Zaterdag 5 Januari 1907.
Tweede Blad.
(Z i e x* i li z e e s c h. e
Couran t).
NIEUWSTIJDINGEN.
ZIERIKZGESGHE
NIEUWSBODE.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is 1,30, franco per post
1,60.
Voor het buitenland, verzending eens per week,
10,— per jaar bij vooruitbetaling.
63ste JAARGANG. No. 8407.
Directeur: A. J. DE LOOZE.
Uitgever-Redacteur: A. FrSnkel.
Redacteur: J. Waale, alleen voor het binnen- en buitenlandsch nieuws.
Advertentiën, van 1—3 regels 30 Cts.,
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags-, Woensdags- en Vrijdag-middags
2 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. DE LOOZE, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. FRANKEL, Oude Haven D 493, Zierikzee.
OOST-INDIË.
Volgens de jongste berichten heeft
luitenant Christoffel alzoo opnieuw getoond,
dat generaal Van Heutz zijn vertrouwen
in hem niet misplaatst heeft. Zijn zeldzame
gave, die hem geholpen heeft bij het
opsporen van den pretendent-sultan van
Atjeh, Pangeran Polim, en van den pre
tendent-sultan van Bandjermasin, is ook
den trotschen vorst van Goa noodlottig
geweest.
Als rondzwervend banneling was de
invloed van den vorst niet groot meer,
maar hij bleef een gevaar. Voor het gezag
van Nederland in Midden-Celebes is zijn
verdwijning van het tooneel een feit van
beteekenis.
AMERIKA.
Het spoorwegongeluk bij het station
Terra Cotta, op den Baltimore- en Ohio-
spoorweg, Zondag, is vreeselijk geweest.
Volgens de laatste berichten zijn er 53
menschen bij omgekomen en ongeveer
evenveel gewond. Een trein stond aan het
station op vertrekken. De wagens waren
vol, tot zelfs in de gangpaden. Het waren
reizigers naar Washington. Een leege trein
reed toen met een 60 K.M. vaart den stil-
staanden trein achterop. Wat er volgde
was verschrikkelijk. Wij sparen den lezers
een beschrijving van de ellende. Het in
brand raken van de vernielde wagens
verergerde den toestand. En tot overmaat
van ramp kwam nog een goederenwagen
van een hellende zijlijn op de wrakhoopen
inrijden, vele gewonden verpletterende.
Topeka (Kansas), 2 Jan. Hedenmorgen
had in de nabijheid van Altavista een
botsing plaats tusschen personentreinen
op den „Chicago Rock Island Pacific Rail
road". Volgens één der berichten twintig
dooden, meest Mexicanen, en twintig
gewondenveel wagens werden in de
spoorsloot geworpen, verscheidene ge
raakten in brand. Een ander bericht zegt,
dat 29 Mexicanen in een wagen zijn
verbrand.
GRIEKENLAND.
De geheele vorige week heerschte in
Griekenland in den Peleponnesus, de
hoogere bergstreken en op de Grieksche
meren storm met hevigen regen. Van alle
kanten kwamen ware jobstijdingen in:
Overstroomingen van alle plaatsen, die
aan een zoogenaamden „Wildbach" liggen,
en aan zulke is de Peleponessus rijk. De
meeste monden in de Korinthische Golf
uit, en zijn bij aanhoudenden regen, zooals
tegenwoordig, vreeselijke vernielers. De
rivieren Selinus, Erasinus en Kratis, die
van het hooggebergte van de provincie
Calavryta stroomen en een groot aantal
beken opnemen, voeren in zulke regen
perioden ontzaglijke watermassa's met
onweerstaanbaar geweld naar zee toe.
Daar staat geen boom en geen rotsblok,
die hun den weg belemmeren, zoo vast,
of ze worden meegesleurd naar de zee.
