ZIERIKZEESCHEÜI NIEUWSBODE.
Donderdag 23 Juli 1908.
D
O
D
N
D
W. DU CLAUX,
(Z ierikzeesche
Courant).
AFKONDIGING.
Het Stembiljet.
Naar de stembus,
Weest opuwjioede.
W. DU CLAUX,
W. DU CLAUX,
NIEUWSTIJDINGEN.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is 1,30, franco per post
1,60.
Voor het buitenland, verzending eens per week,
10,per jaar bij vooruitbetaling.
63ste JAARGANG. No. 8645.
Uitgever-Hoofdredacteur: A. FRANKEL,
Oude Haven D 493.
Redac.teur: J. WA ALE.
AdvertentiBnvan 1—3 regels 30 Cts.,
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags-, Woensdags- en Vrijdags-middags
2 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten geschieden bij den DirecteurA. I. DE LOOZEHoek SchuithavenZierikzee.
Het Kantoor is geopend eiken werkdag van 's morgens 9 tot 's avonds 9 we.
Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te
Zierikzee maakt bekend, dat door den heer
Directeur der Directe Belastingen te Middelburg
is executoir verklaard het kohier betreffende
de belasting op bedrijfs- en andere inkomsten
dezer gemeente, over het belastingjaar 1908/9,
no. 1dat op heden aan den heer Ontvanger
der Directe Belastingen alhier wordt ter hand
gesteld ter invordering, en dat ieder verplicht
is zijn aanslag op den bij de wet bepaalden voet
te voldoen.
Zierikzeb, den 21 Juli 1908.
Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur
voornoemd,
H. C. MOOLENBURGH.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Zierikzee maken bekend:
dat de Rekening der Gemeente over het jaar
1907, ingevolge artikel 219 der Gemeentewet, van
heden af, gedurende veertien dagen, voor een
ieder ter inzage op de Secretarie der Gemeente
is nedergelegd, en tegen betaling der kosten ver
krijgbaar gesteld.
Zierikzee, den 22 Juli 1908.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. C. MOOLENBURGH, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
Elk kiezer ga aanstaanden Vrijdag
tusschen 8 en 5 uur naar het Raadhuis,
waar hij tegen afgifte van de oproepings-
kaart, die hij moet medebrengen, een stem
biljet ontvangt, dat er aldus uitziet:
CANDIDATE N.
j
BOONE.
P. J.
DU CLAUX.
W.
ENGELBERTS.
Mr. D.
Met dit stembiljet ga men naar een
lessenaar, en make daar met een potlood
het witte rondje vóór den naam van hem,
die men wil kiezen, zwart.
Men mag op het stembiljet niet schrijven,
en men mag ook niet de namen van de
tegencandidaten doorschrappen. Doet men
dat toch, dan is het stembiljet ongeldig.
Heeft men bij vergissing het witte rondje
zwart gemaakt van hem, dien men niet wil
kiezen, dan kan men aan het stembureau
een nieuw stembiljet aanvragen, mits men
het eerste stembiljet, dat abusievelijk is
ingevuld, teruggeeft.
Kiezers! het stembiljet, dat gij dus
Vrijdag in de bus steekt, ziet er aldus uit:
CANDID A TEN.
Aanwijzing
der
keuze.
NAMEN.
Voorletters.
BOONE.
P. J.
DU CLAUX.
W.
ENGELBERTS.
Mr. D.
Er is te dezer stede in de laatste jaren
geen candidaat voor den gemeenteraad
geweest, die zoo druk besproken, en tevens
zoo verschillend beoordeeld is geworden,
als juist de heer W. DU CLAUX, de
candidaat der Liberale Kiesvereeniging.
Had genoemde heer slechts één enkel
oogenblik kunnen bevroeden, tot welke
wrijving, tot wat een beweging zijn
candidatuur zou aanleiding geven, wij
houden ons overtuigd, dat, wars van strijd
en vrij van alle eerzucht als hij is, hij
onmiddellijk, nadat hij gesteld was, voor
de eer vriendelijk bedankt zou hebben.
