ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Dinsdag 10 December 1907.
Eerste Blad.
(SS ierilizeesclie
Cour an t).
NIEUWSTIJDINGEN.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is 1,30, franco per post
1,60.
Voor het buitenland, verzending eens per week,
10,per jaar bij vooruitbetaling.
63ste JAARGANG.
No. 8550.
Uitgever-Hoofdredacteur: A. FRANKEL,
Oude Haven D 493.
Redacteur: J. WAALE.
Advertentiënvan 1—3 regels 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags-, Woensdags- en Vrijdags-middags
2 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten geschieden bij den Directeur: A. J. DE LOOZEHoek Schuithaven, Zierikzee.
Het Kantoor is geopend eiken werkdag van 's morgens 9 tot 's avonds 9 ure.
Dit nummer bestaat uit
ïvee bladen.
BERICHT.
Zij, die zich met 1 Januari a.s. op
is blad abonneeren, ontvangen de
-t dien datum verschijnende nummers
*atis. Alle Brievengaarders en Boek
andelaars nemen abonnementen aan.
De Directeur,
A. J. DE LOOZE.
Maandag 16 December 1907, 's voormiddags
uur, ten Raadhuize, in 6 perceelen, van:
het uitvoeren van onderhoudswerken,
„herstellingen en vernieuwingen
„aan de gebouwen, kunst- en
„andere werken der gemeente,
„gedurende het jaar 1908", t.w.
erste perceel. De openbare gebouwen, poorten,
torens, riolen, stadsbrand- en vroonpaden, enz.;
'weede perceel. De kaaimuren;
'crde perceel. De beschoeiingen en paalwerken;
ierde perceel. De bruggen;
'ijfde perceel. Het leveren van materialen en het
uitvoeren van werken voor het onderhouden
der havendijken;
esde perceel. A. De schoolgebouwen voor het
lager- en meer uitgebreid lager onderwijs;
'esde perceel. B. Het leveren van school meu
belen, enz.
Aanwijzing op Vrijdag 13 December e.k., des
oormiddags te 10 uur, waartoe gegadigden
ïoeten bijeenkomen ten kantore van den Gemeente-
iouwmeester, bij wien inmiddels inlichtingen te
jekomen zijn.
Bestekken zijn verkrijgbaar ter Gemeente-
ecretarie en ten kantore van den Gemeente-
ouwmeester, tegen betaling van 25 cent, alsmede
fzonderlijke teekeningen, behoorende bij het 5e
erceel, ad 15 cent.
BELGIË.
Brussel, 6 Dec. Uit het wetsontwerp
ot goedkeuring der overneming van den
I ^ongostaat door België, blijkt, dat er voor
70 millioen francs particulier kapitaal is
relegd in de kolonie. De algemeene handels-
imzet in 1906 bedroeg 106,483,059 fr. Het
I ïctief der kolonie bedraagt 120 millioen;
I iet passief 114. De begrooting van 1907
I :al zonder tekort stuiten.
Na de overneming zal er geen andere
souvereiniteit, ook niet over het kroon-
lomein, bestaan dan die van België. In het
itichtings-reglement wordt aan het bestuur
le verplichting opgelegd, te zorgen voor
iet stichten van hospitalen, scholen en
I kerken, alsook voor gezondheidsmaat-
regelen en liefdadige instellingen.
Opnieuw een afschuwelijke kinder-
I moord te Brussel. De moord op de
I kleine Jeanne van Calck, wier gruwelijk
I verminkt lijk was teruggevonden in de
Zwaluwenstraat te Brussel en van welken
I moord men helaas den dader niet heeft
kunnen ontdekken, is nog niet vergeten
en thans wordt de Belgische hoofdstad
opnieuw in beroering gebracht door een
gruwel, dat veel overeenkomst vertoont
met den moord op Jeanne van Calck.
Hopen wij, dat er althans dit verschil in
Hzijn zal, dat men er nu in slagen zal den
ellendeling te vinden, die het kind aan
zijn moordlust heeft opgeofferd.
Het slachtoffer van dezen nieuwen moord
is, evenals Jeanne van Calck, 6 jaar oud.
Zij heet Annette Bellot en woonde met
haar ouders in de rue de Vautour no. 29.
