NESTLE5 Afbraak te koop, „AD VEN DO", Johs. H. Brandenburg, KINDER* *MEEL. ADVERTENTIEN. UITVOERING Maandag a.s., 2e Paaschdag, NA AFLOOP BAL. Derde Openbare Uitvoering ZaDsreraigieg Jo m\ Sage", „uieryeu 0p-Z00ID8Cll6 LiÉrlÉI", Een Motorrijwiel 10000 eiken en masten Musterd, J. V. d. VALK. H. G. KROM, zou blijven, hadden de officieren om 4 uur verscheidene Engelsche dames, en dames uit de Korfoeaansche hoogere kringen, op de thee genoodigd. Daar de keizer echter verzocht, om zijnentwille toch geen omslag te maken, werd op het bovendek, terwijl de keizer beneden vertoefde, een dansje gearrangeerd. De Engelsche officieren zijn een en al geestdrift over de kameraadschappelijke manier, waarop de keizer aan boord verkeerde. Dinsdag ontbeten de koning van Griekenland en de kroonprinselijke familie aan boord van het Engelsche oorlogsschip. Ingezonden Mededeelingen, (Onder verantwoordelijkheid van den Inzender). Van 1-5 regels f l,elke regel meer f 0,20. |Melkvoedsel voor KinderenenZieken j Brieven uit Berlijn. Van onzen Correspondent). De „Apachen" aan de Spree. Berlijn, 9 April 1908. Komende van een solrée ten huize eener familie in het zoogenaamde Neue Hansa-Viertel aan gene zijde der bochtige Spree, stonden wjj even voorbij het Stadtbahnstation „Tiergarten" aan den rand van het groote park een oogenblik stil om te overleggen, welke weg nu verder huiswaarts moest worden ingeslagen. Het liep al tegen tweeën. Zouden wij den omweg langs den straatweg kiezen of den kortsten weg, het voetpad naar het hooge sluisbruggetje over het Landwehrkanal, vervolgens het voetpad door het Hippodrom langs het vladukt naar het station Zoölog. Garten, waar de .bewoonde wereld" weer bereikt zou zijn? Elk onzer dacht waarschijnlijk aan de gruwelijke vondst, welke des morgens bij een volgende brug was gedaan, waar arbeiders een in linnen verpakt afgrijselijk verminkt naakt lijk hadden gevonden. Maar, komaan, we waren met z'n drieën, we behoefden immers niets te vreezen! En zonder verder lang te beraadslagen, sloegen we het stille paadje in naar de hooge sluisbrug. Deze korte verbindings weg dwars door één der uiteinden van den Tiergarten, en langs den daarvan oorspronkelijk afgeschoten Zoölog. Garten, was vroeger berucht wegens het gespuis, dat zich hier 's nachts placht op te houden. Sedert echter op korte afstanden lantaarns werden geplaatst en op het sluiseilandje een politiepost verrees, zocht het „lichtschuwe" rappaille in de buurt fvan de Jungfernheide in het Noorden, en van het Tempel- hofen Feld in het Zuiden, andere terreinen voor nachtelijke „Appachen-tochten". Niemand trad ons dan ook in den weg op onze stille nachtelijke wandeling langs het voetpad, doch de nabijheid van de plaats, waar zich den vorigen nacht een drama had afgespeeld, welks antecedenten zelfs in een wereldstad gelukkig tot de zeldzaamheden behooren, deed zich toch gelden. Bij het passeeren der hooge sluisbrug over het bruisende water dwaalden onze blikken onwillekeurig in de richting van de volgende (Charlottenburger) brug, waar 's morgens de IJselijke moord werd geconstateerd. Van zelf verdiepten we ons in gissingen over de motieven voor de gruwelijke misdaad en de antecedenten van het rampzalige slachtoffer. Dat onder deze „Klaas Vaak" zich niet aanmeldde, laat zich begrijpen, en zoo werd het gesprek In het verlichte Romanische café, waar zich nog eenlge gasten bevonden, nog geruimen tijd voort gezet, totdat ten slotte de huiselijke „Penaten" werden opgezocht. intusschen zijn ruim 24 uren verloopen en nog steeds tast de Krimineele politie in het