Maar hij had daarvan blijkbaar niet het
minste vermoeden, en nu hij de candidatuur
eenmaal aanvaard had, was hij terecht
van gevoelen, niet te mogen wijken voor
het rumoer, dat om zijn candidatuur zonder
gegrond gebleken reden en niet geheel
zonder nevenbedoelingen gemaakt werd.
Sommigen toch waren blijkbaar van
inzicht, dat het wel eens een voordeeltje
kon opleverenindien men in troebel
water ging visschen.
Anderen waren van oordeel, dat men
van de gunstige gelegenheid, dat er in de
gelederen der vrijzinnigen verdeeldheid
heerschte, gretig gebruik moest maken, en
zij bliezen, smalend op den candidaat en
op de liberale partij, die hem gesteld had,
met volle kracht het twistvuur aan.
Gehoopt werd op de nederlaag der
liberalen bij de stembus.
Ja, gerekend werd daarop reeds.
Weddingschappen zelfs werden aan
gegaan, dat de liberalen dezen keer in
het zand zullen bijten.
Beweerd werd namelijk, en hierop is
hunne blijde verwachting hoofdzakelijk
gebaseerd, dat er vele liberalen zullen zijn,
die minder ingenomen met de candidatuur
van den heer W. DU CLAUX, zich van
Stemmen zullen ortthoudciry cu llidfis
rustigjes te huis zullen blijven.
Wij gelooven dit niet, en kunnen het
ook niet gelooven, omdat wij van onze
partijgenooten een hoogeren dunk hebben.
Wij kunnen niet aannemen, dat zij, die
eens voor de herovering van den kamer
zetel tegen de coalitie vol vuur en geest
drift kampten, haar thans een gemeente
zetel als het ware zullen aanbieden.
Wij kunnen niet aannemen, dat zij, die
weldra tot behoud van dit district voor
de liberale partij opnieuw ten strijde tegen
de coalitie zullen optrekken, nu in het
gezicht van dien strijd haar zullen steunen.
Want de liberaal, die opzettelijk te huis
blijft, of een blanco stem uitbrengt, steunt
daardoor de coalitie, die natuurlijk een
juichtoon zal aanheffen, als haar in dien
vorm die steun ten deel valt.
Bovendien, wat zou er van de partij-
tucht terechtkomenwanneer het aan
eiken medestander geoorloofd zou zijn om
een candidatuur, door de partij-organisatie
gesteld, af te breken.
Heeft éénmaal toch een kiesvereeniging
een candidaat geproclameerd, dan valt de
persoon van den candidaat weg, en vangt
de strijd der beginselen aan, die zich in
en door de verschillende partijen open
baren.
De personenstrijd, de strijd vóór en
tegen den candidaat, wordt in den boezem
der partij, in den kring der kiesvereeni
ging uitgevochten.
Wat de kiesvereeniging, die als het
officieel orgaan der partij is aan te merken,
beslist, is zedelijk bindend voor allen,
die tot haar behooren, onverschillig of
zij al of niet bij de kiesvereeniging zijn
aangesloten.
Houden de partijgenooten zich daaraan,
dan is de partij, waarvan zij deel uitmaken,
sterk, maar handelen zij daarmede in strijd,
dan is zij zwak, en kan zij wel haar
testament maken.
Dit zijn waarheden als koeien, maar die
wij onzen medestanders moeten voorhouden,
omdat wij weten, dat zij door hen, die er
belang bij hebben, dat de liberalen de
nederlaag zullen lijden, op een dwaalspoor
zijn gebracht.
Voorkomt, liberalen, die nederlaag,
waarover uw tegenstanders zullen juichen,
en waarvan zij partij hopen te trekken.
Gij hebt het in uw macht.