Zoo erg als in dit jaar, is het echter
nog nooit geweest. De dorpen Welemitika
en Temeni, stations aan den Peleponessus-
spoorweg zijn geheel overstroomd en een
deel der slecht gebouwde boerenhuizen is
geheel vernieldhet vee, groot en klein,
is verdronken. Ook zijn een aantal per
sonen omgekomen, want de watermassa's
kwamen met zoo'n verrassende snelheid,
dat de menschen geen tijd hadden om
bijtijds te vluchten. Door de regeering
werden kleine oorlogschepen met proviand
en tenten naar Diakopto en Aegion ge
zonden, waar de meeste vluchtelingen
waren onder gebracht. Spoorwegbruggen
werden vernield en niet alleen in den
Peleponessus, maar ook bij Itna, de haven
van Delfi, bij Patras, in Messinië en in
Boven-Thessalië, werden door overstroo
mingen groote verwoestingen aangericht.
PORTUGAL.
In een drukke straat van een der voor
steden van Lissabon is Maandag een drama
afgespeeld, dat levendig herinnert aan de
romantische geschiedenis van Carmen, de
„Cigarera" van Sevilla.
Een soldaat, José was zijn naam, was
dol op het driejarig dochtertje van men
schen, bij wie hij veel aan huis kwam;
altijd nam hij lekkers voor haar mee. Het
kind, Filomena, groeide op tot een mooi
meisje, en de genegenheid van den soldaat
voor haar werd langzamerhand liefde.
Toen het meisje veertien jaar was, vroeg
José haar ten huwelijk; Filomena gaf hem
evenwel te kennen, dat zij enkel als vriend
van hem hield. Het zuidelijke bloed van
José begon te koken, en hij zwoer, nooit
te zullen dulden, dat Filomena een ander
trouwde. José bleef rondloopen met een
dollen kop, en enkele dagen later schoot
hij op het meisje. De kogel ging Filomena
rakelings langs het hoofd. De soldaat
werd aangehouden en veroordeeld tot drie
jaar gevangenisstraf. Filomena had in een
brief aan de rechters een goed woordje
voor hem gedaan.
Dit gebeurde drie jaar geleden. Filomena
is nu bijna achttien. Dezer dagen werd
José uit de gevangenis ontslagen. Nog
altijd had hij Filomena hartstochtelijk lief,
andermaal vroeg hij haar ten huwelijk en
weer liep hij een blauwtje.
Maandagmorgen nu, toen Filomena naar
het kantoor ging, waar zij werkzaam is,
werd zij in de straat door een soldaat
opgewacht. Toen zij hem zag, sloeg de
schrik haar al dadelijk om 't hart. „Hij
wil me vermoorden", zei ze tegen haar
vriendinnen. En inderdaad, José haalde
een revolver te voorschijn en loste twee
schoten op het meisje. Zij viel neer,
maar bleek niet gewond.
José, in de meening, dat hij haar ge
dood had, knielde midden in de straat
neer, laadde zijn revolver, nam den loop
in den mond en schoot zich vastberaden,
dood.
ITALIË.
De voortdurend toenemende land
verhuizing uit Italië begint de regeering
icci vciuiuiuMcn. DIUU& eeuwen neooen
weliswaar Italianen hun zonnig land ver
laten, om in andere streken beter betaalden
arbeid te zoeken, dan hun vaderland hun
bood, maar de landverhuizingen op groote
schaal begonnen eerst in 1876.
In dat jaar vertrokken 100,000 Italianen,
grootendeels naar Amerika en het volgende
jaar zag Italië 200.000 van zijn zonen hun
geluk in andere streken beproeven. In het
jaar 1905 trokken 726.000 personen uit
Italië weg en in de eerste tien maanden
van dit jaar was dit cijfer al overtroffen.
