivier voortgestuwd, tegen een
boom stiet, in welks takken hij een schuil
plaats vond, tot men hem er ten slotte van
daan wist te halen.
Aartshertog Karl Stephan, die Zondag
ochtend per rijtuig de plaats des onheils
bezocht, nam den jongen mee en zal voort
aan voor hem zorgen.
Het kind meldt omtrent de catastrophe
het volgende: Alle menschen Jagen in
diepen slaap, toen het water eensklaps door
vensters en deuren de huizen binnendrong.
Hij zelf vluchtte boven op de kachel, deze
stortte echter in, en weldra lag het geheele
huis onderste boven. Hij werd meegesleurd
wat er met zijn huisgenooten gebeurde,
bleef hem ombekend.
De ruïnes der huizen drijven op de Sala-
rivier en vormen er geweldige dammen.
Ingezonden Mededeelingen.
Onder verantwoordelijkheid van den Inzender).
Van 1-5 regels f 1,elke regel meer f 0,20.
Steenbergen meldt ons.
De échte Foster's Rugpijn Nieren Pillen geven
de zieke nieren juist de hulp, die 'ze noodig
hebben, zij voeren uit het lichaam alle vloeibare
vergiften, die eiwitverlies, waterzucht, stoornissen
van de urine, graveel, rheumatiek, steen, heup-
jicht, zenuwachtigheid, slapeloosheid en neer
slachtigheid teweegbrengen en zij neutraliseeren
de verkeerde uitwerking van thee, bier en
spiritualiën.
Mejuffrouw A. de Bruin, Kadestraat A 149 te
Steenbergen, meldt ons: Het is thans reeds vier
maanden, dat ik niet geweten heb, wat het beteekent
verlost te zijn van een aanhoudende, hevige pijn
in den rug en lendenen. De pijn was zóó hevig,
dat ze mij veel hihder bezorgde bij mijn werk
en vooral het wasschen kostte ml] zeer veel
moeite. Ik had eveneens veel pijn in de maagstreek
en mijn eetlust werd met den dag minder, terwijl
ik mij bij het minste wat ik verrichtte, zeer af
gemat gevoelde. Voortdurend klaagde ik over
duizelingen en schemeringen voor de oogen en
kreeg plotseling benauwdheden, die door huive
ringen gevolgd werden, juist alsof ik de koorts
had. Ik gevoelde, dat mijn toestand achteruit
ging en ik wist niet wat ik moest gaan beginnen,
toen ik zooveel goeds hoorde vertellen van
Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Het is mij een
ware vreugde u te kunnen melden, dat ik na het
gebruik van één doosje een groote beterschap
bekomen heb. De pijn was bijna geheel verdwenen
en mijn geheele gestel was er door verkwikt.
Wanneer ik dan ook iemand mocht ontmoeten,
die op een dergelijke wijze lijdt, zal ik hem
gaarne de goede eigenschappen van uw genees
middel bekend maken.
Ik ondergeteekende verklaar dat het boven
staande waar is en machtig u het publiek te
maken op elke wQze die u goeddunkt.
Pas op, dat gij duidelijk Foster's Rugpijn
Nieren Pillen vraagt, dan kan er geen vergissing
plaats hebben. De handteekening van james
Foster komt voor op elke doos.
Ze zijn te Zierikzee verkrjgbaar b| den Heer
M. S. Polak, gedlpl. Drogist, en te Tholen
bi den Heer W. Potterlliaal Apotheek
.Coronoe", Stoofstraat. Toezending geschiedt
franco na ontvangst van postwissel k 11,75 voor
één of f 10,— voor 6 dooien.
Hij zeide indertijd, dat hij wel f 50.—
voor zoo een pakje COZA POEDER
zou willen geven, als de uit
werking inderdaad zoo verrassend was.