Gebruikt die macht, om te toonen, dat
de vlag, waaromheen gij geschaard hebt,
u dierbaar en heilig is, en dat gij haar
onder alle omstandigheden wilt verdedigen.
Gaat allen aanstaanden Vrijdag naar het
stadhuis en brengt er eenparig uw stem
uit op den heer
den candidaat der liberale partij.
Men tracht de liberalen in honigzoete
woorden diets te maken, dat er geen
kwaad in schuilt, wanneer een anti
revolutionair in den Raad komt.
Wij zijn zoo vrij ten opzichte van die
redeneering het volgende op te merken:
I. Is er één anti-revolutionair over de
brug, dan zullen er meer van de coalitie
overkomen.
II. Al is men, gelijk wij, een voorstander
van een bij de wet geregelde evenredige
vertegenwoordiging van alle staatkundige
partijen voor Kamer, Staten en Gemeente
raad, eigen beginsel laat beslist niet toe
te stemmen iemand, die een standpunt
inneemt, dat lijnrecht daarmede indruischt.
III. De Gemeenteraad is niet slechts
een administratief, maar ook een wet
gevend lichaam, en in dit opzicht is zijn
taak voor ons liberalen vah groot belang.
Hij stelt o. a. verordeningen voor het lager
onderwijs vast, bepaalt de hoegrootheid
der schoolgelden, en benoemt het onder
wijzend personeel. Nu leert de ervaring,
dat de anti-revolutionairen in andere ge
meenten steeds er op uit zijn de school
gelden hooger op te drijven, teneinde op
die manier de openbare school leeg te
pompen, en de bizondere school vol te
pompen.
Weest daarom, liberalen, op uw hoede,
laat u niet om den tuin leiden, en brengt
aanstaanden Vrijdag uw stem uit op den
heer
den candidaat der liberale partij.
Zooals men algemeen weet, is de heer
L. Koopman Cz., lid van onzen gemeente
raad, secretaris van bovengenoemde kies
vereeniging; maar wat men niet algemeen
weet is, dat genoemde heer decandi-
datenlijst van „Gemeentebelang", die op
de secretarie ter visie ligt, niet geteekend
heeft.
De vraag rijst als van zelve, waarom
heeft de heer L. Koopman Cz., die de
jongste algemeene vergadering van „Ge
meentebelang" heeft bijgewoond, aan het
slot waarvan de lijst aan de leden ter
teekening werd aangeboden, haar niet
geteekend.
Wij hebben geen gelegenheid gehad
die vraag tot den heer L. Koopman Cz.
te richten, en openhartig gesproken, achtten
wij het ook in het geheel niet noodig dit
te doen, daar wij wel begrepen, wat de heer
L. Koopman Cz. bewoog dit na te laten.
De heer L. Koopman Cz. is namelijk
liberaal, en als zoodanig komt hij in
botsing met de door „Gemeentebelang"
genomen beslissing den anti-revolutionairen
mr. D. Engclberts te candideeren.
Hij weet, dat die candidaatstelling uit
sluitend het werk is van hen, die tot
de katholieke staatspartij behooren, dat
zij geen neutraal karakter draagt, maar
zuiver het uitvloeisel is van het politiek
verbond, dat tusschen anti-revolutionairen
en katholieken bestaat.
Daardoor kwam hij te staan tusschen
twee vuren.
Eenerzijds zijn staatkundig beginsel, dat
hij natuurlijk niet overboord wilde werpen
anderzijds zijn innige verhouding tot
„Gemeentebelang".
In dien tweestrijd koos hij voor zijn
politieke overtuiging.
Door die keuze heeft hij een treffend
bewijs geleverd voor de juistheid onzer
bewering, dat „Gemeentebelang" feitelijk
een katholieke kiesvereeniging is.
Liberalen, ziet het gevaar in, dat u
bedreigt.
Anti-revolutionairen, katholieken en de
christelijk-historischen staan verbonden
tegenover u.