Zondagavond halfacht kwam haar moeder,
Jeanne Bellot, op het politie-bureau in de
rue de Cureghem aangifte doen, dat haar
kleine Annette werd vermist. Zij had met
haar man en haar 3 kinderen, jongens van
I 11 en 9 jaar en de kleine Annette, een
bezoek gebracht aan haar vader in de rue
du Dam. Het meisje had van haar tante
eenig geld gekregen om lekkernij te koopen
en was daartoe met haar jongsten broer,
Jean, naar een winkel gegaan, die om
streeks 100 meter verwijderd is van het
huis van grootvader. Onderweg werd Jean
aangesproken door een man met bruin
haar en knevel, omstreeks 40 jaar oud,
die vroeg of hij sigaretten voor hem wilde
halenhij, de man, zou dan wel zoolang
op het zusje passen. De knaap, die een
geldstukje voor zijn moeite kreeg, deed
het. Hij ging naar een sigarenwinkel in
de nabijheid en zag van verre, dat zijn
zusje met den man bleef staan op de
plaats waar jdeze hem had aangesproken.
Toen Jean met de sigaretten terugkeerde,
waren de man en Annette spoorloos ver
dwenen. De knaap liep nog eenige straten
door, maar noch den man, noch zijn zusje
vond hij terug, ^podat hij naar het huis
van zijn grootvader ging en het gebeurde
aan zijn ouders mededeelde. Terstond
begaf de moeder zich naar het naastbij-
zijnde politie-bureau om aangifte te doen,
en de politie nam uitgebreide maatregelen,
teneinde het kind op te sporen. Het
signalement van de kleine werd overal
verspreid. Annette was klein voor haar
leeftijd, een mooi kind met blonde krullen.
Zij was gekleed in een Schotsch jurkje
en sprak alleen Vlaamsch. In de buurt
werd overal navraag gedaan, maar niemand
kon eenige opheldering geven. Toen het
nacht werd en men nog steeds geen be
richten omtrent het vermiste kind had,
trokken politie-agenten er op uit met de
speciale opdracht om naar hei kind te
zoeken. Intusschen was de justitie gewaar
schuwd en de kleine Jean werd door den
procureur des konings in verhoor genomen.
Den geheelen nacht brachten de arme
ouders van het kind in doodsangst door,
doch de berichten bleven maar steeds uit.
Eindelijk, om 8 uur Maandagmorgen, kwam
er nieuws, maar helaas, verpletterend
nieuws: de kleine Annette was terugge
vonden, dood, gruwelijk vermoord.
Omstreeks dat uur werd de agent van
politie Vandeneynde, die in de wijk Ander-
lecht naar het kind zocht, aangesproken
door drie hoedenmakersknechts in de rue
Nieuwmolen, die naar hun werk gingen en
hem vertelden, dat zij op een open terrein
aan de rue Bara, door een schutting daar
van afgesloten, een meisje op den rug
hadden zien liggen, schijnbaar dood. De
agent begaf zich terstond met de hoeden
makers daarhe.en; zij klommen over de
schutting en daarachter lag het vreeselijke:
het lijk van een meisje. Aan de kleeding
zoowel als aan het gezicht en haar, dat
geheel overeenstemde met het signalement,
herkende Vandeneynde onmiddellijk de
kleine Annette Bellot. Het kind was ver-
worgd, na gruwelijk mishandeld te zijn.
De mooie blauwe oogen stonden wijd
open, met een uitdrukking van schrik, een
weinig schuim stond op de lippen, de
kleederen waren aan flarden gescheurd.
Het nieuws van deze vreeselijke ont
dekking verspreidde zich als een loopend
vuur door de geheele buurt en tal van
nieuwsgierigen hoopten zich op voor het
terrein, dat dadelijk door een paar agenten
werd afgezet. Vandeneynde had inmiddels
reeds zijn commissaris gewaarschuwd en
deze verscheen met 2 inspecteurs ter
plaatse. Men bedekte het lijk met
een jas en wachtte zoo de komst der
justitie af, die ook reeds was gewaarschuwd.
De plaats waar het lijk gevonden werd, is
zeer eenzaam, gelegen aan een verlenging
van de rue Bara, die uitloopt op het
kanaal van Charleroi.
De justitie kwam om 10 uur en stelde
het eerste onderzoek in. Het open terrein,
waarop het lijk gevonden werd, behoort
tot de houtwerf Walschaert en een werk
man van die werf verklaarde dat hij al
een uur geleden iets had zien liggen op
de plaats waar het lijk werd gevonden,
maar hij was niet gaan zien wat het was.