duistere over de vraag naar de identiciteit van het slachtoffer. Het aantal dergenen, die in een wereldstad spoorloos verdwijnen, en als „ver schollen" worden opgegeven, is helaas niet Sering, en evenmin het aantal der niet-herkende ooden. Hoeveel moeilijker zal het daarom niet in het onderhavige geval zijn te constateeren wie het arme slachtoffer is geweest van den onmensch, die zóó beestachtig te werk ging en bovendien alle kleedlngstukken wist te verdonkere manen. Zelfs de medici, van rechtswege belast met het schouwen van vermoorde personen, moeten ditmaal geschokt zijn geweest op het gezicht van de deerlijk verminkte overblijfselen. Aan vankelijk was niet eens te constateeren of de vermoorde een jonge man of vrouw was geweest. Men vond een in grijs paklinnen gewikkeld pakket, dat den naakten opengesneden romp van een jong persoon bevatte, waaraan echter hoofd, armen en beenen ontbraken. In de nabijheid vond men een ander pakket met het ontzettend ver minkte hoofd, dat geheel van de huid was ontdaan, benevens teenen en armen. En eindelijk slaagde men er in ookde nog ontbrekende deelen te vinden. Een speurhond der politie bracht de politiemannen naar den z.g. „raulen Graben" in den Tiergarten, waar op eenigen afstand van de Löwenbrücke een pakket even boven het water uitstak, dat het afgetrokken vel van het hoofd, verder de ooren, ae tong, de gespleten voeten tot aan de enkels en nog andere lichaamsdeelen bevatte. Nadat men ook deze lugubere vondst naar het Schauhaus had gebracht, werden de overblijfselen zoo goed mogelijk tot een geheel vereenigd. Het langdurig onderzoek bracht aan het licht, dat de ongelukkige een blonde knaap van 12 tot 14 jaar moet zijn geweest, die waarschijnlijk geworgd is, waarna de moordenaar het lijk in stukken sneed. Vermoedelijk heeft de moord eerst Dinsdagavond plaats gehad. Zal men er in slagen de identiteit van den armen jongen vast te stellen? Tengevolge der ontzettende verminkingen, zelfs van het hoofd, bestaat daarbij weinig kans, daar bovendien alle kleedingstukken ontbreken. In hoofdzaak zullen familieleden, die reeds eer gisteren een zoon of broer van denzelfden leeftijd vermissen, moeten afgaan op enkele herkennings teekenen. De vermoorde was tamelijk klein, ongeveer 1,50 M., met een goed ontwikkeld doch slecht onderhouden gebit, breede en korte boven snijtanden. Behalve op den rechterwang had de knaap nog op het lichaam een kleine moedervlek. Bij het verminken van het lijk moet de moorde naar met de grootste koelbloedigheid te werk zijn gegaan. Ten einde zijn slachtoffer geheel onkenbaar te maken, ontdeed hij het geheele hoofd van de huid, bracht sneden aan In de oorlelletjes, ten einde de vinders op een dwaal spoor te brengen, en hen te doen gelooven, dat het slachtoffer een meisje was geweest en ver wijderde zorgvuldig overal op het lichaam bloed sporen. Ofschoon door den Polizel-prasident onmiddellijk 3000 Mk. werd uitgeloofd voor dengene, die de politie op het spoor brengt van den onmenschelijken „Apache", is men er nog niet in mogen slagen, dezen onmensch machtig te worden. Het is helaas weer de vraag, of men de hand op den moordenaar zal kunnen leggen, die zich waarschijnlijk in één der tallooze schuil hoeken der wereldstad ophoudt. Ook de dader van een dergelijken misdaad, waarvan een jonge vrouw het slachtoffer werd en wier verminkt lijk eenige maanden geleden op het Tempelhofer Feld werd gevonden, bevindt zich nog op vrije voeten. Laat ons hopen, dat beide onmenschen hun straf niet zullen ontloopen! K. Gemengd Nieuws. Moordaanslag op een