Zaterdag 2 Februari 1907.
Tweede Blad.
(Z ierilizeesclie
Cour an t).
IJk en Herijk.
NIEUWSTIJDINGEN.
Een weldadige begieting.
ZIERIKZEESUHEÜI NIEUWSBODE.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is 1,30, franco per post
1,60.
Voor het buitenland, verzending eens per week,
10,— per jaar bij vooruitbetaling.
63ste JAARGANG.
No. 8419.
Directeur: A. J. OE LOOZE.
Uitgever-Redacteur: A. FRaNKEL.
Redacteur: J. Waale, alleen voor het binnen- en buitenlandsch nieuws.
Advertentiénvan 1—3 regels 30 Cts.,
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags-, Woensdags- en Vrijdags-middags
2 ure bezorgd worden.
Groole letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. DE LOOZE, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. FRANKEL, Oude Haven D 493, Zierikzee.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Zierikzee,
Gezien de Circulaire van Gedeputeerde Staten
dezer provincie van den 9 November 1906, no.
1(50, 3e afdeeling, (Prov. blad no. 139);
Vestigen er de aandacht van belanghebbenden
op, dat het goedkeuringsmerk (tot I September
1907 de letter p), na 1 September niet meer
geldig is en dat mitsdien vóór dat tijdstip de
maten en gewichten, welke nog niet van het
nieuwe goedkeuringsmerk (q) zijn voorzien, ter
herijk moeten worden aangeboden, waartoe aan
het ijkkantoor te Middelburg in de maand
Augustus gelegenheid bestaat op alle werkdagen,
van 9 tot 12 en van 1 tot 3 uur.
Zierikzee, den 1 Februari 1907.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
CH. W. VERME1JS, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
AFRIKA.
Men verneemt uit Oost-Afrika, dat
in de buurt van den Oeganda-spoorweg,
240 K.M. van Witlombora, kopermijnen
ontdekt zijn. Ontginners zijn reeds daar
heen getrokken.
RUSLAND.
Juist is de commissie van onderzoek
over het graanschandaal in Rusland, waar
bij Goerko en Lidwal betrokken zijn, met
haar arbeid gereed, of er komen berichten
over een nieuw schandaal. Volgens het
blad Roes heeft de Senaat een aanklacht
ingediend tegen den heer Nikitin, adjunct
van den minister van landbouw, over on
eerlijkheden die hl] in net jaar ibuu ais
directeur van het bosch-departement ge
pleegd zou hebben. Nitikin had in dat
jaar een overeenkomst met een Zweedsche
firma gesloten over het vellen en uitvoeren
van hout uit het Petsjora-gebied. Na het
sluiten der overeenkomst meldde een der
ambtenaren der domeinen, dat de firma
een schromelijk misbruik van haar contract
maakte, dat zij boomen velde niet aan de
Petsjora maar aan de Dwina, in een streek,
waar het hout driemaal zoo duur is. De
aanklacht van den ambtenaar werd echter
door de ministers Jermolof, Schwanebach,
Kuttler en Sisjinski eenvoudig terzijde
gelegd; zelfs werd de ambtenaar, die het
had aangebracht, ontslagen, waarbij hem,
om hem den mond te snoeren, een pensioen
van 1000 in plaats van 400 roebel werd
toegekend. De man diende niettemin een
aanklacht in bij den Senaat en deze zond
tot onderzoek van het geval een ambtenaar
af, die niet alleen de berichten volkomen
bevestigde, doch allerlei oneerlijkheden
van Nikitin ontdekte. Men vreest dat der
gelijke dingen bij de houtleveringen van
de Kroon geregeld voorvallen.
De vrijgesproken officieren van Nebo-
gatow's eskader, 70 in getal, verkeeren in
het onaangename geval, dat de andere
officieren der vloot hen niet als kameraden
willen erkennen. Er is een commissie
bezig te onderzoeken of die officieren niet
uit den dienst ontslagen kunnen worden.
Het ministerie van binnenlandsche zaken
heeft voor ondersteuning van noodlijdenden
reeds 75 millioen roebel uitgegeven verder
is besloten 20 millioen poed zaaikoren
beschikbaar te stellen.