De houding van dezen werkman, Paul v,
S. genaamd en wonende te Saint-Gilles,
kwam de justitie zóó verdacht voor, dat
de rechter van instructie hem voorloopig
te zijner beschikking hield. Uit allerlei
omstandigheden bleek, dat de moordenaar
zeer goed op de hoogte moet zijn geweest
met den plaatselijken toestand op de
houtwerf Walschaert. Het verder onder
zoek deed de justitie 2 getuigen vinden;
mevr. Schutkens, wonende in de rue des
Gonjons en Thérèsa Sipido, 'n winkelier
ster van den boulevard de la Revision. De
eerste verklaarde, dat zij Zondagnacht om
streeks halféén door de rue Bara was
gegaan en daar een man ontmoet had, die
een groot pak droeg. Juffrouw Sipido, die
een kleinen winkel in chocolade en suiker
werk heett, verklaarde dat Zondagavond
een man met een klein meisje in haar
winkel was geweest en voor dat meisje
een stuk chocolade had gekocht. Bij hel
lijk van het kind gebracht, herkende zij
dit terstond als het meisje, dat met den
man bij haar was geweest. Daarna con
fronteerde men haar met Paul van S.,
maar in hem herkende zij den man niet.
Die man toch had zwart haar en een
knevel, Paul v. S. daarentegen is licht
blond. Vervolgens werd Van S. met den
kleinen Jean Bellot geconfronteerd en ook
deze verklaarde, dat hij niet de man was,
voor wien hij sigaretten had gehaald. Die
man had, volgens den knaap, kastanjebruin
haar en knevel. Paul v. S. is daarna ter
stond weer in vrijheid gesteld.
Verder heeft de justitie vernomen, dat
in den nacht van Zondag op Maandag een
man, die duidelijke blijken van verstands
verbijstering gaf, zich heeft aangemeld in
het hospitaal St. Jean, waar hij voorloopig
is gehouden. Deze man beantwoordt ge
heel aan het signalement van hem, die
Zondagavond de kleine Annette heeft ont
voerd. Voorts heeft een kastelein, die aan
de quai de l'lndustrie woont en Van Dijck
heet, aan de justitie meegedeeld dat hij
Maandagmorgen om 7 uur bezoek kreeg
van een man, die eenige vertering maakte
en daarna zeide geen geld te hebben. Hij
had evenwel een pak bij zich, dat hij den
kastelein in pand gaf en dat hij Dinsdag
morgen zou komen halen. Hij ging
zei hij naar een dorp in de omgeving
van Brussel. De houding van dien man
kwam den kastelein zóó verdacht voor,
dat hij het pak opende. Het hield een
bebloed hemd, een bebloede handdoek en
een paar klompen in. De man scheen
ongeveer 20 jaar oud. Zijn signalement
komt overeen met dat, hetgeen juffrouw
Sipido heeft opgegeven van den man, die
met de kleine Annette in haar winkel is
geweest. Men meent hierin een ernstig
spoor gevonden te hebben. De verdenking
tegen den krankzinnige van Saint-Jean is
inmiddels onhoudbaar gebleken.
Het lijk van het ongelukkige kind was
naar het hospitaal Saint-Pierre vervoerd
en daar gerechtelijk geschouwd. Gebleken
is, dat men de kleine gesmoord heeft,
door haar neus en mond dicht te houden.
Als een bizonderheid wordt nog gemeld,
dat men in den hals van het kind, tusschen
de kleederen, een haar van een knevel
heeft gevonden.
Na de lijkschouwing had in het hospitaal
nog een hartverscheurend tooneel plaats
het lijk van het kind moest door de familie
worden herkend, in tegenwoordigheid van
den officier van justitie. De moeder werd
het eerst binnengelaten. Met wankelende
schreden, ondersteund door haar zusier
en haar oudsten zoon, naderde de beklagens
waardige vrouw. Toen men het laken van
het lijk had weggenomen, moest men de
moeder met kracht terughouden, zij wilde
zich op het treurig overschot van haar
kind werpen. Men moest haar het lokaal
uitdragen en haar toestand is zorgwekkend.
Daarna kwamen de vader en nog een
tiental verwanten. Alten herkenden de
doode en verlieten weenend deze droevige
plaats.
De lijkschouwing van de kleine Annette
Bellot, het slachtoffer van den gruwelijken
kindermoord te Brussel, heett uitgewezen,
dat de moord gepleegd moet zijn een uur
nadat de ontvoering plaats had. Het kind
had, kort voordat het de woning van den
grootvader verliet, gegeten en men vond
dat eten in de maag van het lijkje weer,
nog onverteerd. Het meisje werd om kwart
vóór zevenen ontvoerd, het moet dus om
streeks 8 uur gedood zijn. Alle verklaringen
van getuigen, die beweren het kind met
een man gezien te hebben Zondagavond
laat en zelfs in den daaropvolgenden nacht,
vervallen hierdoor.