juwelierster. Zaterdagavond heeft te Brussel, in het midden der stad, een moordaanslag plaats gehad op een juwelierster, die haar winkel heeft in de rue au Beurre. Deze winkel wordt gehouden door 3 ongehuwde dames, de gezusters Dechamps, die in de rue Van Artevelde wonen en op de beurt een fedeelte van den dag in den winkel zijn. aterdagavond was de 64-jarige mej. Marie Dechamps in den winkel, toen een inspec teur van politie bij haar wilde komen om inlichtingen te vragen omtrent gestolen gouden ringen, welke haar te koop aange boden zouden zijn. Hij vond de deur van den winkel gesloten, hetgeen hem zóó verdacht voorkwam, dat hij zich met ge weld toegang verschafte. Mej. Dechamps lag op den grond, badend in haar bloed, dat uit een belangrijke hoofdwond vloeide en om haar hals was een touw gebonden, waarmee men had getracht haar te ver wurgen. Dank zij der spoedig toegeschoten, hulp bleef haar leven gespaard, maar zwaar gewond is zij naar het hospitaal vervoerd. Zij heeft reeds aanwijzingen kunnen geven. Terwijl zij in haar winkel was, kwamen 3 heeren, die haar naar den prijs van sommige artikelen vroegen. Op het onverwachtst kreeg zij van één hunner een hevigen slag op het hoofd, zoodat zij neerviel. Toen wond haar aanvaller een koord om haar hals en trok dit stijf aan. Inmiddels maakten zijn kameraden zich meester van verscheidene kostbaarheden, in den winkel voorhanden. Dit alles was geschied onge veer 5 minuten voordat de inspecteur kwam, in den vooravond en in een volkrijke straat. Kort na de misdaad echter werd één der daders aangehouden. Een voorbij ganger in de rue au Beurre zag een man, die bloed aan handen en kleederen had. Hij liep hem na en waarschuwde den eersten politie-agent, dien hij ontmoette. Deze arresteerde den man en bracht hem naar het bureau. Daar was juist bericht van de misdaad ontvangen, en de aangekomene, die zich eerst hield, alsof hij geen Fransch verstond, werd met zoo veel tact ondervraagd, dat hij weldra bekende de misdadiger te zijn. Hij is een 21-jarige Pool en woont te Antwerpen met zijn beide medeplichtigen, een Pool en een Duitscher, die ontkomen waren, maar Zondag te Antwerpen zijn gearresteerd. Inmiddels was vastgesteld dat er voor 30.000 francs gestolen was maar al het gestolene werd nog in het bezit van de 2 te Antwerpen gearresteerde misdadigers gevonden, die eveneens naar Brussel zijn overgebracht. Pierpont Morgan bij den Paus. De bekende Amerikaansche milliardair is met zijn dochter bij Paus Pius X op gehoor geweest. Morgan bood den Paus pen en papier aan met het verzoek iets voor hem te schrijven. Pius X schreef„Wijwenschen den heer Morgan en zijn gezin het beste en-bidden God dat Hij hun geluk geve!", en onderteekende. Uit dankbaarheid voor dit handschrift, heeft Pierpont Morgan zijnerzijds ook zijn naam, met eenige cijfers, op een papiertje gezet en deze chèque ais bijdrage voor den St.-Pieters- penning gegeven. De reuzenvrouw. Ach i 11e Prevet was snijder van zijn vak. Sophie Boutreau was waschvrouw van haar beroep. En beiden waren met elkaar verloofd. Nu waren Achille en Sophie een zeer ongelijk paar; want Achille was klein, peuterig, smal, kantig en lam aan een voet; maar Sophie was massaal, log, zwaar en ruim een hoofd grooter dan haar minnaar. Wandelde het paar door Parijs' straten, Achille gelijk een hengselmandje dobberend aan den kolossalen arm zijner geliefde, dan haalden de voorbijgangers de schouders op, of ze schudden het hoofd of lachten. Maar Achille en Sophie beminden elkaar. Niet is echter de min steeds bestendig van duur. Achille en Sophie