Niet één van hen zal aanstaanden
Vrijdag op het appèl ontbreken.
Spiegelt u in dit opzicht aan hen.
Laat uw lauwheid varen, en weest
Vrijdag op uw post, teneinde gezamenlijk
uw stem uit te brengen op den heer
den candidaat der liberale partij.
PERZIË.
De Times verneemt uit Teheran, dat de
nationalisten te Tebris ae overwinning
hebben behaald. Rachim Khan heeft met
zijn wilde ruiters de stad verlaten. De
Sjah ho«jft in allerijl versterk ineen afcernnden
met bevel de nationalisten tot eiken prijs
te vermoorden. De bewoners van Tebris
hebben den heiligen oorlog tegen den
Sjah uitgeroepen.
Tebris is geheel in de macht der
revolutionnairen, behalve de wijk Moedjehed.
De bewoners zijn zeer opgewonden.
De Koninklijke infanterie, die van Teheran
naar Tebris was gezonden om de orde
te helpen handhaven, heeft haar geweren
in den steek gelaten, de uniformen uit
getrokken en is naar huis gegaan. De
bevolking is in de moskeeën samen
gekomen en besloot de wijk Moedjehed
en de wijk der royalisten aan te vallen.
De Russische consul-generaal kwam echter
tusschenbeide en beloofde aan den Sjah
te telegrapheeren, een algemeene amnestie
te verkrijgen, en den priesterraad uiteen te
doen jagen. Later vernam men, dat
antwoord van. den Sjah Was ingekomen,
en dat de priesterraad was gevlucht.
In de straten houden het schieten cn
plunderen aan. De royalisten worden
vermoord, waar zij zich vertoonen, ook
de beul van Rachim Khan is vermoord.
De Sjah gaat voort zijn kamp te
Basskshah te versterken. 1000 Bachthiaren-
ruiters worden tegen de opstandelingen
van de provincie Azerbadjan uitgezonden.
Zes der revolutionnairen, die in de
Engelsche legatie waren gevlucht, zijn tot
deportatie veroordeeld en onder geleide
weggevoerd.
Nasi is te Trapani herkozen met een
meerderheid van 3000 stemmen. Dank zij
het krachtig optreden der autoriteiten,
kwamen geen onordelijkheden voor.
TURKIJE.
De aanslag te Monastir, op den divisie-
generaal Osman Hidajet Pasja gepleegd,
is een nieuw teeken van de nog steeds
voortdurende gisting onder de Jong-Turken.
De generaal werd, terwijl hij in de kazerne
een bevelschrift betreffende de beweging
voorlas, dat strekken moest om de rust
te bevorderen, door een officier aangevallen,
die hem met verscheidene revolverschoten
ernstig verwondde.
Constantinopel, 20 Juli. Het comité
der jong-Turken heeft tot het consulaire
corps te Monastir een nota gericht,
waarvan wij hier de voornaamste punten
laten volgen. De jong-Turksche partij
wijst er op, dat kwaadwillig berichten
zijn uitgestrooid, om oneenigheid en
wantrouwen te zaaien tusschen verschillende
elementen in Turkije, en zij het daarom
noodig acht, hare liberale humanitaire
bedoelingen kenbaar te maken. Het hoofd
doel der liga is echttr de grondwet van
1876 weder hersteld te krijgen. De parlij
verzekert nog eens met nadruk, dat ze
geen enkele wrok koestert tegen niet-
Muzelmannen of tegen gewaarborgde rechten
voor elk, zonder onderscheid van ras of
geloof. Men wenscht alle onnoodig bloed
vergieten te vermijden, daar er reeds
bloed genoeg vergoten is door de
beklagenswaardige Turksche bevolking.
De jong-Turken zullen geen dorpen aan
vallen, doch ze integendeel verdedigen
tegen vreemde benden.
