Op een desbetreffend verzoek van het Centr. Bureau der Organisatie van R. K. miliciens, verlofgangers, landweerplichtigen en oud-miliciens te Tilburg, is door den Minister van Oorlog geantwoord, dat hij, wat betreft het geven van de gelegenheid tot het bidden vóór en na maaltijden op de soldatenkamers, geheel deelt het ge voelen in dezen van zijne onmiddellijke ambtsvoorgangers, welk gevoelen o. a. meermalen aan de Volksvertegenwoordiging werd kenbaar gemaakt, nl. dat die ge legenheid altijd bestaan heeft en nog steeds bestaat; doch dat, waar belijders van ver schillende godsdiensten en zij, die tot geenerlei kerkgenootschap behooren, te zamen aanzitten, het geven van voor schriften tot regeling dezer aangelegenheid achterwege moet blijven; dat niettemin aan de verschillende commandeerende officieren de inhoud van het verzoekschrift zal worden medegedeeld, doch dat aan hunne prudentie en aan die hunner onderhebbende compagnies-, eskadrons- en batterij-commandanten wordt overge laten om wenken of aanwijzingen te geven of te doen geven, overeenkomstig die, welke door den commandeerenden officier te Hoorn in 't leven zijn geroepen. Voortaan zal aan de militairen, die door een of andere omstandigheid geen gebruik van hun brood kunnen maken, daarvoor een geldelijke vergoeding worden toegekend. Tot heden werd dit brood ten voordeele van het Rijk gebracht. Ingezonden Mededeelingen. (Onder verantwoordelijkheid van den Inzender). Van 1—5 regels f 1,elke regel meer f 0,20. Verteld te Rotterdam. Een inwoner van Rotterdam vertelt hier vrij en openhartig hoe zij beterschap heeft bekomen van een bedroevende huidziekte. Zierikzeesche in woners, die een geneesmiddel zoeken voor aam beien, prikkelende huiduitslag of andere huidziekten, zullen het de moeite waard vinden, om van hun buurvrouw's goeden raad nut te trekken. Mejuffrouw Berendsen, Van Oldenbarneveld- straat 71 te Rotterdam, deelt ons mede: Sedert zes maanden was mijn dochter aangedaan met droge aambeiendeze bezorgden haar veel hinder en pijn en de jeuking was onuithoudbaar. Onop houdelijk had zij hier last van, zoowel bij het loopen als bij het zitten. Ik was blij toen ik van Foster's Zalf hoorde en de goede verwachtingen hiervan gekoesterd, werden gelukkig niet teleur gesteld. Ze had deze slechts gedurende eenige dagen noodig om zich geheel van haar bedroevende kwaal te genezen en uit erkentelijkheid zal ik waar ik kan uw probaat middel recommandeeren. Ik ondergeteekende verklaar dat het boven staande waar Is en machtig u het publiek te maken op elke wijze die u goeddunkt. Zie toe dat gij de echte Foster's Zalf bekomt, hetzelfde soort dat Mejuffrouw Berendsen gehad heeft. Ze is te Zlerikzee verlengbaar b| den Heer M. S. Polak, gedlpl. Drogist, en te Tholen bfl den Heer W. Potter, filiaal Apotheek „Coronoe", Stoofstraat Toezending geschiedt franco na ontvangst van postwissel i f 1,75 voor één of f 10,— voor 6 doozen. Uit Stad en Provincie. Zierikzee, 27 April Blijkens het jaarverslag van de naam- looze vennootschap stoomtram Hulst— Walzoorden, verkeert de aangevraagde concessie voor het aanleggen en exploi- teeren van een stoomtram van Ter Hole naar Sas van Oent, nog ongeveer in het zelfde stadium van verleden jaar, met dit verschil evenwel, dat de minister van waterstaat heeft afgezien van de vroeger aan het comité Hontenisse—Selzaete ge stelde voorwaarde tot het gelijktijdig of binnen een kort tijdsverloop aanleggen van een zijlijn naar Sas van Gent. Spoorwegmaatsdiappij Mechelen—Ter- neuzen. In een heden (Maandag) gehouden algemeene vergadering van aandeelhouders van de spoorweg-maatschappij Mechelen— Terneuzen, werd het dividend over 1907 vastgesteld op 52 francs per aandeel van 500 francs