kregen herrie, hoogloopende en doordravende herrie. En ten slotte kwam de snijder op het ramp zalige denkbeeld de verloving af te breken. Met dat doel begaf zich de ongelukkige naar de Rue Monceau, waar de reuzin op een eerste verdieping haar woning had opgeslagen, en deelde haar kort en bondig zijn besluit mede. Nauwelijks had hij uitgesproken, of de gehoonde vrouw ge raakte in een wilde stemming. Zij pakte den beklagenswaardigenkleermakerondanks zijn tegenspartelen en hulpgeroep beet, tilde hem van den grond en wierp hem met een grooten boog door het gesloten venster op straat, Gelukkig viel de aldus uitgeworpene op een juist passeerende dame, waardoor zijn val werd gebroken, en hij er met een been breuk afkwam. De geraakte voorbijgangster kreeg slechts weinig letsel, waartoe de ongewone lichtheid yan den snijder niet weinig zal hebben bijgedragen. Maar Sophie, die grooten lust toonde de kracht van haar geweldige vuisten ook te beproeven op de toesnellende politie mannen, werd, met behulp van zes dezer nuttige burgers, naar het naastbijgelegen politiebureau getransporteerd. Een vrecselijk avontuur doorleefde kapitein Machlachan, commandant van het Engelsche oorlogsschip „Scylla", dat voor Grenada in West-lndië ligt. De commandant was alleen met een zeilboot in zee gestoken om een pleiziervaart te maken, toen plot seling een hevige storm opstak, die zijn boot ver in zee dreef. De golven sloegen de kiel van het ranke vaartuigje weg en deden het omkantelen. Machlachan klemde zich aan de boot vast en gedurende twee dagen dreef hij er mee rond, waardoor hij telkens door de golven er af geslagen werd, maar hij is een kloeke zwemmer en wist telkens de boot weer te grijpen. Den tweeden dag was de storm gaan liggen, maar nu dreigde er een nieuw gevaar, namelijk van de haaien, die den drijvenden man omringden en trachtten hem tot hun prooi te maken. Met een stuk van de mast moest hij zich tegen de zeemonsters verdedigen. Eindelijk, tegen den avond van den tweeden dag, werd hij, 30 mijlen van Grenada, gevonden door een stoom- sloep, die van zijn schip was uitgezonden om hem op te sporen. Hij had gedurende die twee dagen niets gegeten of gedronken en was geheel uitgeput. Paascheieren kleurt men als volgt: Met uienschillen kleurt men geel, met meloen donkerblauw, met koffienat kan men licht- en donkerbruin kleuren; met een aftreksel van Campèchehout rood, met lak moes blauw en met lindebloesem rose. Spinaziewater geeft een fraaie groene kleur. Na het koken moeten de eieren met een spekzwoerd afgewreven worden. Kleine versjes en spreuken kan men met was zeer gemakkelijk op de eieren schrijven. Hiervoor laat men was in een pannetje smelten totdat ze geheel vloeibaar is. Dan bevestigt men een speld aan een stokje en doopt de speld in de vloeistof; ook kan men het met een gewone stalen pen doen, maar dan zijn de strepen dikker. Met die bevochtigde voorwerpen schrijft men dan op het ei of teekent er figuren op. De dunne waslijnen worden onmid dellijk hard. Daarna legt men de eieren in kokend water, waarin uienschillen zijndan worden zij gelijkmatig geel of lichtbruin en, naar mate zij er langer in blijven, roodbruin. De waslijntjes blijven wit of worden lichtgeel. Wil men een gekleurd ei decoreeren, dan kan men met een pen, in zoutzuur gedoopt, dat ook doen; de verf wordt er dan afgebeten. Alleen moet men bij de behandeling voorzichtig te werk gaan. Dat vocht is scherp en brandt. Het in stukken gesneden lijk te Berlijn. De ijverige nasporingen der Berlijnsche politie naar de geheimzinnige misdaad het in stukken