Woensdagavond om 10 uur had een
belangrijke arrestatie plaats. Een koffer-
maker uit de rue Georges-Morcau had bij
de politie aangifte gedaan, dat zijn knecht
eenige goederen van hem gestolen had.
Die knecht, Ferdinand D. genaamd, werd
aangehouden. Al dadelijk merkte men op,
dat zijn signalement volkomen overeen
stemde met dat, door het broertje van het
slachtoffer, Jean Bellot, opgegeven van
den man, die met de kleine Annette was
verdwenen. Jean werd onmiddellijk van
huis gehaald en met den arrestant gecon
fronteerd. Zonder eenige aarzeling riep
de knaap uit: „Hij is het!" „Waaraan
herkent ge hem vroeg de rechter van
instructie. „Aan zijn oogen, zijp haar, zijn
knevel". De verklaring van den knaap is
opmerkelijk, omdat hij reeds met een 30-tal
aangehoudenen geconfronteerd werd, die
hij niet herkende. Daartegenover staat, dat
de houding van Ferdinand D. volkomen
rustig is en hij volstrekt niet den indruk
van een ontmaskerden schuldige maakt.
Toen Jean hem herkende, zeide hij met
een meelijdend lachje: „Ge vergist u, mijn
jongen".
Onder buitengewone belangstelling is
Donderdag het stoffelijk overschot van de
vermoorde kleine Anna Bellot ter aarde
besteld. Meer dan 20.000 menschen hadden
zich langs den weg en bij het kerkhof
geschaard om den droevigen stoet te zien
voorbij gaan. De burgemeester De Mot en
tal van gemeenteraadsleden en andere
autoriteiten liepen in den stoet mede.
Van den dader nog altijd geen spoor.
NEDERLAND.
Beetsterzwaag, 6 Dec. Hedennacht
zijn onder Bakkeveen drie personen in
een ijzeren bokvaartuig gestikt vermoedelijk
door kolendamp.
Assen, 6 Dec. Donderdagavond heeft
te Leggerlooierveld, gemeente Dwingelo,
een moordaanslag plaats gehad.
Het gebeurdeheeft zich, volgens de
Asser Courant, aldus toegedragen:
De gebroeders Barels brachten een be
zoek aan T. Schieving, die onlangs door
een schot in de borst verwond werd.
Terwijl zij zaten, vielen twee schoten door
de ruiten.
Pieter Barels werd gedood; Gerril
Schieving werd aan het hoofd en hals
gewond; Teunis Schieving werd een
benedenarm siuk geschoten, Hendrikj"
Schieving werd aan hoofd en arm en d
wed. Schieving aan den arm gewond.
De toestand van de gewonden is niet
bedenkelijk.
Er is geschoten met ganzenhagel.
De maréchaussée's hebben een onderzoek
ingesteld.
Zwolle, 6 Dec. Donderdagavond is
alhier in een café op het Koningsplein J. M.
werkzaam aan den constructiewinkel alhier,
met een lang dolkmes in het onderlijf ge
stoken.
De vermoedelijke dader, R. H. W.,
bemoeide zich met een twist, die op zich
zelf weinig beduidde en waar hij niets
mee te maken had. Hij is in arrest ge
nomen.
De verwonde is heden aan de gevolgen
zijner wonde overleden.
Beide personen zijn 22 jaren.
De dader is overigens een oppassend
persoon.
Zutphen, 6 Dec. Een droevig ongeluk
is te Geesteren gebeurd. Toen het 5-jarig
zoontje van R., terwijl zijne ouders in de
school de kachels aanlegden, zich in de
daarnaast gelegen woning van den Rijks
veldwachter De G. bevond, moet de 13-
jarige zoon van dezen spelenderwijs een
geladen jachtgeweer op het kind gericht
hebben, met het treurig gevolg, dat het bij
ongeluk afgegane schot het knaapje zoo
danig raakte, dat het bijna onmiddellijk
dood was.
Hoevelen zijn al niet het slachtoffer
geworden van zulke „aardigheden", zegt
de Zutph. Ct.
Heerlen (Limburg), 6 Dec. Treurig zijn
de toestanden der mijnbevolking in den
omtrek van deze gemeente.
De moreele verwildering, die onder de
vreemde mijnwerkers in Zuid-Limburg
heerscht, is onbeschrijfelijk.
Het is voorgekomen, dat in een huis van
4 vertrekken het volgende aantal menschen
woonden: man, vrouw, 2 kinderen en 7
kostgangers.
Een ander gezin bestond uit: man,
vrouw, 2 jongens, 2 meisjes, geheel of
ongeveer volwassen, en 4 k tgangers. Voor
al deze personen was er maar één bed.