Weledele Heeren. Ik ben U ten hoogste dank
baar voor Uw Coza Poeder, dat mijn zoon zeker
van een wissen dood zal redden. Ik heb het hem,
zooals mij gezegd was, in koffie, thee en melk
zonder zijn medeweten toegediend. De Poeders
zijn op 2 na alle verbruikt en de vooruitgang is
reeds groot. Mijn zoon, die geen vertrouwen had
in de krachtdadigheid van het Coza Poeder, toen
hij de annonce in de courant las, zeide indertijd,
dat hij wel f 50,— voor zoo een pakje Coza
Poeder zou willen geven, als de uitwerking
inderdaad zoo verrassend was. Hij mag het
echter niet weten, dus zal het een groote blijd
schap voor hem zijn, wanneer hij van zijn
hartstocht bevrijd is.
Hartelijk gegroet,
H. T. WIND,
Hoogstraat, kleine Baan 23 te Zwolle.
Een monster van het merkwaardige Coza
Poeder wordt gratis toegezonden.
Kan ingegeven worden in Koffie, Thee, Melk,
Likeur, Absint, Bier, Water of in het voedsel,
zonder dat het noodig is, dat de dronkaard er
iets van af weet.
Het COZA POEDER bezit de wonderbare
eigenschap om tegenzin tot het drinken van
'sterken drank (bier, wijn, absint enz.) bij den
dronkaard op te wekken. Het COZA POEDER
werkt zoo ongemerkt en zeker, dat de echtgenoote,
de zuster of de dochter van den verslaafde het
hem toe kan dienen, zonder zijn medeweten en
zonder dat het noodig is, dat de patiënt ooit behoeft
te weten waaraan hij zijne redding te danken
heeft.
Het COZA POEDER heeft het huiselijk geluk
van duizenden gezinnen hersteld, duizenden
personen van schaamte en oneer gered, en deze
personen tot levenslustige en nuttige leden der
maatschappij herschapen; het heeft menig jong
persoon op den rechten weg teruggebracht en
gelukkig gemaakt en het leven van talloozen met
menig jaar verlengd.
Het Instituut, waardoor dit ongeëvenaard
Poeder verspreid wordt, zendt gratis aan hen,
die daartoe aanvraag doen, een boek met dank
betuigingen en een monster. Het Poeder wordt
gewaarborgd volkomen onschadelijk te zijn.
Correspondentie in alle talen der wereld.
De echte Coza Poeder is verkrijgbaar in alle
apotheken en in de volgende depóts te Zierikzee:
Drogisterij «Het Roode Kruis", Schuithaven.
Tholen: W. POTTER, Kerkstraat.
Onze depóthouders reiken het attestenboek
gratis uit aan hen, die er aanvraag voor doen,
maar geven geen gratis proeven.
Om deze te bekomen, wendt U rechtstreeks
naar Londen.
Coza Institute,
Wacht U voor namaak.
Het Coza Poeder is het eenig afdoend middel
tegen dronkenschap.
ONDERWIJS.
Voor de betrekkingen van onderwijzer
in 't timmeren, smeden en qchilderen aan
de nieuw te openen ambachtsschool te
Oostburg hebben zich resp. 92, 41 en 35
sollicitanten aangemeld.
NEDERLAND EN VENEZUELA.
Hr. Ms. „Gelderland" heeft de haven van
Paramaribo verlaten, niet, zooals het plan
was, om een kruistocht te houden, doch
is op last van het Ministerie naar
Venezuela vertrokken, omdat president
Castro een Nederlandsche schoener in
beslag heeft genomen. Hr. Ms. „Gelderland"
heeft, naar men verneemt, in opdracht
het schip op te eischen. Bij weigering zal
de oorlogsbodem aldaar moeten verblijven
om de haven te blokkeeren, of zoo noodig,
tot overgave met de sterke hand te dwingen.
In het laatste geval zal Hr. Ms. „Gelder
land" dus bij de aankomst van onzen
nieuwen Gouverneur niet aanwezig zijn
om de maritieme honneurs waar tn nemen.
