ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Donderdag 3 Januari 1907.
(25 i e r i li. z c e s c li e
C o u r a n t).
IJk en Herijk.
NIEUWSTIJDINGEN.
Verschijnt DINSDAO, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is 1,30, franco per post
1,60.
Voor het buitenland, verzending eens per week,
10,— per jaar bij vooruitbetaling.
63ste JAARGANG. No. 8406.
Directeur: A. J. DE LOOZE.
Uitgever-Redacteur: A. FrSnkel.
Redacteur: J. Waale, alleen voor het binnen- en buitenlandsch nieuws.
Advertentiënvan 13 regels 30 Cts.,
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags-, Woensdags- en Vrijdag-middags
2 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. DE LOOZE, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. FRANKEL, Oude Haven D 493, Zierikzee.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Zierikzee,
Gezien de Circulaire van Gedeputeerde Staten
dezer provincie van den 9 November 1906, no.
160, 3e afdeeling, (Prov. blad no. 139);
Vestigen er de aandacht van belanghebbenden
op, dat het goedkeuringsmerk (tot 1 September
1907 de letter p)v na 1 September niet meer
geldig is en dat mitsdien vóór dat tijdstip de
maten en gewichten, welke nog niet van het
nieuwe goedkeuringsmerk (q) zijn voorzien, ter
herijk moeten worden aangeboden, waartoe aan
het ijkkantoor te Middelburg in de maand
Augustus gelegenheid bestaat op alle werkdagen,
van 9 tot 12 en van 1 tot 3 uur.
Zierikzee, den 2 Januari 1907.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
CH. W. VERMEIJS, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
OOST-INDIË.
Een bij het Ministerie van Koloniën
ontvangen telegram bevestigt den dood van
den Radja van Goa.
Daaruit blijkt naderdatluitenantChristoffel
in den nacht van 24 op 25 December met
maréchaussees de schuilplaats van den
vorst te Boeloebaoewe in Sidenreng bereikte.
Bij een poging tot ontvluchting stortte
de Radja met acht volgelingen in een ravijn
en kwam daarin om. Zijn lijk is gevonden
en 30 December naar Makassar over
gebracht, waar het aan de nabestaanden
is overgegeven.
AMERIKA.
Washington, 31 Dec. Bij het station
Terracotta (een voorstad van Washington),
aan de lijn van de Baltimore en Ohio
spoorweg-mij., vond een spoorwegbotsing
plaats. Er zijn 38 dooden en 50 gekwetsten.
In de goudmijnstreek van den staat
Nevada zijn de laatste weken brutale
ertsdiefstallen gepleegd. Een groep mijn
werkers, meer dan 100 man sterk, hield
zich daar op groote schaal onledig met
het stelen van gouderts. Het mijnbouw-
bedrijf in Nevada, is n.l. den laatsten tijd
zeer voorspoedig geweest en bij tal van
mijnen liggen de bewaarplaatsen volge-
stapeld met rijk goud-erts.
De bestuurders der mijnen wisten reeds
lang, dat door de arbeiders werd gestolen;
maar daar er in de mijnstreek voortdurend
gebrek aan werkkrachten bestaat, werd
door de directies niet al te scherp toe
gezien. Hierdoor werden de dieven steeds
brutaler; zij organiseerden zich en begonnen
op groote schaal voor eigen rekening
gestolen gouderts naar San Francisco te
zenden. Toen het al te kras werd, grepen
de directies in. Zij lieten te Reno in
Californië een spoorwegzending gestolen
erts, ter waarde van 25,000 p.st., in beslag
nemen; en de zaak zal nu voor den rechter
komen.
Naar beweerd wordt, hebben de mijn
werkers, die deel uitmaakten van de bende,
een „winst" gemaakt van den man c.a.
12,000 gulden per maand; de zeer hooge
arbeidsloonen nog niet eens meegerekend.
ITALIË.
De paus heeft met Kerstmis tal van
geschenken ontvangen voor de kerk in
Frankrijk. Pius X moet verklaard hebben
volstrekt niet beducht te zijn, dat hij aan
die kerk niet genoeg onderstand zal kunnen
zenden. Te Venetië heeft hij herhaaldelijk
voorwerpen van waarde verkocht, om zijn
diocesanen te hulp te komen en als paus
zoo zeide een personnage uit zijn gevolg
zou hij in geval van nood niet voor een
gelijksoortige daad terugschrikken.