of 10.4 pCt. Kerkwerve, 27 April. Vrijdag 1 Mei a.s. zal het 25 jaar geleden zijn, dat Dirk Stoel in dienst van het waterschap Schouwen kwam. Serooskerke, 28 April. Den 2en Mei zullen M. den Bleijker en vrouw hun 40-jarige echtvereeniging herdenken. Het verdient wel in ruimer kring bekend te zijn. Hier toch wordt weer bewezen, dat men niet rijk met aardsche goederen behoeft bedeeld te zijn om een zegen te kunnen wezen voor zijn omgeving. Ten allen tijde en voor iedereen hebben zij klaar gestaan de helpende hand te bieden en niet in de eerste plaats om daarvoor loon te ontvangen; menigmaal was dat gering of ontbrak geheel. Dikwijls is zij als baker uitgegaan; meermalen heeft zij bij ziekte- of sterf gevallen bijgestaan of de zorgen geheel op zich genomen. Het Armbestuur weet daarvan mee te spreken. Hij is reeds 30 jaar wegwerker, waar door zij op het „Sasje" kunnen wonen. Jegens de heeren van het Waterschap Schouwen zijn zij dan ook dankbaar gestemd. Van 's werelds leed hebben zij ruim schoots hun deel gehad. Thans nog hebben zij op hun ouden dag twee kinderen in verpleging, voor wie hulp zeer noodig was. Zeker zullen den 2en Mei velen, en niet alleen zij, die van hun hulpvaardigheid genoten hebben, zich hunner herdenken. Nieuwerkerk, 27 April. Vrijdagavond vergaderde in de zaal van de „Meebaal" de plaatselijke Kiesvereeniging „Algemeen Belang". Een twintigtal leden waren aan wezig; van de gelegenheid voor niet-leden om de vergadering bij te wonen werd geen gebruik gemaakt. Na afdoening der huishoudelijke zaken werd medegedeeld, dat de Raad der ge meente gunstig had beschikt op het ver zoek om het bestelloon voor telegrammen ook buiten de kom af te schaffen. Een voorstel om de Vereeniging te splitsen en er een Kiesvereeniging naast op te richten, die wel leden voor de Staten en de Kamer kiest, wordt, als onvereenigbaar met de statuten, ingetrokken. Het voorstel, om te trachten hier in de gemeente aansluiting te verkrijgen met het Intercommunale Telefoonnet, wordt aan genomen en het Bestuur zal zich belasten met een voorloopig onderzoek. Eindelijk wordt nog een voorstel van het Bestuur aangenomen, om voor de Neu trale Kiesvereeniging „Algemeen Belang" propaganda te maken door het verspreiden der statuten met toelichting. Tegen het volgende jaar zal de kiezers lijst door een commissie worden nagegaan. Met dank voor de opkomst sloot de voorzitter de vergadering. St.-Maartensdijk. Terwijl een jong paartje den tweeden Paaschdag met paard en rijtuig zich op den terugweg bevond van een ritje naar Bergen-op-Zoom, ge raakten zij omstreeks 11 ure des avonds door een of andere oorzaak met paard en rijtuig even buiten deze gemeente in de breede waterleiding, waarbij het rijtuig kantelde. De jongeling, J. C. Luijk van Stavenisse, behield zijn tegenwoordigheid van geest, en wist zich uit het rijtuig te werken, waarna het hem ook met groote krachtsinspanning mocht gelukken zijn meisje te redden, wat des te moeilijker ging, dewijl deze met haar voet vast zat in de optrede van het rijtuig, en bovendien zich minder goed bewust was, wat er gebeurd was. Bij den gemeente-veldwachter v. Nieuwenhuijzen, bij wiens woning het ongeval plaats had, werd het meisje zeer welwillend van droge kleederen voorzien en weer op orde gebracht, terwijl de her bergier Op den Brouw aan Luijk andere kleederen verschafte. Inmiddels ingeroepen hulp, waaronder vooral, naar men ons meedeelde, behooren vermeld te worden Jacob op den Brouw en Jacob Coomans, stelde alles in 't werk, om het door een boom van het rijtuig aan den hals zwaar gewonde paard op het droge te brengen, wat hun dan ook na krachtige inspanning en het behalen van een nat en modderig pak gelukte. Den volgenden dag heeft men het rijtuig op den kant gebracht. Voor het behoud van het leven van het paard wordt thans nog gevreesd. Bij een eenigszins hoogeren waterstand zouden hier waarschijnlijk ook menschenlevens te betreuren geweest zijn. Tholen. Vrijdagavond hield de koetsier van de omnibus Tholen—St.