St.-Petersburg, 29 Jan. De verkiezingen
van den eersten graad onder de werk
lieden en kleingrondbezitters hebben tot
heden 2927 kiezers opgeleverdonder wie
1167 voor de rechterzijde, 790 voor de
gematigde partijen en 48 voor de „kadetten".
Onder de gekozenen zijn 667 priesters
van de Orthodoxe kerk. In de provincie
Orel behooren van de 394 kiezers er 40
tot de rechterzijde, 296 tot de gematigde
partijen. In de provincie Kiew van de 520,
298 tot de rechterzijde. 222 tot de ge
matigde partijen.
DUITSCHLAND.
Over het ernstige mijnongelnk in de
Reden-mijn bij St.-Johann (Saarbrücken),
deelt de Kölnisdie Zeitung nog het
volgende mede
De mijn van Reden bestaat uit ver
scheidene putten, waarin in het geheel
5000 mijnwerkers werken. In die waar het
ongeluk plaats had zijn er gewoonlijk
1100; het ongeluk geschiedde echter reeds
's morgens om zeven uur, toen er eerst
400 werklui waren afgedaald. Vandaar ook
dat er geen ambtenaar is omgekomen, die
komen altijd iets later. Dat 700 arbeiders
er nog niet waren, vond hoofdzakelijk
zijn oorzaak in de omstandigheid, dat
wegens den voorafgaanden Zondag, waarop
de Keizer jarig was geweest, velen later
waren gekomendientengevolge zijn zij
niet in gevaar geweest.
Onmiddellijk nadat de ontploffing had
plaats gehad, werden de reddingsbrigaden
aan het werk gezet, de brigades die ook
bij Courrières zooveel hulp verleenden en
die dadelijk kunnen worden opgeroepen,
wanneer ergens in de buurt een ongeluk
gebeurt. Uitgerust met hun zuurstof
toestellen, trokken zij alle gangen door en
vonden overal dooden, die zij echter niet
onmiddellijk mee konden nemen, daar zij
in hun werk gehinderd werden door de
vergiftige gassen, die nog in de mijn
aanwezig waren; verschillende redders
vielen dan ook flauw, maar konden door
hun kameraden tot het leven teruggebracht
worden.
Het bericht, dat tijdens het reddings
werk een nieuwe ontploffing plaats had,
schijnt onjuist te zijn. Het aantal dooden
is nog niet met volkomen zekerheid op
te geven, daar een deel der mijnwerkers
zich 'zelf hebben kunnen redden door een
deur, die naar een anderen put voerde;
men raamt dat ongeveer zestig man op
die wijze zijn gespaard gebleven. Het
aantal dooden wordt op 150 geschat.
Waarschijnlijk hebben zij een snellen dood
gevonden.
Rerlijn. 30 Jan. In dn bpgrnotingscom-
missie van het Pruisiscne muis van aige-
vaardigden deelde de onderstaatssecretaris
van het ministerie van handel heden een
telegram mede, door den minister van
handel gisterenavond uit Saarbrücken ver
zonden, volgens welk telegram de ver
moedelijke oorzaak van de ramp in de
mijn Reden een ontploffing is geweest
van mijngas, gevolgd door een ontploffing
van kolenstof. Tot heden zijn 62 dooden
en 25 gekwetsten boven gebracht. De laat-
sten verkeeren niet meer in levensgevaar.
Vermist worden nog 86 menschen, die
vermoedelijk zijn omgekomen.
De ontploffing had plaats in het voorste
gedeelte van de schacht. De verongelukte
mijnwerkers, die met de inspectie van de
mijn waren belast, moeten vóór het werk
begon, gerapporteerd hebben, dat het punt,
waar het werk moest aanvangen, vrij was
van mijngas.
Verdere telegrammen, die hedenmorgen
vroeg ontvangen zijn, eveneens van den
minister van handel, zeggen, dat de mijn
in ieder geval weder begaanbaar is. Het
feit, dat gerapporteerd werd, dat het punt,
waar de arbeid moest aanvangen, vrij was
van mijngas, (het voorste gedeelte van de
schacht), wordt door een betrouwbaren
man, die naar boven gekomen is, bevestigd.