gesneden lijk, dat nabij de Diergaarde is gevonden hebben reeds tot eenlg resultaat geleid. Nabij de Leeuwenbrug, niet ver van de plaats waar het lijk gevonden werd, ont dekte men nog eenige stukken er vande schedelhuid met de ooren en de voeten. Deze werden gevonden door een politie hond, die ter plaatse was gebracht om bij de nasporingen behulpzaam te zijn. Het gevondene lag in de modder aan den oever der rivier en was waarschijnlijk van de brug geworpen. Het was in een rood en blauw geblokt schort geknoopt. De politie-hond heeft ook het spoor aangewezen van den persoon, die het lijk hier gebracht heeft, o. a. ook een bank, waarop hij of zij heeft gerust, maar in het drukkere stadsgedeelte werd de hond het spoor bijster. De geneesheeren der justitie hebben een bizonder moeilijke taak. Van een lijkschouwing kan, bij de versnippering van het lijk, haast geen sprake zijn. Zij hebben de gevonden lichaamsdeelen zoo goed zoo kwaad bet kon aan elkaar gelegd en, toen zij ook de voeten hadden, konden zij aan de grootte opmaken, dat het een knaap van 12 h 14 jaar moet zijn. Dat het een knaap wasvermoeden zij aan de dracht van het hoofdhaar. Het slachtoffer is den verstikkingsdood gestorven, dat staat vast, en wordt niet alleen aangetoond door de verworgingssporen aan den hals, maar ook door inwendige organen. Sommige teekenen wijzen er op, dat het ontleden van het lijk door deskundige handen is geschied, andere teekenen daarentegen wijzen op ruw geweld, maar dat kan veroorzaakt zijn door onvoldoende instru menten. Niet alleen zijn de ledematen afgesneden, maar ook het geraamte is verdeeld. Zoo waren alle ribben van de ruggegraat losgemaakt en deze zelf in 4 stukken gebroken. Toen men het lijk niet langer boven aarde houden kon, heeft men er verscheidene fotografieën van genomen en het daarna doen begraven. Omtrent de identiteit van het slachtoffer verkeert men nog in volslagen duisternis. De mogelijkheid om het lijk te herkennen is geheel uitgesloten, temeer daar er geen kleedingstukken of linnengoed bij gevonden zijn. Verscheidene ouders, die kinderen vermissen, hebben zich bij de politie aangemeld, en deze doet nu nauwkeurig nasporingen naar al die vermisten, zoowel jongens als meisjes, omdat men omtrent het geslacht van het slachtoffer nog geen voldoende zekerheid heeft. Een later bericht meldt: Het in stukken gesneden lijk te Berlijn is herkend. De doode heet Hermann Blecher, en is den 9 Maart 1893 te Köresmetzo in Hongarije geboren. Het laatst was hij als leerjongen bij den kleermaker Laub in de Steinstrasse, van wien hij den 6en April wegliep. Dat deed hij wel eens meer en daarom maakte de kleermaker zich niet ongerust, zoodat hij ook geen aangifte bij de politie deed. Den 9en dezer moest Blecher als getuige voor de rechtbank verschijnen en toen hij wegbleef kreeg de politie vermoedens, dat hij misschien de vermoorde kon zijn. Kort te voren was Blecher wegens een breuk in het Israëlie- tisch Ziekenhuis verpleegd geworden hij was Israëliet en hij had daarna een breukband gekregen. Nadat de dokters er in geslaaga waren het gelaat van het lijk weer zoo goed ineen te zetten, dat het herkend kon worden, ontbood de politie den dokter, die Blecher in het Ziekenhuis verpleegd en den instrumentmaker, die zijn breukband had gemaakt, en beiden her kenden het lijk terstond evenals de kleer maker, die daarop ontboden werd. Ten slotte riep men den vader, die kassier in een afbetalingsmagazijn is en als weduw naar op een gestoffeerde kamer in de Lothringerstrasse woont en hij herkende zijn zoon eveneens in den doode, zoodat