-Maartensdijk voor de hofstede van den landbouwer D. v. d. Maas even stil om wat af te geven. Één der passagiers, de heer C. S. uit Dordrecht, hield de paarden vast. De koetsier kwam terug, liet genoemden heer instappen, sloot het portier en de paarden sloegen op eens op hol. Eene vrouw uit Tholen sprong uit den wagen, viel op den grond en bezeerde zich zóó, dat zij met een rijtuig thuis gebracht moest worden. De heer S. ging achter op de trede staan, doch durfde er wegens de groote vaart niet af te springen. Dicht bij den tol werden de paarden door 3 mannen met veel moeite tot staan gebracht en de heer S. uit zijne benarde positie geholpen, die verder de reis te voet naar hier aflegde. De rentmeester van het kroondomein Tholen, de heer J. W. Wagtho, die onlangs benoemd is tot rentmeester van het kroon domein Culemborg, heeft voor die benoeming bedankt. Gelukkig voor Tholen, dat deze familie in haar midden blijft. In de alhier gehoudene vergadering van aandeelhouders in de naamlooze vennootschap „Thoolsche Gasfabriek" zijn de balans en winst- en verliesrekening over 1907 goedgekeurd en het dividend bepaald op 4 pCt. Als commissaris werd herkozen de heer C. A. H. Wagtho. Besloten werd geen verandering te brengen in de meterhuur en de gasprijzen. Naar aanleiding der uitbreiding van het buizennet enz., zal aan den gemeenteraad gevraagd worden om verlenging van de concessie, welke nog twaalf jaar loopt. Goes. Zaterdag is alhier een 1 Harig meisje al spelende in een achter de woning gelegen put gevallen. Hoewel het kind er spoedig werd uitgehaald, mocht het een dadelijk geroepen geneeskundige niet meer gelukken de levensgeesten op te wekken. Middelburg, 25 April. De heer J. F. van Dunné, directeur der registratie en domeinen te dezer stede, hoopt Woensdag den dag te herdenken, waarop hij vóór 50 jaren tot surnumerair werd benoemd. Sinds 1885 is de heer Van Dunné in zijn tegenwoordige betrekking werkzaam. KERKNIEUWS. Serooskerke, 27 ApTil. Gisterenmorgen werd alhier de WelEerw. heer A. E. K. Pols, candidaat tot den H. D., als predikant dezer gemeente bevestigd. Het bevestigings- werk, welwillend afgestaan door onzen consulent ds. Blankert van Kerkwerve, geschiedde door ds. Van Wessum van Hiaure en Bornwerd, die naar aanleiding van de laatste woorden van Openb. II vers 10: „Zijt getrouw tot den dood, en ik zal u geven de kroon des levens", zijn zwager ds. Pols aan de gemeente verbond. De consulent en bevestiger namen beiden aan de handoplegging deel. 's Namiddags deed de nieuwe predikant zijn intree naar aan leiding van Rom. 15 vers 29: „En ik weet, dat ik, tot u komende, met vollen zegen des Evangelies van Christus komen zal". Na afloop werd ds. Pols nog toegesproken door den consulent ds. Blankert van Kerkwerve, die de gemeente verzocht den nieuwen leeraar toe te zingen het 3de vers van Gez. 91. Beide keeren was het kerkgebouw stampvol. Eikerzee, 27 April. De collecte voor de Generale Kas der Ned. Herv. kerk leverde in deze gemeente op f 60,10. In de maand Mei zal, onder leiding van Mgr. H. van de Wetering, Aartsbisschop van Utrecht, een comité van katholieken, namens alle katholieken van Nederland, aan Z. H. den Paus hunne gelukwenschen en offergaven aanbieden ter gelegenheid van het 50-jarig priesterfeest van Z. H. Het comité zal bestaan uit 4 leden uit ieder bisdom. Uit het bisdom Haarlem zijn dat de heerenmr. F. Th. Westerwoudt, Staats raad i. b. d. te