Weliswaar verlaten velen hun vaderland
niet voor altijd. Ongeveer 50 procent
komt terug, nadat een bescheiden fortuintje
is verworven. Zoo kan dan voor sommige
streken van Italië de landverhuizing een
weldaad worden genoemd, bijv. voor de
omgeving van Venetië. De emigrant uit
die streek keert in den regel na 5 of 10
jaar terug met een meer of minder gevuld
spaarpotje, koopt zich dan een stukje
grond, dat gaat hij bebouwen, en versterkt
zoo het aantal der kleine grondeigenaars,
die door vlijtigen arbeid zich een rustig
en onafhankelijk bestaan verzekeren.
In andere streken, waar de landverhuizers
gewoonlijk langer wegblijven, zenden zij
hunnen bloedverwanten het door hen
overgespaarde geld, zoodat bijv., volgens
eene matige berekening, alleen in de
provincie Udine elk jaar 20 4 30 millioen
op deze wijze binnenkomen. Maar de
medaille heeft een keerzijde. De terug
gekeerde landverhuizers brengen bij hun
terugkeer gasten mede, tot dusverre minder
bekend en heelemaal niet gewild, n.l.
drankzucht en tuberculose.
En daar bovendien vooral Amerika
slechts de allerbeste werkkrachten toelaat,
blijft voor Italië slechts minderwaardig
menschenmateriaal over, zoodat verschil
lende streken onbebouwd blijven uit
gebrek aan geschikte landbouwers.
HONGARIJE.
Te Boedapest is op Oudejaarsdag een
deftig oplichter in hechtenis genomen: de
41-jarige Karl Szabo, die den Rijksdag
afgevaardigde dr. Michael Laszlo voor
307,000 kronen moet hebben opgelicht.
Karl Szabo noemde zich valschelijk
dokter, en stond in 1905 aan het hoofd
van een geneesinrichting. In den zomer
van dat jaar verloofde hij zich met Martha
Laszlo, die haar zieke moeder in zijn
inrichting gezelschap hield. Dr. Laszlo
wist hij wijs te maken, dat er veel menschen
van zijn goedheid hadden misbruik gemaakt,
en hij kreeg in drie termijnen 117,000
kronen van hem los. Later kwam Szabo
zijn aanstaanden schoonvader verhalen, dat
hij weinig vertrouwen meer had in de
toekomst van zijn sanatorium, maar dat
hij de zekerheid had prachtige zaken te
zullen maken, als hij voor twintig jaar het
badhótel op het Margareteneiland ging
huren. Daarvoor had hij evenwel een som
van 190,000 kronen uoodig. Na eenige
aarzeling stelde dr. Laszlo dit bedrag te
zijner beschikking.
Herhaaldelijk werd er in 1906 een datum
vastgesteld, waarop het huwelijk tusschen
Szabo en Martha Laszlo voltrokken zou
worden. Telkens echter werd de bruiloft
op verzoek van Szabo weer uitgesteld;
hij had dan geen tijd voor een huwelijks
reis, kon zoo moeilijk bij zijn patiënten
vandaan, enz.
Eindelijk echter werd de ware reden
bekendSzabo was reeds getrouwdde
laatste drie jaar woonde hij niet meer met
zijn vrouw samen, maar hij was niet wettig
van haar gescheiden.
En nu is er nog meer aan den dag
gekomen. Szabo heeft nog verscheidene
andere vrouwen beloofd haar te zullen
trouwenin 't geheel schijnt hij ongeveer
dertig slachtoffers gemaakt te hebben.
Sommigen harer hadden hem haar geld
toevertrouwd.
RUSLAND.
Te Warschau gaat de politie sedert
eenigen tijd te werk op de volgende wijze
Onder allerlei voorwendsels worden
jongelieden van beiderlei kunne gevangen
gezet, die tot rijke of welgestelde families
behooren.
Dan komt een geheimzinnige „tusschen-
persoon" bij de ouders, en biedt zijn be
middeling aan om voor, een hooge som
de gevangenen te helpen bevrijden. In
doodsangst voor Siberië of nog erger, dat
hun kind bedreigt, betalen de ouders dan
t,j nu„„v„.