Die niet in het bed sliepen, lagen op
stroozakken op den vloer door elkander.
Gevallen als dat laatste zijn er meerdere.
Een ander gezin bestond uit: man,
vrouw, 3 kleine kinderen, 1 meisje van
14 jaar en 7 kostgangers. Wat er met dat
kind van 14 jaar geschiedde, is bekend
geworden. De toestand spot eenvoudig
met alle beschrijving.
Herhaaldelijk komt het voor, dat één
huis met 4 vertrekken twee, zelfs drie
families herbergt.
Haarlem, 6 Dec. Men verneemt, dat
de uitvorschingen In den laatsten tijd door
de justitie en de Btoemendaalsche politie
gedaan bij de zich alhier in voorloopige
hechtenis bevindende personen er toe
hebben geleid, dat men thans zeker op
het spoor meent te zijn van den persoon,
die een paar jaren geleden den Haarlem-
schen klaverboer Bosman op een stuk
weiland in de Haarlemmermeer heeft
vermoord.
Bosman werd 28 Juli 1904, nadat hij
's morgens zeer vroeg met zijn knecht,
den 20-jarigen Klaas Blonk, uit het
Schoterkwartier naar het klaverland aan
den Kruisweg bij den Spieringsweg was
gereden, op dat land vermoord. Blonk
werd toen als de vermoedelijke moordenaar
in arrest gesteld, o. a. achtte men hem
schuldig, omdat er bloed op zijn kleeren
werd gevonden, wat hij evenwel beweerde,
dat paardenbloed was. Hij verklaarde
onschuldig te zijn. Hij was weggeloopen
toen hij zag, dat er twee mannen met
dreigende gebaren op zijn baas kwamen
toeloopen, en stelde den landbouwer
Smidgeest, die in de nabijheid van het
tand woont, onmiddellijk van zijn be
vindingen in kennis. Smidgeest ging, met
een geweer gewapend, met Blonk naar
hel land, waar Bosman werd gevonden
met vier diepe sneden in den hals en
één in den strot. Blonk is steeds blijven
ontkennen en, nadat hij geruimen tijd in
voorloopige hechtenis had doorgebracht,
losgelaten, omdat geen bewijs tegen hem
was te vinden.
Amsterdam. Een 15-jarige jongen,piccolo
in de studentensociëteit op den Heiligenweg,
heeft in de laatste weken in dat gebouw
niet weinig onrust veroorzaakt. Telkens
werd een gaskraan opengedraaid gevonden,
en dan wist het ventje 't min ot meer
aannemelijk te maken, dat een „vreemde
man", dien hij juist zou hebben zien weg
sluipen, daarvan de dader zou zijn. Eenmaal
stond in een vertrek, waar de vreemde
man zou zijn geweest, een kaars bij het
uitstroomende gas te branden, en zetfs
ontstond, ongeveer een maand geleden,
in den kelder van het gebouw een begin
van brand, waarbij de brandweer is te pas
gekomen, zoodat 't werkelijk gevaarlijk
begon te worden. De pachter vond 't veiliger
zijn gezin niet meer in het gebouw te doen
slapen, de twee dienstboden zegden den
dienst op in een huis, waar 't zoo angst-
wekkend-geheimzinnig toeging, en eindelijk
werd de politie in de zaak gemoeid.
Toen viel piccolo, die z' h eerst achter
allerlei leugens en slimmi^ leidjes trachtte
te verbergen, door de mand, en bekende
onder een vloed van tranen, dat alles maar
pure phantasie was geweest, en dat hij zelf
de operateur van de schrikaanjagende
gebeurtenissen geweest was. Een eenigs-
zins aannemelijke verklaring kon hij voor
zijn gedrag niet geven.
Op het bureau Gymnasium werd een
vormelijk proces-verbaal van het voorge
vallene opgemaakt, en de delinquent, zooals
dat heet, voor den Officier van Justitie
geleid.
Na kennisneming van het geval en een
onderhoud met den jongen, kreeg men aan
het Parket de overtuiging, dat 't niet noodig
was hier aan eenig „misdadig" voornemen
te denken. Op den leeftijd van dezen knaap
komt 't meermalen voor, dat een geheim
zinnige drang, als een gevolg van puberteits
verschijnselen, tot daden aanzet, die veelal
het karakter van iets misdadigs aannemen
en 't is niet uitgesloten, dat die aandrang
hier is werkzaam geweest.
Het kind is dan ook aan zijn grootmoeder,
bij wie hij in huis woont, teruggegeven.