Het onderzoek over de oorzaak van de
ramp is nog aan den gang.
Metz, 30 Jan. Het mijnbestuur van Saar
brücken bericht, dat nu al de doode
arbeiders uit de mijn Reden bovengebracht
zijn, op vier na, die zeker nog bedolven
liggen.
Omtrent het lot van vijf mijnwerkers
verkeert men nog in onzekerheid.
Het aantal dooden bedraagt 148.
BELGIË.
Brussel, 29 Jan. In een bijeenkomst
ten huize van den staatsminister Beernaert,
is in beginsel besloten een nieuwe Belgische
Zuidpoolexpeditie te organiseeren. Een
wetenschappelijke commissie is belast met
de uitwerking van het program.
NEDERLAND.
Uden, 29 Jan. Gisterenavond verzocht
P. Verbruggen, bijgenaamd Pete Schoen,
varkenskoopman, den veldwachter J. A.
Maas, hem naar huis te brengen. Maas
voldeed aan dit verzoek, doch kwam den
geheelen nacht niet thuis, en werd Dinsdag
ochtend, omtrent acht uur, door J. Her-
mannsen vermoord gevonden, in de Groote
Beek, nabij de oude pastorie. De vermoorde
was vreeselijk mishandeld; hij had negen
steken en twee diepe sneden in het hoofd
en is wellicht, na doodelijk getroffen te
zijn, door den moordenaar in het water
geworpen. Het vermoeden viel op P. Ver
bruggen die onmiddellijk gearresteerd
werd. Om half elf kwam-het gerecht uit
's-Hertogenbosch. Verbruggen bleef bij
confrontatie kalm, en ontkende de misdaad
gepleegd te hebbenhij beweert, dat
Maas hem tot bijna bij zijn huis vergezeld
heeft.
Hoewel Maas wel eens ie veel activiteit
aan den dag legde met het gebruik van
den stok, was hij toch een algemeen
geacht ingezetene. De vermoorde laat een
weduwe achter met 6 kinderen, waarvan
het oudste ongeveer 10. jaar telt. De
revolver, die Maas bij zich droeg, is nog
niet teruggevonden.
De vermoedelijke moordenaar is iemand
van ongeveer 50-jarigen leeftijd, die reeds
een paar jaren gevangen zat wegens
zware mishandeling. Hij is gevankelijk
naar 's-Hertogenbosch getransporteerd.
Barneveld, 30 Jan. Maandag kreeg een
weduwe, wonende onder deze gemeente,
bezoek van iemand uit Apeldoorn, die,
naar hij zeide, antieke kasten wilde
koopen. Daar de weduwe juist een prachtig
exemplaar had, wenschte hij dit zoowel
van buiten als van binnen eens flink te
onderzoeken. Zelfs de kleinste laadjes
werden even opengetrokken, om te zien
of alles wel solide was. Hoewel de kast
hem goed aanstond, werd de koop toch
niet gesloten. Even later bemerkte de
eigenares, dat haar fraaie zilveren beugel-
tasch met geld verdwenen was. Aanstonds
werd aangifte bij de politie gedaan, die
er in slagen mocht, den „koopman" aan
te houden. Het gestolen voorwerp had hij
toen reeds bij een horlogemaker verkocht.
iNdiuuriijn is proces-verbaai regen uein
opgemaakt.
IJselmuiden, 29 Jan. Terwijl de kinderen
een oogenblik alleen thuis waren, heeft
een 3-jarig jongetje van den arbeider G.
Stoel, alhier, zijn 2-jarig zusje met riet
pluimen in brand gestoken.
Gelukkig dat de buren en de moeder
spoedig bij de hand waren om den brand
te blusschenhet kind had echter reeds
zulke brandwonden aan gezicht en arm
bekomen, dat het onder behandeling van
den geneesheer moest worden gesteld.