Op deze wijze moeten reeds een aantal
families door de politie uitgeschud zijn.
Te Odessa heeft een bende jonge
lieden, die matrozenmutsen droegen, getracht
aan boord van het schip „Gregorius Merck"
te komen, en dat in de lucht te laten
springen. Zij werden door de wacht tegen
gehouden, en er ontstond een strijd, waarin
aan beide zijden een man werd gewond.
De aanvallers ontkwamen. Op den oever
werden een helsche machine en ontplof
bare stoffen gevonden.
Ook een dergelijke aanval op het schip
„Koningin Olga" werd verijdeld.
Uit Petersburg wordt gemeld, .dat
de vrienden van Herzenstein, den indertijd
in Finland vermoorden Doema-afgevaar-
digde, eindelijk te weten zijn gekomen,
dat deze politieke moord door twee
arbeiders Larisjkin en Andrjewitsj
is gepleegd in opdracht van de „strijd
organisatie der zwarte honderd".
Namens de partij der kadetten heeft
Moeknof naar aanleiding van die ont
dekkingen een uitvoerig bericht en een
aanklacht aan den minister van justitie
doen toekomen. Ook worden de aanslagen
tegen de redacteurs Miljakof en Jessen aan
dat reactionaire verbond van de daad ten
laste gelegd.
St.-Petersburg, 3 Jan. Er is een can-
didatuur voor de nieuwe doema aangeboden
aan graaf Witte, doch naar men verzekert
heeft hij die geweigerd.
Lodz, 3 Jan. Bij de botsingen, die hier
hebben plaats gehad tusschen nationalisten
en socialisten, zijn drie werklieden gedood
en 11 gewond. 74 Werkloozen zijn met
verbanning gestraft. Een bende terroristen
plunderde 2 brandewijndepots der regee
ring. De uitsluiting duurt voort.
Warschau, 3 Jan. Gisteren avond zijn
twee gendarmes op straat doodgeschoten.
Toen daarop bereden gendarmes met de
sabels op het publiek indrongen, werd één
man gedood en een aantal menschen ver
wond.
Uit absoluut vertrouwbare bron ver
neem ik, zoo schrijft de Petersburgsche
correspondent van het Bert. Tagebl., dat
de ministerraad den czaar het ontwerp
van een manifest ter hand heeft gesteld
over onmiddellijke afschaffing van alle de
Joden betreffende beperkende bepalingen
van de wet van 1882. De czaar echter
heeft alle voorstellen verworpen.
Volgens het Nowoja Wremja hebben
huiszoekingen, te Petersburg en te Moskou
gehouden bij leden der strijdorganisaties,
een aantal gewichtige papieren doen ont
dekken, o. a. een lijst van ter dood ver
oordeelde staatsambtenaren, 27 namen
tellende.
Het comité, dat te Moskou gezeteld,
zijn zorgen wijdt aan de districten van
Rusland, die door hongersnood worden
geteisterdontvangt dagelijks nieuwe
berichten van nijpende ellende. Hartver
scheurende bizonderheden zijn het, die
daarover thans bekend worden. Epide
mieën breken uit onder de bevolking, die
toch al zooveel minder weerstandsvermogen
bezit. De hulp van regeeringswege ver
strekt, schiet veel en veel te kort. Het
koren, dat door het ministerie van binnen-
landsche zaken zou worden gezonden,
kwam nog steeds niet op de plaats van
bestemming. .En terwijl over 't algemeen
de bevolking onder deze ellende kalm
blijft, drijft de honger toch hier en daar
de menschen tot plundering. In de
districten Koersk, Saratow, Poltawa en
Novgorod werden landhuizen in brand
gestoken en kelders en voorraadschuren
leeggehaald.
ENGELAND.