De Nieuwe Crt. betoogt, dat in de
West-Jndische wateren ons land op besliste
wijze stelling moet nemen. Zoodra het
Panama-kanaal geopend zal zijn, zal het
doode hoekje der Antillen, waar Curacao
ligt, levend en tierend worden van handels-
en verkeersbelangen. Curasao kan dan
een belangrijk en druk station op den
algemeenen weg der scheepvaart worden.
Nederland zal met het oog daarop zóó
moeten optreden, dat de omliggende
republiekjes weten wèt zij aan ons hebben.
Wanneer iemand in een buurt, waar hij
weinig te maken heeft, door een bengel
wordt uitgejouwd of met vuil gegooid,
dan doet hij in den regel verstandig net
te doen of hij niets hoort en den kraag
van zijn jas op te zetten; maar wanneer
hij op een plaats, waar hij een positie
bekleedt en hij voornemens is zijn belangen
ter dege te doen gelden, in het openbaar,
in het gezicht zijner buren en betrekkingen,
wordt beleedigd, daar is het zijn plicht
om den beleediger te dwingen voor den
politie-rechter te verschijnen; en wanneer
deze dit niet wil en de politie „er niets
aan doen kan", hem onder het goed
keurend oog der buren met alle beschikbare
middelen tot genoegdoening te dwingen;
handelt hij onverantwoordelijk, dwaas en
laf, wanneer hij het niet doet.
De beleediging, door President Castro
onze vlag aangedaan, mogen wij niet
langs ons laten heengaan. En met geen
genoegdoening voor den schijn schijn
enkel voor ons zelf, niet eens schijn ten
opzichte van West-Indië, waar men vroeger
genoegen mede nam mogen wij vrede
hebben. De volle genoegdoening moeten
wij eischen waar wij recht op hebben, en
zorgen moeten wij, dat wij die krijgen.
Op de bizonderheden van het gebeurde,
waarvan nog weinig bekend is, wil de
Nieuwe Crt. niet ingaan. Maar iets ernstigs,
meent het blad, is het wei. Tot krachtig
optreden zal de regeering zich genoopt
moeten voelen.
Een noodlottige wedvlucht.
De postduivenhouders van België, de
duivenmelkers van Europa bij uitnemend
heid, zitten in zak en aschvan de Zondag
1.1. ont 8 uur in den morgen van Dax uit
gehouden reuzenwedvlucht, met subsidie
van de stad Brussel en de Belgische regee
ring, is weinig of niets terecht gekomen.
De beste Belgische duiven, ten getale van
3194, namen aan de wedvlucht deel en
Maandagavond waren er slechts 15 binnen
van de vlucht over 890 K.M.men vreest
dat de overige, of althans de overgroote
meerderheid er van, in het vreeselijk'e
onweder, dat kort na de oplating losbarstte,
zijn omgekomen. De eerst-aankomende was
een duif van den heer Vital Randour, uit
La Louvière, die na 27 uur 50 minuten
binnen was, dus met een gemiddelde snel
heid van 32 K.M. per uur. Dezelfde duif
won 't vorige jaar in een wedvlucht van
Mirmande uit den koningsprijs, met een
gemiddelde snelheid van 860 M. per
minuut.
Als een bewijs van den omvang der
postduiven-liefhebberij in België ontieenen
we aan het Hand. v. Antw. dat er Zaterdag
door verschillende vereenigingen 1113
kevies met 38.843 duiven naar Nyon en
St.-Just zijn gezonden voor wedvluchten.
Deze kevies namen 34 wagens in. De
verzendingskosten beliepen ongeveer 10.000
franc.
Gemengd Nieuws.
De nog krasse, ruim zestigjarige
Christiaan Welvaarts uit Liempde, welke
te Mierlo bij de wed. Bolle eenige dagen
voor pleizier over was, zou Donderdag
morgen in een kerseboom klimmen, om
kersen te plukken, met het gevolg, dat
een tak brak, hij er uit viel en zulke
inwendige kneuzingen bekwam, dat hij
's avonds om half tien reeds is overleden.