Dordrecht, 30 Jan. Alhier is een molen
wiek van den korenmolen „De Pelikaan",
aan den 's-Gravendeelschen dijk, afgeslagen
en recht naar beneden tusschen den stal
en de keuken, en ongeveer een meter diep
in den grond gedrongen. Een gedeelte van
de gaanderij werd meegesleurd, kwam op
het dak der woning terecht, sloeg eenige
balken naar beneden en dreef deze door
de bedstede van den broeder des molen
eigenaars, den heer W. L. de Kleuzenaar.
Gelukkig lagen diens kinderen nog niet
te bed en heeft niemand eenig letsel
gekregen.
De materieele schade is groot.
Oude Tonge, 29 Jan. In wijderen kring
verdient verbreiding 'n besluit door de
afdeeling Oude Tonge en omstreken van
„Schuttevaêr" op haar laatste bijeenkomst
genomen, niet zoozeer om tastbaar te
maken op wat wijs die vakvereeniging
voor de welvaart niet enkel, maar ook
voor het welzijn der schipperij tracht op
te treden, en alzoo zieltjes voor „Schutte
vaêr" te winnen, wat niettemin als een
welkom gevolg zou worden begroet, maar
ook vooral om 't helder in 't licht te mogen
stellen, later als proef op de som zooals
we hopen, wat vooral aan velen van het
varensvolkje nog niet zoo duidelijk is,
welke bij uitstek nuttige en zegenrijke
instellingen de gezondheidscommissies
kunnen zijn, zoo ze hare roeping getrouw,
meer met daden spreken dan met inkt.
Onze afdeeling zal zich richten tot de
betrokken gezondheidscommissie met het
vriendelijk verzoek maatregelen te willen
nemen opdat er te Zevenbergen aan de
suikerfabieken tijdens de jaarlijksche bieten
campagne zuiver drinkwater te verkrijgen
zal zijn, zoo noodig tegen betaling, voor
de vele schippersgezinnen, daar tijdelijk
vertoevende, in de plaats van het goore,
vieze, wankleurige vocht, waarmee de arme
drommels zich bij gebrek aan beter tot
nog toe moesten behelpen, en waarvoor
zelfs poes den neus ophaalt.
Op 't geheele gebied van de stad Zeven
bergen vindt men nergens 'n hulpbrieven
bus, waardoor een schipper vaak 'n half
uur loopen moet om z'n brieven te posten.
Daarom besloot genoemde afdeeling den
Directeur-Generaal der Posterijen te 's-Gra-
venhage op deze leemte te wijzen en hem
te. vragen een paar hulpbussen te doen
plaatsen.
Landbouw en Veeteelt.
Te Oud-Vossemeer vergaderde Dinsdag
1.1. de afdeeling Tholen der Zeeuwsche
Landbouwmaatschappij. Er werden vier
nieuwe leden aangenomen, en na voor
lezing der notulen werd o. m. meegedeeld,
dat de tentoonstelling, welke dit jaar te
Tholen zal gehouden worden, bepaald is
op 11, 12 en 13 Juni a.s. Van wege de
afdeeling zal steun verleend worden bij
het oprichten van een onderafdeeling van
de V. P. N., zoo deze Vereeniging daartoe
een spreker uitzendt. Tot afgevaardigden
voor de hoofdbestuurs-vergaderingen wor
den aangewezen de heeren Van Vreden-
burgh, voorzitter, en Snijder, secretaris der
afdeeling, terwijl als plaatsvervangers zullen
fungeeren de heeren J. M. Wagemaker te
Tholen en H. J. Dorst te Stavenisse. Voor
het nazien der rekening worden voor 1907
aangewezen de heeren A. van Tilbeurg en
D. J. Ampt Fz. te Oud-Vossemeer en
Jb. Groenewege te St.-Maartensdijk.
Bij de rondvraag worden nog eenige
opmerkingen gemaakt door den heer H. J.
Dorst over het gebruik van stikstofkalk
ter vervanging van de dure Chilisalpeter,
en door den heer Groenewege over
proeven met de veertandscultivator, waarna
de voorzitter het woord geeft aan dr.
i>-«— o.rar hpt é\at\0Q-
kondigde onderwerp: „Middelen ter ver
betering van de door zeewater beschadigde
gronden", welke lezing ook toegankelijk
was voor belanghebbende niet-leden,
waarvan door velen ook gebruik was
gemaakt.