Amsterdam, president, jhr. P. von Flsenne, lid van de Eerste Kamer te Rijswijk, J. J. G. baron van Voorst tot Voorst, lid der Eerste Kamer te 's-Graven- hage, cn mr. W. S. J. van Waterschoot van der Gracht, geheim kamerheer van Z. H., lid der Eerste Kamer, te Amsterdam. O N D E ft W IJ S. De heer J. Sinke Cz. te lerseke is benoemd tot onderwijzer aan de christelijke school te Krabbendljke. Kortgene, 24 April. Bij het heden te 's-Gravenhage gehouden examen voor Chr. Bewaarschoolhouderessen slaagde mej. J. Sanderse, geboren en wonende alhier. Acte-examens Lager Onderwijs. Middelburg, 23 April. Geëx. 8 mannel. candidaten. Geslaagd de heeren: J. J. Rozendaal, K. W. Beerens, L. Minderhoud, A. van Willigen, D. Verstraate, allen van Middelburg; G. J. Molhoek van Ellewouts- dijk en W. K. Hack van Ouwerkerk. Visscher ij- Berichten. Thans worden in de Zeeuwsche stroomen veel garnalen gevangen. De meeste worden naar België gezonden tegen f 2,50 tot f 3 per mand, naar gelang van grootte en kwaliteit. SPORT. Sdiieten. Op de banen van Pax Intrantibus aan 'tZand, onder Middelburg, is gisteren de schietwedstrijd geëindigd, uitgeschreven door de schietvereeniging „Middelburg" te Middelburg, ter gelegen heid van haar 10-jarig bestaan. In den korpswedstrijd (buks) werd de le prijs, groote medaille van H. M. de Koningin, behaald door de Kon. Scherp- schutters-vereeniging „Vlissingen", met 25 treffers en 429 punten; 2e prijs, medaille van H. M. de Koningin-Moeder, door de vereeniging „G. O. E. S." te Goes, met 25 treffers en 425 punten3e prijs, zilveren medaille, geschonken door den burgemees ter van Middelburg, „Domburg" te Dom burg, met 24 treffers en 391 punten; 4e prijs, zilveren medaille, „Nut en Genoegen" te Biggekerke, met 23 treffers en 401 punten; 5e prijs, bronzen medaille, „Prins Hendrik der Nederlanden" te Zoutelande, met 23 treffers en 385 punten. Korpswedstrijd (cylinder) le prijs, groote medaille van Z. K. H. Prins Hendrik, de Kon. Scherpschutters-vereeniging „Vlissin gen", met 25 treffers en 269 punten; 2e prijs, verguld zilveren medaille van den Commissaris der Koningin, „Nut en Genoegen" te Biggekerke, met 24 treffers en 253 punten; 3e prijs, verguld zilveren medaille, „G. O. E. S." te Goes, met 24 treffers en 246 punten4e prijs, zilveren medaille, „Prins Hendrik der Nederlanden" te Zoutelande, met 23 treffersjen 231 punten 5e prijs, bronzen medaille, „Paul Kruger" te 'tZand, met 23 treffers en 228;Tpunten. Voetbal. Gisteren (Zondag) werd te Middelburg tusschen „Victoria I" en „Olympia II" de beslissende wedstrijd gespeeld om het kampioenschap in de competitie van den Walcherschen Bond. Eerstgenoemde vereeniging won met 6—3. Bij de rust was de stand 2—1 in het voordeel van „Olympia". Een ander elftal van „Olympia" te Middelburg speelde tegen een negental spelers der nieuw opgerichte vereeniging „O. V. D." (oud van dagen), bestaande uit Sersonen, die in jaren niet gespeeld hadden, •e jongeren wonnen het van de „Oud van Dagen" met 11—1. Voor de vele toeschouwers was het een vroolijke middag. Prins Hendrik en de Landbouw. De vergadering, waarinzooals wij in ons jongste nummer mededeelden, de Koninklijke Nederlandsche Landbouw- Vereeniging werd opgericht, in het Koninklijk Paleis te Amsterdam gehouden, werd door den Prins met de volgende rede geopend Het zij mij vergund u allen hartelijk welkom te heeten. Bizonder verheugt het mij, en ik wensch u daarover mijne groote voldoening uit te spreken, dat de groote en invloedrijke vereenigingen of corporation op landbouwgebied zoo bereidwillig aan mijne uitnoodiging hebben gevolg gegeven door u, mijne heeren, naar deze bijeenkomst af te vaardigen, en ik dank u voor uwe aanwezigheid te dezer plaatse. Daaruit