Ouderwetsdie bruiloft) Te Hengelo
is een boerenbruiloft gevierd, waarop meer
dan 1000 personen genoodigd waren.
Voor deze gelegenheid moesten er 3500
broodjes met ham en vleesch klaargemaakt
worden.
Een zwak geslacht) Uit het jaar
verslag over 1907 van den toestand der
Kweekschool voor Zeevaart te Leiden
blijkt o. a., dat van de 866 jóngens, die
zich voor den dienst aanmeldden, niet
minder dan 508 werden afgekeurd, d. i.
ongeveer 70 pCt., zoodat van de honderd
knapen, die zich in 's lands zeedienst
wilden begeven, slechts 30 daarvoor
physiek geschikt geacht werden.
Over het plotseling overlijden van
den te Tilburg welbekenden M. K. meldt
de N. Tilb. Ctr.:
Toen de vorige week Dinsdagavond K.
smoordronken langs den weg op den
Beekschen dijk lag, koos de straatjeugd
hem tot mikpunt van hare baldadigheid,
en wierp hem met steenen, Dit duurde
totdat een viertal 18-jarige knapen den
dronkaard op zijn verlangen naar de in
de nabijheid liggende herberg van De Kort
geleidden. Hier binnen getreden, trakteerde
K., geheel uit eigen beweging, zijn helpers
op een glas bier en vroeg voor zichzelf
jenever. Uithoofde echter van den verre-
gaanden staat van dronkenschap, waarin
de vrager verkeerde, gaf de waardin hem
water. K. betaalde onmiddellijk het ge
heele verteer, zonder daartoe in het minst
te moeten worden aangespoord.
Nadat de vier jongelui waren heengegaan,
begon vrouw De Kort het gezelschap van
haar gast te vervelen. Ze nam hem daarom
bij een arm en zette hem buiten de deur.
Dronkenschap belette K. echter te staan,
en zoo viel hij hier neer met zijn hoofd
op de steenen. Toen De Kort thuiskwam,
vond hij den dronkaard, dien hij opnam
en aan den overkant van den weg in het
gras neerlegde. En op dezelfde plaats
vond men hem 's morgens dood.
Dat de beide echtelieden De Kort her
haaldelijk door de politie ondervraagd zijn,
ligt voor de hand. Van een arrestatie is
echter hoegenaamd geen sprake.
- Een ongehoord schandaal!
Onder dit opschrift ontving de Tel. het
volgende vlammende protest:
In den winkel der Visch-compagnie,
Vijzelstraat, hoek Reguliersdwarsstraat (Am
sterdam) kan men bij een schaaltje met
groote letters lezen:
„Levend gebakken paling".
De moten zien er ook geheel anders uit
en men rilt, als men een oogenblik aan
de bewerking denkt.
Schande voor hem, die ze te koop aan
biedt. Driewerf schande voor hem of haar,
die ze koopt! En er bij den lunch of aan
het diner lachende en pratende de tanden
inzet en er aan smult.
Als ik het niet met eigen oogen gelezen
en gezien had, zou ik dengeen, die het
mij vertelde, voor een leugenaar uitkrijten!
Dit is, eilacie! nu twintigste-eeuwsche
beschaving!
Terecht schreef eens ds. Laurillard:
Was het dier In 't gebruiken van woorden
Met ons menschen, gesteld op één lijn,
'kDcnk, dat vaak, waar wij dierlijk vermelden,
Zjjn verachtingswoord Mensch'lijk zou zijn.
Men schaamt zich bijkans Mensch te
heeten.