Dr. Hissink gaf een overzicht van wat
in 1906 is gedaan om een verklaring te
geven van de schade aan de landerijen
toegebracht door het zeewater; daartoe zijn
uit alle polders, die van het zeewater
hebben geleden, grondmonsters aan het
Rijkslandbouwproefstation gezonden om
onderzocht te worden op het gehalte aan
keukenzout. Opmerkelijk is daarbij het
verschil gebleken in zoutgehalte in de
polders, overstroomd door het water uit
de Ooster-Schelde en uit water van de
Wester-Schelde, wat natuurlijk verband
houdt met het verschil in zoutgehalte van
beide stroomen. Evenwel zijn verschillende
bijkomende omstandigheden oorzaak, dat
ook in denzelfden polder opvallende ver
schillen vallen waar te nemen.
Vele landbouwers vergeten te zorgen
voor een goede afwatering, wat een eerste
vereischte is voor de overstroomde gronden.
Draineeren is voor zulke gronden zeer aan
te bevelen en waar Oud-Vossemeer in het
bezit is van een stoomgemaal, kan dit
onder de gegeven omstandigheden uit
muntende diensten bewijzen, daar tijdige
afmaling van het hemelwater medebrengt,
dat veel keukenzout wordt afgevoerd. En
bij voldoende afvoer hebben en zullen
nog de regens veel zout afvoeren. Na
aangewezen te hebben welke schadelijke
stoffen het keukenzout bevat voor de
plantengroei en er op gewezen te hebben
op welke wijze het best de schadelijke
werking zooveel mogelijk kan geneutrali
seerd worden, bespreekt hij den uitzaai
der gewassen op deze gronden, waarbij
koolzaad en bieten o. m. in aanmerking
komen. Uitvoerig staat spreker stil bij het
laatste gewas, vooral omdat eenige proeven
in 1906 reeds bewezen, dat deze willen
tieren en tevens, welke nadeelige invloeden
het zout op de bieten had. Na een aantal
raadgevingen wijst hij er op, dat voeder
bieten en aanleg van lucernevelden zeer
goede uitkomsten kunnen geven.
Resumeerende, dat grondonderzoek noo
dig is, niet alleen uit wetenschappelijk
oogpunt, maar ook wel degelijk met het
oog op de praktijk, en dat dit onderzoek
kosteloos geschiedt aan het Rijkslandbouw
proefstation, mits de monsters worden
gezonden met voorkennis en tusschenkomst
van den Rijkslandbouwleeraar;
dat geen aangetaste gronden geheel in
orde kunnen zijn voor algeheele uitloozing
van het keukenzout tot in de diepe lagen
heeft plaats gehad, en dat deze bespoedigd
wordt door goede afwatering, terwijl bij
droog weer het bovenste laagje voortdurend
moet gebroken worden
dat kalkbemesting een en andere schade
lijke werking kan tegengaan en dat goede
keuze van gewassen almede een voorname
factor is bij bezaaiing der gronden.
Nadat één der aanwezigen nog een vraag
had gedaan omtrent het zoutgehalte van
den grond in verband met den uitzaai
van lucerne, merkte o. m. de heer Kake-
beeke, Rijkslandbouwleeraar, aan, dat in
1907 de structuur van den grond naar
zijne meening nog meer een beletsel zal
zijn voor voldoenden plantengroei, dan
het zoutgehalte, en dat binnenkort weder
circa zestig grondmonsters zullen gestoken
worden op de plaatsen in de verschillende
polders als in 1906, en dat daarvan mede-
deeling zal gedaan worden.
De voorzitter der afdeeling bracht dank
aan den heer Hissink voor zijne zoo nuttige
voordracht en aan den heer Kakebeeke
voor zijne welwillendheid om ook thans
weder belanghebbenden van dienst te zijn.