nu de identiteit vaststaat. Hiermee is men een belangrijken stap gevorderd tot het opsporen van den dader, dat nu eigenlijk pas beginnen kan. De politie heeft het spoor van den knaap, nadat hij van zijn baas wegliep, zoover kunnen volgen, dat zij weet, dat hij in een huizen-complex van de wijk Scheunen is geweest, dat gesloopt moet worden en daar moet het gruwelstuk zijn volbracht, vermoedelijk in een kelder, want bij de laatste deelen van het lijk, die men vond, was een stuk steen gevoegd, van de soort die men gebruikt om kelders te bevloeren. De Berlijnsche politie heeft den moordenaar van den jongen ontdekt, wiens afschuwelijk verminkt lijk laatst in een zak in den Tiergarten werd gevonden. Het is zekere Heider, een man, die reeds meer malen veroordeeld is wegens mishandeling. Men kent de beweegredenen van zijn misdrijf nog niet. Er heeft een huiszoeking plaats ge had bij Heider, den moordenaar van den knaap te Berlijn. Men vond op verschillende plaatsen, op emmers en op de keukenkast, sporen van bloed. Aan een stoel kleefden donkere haren, die overeenkomen met die van het slachtoffer. In de kachel, die zeer hard gebrand moet hebben, vond men de resten van een vinger. Heider ontkent nog steeds. Zoo de Heere wil en zij leven, hopen onze geliefde Ouders: WILLEM BIJNAGTE en CORNELIA VAN DEN BERGE op Zondag 19 April a.s. hunne 25-iarige Echtvereeniging te herdenken. Tholen, 16 April 1908. Hunne dankbare Kinderen en Behuwdkinderen. Ondertrouwd: M. WABEKE Cz. en MARIE J. v. d. LINDE P.Zd. Huwelijksvoltrekking 29 April a.s. Getrouwd: J. W. VRIELINK en M. WAALE, die, mede namens wederzljdsche betrek kingen, hunnen hartelijken dank betuigen voor de vele bewijzen van belangstelling ondervonden. Vlissingen, 16 April 1908. Hiermede betuigen wij onzen hartelijken dank voor de vele blijken van belangstelling, ondervonden bij het over lijden van onzen waarden Broeder, Behuwd- broeder, Oom en oud-Oom JACOBUS VAN OEVEREN. Ouwerkerk, 17 April 1908. Uit aller naam, JOHs. JACs. VAN OEVEREN. Opgaaf van Kolen, voor de komende lading, te doen bij den Boekhouder tot 25 April a.s. HET BESTUUR. ZIERIKZEE. in de Concertzaal. KAARTEN verkrijgbaar bij de werkende Leden. van de op Maandag 20 April 1908, 's namidd. half 3 ure, in het Kerkgebouw te Burgh. Entrée f 0,25, ten voordeele van het Orgelfonds. Directeur den Heer W. van der Sommen. Soirée-Amusante op Maandag 20 April 1908 (Tweede Paaschdag), in de zaal der Sociteit „Non Semper" te Tholen. Aanvang 8 uur. Na afloop Bal. Entrée 50 cent. DRT ZIE PROGRAMMA'S, Wegens verandering voor spotprijs te koopi (2} P. K), beslist zuiver loopend, puike Banden, dagelijks te beproeven. Br. fr. onder motto Motor, adres Boek handelaar KROM te Zierikzee. TE KOOP: 2 gebr. Heeren-Rijwielen 20, 1 Heeren-Rijwiel 15, 1 Dames-Rijwiel 15, 1 Heeren-Rijwiel 10, B. v. d. WAL, Brouwershaven. Alle soorten als: Ramen, Deuren, Kozijnen, Hard- steenen- en Marmeren Tegels en Dorpels, Schoorsteenmantels, gebruikte en nieuwe HoutwarenAnkers JaloeziënZonneblinden en wat verder tot het bouwvak behoort. bij de Luthersche Kerk, C 495, Zierikzee. TB K. OOP, aan billijken prijs: Draadpalen, Tolhout, Heipalen, Pol- derboomenBoonstakenRijs- en Dijkmaterialen, enz. enz.bij D. v. d. WATERING—Franken, Haven, Bonte brug, Begen-op-Zoom. VOORRADIG: p 1 BLOKJES-, BIEZEN-1 EN V BRUINE MATTEN. Aanbevelend Boekhandelaar, ZIERIKZEE, neemt Abonnementen en Advertentiën aan voor alle, zoowel binnen- als buitenlandsche couranten, zonder prijsverhooglng.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1908 | | pagina 6