Bij den burgemeester van Den Dungen
en St.-Michiels-Gestel werd, aldus vertelt
de 's-H. Crt., aangifte gedaan, dat op het
buitengoed van den heer Van Gullick
„Hemelrijk" te St.-Michiels-Gestel, diefstal
was gepleegd. Ontvreemd waren een
hoeveelheid zilveren voorwerpen, lepels
en vorken, alsmede 5 k 6 gulden. De
burgemeester en diens politie-beambten
begaven zich op onderzoek. Na een onver
moeid en langdurig onderzoek mocht het
den veldwachter gelukken, gistermorgen
een gedeelte van het gestolen zilver te
's-Hertogenbosch op te sporen en in beslag
te nemen, alsmede den verdachte, die door
de hulp der gemeente-politie te 's-Hertogen-
bosch werd gevangen genomen. Hij is
zwaar geboeid, tot nader onderzoek, mede
naar Den Dungen genomen en zal ter
beschikking worden gesteld van den heer
officier van justitie.
De verdachte, A. D. deR. wonende
te 's-Hertogenbosch, is een welbekende
der justitie.
In ons land hebben we de doodstraf
niet, maar er zijn er, die er om roepen.
Echter, hun aantal is niet zoo groot, dat
het reeds in den eerstkomenden tijd een
„brandende kwestie" worden zal.
In Frankrijk is dat anders. Daar wordt
na eiken gruwelmoord om weder-toepassing
van de doodstraf geroepen. Maar ook die
roepers hebben nog geen meerderheid
kunnen vinden.
En in Rusland, waar men de doodstraf
heeft, waar men vooral in de laatste jaren
dadelijk klaar is met hangen of dood
schieten, laten zich stemmen hooren, die
ernstig waarschuwendat de doodstraf
een natie hoe langer hoe meer doet terug
glijden naar den staat van barbaarschheid.
Tot die roependen, die het oor der
wereld hebben, behoort ook Tolstoj, wiens
80en verjaardag men eerlang vieren zal.
„Ik k&n niet langer zwijgen, ik moet
spreken!" zoo roept hij uit in een reeks
van groote bladen van vele landen. „Is er
verderfelijker opvoedmiddel voor een volk
dan de doodstraf? Het volk raakt met die
terechtstellingen op den duur zóó ver
trouwd, dat het het leven van een mensch
minder tellen gaat. Nu de regeering den
doodslag als middel om tot zijn doel te
geraken in toepaseing brengt, gaan vele
ongelukkigen, door de regeering bedorven,
diefstal, roof, marteling, moord als zeer
gewone, den mensch eigen [handelingen
beschouwen.
Men zegt, dat de orde en de vrede zóó
hersteld moeten worden. Maar het is de
geest van het volk, waaruit orde en vrede
moeten voortkomen. En al doodt gij het
tiende deel van het Russische volk, dan
zal nog de geest van het overschot niet
wezen als gij wenscht.
De regeerders zeggen, dat de revoluti
onairen beginnen, en dat de afschuwelijke
misdaden der revolutionairen alleen door
onverbiddelijke maatregelen, door bloed,
beteugeld kunnen worden.
Gij mannen van rijperen leeftijd! zegt
Tolstoj, gij die over anderen beveelt, gij
die den Christelijken godsdienst belijdt,
gij roept als kinderen, die aan het vechten
raken: Wij zijn niet begonnen, maar zijl
Dat is het beste wat gij weet te zeggen,
gij, die u de rol van wetgevers en leiders
aanmatigt. Wat voor menschen zijt gij toch,
gij die als God erkent, hem die uitdrukke
lijk heeft verboden niet alleen den moord
onder eiken vorm, maar zelfs den toorn
tegen den naaste".
Tolstoj laat er op volgen: „Ik schrijf
deze regelen, en ik zal ze met alle mid
delen, waarover ik beschik, verspreiden, in
Rusland en daar buiten, zoodat er één
van tweeën gebeurt: óf men maakt een
einde aan die onmenschelijke daden, óf
ik zal er geen deel meer aan hebben. In
de gevangenis gezet, zal ik zeer stellig
het gevoel hebben, dat die gruwelen niet
meer in mijn belang geschieden. Misschien
zelfs maar dat zou zoo schoon zijn,
dat ik nauwelijks een dergelijk geluk mag
droomen zal men ook mij, evenals aan
die twintig of twaalf boeren, een muts
opzetten en een zak over het hoofd doen,
en mij van een bank afstooten, zoodat ik
door mijn eigen gewicht het zorgvuldig
gezeepte touw om mijn ouden hals vast-
trek".