Herhaaldelijk is beweerd, dat de paus,
uit afkeer van de republikeinsche regeering,
zou trachten zich met de legitimisten te
verbinden. Doch aan het Vaticaan wordt
verzekerd, dat Pius integendeel vreest, dat
sommige bisschoppen en pastoors uit be
zorgdheid voor hun bestaan, zich te veel
afhankelijk zullen maken van de ver
mogende royalisten en daardoor den gods
dienst van de politiek. De paus zal zich
daartegen uit alle macht verzetten, gelijk
hij herhaaldelijk aan de Fransche bis
schoppen heeft te kennen gegeven.
RUSLAND.
Het zoontje van een spoorwegbeambte
te Chorkof (Rusland) had een vreemd
ding gevonden op straat, dat hij thuis
bracht, 't Zal een bom zijn, dacht de vader.
Ondanks dit vermoeden, begon de man
de schroef van het buisje los te draaien,
terwijl zijn vier kinderen en een speel
kameraadje om hem heen stonden en met
groote nieuwsgierigheid het nieuwe speel
goed beschouwden. Plotseling dreunde
het huis, zware rookwolken drongen door
de vensters naar buiten en men hoorde
kinderen schreeuwen. De vrouw, juist
naar buiten gegaan, en eenige buren
kwamen toesnellen en toen ze de deur
openden, bood zich een vreeselijke aanblik
aan. De geheele kamer was zwart, alles
was dooreen geworpen, de kachel ge
scheurd, de muren met bloed bespat en
op den grond lagen de vader en de vijf
kinderen, allen zwaar gewond. De arme
man en een kind stierven spoedig, een
ander kind is stervende, de overigen hoopt
men nog te redden.
ENGELAND.
De Engelsche bladen zijn vol met
berichten over een ernstig spoorwegongeluk
in Schotland. Wat precies de oorzaak
geweest is, schijnt nog niet uitgemaakt,
doch in alle geval was het middellijk of
onmiddellijk te wijten aan den sneeuw
storm. Een trein vol passagiers van Londen
naar Aberdeen, stond stil op den weg
nabij het station Elliot, daar het sein op
onveilig stondtoen was het dat een
Noord-Britsche sneltrein in volle vaart op
het achterste deel van den stilstaanden
trein liep. De achterste wagens werden
totaal verbrijzeldde machine van den
anderen trein viel om en kwam als een
vormlooze klomp metaal aan den wegkant
neer. Heel spoedig was er hulp gehaald,
de vele ongelukkigen, gedooden of ge
wonden, werden tusschen de sneeuwhoopen
aan den weg neergelegd.
De machinist van den aanbotsenden
trein beweert, dat alle seinen op veilig
stonden. Hij is er afgekomen met het ver
lies van een oor en een verwonding aan
het gelaat, terwijl zijn stoker den dood
vond. Het aantal slachtoffers onder de
reizigers bedraagt 37, waaronder 13 dooden.
Onder de zwaar gewonden bevindt zich
het Parlementslid Black.
Een dergelijk ongeluk had kort daarna
plaats bij Colchester, waarbij twee reizigers
werden gewond.
Voor den treinenloop in Engeland had
de sneeuw nog meer storende gevolgen:
de in de Kerstdagen gevallen sneeuw
werd door den hevigen wind op de spoor
lijnen opgehoopt, zóó, dat zij op sommige
plaatsen twaalf voet hoog lag. Daaren
boven kwamen er door goederenwagens
en andere voorwerpen, die op de spoorlijn
aanwezig waren, nog grootere sneeuw
hoopen. Het gevolg was dan ook, dat
niettegenstaande de sneeuwploegen, die
dadelijk met alle kracht aan het werk
gezet waren, menige trein zijn reis moest
staken en den heelen dag op het spoor
moest doorbrengen, vóór de reizigers een
station bereikten. Vooral Schotland had
veel te lijden.
Op het oogenblik zijn er in Londen
123,000 armen of 26 op elke duizend
inwoners; d.w. z. de armen, van wie men
weet en die van staatswege onderstand
genieten.
Behalve in 1904 en 1905 is er, sinds
1872, nooit zooveel armoede in Londen
geweest.
Vooral naar de armhuizen was de toe
loop groot.
Er zijn nu ruim 70,000 menschen in,
meer dan er ooit geweest zijn, naar men
weet.
DUITSCHLAND.
Bremen, 30 Dec. De sneltrein van
Hamburg naar Keulen is te Ottersberg op
een goederensneltrein gestooten. Van het
personeel van den trein zijn er vier gedood
en vijf zwaar, zes licht gewond.