De eenige nieuwe feiten, die te
vermelden vallen, zijn de desertie van een
luitenant, in garnizoen te Tikvesh, die er
met enkele soldaten vandoor ging met
medeneming van munitie. Tevens wordt
een enquête Ingesteld naar een bataljon
jagers, in garnizoen te Gergheli, omdat
de houding van enkele officieren en
soldaten der regeering verdacht voorkomt.
RUSLAND.
Admiraal Rodsjeswenski is overladen.
Als doodoorzaak wordt genoemd een hartr
aandoening, tengevolge vaneen verwonding,
opgedaan jn den slag bij Tsoesjima.
Rodsjeswenski is de bekende admiraal
commandant van het zoogenaamd Baltisch
eskader, dat in de tweede periode van
den Russiscb-Japanschen oorlog werd
afgezonden naar de Japansche wateren.
Bij het passeeren van de Noordzee, in
October 1904, beschoten schepen, be-
hoorende tot het eskader van Rodsjeswenski,
Hullsche visschersbootenmeenende, dat
zich daartusschen Japansche oorlogs
vaartuigen bevonden. In den slag bij
Tsoesjima, 27 en 28 Mei 1905, werd de
vloot van Rodsjeswenski vernield, en hij
zelf verwond.
waar aanteiuing van mci uviM.t.u»
manifest van Tolstoï, dat naar alle groote
bladen der wereld werd gestuurd
publiceert de Matin een manifest
van Vorst Kotchoeley, octobrist met
liberale neigingen, een tegen-manifest, dat
in het kort hierop neerkomt.
Niet voor u graaf Leo Tolstoï maar wel
grootendeels door u wordt het aantal
schavotten en gevangenissen in'Rusland
steeds grooter. Gij zijt te hoog geplaatst
om als slachtoffer te dienen en anderzijds
zijn de materieele goederen uwer familie
sedert lang in veiligheid. Zij, die het
schavot trotseeren, die in de gevangenissen
versmachten, die de zwaarste ontberingen
verdragen in naam van de ideale liefde,
die het sophisme van uw leer predikt,
zijn slechts bescheiden revolutionnairen.
Wat den soldaten betreft, waarvan het
zien u hindert, zij zijn niet voor u ge
wapend, maar om Rusland te verdedigen
in de ure des gevaars. Terwijl gij in uw
landelijke heerenzate, Jasnaia Poliana
peinsdet over de ijdelheden van de
menschelijke grootheid, kende onze vanen
voor het eerst de smart van smadelijke
nederlagen. Die nederlagen zijn uw werk,
gij hebt door uw verkeerd menschelijke
theoriën onze jonge mannen verleid, gij
hebt hen geleerd de grootheid van hel
vaderland te verachten en leugenachtige
idealen na te jagen.
Gij zijt een slecht Rus en een valsch
profeet. Een slecht Rus omdat ge, op het
oogenblik, datons ongelukkig vaderland
behoefte heeft aan al zijn nationale energie,
er slechts aan denkt populariteit van min
allooi na te jagen. Een valsch profeet,
omdat gij een ideale liefde predikt, die
slechts haat vermag aan te wakkeren.
Rusland heeft een generatie noodig, die
gereed is te sterven voor zijn verdediging
en zijn roem. Gij hebt deze generatie
gedemoraliseerd door de leugen van uw
leerstellingen. Dat is uw misdaad.
DENEMARKEN.
Kopenhagen, 19 Juli. President Fallières
kwam aan boord van den pantserkruiser
„Verité", alhier aan. De koning en de
mannelijke leden van de koninklijke
familie, de leden van de Fransche legatie,
de minister van buitenlandsche zaken,
Raben, begroetten den president aan
boord van de „Verité". De koning en de
president begaven zich dan naar Tolbaden,
waar ze door ministers, het corps
diplomatique, hoofd- en opper-officieren
en burgerlijke autoriteiten ontvangen
werden. Daarna reden de koning en dé
president in een met vier paarden be
spannen rijtuig, begeleid door huzaren,
naar het slot Amaliënborg.