toch meen ik te mogen afleiden, dat het denkbeeld om in Nederland eene organisatie op landbouwgebied in 't leven te roepen zooals is bedoeld in mijn schrijven van 2 April j.l., bij u allen in beginsel instemming heeft gevonden. Niet minder stel ik het op prijs, en ik spreek daarover mijne erkentelijkheid uit, dat naast zoovele mannen van praktijk en evaring ook de vertegenwoordigers van de landbouwwetenschap door hunne tegenwoordigheid blijk geven van hunne belangstelling in de totstandkoming van deze zaak. Bij alles wat ten behoeve van de verbetering en de ontwikkeling van den landbouw in ons land geschied is of nog moet geschieden, is hunne medewerking onmisbaar en de zekerheid, dat op hun steun onvoorwaardelijk mag worden gerekend In de gedachte organisatie, geelt mij mede goeden moed op hare toekomstige ont wikkeling. Ook u, mijnheer de Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, dank ik zeer voor uwe aanwezigheid op deze bijeenkomst, omdat ik daarin het bewijs zie, dat Uwe Excellentie instemt met de pogingen, die de Nederlandsche Landbouw aanwendt om in de eerste plaats door eigen kracht en Inspanning het bedrijf tot meerdere ontwikkeling en tot hoogeren bloei te brengen. Doch waar de ondervinding meer dan voldoende heeft geleerd, dat bij genoemd streven directe zoowel als indirecte steun van de zijde der Regeering niet is te ontberen, en de door mij beoogde organisatie dien zeer zeker ook zal behoeven, mag ik er mij ongetwijfeld van overtuigd houden, dat uwe aanwezigheid en die van zoovele Hoofdambtenaren van uw Departement een waarborg kan heeten, dat een beroep op de medewerking van de Regeering te zijner tijd niet te vergeefs zal zijn. En nu tot de zaak zelve komende, schijnt het mij niet raadzaam, om in deze bijeenkomst ten aanzien der eventueel in 't leven te roepen organisatie te zeer in bizonderheden af te dalen. Integendeel komt het mij voor, dat het, na de hier te houden besprekingen van meer algemeene strekking, ter nadere uitwerking van de te berde gebrachte denkbeelden en wellicht in beginsel genomen besluiten, gewenscht is een Commissie uit de aanwezigen te benoemen of eenige personen daarvoor aan te wijzen. Zonder eenigen invloed op de besprekingen te willen uitoefenen, doch deze gaarne zooveel mogelijk den vrijen loop willende laten, veroorloof ik mij echter de vrijheid op enkele punten uwe aandacht te vestigen. Ik wil daarmede echter geenszins te kennen geven, dat juist met inacht neming daarvan, en van geen andere de grondslag van de door mij gedachte vereeniging zou kunnen gelegd worden. Voorop zij dan gesteld, dat naar mijne meening elk denkbeeld van het verdringen van reeds bestaande organisation als uitingen van het vereenigingslcven op landbouwgebied aan de vorming van deze nieuwe organisatie vreemd dient te blijven. Integendeel, deze laatste zal de reeds bestaande vereenigingen geheel onaan geroerd moeten laten, doch er naast, te midden ervan, een plaats vragen, om als het ware een middelpunt tc vormen, waaromheen alle zich groepceren, voor bepaald omschreven doeleinden zich aansluiten, om op die wijze, telkens waar dit noodig of wenschclijk blijkt, iets nationaals op het gebied van den landbouw tot stand te brengen. En nu ligt op dit oogenblik, zooals ik reeds in mijne tot u gezonden uitnoodiging heb gezegd, wel in de eerste plaats een regeling van ons landbouw-tentoonstcllingswezcn het meest voor de hand als een gevolg van 't geen ten vorigen jare te dien aanzien Is ondervonden en geleerd. Het wil mij dan ook voorkomen, dat de nieuwe hier te stichten vereeniging, welker naam wellicht ook heden reeds ware vast te stellen, zoodra zij mocht zijn geconstitueerd, beginne met het op maken van een goed