Omtrent dit spoorwegongeluk meldt
een ooggetuige:
In den nacht van Zaterdag op Zondag
is de D-trein van Hamburg naar Bremen
bij Osseberg, 40 kilometer van Bremen,
door den mist op een aldaar rangeerenden
goederentrein gestooten. De locomotief en
de tender werden geheel vernield. De ketel
lag tusschen de rails. De dan volgende
postwagen bevatte vier millioen mark aan
geld, bewaakt door veertien postambtenaren.
Deze wagen verbrandde geheel en met
hem twee millioen mark aan papiergeld.
Acht dooden werden gevonden. Vermist
werden een machinist, een stoker en de
14 postambtenaren. De goederenwagen was
geheel in splinters. De passagierswagens
ontspoorden en liggen dwars over den
spoorweg. Van de passagiers zijn velen
meer of minder zwaar gewond, doch geen
gedood. Het treinenverkeer ondervond
Zondagnamiddag om zes uur nog drie
uren vertraging.
Bonn, 30 Dec. De luxe-trein van
Frankfort naar Keulen is te Brühl (bij
Keulen) op een goederentrein gebotst. Een
remmer werd gedood, een reiziger gewond.
BELGIË.
Brussel, 30 Dec. Vanmorgen om vier
uur is hier het grootste Brusselsche waren
huis, van Leonhard Tietz, vroeger Cohn
Donnay, tot een aschloop verbrand. De
300 winkelbedienden zijn broodeloos. De
schade wordt op drie miljoen frank ge
raamd. De commissaris van politie Bourgeois
is over een slang gevallen en daarbij
gewond.
31 Dec. Zaterdagavond vervoegde
zich bij den consul-generaal van Nederland,
den heer Ruys, in de Rue Joseph II, een
persoon, die, volgens zijn beweren, een
Hollander was. Hij vroeg den zoon van
den consul te spreken, maar daar deze
ziek was, werd hij ontvangen door den
consul zelf. De onbekende vertelde aan
den consul, dat hij voor diens zoon een
wissel had van 100.000 francs, waarvan
hij de betaling eischte. De vader weigerde
hieraan te voldoen. De vreemdeling trok
een revolver en richtte die op het hart.
De kogel ging bij het hart langs en de
gewonde werd onmiddellijk naar het
hospitaal gebracht. Daar verklaarde hij,
dat de wissel niet bestond, doch dat hij
op deze wijze geld trachtte te krijgen
om zijn ouders te redden, die in geld
verlegenheid verkeerden. Voorloopig zal
hij in het ziekenhuis blijven om zich later
voor den Brusselschen rechter te verant
woorden.
Te Antwerpen werd Donderdagavond
in het politiebureau van Zurenborg een
naamlooze brief gevonden, die onder de
deur was geschoven en waarin een huis
in de Provinciestraat werd aangeduid, als
zijnde een werkplaats voor het maken van
valsche munt. In dat huis woonde een
goudsmid.
De politie deed een inval, en vond eerst
de vrouw van een inwonenden zoon. Zij
beweerde van niets te weten. Bij verder
onderzoek kwam men voor een kelderdeur,
die op slot was, en die eerst na lang
dralen werd geopend. In den kelder was
de goudsmid heel onschuldig bezig met
een uurwerk en zijn leerling met een ring.
Maar in het vuur heeft men gesmolten
metaal gevonden, dat er blijkbaar pas was
ingeworpen.
Het bleek, dat men van buiten af de
valsche munters had gewaarschuwd, die
toen door het raam verschillende munt-
vormen en valsche munten naar buiten
hadden geworpen, waar ze door de moeder
en de vrouw in de sneeuw werden ver
stopt. De politie vond ze echter terug.
Alle bewoners zijn ingerekend.
In de Belgische grensplaats Achel
werden voor eenige weken twee personen
door een klein hondje gebeten, dat on
middellijk werd opgezonden.
Één der mannen, A. T.begaf zich
terstond naar Brussel om zich daar onder
geneeskundige behandeling te stellen.
De andere, zekere M. V., die in de
wang gebeten was, achtte dit overbodig.
Door anderen echter aangezet, ging hij
eindelijk dezer dagen toch daartoe over,
doch helaas te laat. Na een vreeselijk
lijden van eenige dagen is deze onge
lukkige bezweken.
NEDERLAND.
Zwolle, 30 Dec. De vorige week vertrok
naar Parijs, onder geleide, bakker S., die
de vorige week te Twello door een dollen
hond in den arm werd gebeten.