Woensdag is te Londen voor den rechter
het geval behandeld van een vrouw, die
te Edmonton een zoogenaamd tehuis voor
zuigelingen hield. De beschuldiging is,
dat zij van een aantal kinderen, ten harent
overleden, geen aangifte van den dood
gedaan en de lijken verbrand heeft. Een
dienstbode en het tienjarige zoontje van
de beschuldigde legden getuigenis af. Het
jongetje vertelde hoe hij twee kinder
lijkjes in de keuken bracht en zijn moeder
ze in het brandende fornuis wierp.
Portsmouth, 3 Jan. Gisteren avond 11
uur is in het uitrustingsmagazijn een brand
uitgebroken, welke door een hevigen wind
aannam.
De kampuitrusting van een legerkorps
werd geheel vernield.
DUITSCHLAND.
Berlijn, 2 Jan. In een uitvoerig schrijven
aan het bestuur van den Rijksbond ter
bestrijding van de sociaal-democratie,
geeft de Rijkskanselier eenige beschou
wingen naar aanleiding van de Rijksdag
verkiezingen Reeds sinds het laatste
voorjaar zoo wordt gezegd is hij
voornemens geweest om elke nieuwe
poging tot machtsuiting van de zijde der
centrum- en sociaal-democratische op
positie-meerderheid bij ernstige en ge
wichtige rijksaangelegenheden krachtdadig
te bestrijden.
De partijen, welke op 13 December j.l.
in den Rijksdag aan de zijde van de
regeering stonden, zouden bij welover
wogen optreden in den verkiezingsstrijd
zooveel terrein kunnen winnen, dat haar
in bepaalde gevallen de meerderheid zou
verzekerd zijn.
Ze dienen van meet af zich voor oogen
te stellen, wat haar intertijd te zamen
bracht: de strijd voor de nationale eer
en voor het nationaal bezit tegen sociaal
democraten, Polen, Welfen en centrum.
Wél waren de officieuse bladen daar,
om meeningen en raadgevingen van hooger
hand te lanceeren. Doch hier spreekt
vorst Biilow onder eigen naam en onom
wonden. De regeering kiest openlijk partij
niet in den Rijksdag, doch er buiten.
Voor het centrum een niet prettige
zaak, zoo openlijk te worden ingedeeld
bij de oppositie-partijen.
En de linksche schakeeringen? Ze zullen
maar al te gaarne van deze bekentenis
gebruik maken in de dagen, die komen
zullen.
Of 't goed gedisciplineerde kiezerscorps
van de oppositie zich echter bijster veel
zal aantrekken van dit schrijven hm
BELGIË.
Zooals reeds in het vorig no. is gemeld
heeft in den nacht van Zondag op Maandag
te Brussel een hevige brand gewoed. Om
2.50 zag een nachtwaker rook komen uit
één der bovenverdiepingen van een groot
modemagazijn in de rue Neuve. Daar hij
geen sleutel van het gebouw had, trapte
hij een deur in aan de zijde van de rue
Colombier. Kort daarop stortte het dak
in, en de vlammen sloegen naar alle kanten
uit. Toen was reeds merkbaar, dat het
gebouw verloren was. Het vuur vond
ruimschoots voedsel in de lichtbrandbare
stoffen, waarvan een groote voorraad aan
wezig was. De brandweer kon zich er
slechts toe bepalen de belendende huizen,
die in groot gevaar verkeerden tebeschermen.
Ongelukkigerwijze was de drukking van
het water niet voldoende, dat men de
daken der huizen van de rue Neuve kon
bereiken. In de magazijnen woedde het
vuur met onverflauwde heftigheid voort,
telkens stortten muren en plafonds in.
Verscheiden ontploffingen deden zich hoo-
ren, waarvan men den aard niet kon vast
stellen. Om half vier was er van de
magazijnen niets staande gebleven. De
brandweer trok al haar kracht samen op
de naburige huizen, waarvan er verschei
dene reeds brandden. De dwarsstraat
tusschen de rue Neuve en de rue Saint-
Michel zag er erbarmelijk uit. Zij was
geheel verstopt door het puin, dat er van
de brandende magazijnen in gestort was.