doordacht en geregeld plan van te zijner tijd te houden nationale tentoon stellingen en wedstrijden. Daarna zouden ver schillende sub-commission kunnen worden aan gewezen of samengesteld, die, voeling houdend met de bestaande organisatie, de uitvoering van de zaak zelf op zich zouden kunnen nemen. Het spreekt wel van zelf dat door de vereeniging ook de belangen van provinciale- of afdeelings- tentoonstellingen zouden kunnen worden behartigd, zoodat ook deze door het ontvangen van adviezen of van steun op andere wijze de vaak gewenschte of noodige hulp niet behoefden te ontberen. Het schijnt mij toe, dat nadere overwegingen in dien zin te gelegener tijd niet overbodig zijn te achten. Een belangrijke vraag bij het stichten van een organisatie of van een vereeniging is zeker ook die, welke betrekking heeft op de geldmiddelen. Wil van een vereeniging, als de door mij ge dachte, inderdaad kracht uitgaan, dan behoort zij de middelen te bezitten om voortdurend werkzaam te blijven en waar het noodig is met tot op zekere hoogte onbekrompen hand te organiseeren of steun te verleenen. Ook de nieuwe vereeniging zal in haar arbeid zeker de behoefte aan een goed gevulde kas telkens gevoelen en het is dus zeker gewenscht, dat ook deze kwestie goed onder de oogen wordt gezien. Mij komt het gewenscht voor, dat zoowel van de zijde van de belanghebbenden als van die van de regeering daarin wordt voorzien en dat dus op bijdragen van het Rijk, van de provin ciale besturen, van de zich aansluitende vereeni gingen en van particulieren kan worden gerekend. Een andere, zeker niet minder belangrijke aan gelegenheid, die ik ten slotte nog meen te moeten noemen, is die van de inrichting van het bestuur der vereeniging. Gewenscht zal het zeker zijn, dat een hoofd bestuur worde gevormd en dat bovendien een persoon zou dienen te worden aangewezen, die als algemeen secretaris zich desnoods geheel cn voortdurend aan de belangen, door de vereeniging voorgestaan, kon wijden. In hoeverre dit bestuur door de samenwerkende vereenigingen en corporatiën rechtstreeks of niet rechtstreeks zoude moeten worden aangewezen, alsmede in hoeverre tal van andere zaken, welke noodwendig met de oprichting van een nieuwe vereeniging samenhangen, geregeld moeten worden, zal ik thans niet verder nagaan. Ik zou vreezen te veel in bizonderheden af te dalen en de be sprekingen al te zeer te beperken. Het door mij gesprokene moge u echter eenigszins een denk beeld geven van de organisatie, zooals zij door mij is gedacht. Op het recht tot eigen initiatief dezer bijeen komst bedoel ik echter daarmede geenszins inbreuk te maken, en blijkt uit de te houden besprekingen, dat wellicht langs andere wegen nog beter het doel is te bereiken, dan zal ik zeker de eerste zijn, die aanraadt deze in te slaan. Het doel, dat ons thans voor oogen staat, is een vereeniging te stichten, die, naar ik hoop, in de toekomst een machtige factor zal kunnen worden in de verdere ontwikkeling van den Nederland- schen landbouw, in de bevordering van de welvaart van den Nederlandschen landbouwer, van den Nederlandschen boerenstand, waarvan het lot ons allen zoozeer ter harte gaat. Hiermede mijne heeren, verklaar ik deze vergadering voor geopend. HET BAL TEH HOVE. Dat is altijd voor de Amsterdammers de avond bij uitnemendheid, als het anders als uitgestorven Koninklijk Paleis, stralend in een zee van licht, tintelt van leven en levendigheid! Aan de vóór- en de achter zijde van het Paleis valt dan te genieten, en in dichte drommen verdringt zich het publiek, om een blik te werpen in de rijtuigen van de genoodigden tot het Hofbal, in hun schitterende gewaden en bonte uniformen, om niet te spreken van de wel zeldzame, maar in