De kosten komen geheel ten laste van
het rijk. In het instituut van Pasteur, te
Parijs, zijn thans 20 Hollanders onder
behandeling.
Behalve in Twello is nu ook in het
naburige Terwolde een dolle hond neerge
schoten door den gemeente-veldwachter
en den heer Scholten. In alle naburige ge
meenten is de muilkorvenwet afgekondigd.
Nijmegen, 31 Dec. De recherche alhier
heeft aangehouden de echtelieden V.,
Duitschers, in verband met het uitgeven
hier in de laatste dagen van valsche rijks
daalders en guldens, waarvan zij verdacht
worden. Zij ontkennen, doch zijn aan het
vervaardigen van valsch geld niet vreemd,
want in Duitschland werd deswege de
man tot twee jaar, de vrouw tot zes
maanden gevangenisstraf veroordeeld. Hij
is uit de gevangenis ontsnapt, na een
verblijf aldaar van acht maanden, en nam
de wijk naar Rotterdam. Sedert eenige
dagen vertoefden zij hier in een slaapstede.
Het hier uitgegeven valsch geld onder
scheidt zich van echt door kleur en
gewicht, en mist het randschrift.
Mijdrecht, 31 Dec. De vroedvrouw
alhier is in den afgeloopen nacht, na
hulp verleend te hebben, vóór zij hare
woning kon bereiken, op den weg plotse
ling dood gebleven.
Haarlem, 30 Dec. Gisteren hadden
eenige jongens alhier vier verbazend groote
sneeuwklompen gerold naar de Esschilder-
straat, en ze daar op één rij gezet, zoodat
het verkeer totaal gestremd was in die
straat. Om 10 uur kwam een adjunct-in
specteur en een politie-agent met een bijl
gewapend aan om de klompen stuk te
hakken, en toen dit met een bijl niet veel
hielp, trok de inspecteur zijn sabel en
met vereende krachten werd het vernielings
werk voltooid.
Natuurlijk trok dit eigenaardige tooneel
heel wat bekijks.
Amsterdam, 31 Dec. Toen Zaterdag
avond te ongeveer half acht, een echtpaar
op de Rozengracht geritsel hoorde in hun
voorkamer, en zij een onderzoek instelden,
werd door hen een man gevonden, die
smeekte hem niet ongelukkig te maken.
De bewoners sloten evenwel de kamer af,
zoodat de onbekende opgesloten zat, en
riepen de hulp der politie in. Vóór deze
echter ter plaatse was, wist de insluiper
inmiddels met een breekijzer de deur te
forceeren en uit te breken. Hij werd
echter intijds op het portaal vastgegrepen
en door een agent naar het politie-bureau
overgebracht. Daar gevisiteerd, bleek hij
voorzien te zijn van een breekijzer, 35
loopers, 14 sleutels en een electrische
zaklantaarn. Ofschoon hij aanvankelijk een
valschen naam opgaf, vond men vrij
spoedig uit, dat men met een recidivist te
doen had. In de woning werd niets vermist.
's-Gravenhage. Dr. M. A. Brants, burge
meester van Schiedam, lid der Tweede
Kamer voor het district Ede, heeft zijn ont
slag genomen als lid der Tweede Kamer.
Een Hagenaar heeft een twintigtal
werkloozen aan het werk gezet om op
zijn kosten een sneeuwhuis te bouwen
aan de Groothertoginnelaan. Gisteren zou
daarin een bus geplaatst worden, waarin
gaven konden gestort worden voor het
Leger des Heils.
Het kunstwerk van sneeuwbouw is de
moeite waard om gezien te worden.
Rotterdam, 31 Dec. De rivier voor
Rotterdam was gisteren boven de spoor
bruggen met zwaar drijfijs bedekt; de
stoombootdiensten op de bovenrivieren
zijn geheel gestaakt, zoomede de diensten
naar de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche
eilanden.
De vaart naar zee is geheel vrijvan
tijd tot tijd is er zelfs blank water, zoodat
de groote stoomschepen ongehinderd den
Nieuwen Waterweg kunnen binnenioopen.
De Amsterdamsche pakschuitdienst is
er Zondag in geslaagd den dienst tusschen
Amsterdam en Rotterdam nog te onder
houden met behulp van het sleepbootje
„Tijdgeest".