Alle huizen zijn beschadigd, en tot op
verren afstand zijn de ruiten gesprongen
door de ontzettende hitte. Om halfvijf was
de brandweer nog bezig met verschillende
branden te blusschen. De bewoners der
omliggende straten waren allen gevlucht.
Persoonlijke ongelukken zijn niet voorge
komen.
De Belgische regeering heeft in het
groote aantal ongevallen, dat als gevolg
van drankmisbruik voorkwam op de
visscherschepen gedurende de laatste maan
den, en in de vele ernstige twisten, aanlei
ding gevonden een verbod uit te vaardigen
tegen het meevoeren van alcohol op
visscherschuiten. Het verbod is op den
len Januari van kracht geworden.
NEDERLAND.
Bolsward, 1 Jan. Hoe voorzichtig men
toch altoos heeft te zijn op het ijs, bleek
Zondagavond alhier, toen een gezelschap
jongelieden, afkomstig uit Wommels, per
de voormalige St.-janspoort zakte men
midden in de Stadsgracht door het ver
raderlijk ijs, en zonk weg in de diepte.
Men kan zich het angstgeschrei der
drenkelingen voorstellen. Gelukkig waren
een paar mannen in de nabijheid, wien
het door een bizondere handigheid en
groote krachtsinspanning geluktemet
behulp van dreggen alle zeven op het
droge te krijgen. Wél was men hevig
ontsteld, doch toen in een naburig logement
spoedig de natte kleeren verwisseld werden
met een droge lijfdracht, die door hulp
vaardige handen werd bijeengebracht, kon
de reis per rijtuig worden voortgezet.
Amsterdam, 2 Jap. Een jongmensch te
dezer stede één van die bekende groot-
steedsche typen, die, altijd gentleman-like
gekleed, geweldig meneer willen spelen
zonder een sou inkomen zoo'n jong
mensch dan kreeg dezer dagen een onbe-
dwingbaren lust om toch ook eens in een
auto te rijden.
't Was net een mooie middag. Daar
moest wat op gevonden worden, en d'r
werd wat op gevonden
De automobiel-lusteling stapte naar de
bekende zaak van den heer Jan Mulder
in de Van Ostadestraat, verkocht daar het
praatje, dat de familie Van Loon, op weg
naar Amsterdam, met een defecte auto
mobiel bij Sloterdijk stond, en requi-
r.'erde een flinke auto met twee (sic!)
chauffeurs, om de familie en het weiger
achtige voertuig naar de stad te brengen.
Van Loon is hier een wèl-klinkende
naam. De heer Mulder springt er aanstonds
voor in de houding, deelt zijn orders uit,
laat materiaal en touwen meenemen, en
tien minuten later tuft-tuft de „deftige
klant" naar Sloterdijk!
De kerel zwelgt van genotfijn, vindt-ie 't
goddelijk, heerlijk! Jonge, wat loopt zoo'n
ding!
In Sloterdijk natuurlijk geen defecte
auto. Zal intusschen hersteld zijn. Dan
maar naar het Victoria-hötel, waar de
familie logeert! Vooruit gaat het weer in
vliegende vaart. Bij het Victoria-hötel vliegt
't jongmensch dadelijk naar binnen, praat
heel vertrouwelijk met den groom, doet
of 't in orde is, en stuurt de chauffeurs
met hun auto naar huis. De rekening met
een dikke fooi er op, kan volgen!
Dat toertje was den banjer zóó bevallen,
dat hij er meer van moest hebben en liefst
dadelijk. Daarom werd, met hetzelfde
praatje, opnieuw aangeklopt, nu bij den
heer Leonard Lang, maar deze had geen
auto thuis. Toen naar een andere zaak,
die we om begrijpelijke redenen zooals
straks zal blijken niet nader zullen
aanduiden.