Als men een tuin heeft en de eerste mooie
dagen in Maart of April een beetje warmte en
zonneschijn brengen, wil men ook zooveel moge
lijk al bloemen om zich zien. Dat gaat nu niet
o zoo gemakkelijk, als men niet een serre heeft,
waarin men vroeg kan zaaien, n.l. vóór den
winter. Toch is er wel iets aan te doen. Als
men vroegtijdig van een handelaar planten koopt,
kan men wel zoo het een en ander in zijn tuin
hebben, ook al is het nog wat vroeg in het jaar.
Ik had dit jaar een paar honderd pensées ge-
dag geplant, doch daar de koude spoedig inviel,
wilden ze niet vooruit. Alle planten stonden te
verkleumen. Niet, dat ze dood gingen, maar
groeien en bloeien deden ze ook niet. Ik had
spijt van mijn geld, want ik had ze niet voor
niets. Daar kwam ik op een idée. Hoe vaak had
ik gelezen, dat Chili-salpeter in het voorjaar,
vooral als het koud is, den groei bevordert. Zou
ik het op mijn vioolplanten ook eens probeeren?
Ik nam 1 L. water en loste daarin 2 gram Chili
salpeter op. Daarmede besproeide ik vier planten,
of liever, ik goot de oplossing met een tuitgieter
tusschen de planten. Zoo behandelde ik het
geheele bed, behalve de buitenste rij, en zie, na
eenige dagen kwam er leven in de planten, die
ik begoten had. De bladeren werden groener en
gingen weer omhoog staan. Ze kregen ook meer
glans. En, na enkele weken was het verschil
tusschen de begoten en niet-begoten planten zeer
groot. Op het oogenblik staan de met Chili
salpeter behandelde pensées prachtig in bloei,
terwijl de andere planten niet veel meer zijn dan
een maand geleden.
Dit koude voorjaar heeft me nog iets anders
geleerd.
Toen ik eenmaal aan het proeven-nemen was,
en ik het goede jresultaat gezien had op mijn
vioolplanten, kon ik niet nalaten ook nog wat
anders te probeeren. Ik had reeds vroegtijdig
in een warm hoekje ten minste, op een plaats,
die gewoonlijk warm is, doch nu al even koud
als andere gedeelten van mijn tuin, verschillende
bloemzaden gezaaid; misschien wel wat te vroeg,
maar het was een paar dagen, met Paschen
immers? zulk een mooi weer, en wat doet dan
een ongeduldig mensch al niet? Maar, ik had
mooi zaaien, de zaadjes bleven de zaadjes en
werden geen plantjes. Toch schenen ze hier en
daar te ontkiemen, want met mijn hand in den
grond voelende, zag ik hier en daar een zaadje,
dat inderdaad aan het groeien was getrokken.
„Kom", dacht ik, „ook een beetje water met
Chili-salpeter", en ik nam een emmer, die on
geveer 10 L. water inhield en loste daarin 25
gram Chili-salpeter op. Met de oplossing begoot
ik de zaaibedden, heel zachtjes, het was een dun
besprenkelen, meer niet; maar ik deed het drie
maal, telkens om de twee dagen. Om iets te
leeren, en dus zeker te weten, welk resultaat de
begieting had, liet ik een stukje van een paar
bedjes onbegoten. Het heeft nog wel wat geduurd,
eer er leven kwam op de zaaibedden, maar op
het oogenblik zijn de begoten gedeelten druk aan
het groeien en de niet-begoten deelen zijn nog
veel achter.
Het is natuurlijk een bekende zaak, dat Chili-
salpeter ook in den bloem- en groentetuin zeer
veel nut doet, en om vroeg „mooi goed" te
winnen, onmisbaar is, maar ik kon toch niet
nalaten de bovenstaande proeven nog eens mede
te deelen.
O N D E R W IJ S.
Benoemd tot onderwijzers aan de open
bare lagere school te St.-Annaland de
heeren M. A. van Dien te Vlissingen en
A. Lambo te Rockanje.
Op de voordracht voor hoofd eener
openbare school te Schiedam komt o. a.
voor de heer J. v. d. Weele te Sirjansland.