rijkdom en pracht alles overtreffende dames-toiletten. En als de balbezoekers en -bezoeksters binnen zijn, dan wordt 't een zoeken en dringen om de beste plaatsjes, vanwaar men iets zien kan van hetgeen daarbinnen gebeurt. In den zachten gloed van de kristallijnen kronen, met hare honderden waskaarsen, ziet men schimmen van dansende paren de vensters voorbij zweven, en de eenvoudige, die zoo gelukkig is dit te mogen waarnemen, rekent zijn avond goed, en gaat opgewekt naar huis. Wat zou hij oogen opzetten als hij al die pracht eens van nabij mocht aan schouwen! Weder, zooals alle jaren, was de aanblik, welken de groote Burgerzaal bood, oogverblindend en verrukkelijk als immer schreed daar de lieve gestalte onzer jonge Koningin door de rijen van hare buigende en neigende gasten. Te half negen, dus een half uur vóór den aanvang van het bal, was de zaal reeds geheel gevuld; in het midden was een looppad vrijgehouden voor de Koninklijke familie en het gevolg. Te ruim negen uur verschenen Hare Majesteiten en Prins Hendrik, voorafgegaan door hofdignitarissen, in de zaal. De Koningin droeg de schitterende diadeem, Haar als nationaal huldeblijk bij Hare kroning aangeboden, en was gekleed in een licht gebloemd rose baltoilet met kant opgewerkt, waarover een overkleed van witte tulle. Een collier van groote paarlen, door briljanten afgewisseld, en briljanten armbanden voltooiden het toilet. Koningin Emma was in een licht lila toilet, met briljanten diadeem. Prins Hendrik droeg de uniform van vice-admiraal. Onmiddellijk bij het binnentreden van de zaal schreed de Koningin toe op een groep, die gevormd werd door haren Commissaris in deze provincie, mr. G. van Tienhoven, den burgemeester en diens vrouw en eenige andere hooge personen, waarna Zij, na een vluchtige begroeting, een vrij langdurig gesprek voerde met mevrouw Van Leeuwen. Daarna werden nog eenige andere dames aangesproken, met wie H. M. zich op dezelfde minzame wijze onderhield. In de Troonzaal werden een vijf-en twintigtal dames aan H. M. voorgesteld, waarna de cercle in de Burgerzaal aanving. Nu vormden de Koningin, Koningin Emma en de Prins ieder een groep op zichzelf, omgeven door dames en heeren, die de eer genoten van een korter of langer onderhoud. Algemeen viel 't op, hoe buitengewoon vriendelijk de beide Vorstinnen waren en hoe gemakkelijk de Prins zich bewoog te midden van de heeren, met wie hij ge sprekken aanknoopte. Dat waren uit den aard der zaak ditmaal in de eerste plaats de directeur-generaal van den landbouw, de heer Lovink en de landbouw-autoriteiten uit de verschillende provinciën, die des middags de door den Prins geleide ver gadering hadden bijgewoond. Al deze heeren werden door Z. K. H. aan de Koningin voorgesteld. Ook met den heer Talma, den Minister van Landbouw, voerde de Prins een langdurig gesprek. Al de aanwezige consuls der ver schillende mogendheden werden mede door de beide Koninginnen en den Prins toe gesproken. Tegen half elf deed Zaagmans' kapel, in de Troonzaal achter palmen opgesteld, de eerste walsmuziek hooren, en toen ving aldaar terwijl in de groote zaal de cercle werd voortgezet het eigenlijke bal aan, waarvan, zooals gewoonlijk, wegens het betrekkelijk gering aantal dames, slechts een spaarzaam gebruik werd gemaakt. De buffetten hadden 't weder druk: een verkoelende avonddrank was na het ver moeiende staan gedurende den cercle een welkome lafenis. Te half twaalf Jiep de cercle teneinde, en trok de Koninklijke familie zich terug. Links en rechts buigende, schreden de Koninginnen naar den uitgang van de zaal, op welker drempel zij zich omwendden, en met een neiging afscheid namen van

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1908 | | pagina 2