En dan richt Tolstoj zich tot a1 wie
aan die terechtstellingen meedoen, van
hoog tot laag, en wijst hen er op, dat ze
boven alles mensch moeten zijn, „mensch,
wien het heden gegeven is de wereld,
Gods schepping aan te zien, en die mor
gen niet zal zijn".
Ds. Brook, president van den Natio-
nalen Raad van Vrije Evangelische kerken,
heeft zich in een te Soulhport gehouden
preek uitgelaten over het manifest van
Tolstoï: „Wij kunnen niet zwijgen".
We .kunnen, zeide de predikant op zijn
beurt, zulk een beroep niet langer onbe
antwoord laten.
De tsaar en zijn raadgevers zullen
eenmaal voor den Rechter van de gansche
wereld zich over al het ten onrechte ver
goten bloed moeten verantwoorden. Wij
echter, lieden van de vrije kerk, die de
helft van de Christelijke gemeenten van
Engeland vertegenwoordigen, kunnen slechts
onze afkeuring, onzen afschuw over deze
onmcnschelijkheden tot uiting brengen.
Moge de groote Koning der Koningen
geven, dat de aangroeiende verontwaardi
ging der beschaafde wereld als een vlam
ten hemel laaie, dat ze doordringe in de
duistere hoeken van de Russische bureau
cratie, en de heerschers dwinge, een eind
te maken aan deze reeks vreeselljke
wreedhedtn.
Een echtscheidingsproces, dat wel
bizondere vermelding verdient, heeft in
Engeland plaats gehad. Een man wilde
scheiden, omdat zijn vrouw zich schminkte.
Hij beweerde, dat zijn vrouw hem op
deze wijze reeds bij 't huwelijk bedrogen
had, want het gezicht, dat zij hem getoond
had, w is niel haar eigen geweest. Een
vrouw echter, die met haar gelaat loog,
was ook tot andere leugens in staat. Tot
zoover was de zaak niet bizonder merk
waardig, merkwaardig werd zij eerst door
het oordeel van den rechter, die de klacht
van den man gegrond achtte, en aan de
hand van een wet, die zeker al 250 jaar oud
is, en waaraan geen mensch meer gedacht
had, de scheiding uitsprak. De wet stamt
uit den tijd van Karei II, en verklaart, dat
vrouwen van iederen leeftijd, iederen stand
en ieder beroep, die één der mannelijke
onderdanen van Zijne Majesteit door
essenzen, schminken, cosmetieke middelen,
valsche tanden en haren enz., tot een
huwelijk verleidenvolgens de voor
toovenaars en heksen g:ldende wet
minder deed men het toen niet gestraft
zullen worden, en dA het huwelijk van
nul en geene waarde zal zijn. Een
wijze wetgever.
In de Comédie Fran^aise te Parijs
heeft Mme Delvair, die de titelrol vervulde
in Victor Hugo's drama „Marion Delorme",
in het 4e bedrijf het ongeluk gehad van
plotseling haar rol geheel te vergeten.
Hare medespelers moesten al hunne
scherpzinnigheid aanwenden om te kuqnen
doorspelen, tot het scherm viel. Achter
de coulissen deed men al het mogelijke
om de actrice, die natuurlijk zeer ontdaan
was, tot kalmte te brengen. Maar het
was onmogelijk het geval te verklaren.
Mme Delvair wist niets anders te zeggen,
dan dat zij niets meer wist.
Op een dakkamertje aan de rue des
Rigoles woonde sinds eenigen tijd een*
jonge man, diebzich Léon Jentault noemde.
Zijn beroep was niet bekend en hij ging
zelden uit. Gewoonlijk kwam hij des