Zaterdagmorgen werd er ontdekt, dat
een begin van brand heeft plaats gehad
op de eerste verdieping van pand no. 136 A,
in de Schoutenstraat alhier, waar is
gevestigd een fabriek van meubelen van
de heeren A. Boels Zoon. Bij een
onderzoek door den inspecteur van politie,
den heer J. Postmus, ingesteld, bleek, dat
men vermoedelijk te doen heeft gehad
met een poging tot brandstichting. Stukken
trijp, die in het kantoor hadden gelegen,
waren zorgvuldig langs de meubelen
uitgespreid en aan het einde daarvan was
eenig papier opgestapeld en in brand
gestoken. Door de omstandigheid, dat het
trijp niet heeft willen branden en het vuur
vanzelf doofde, is deze poging mislukt.
De heer Boels denkt aan een wraakneming.
Uit Stad en Provincie.
Zierikzee, 2 Jan. Wij hebben wegens
voortdurend plaatsgebrek nog geen gelegen
heid gehad de door onzen afgevaardigde,
rnr. Patijn, in de Tweede Kamer op den
20sten December gehoudene rede over de
verbetering van het Hellegat in ons blad
over te nemen. Die rede heeft door deze
vertraging haar actueel belang voor deze
streek niet verloren. Wij laten haar daarom
met het door den Minister van Waterstaat
gegeven antwoord hier volgen
De heer Patijn: Mijnheer de Voorzitter!
Ik zou mij gaarne met een enkel woord
aansluiten aan hetgeen zoo even is gezegd
door den heer Van Gijn, in het bijzonder
aan dat deel zijner rede, waar hij zeide,
dat door de thans voorgedragen voor
ziening de zoo lang besproken belangen
van den Dordtschen waterweg nog niet
op voldoende wijze zullen zijn behartigd.
Ik geloof, dat de eenige afdoende maat
regel ten deze is de verbetering van het
Hellegat, die trouwens op het program
van den heer Van Gijn vooraan blijft staan.
Nu heeft de heer Van Gijn al vele jaren
dit belang bepleit met het oog speciaal
op Dordrecht, en ik stem volkomen toe,
dat die stad, met haar beteekenenden
handel en nieuw ontluikende industrie,
welke voor die oudste stad van Holland
een nieuw tijdperk van bloei schijnt te
zullen openen, er alle aanspraak op heeft
een betere verbinding met de zee te
krijgen.
Maar het geldt hier nie; een belang voor
Dordrecht alléén.
In hooge mate is daarbij ook dat der
binnenschipperij betrokken.
Om een tweeledige reden.
In de eerste plaats zal, door de ver
betering van het Hellegat, voor de schepen
de mogelijkheid ontstaan om in één getij
te komen van het Hellegat naar i.e Ooster
Schelde of omgekeerd van de Ooster
Schelde naar het Hellegat, terwijl nu in
vele gevallen moet worden gewacht,
waardoor een dag of langer verloren gaat.
Het behoeft geen betoog dat dit schade
oplevert voor de schippers, die waarlijk
toch al moeite hebben om in hun bedrijf
een uiterst sober bestaan te vinden.
In de tweede plaats kan door den
strekdam, die in het Hellegat ware te
maken, deze een veilige reede worden
voor de schipperij, waaraan in die onher
bergzame wateren zoo dringend behoefte
bestaat.
Ik zal deze beide ,unun th.ms niet
uitwerken, te minder, omdat dn in voord
en geschrift reeds herhaaldelijk gedaan s
door mannen, heel wat deskundiger in
deze zaken dan ik. Slechts wil ik ver
wijzen naar de rede, door den wakkeren
voorzitter van Schuttevaêr, den heer
Smeenge, in deze vergadering gehouden
den 30sten April 1901.
Het is een oude, bedroevend oude
geschiedenis, welke ik ophaal. Reeds in
1871 heeft een Staatscommissie de nood
zakelijkheid betoogd van de verbetering
van het Hellegat. Sedert zijn stroomen van
adressen bij de Regeering en Kamer
ingekomen van schippersv eieenig ngen
gemeentebesturen en andere belang
hebbenden.
In 1893 werd door den toenmaligen
Minister van Waterstaat, Handel en Nijver
heid, ons geacht medelid dr. Lely, de
noodzakelijkheid van dit waterstaatswerk
onomwonden erkend. In 1901 heeft de
Kamer een motie met aanzienlijke meerder
heid aangenomen, waarbij èn met het oog
op de belangen van Dordrecht èn met het
oog op de belangen der binnenschipperij,
werd aangedrongen op verbetering van
het Hellegat.