ZIËRIKZËE8GHE
NIEIWSBODE.
Donderdag 1 Juni 1905.
(Z5 ierikzeesohe
Courant).
O N D E R W U Z E B.
Brandweer.
Stemming voor de Provinciale
Staten.
Mr. H. C. MOOLENBURGH,
Mr. H. C. MOOLENBURGH,
Venehjjnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden ia f 1,30, franoo per poet
f 1,60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indiê enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
61ste JAARGANG. No. 8162.
Dlreoteuri A. J. DH LOOZE.
A. FRANKEL.
J. WAALiE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws.
Redacteuren:
Advertentie.m 13 regels 30 Cta.
meerdere regels 10 Cts., kannen uiterlijk tot des
Usnndsgs, Woensdags en Vrijdags middags
2 ure besorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. Fbunkel, Nieuwe Boogerdstraat 213, Zierikzee.
Qlp" Verhuisd van de MEEL-
STRAAT naar de NIEUWE
BOOGERDSTRAAT 213.
A. FRANKEL.
Aan da openbare lagere school B te Zjbrikiek (hoold
de heer P. VAN DER HAVE), wordt gevraagd een
ONDERWIJZER
met acte voor de vx-ye- en orde-oefeningen
der gynmastleks
De jaarwedde bedraagt f 600.
Sollicitatiëu (adres aan den Ratd op «egel) worden
franco ingewacht bij den Burgemeester vóór dén 6 Juni
1905.
STEMMING
ter verkiezing voor een lid
van de
Provinciale Staten.
De BURGEMEESTER der gemeente Zierikzee brengt
ter openbare kennis, dat op Dins<lng don O
Juni a.S., van des morgens aclit tot des na
middags v\jf nur, eene stemming zal plaats hebben
ter verkiezing voor een lid van de Provinciale Staten
voor het Kiesdistrict Zierikzee, waarvoor als candidaten
zijn gesteld de heeren:
Mr. G. W. Tb. Baron van Dedem, en
Mr. H. C. Moolenburgb,
beiden wonende te Zierikzee.
De Stembureau! houden zitting in het Raadhuis; en
wel dat voor het Stemdistrict I in de Raadzaal,
en dat voor het Stemdistrict II in de Kamer voor
den Gcmocnto-Sccrctnribi. Voor het
Stemdistrict II is de toegang door de Gemeente-Secretarie.
Tevens wordt de aandacht gevestigd op artikel 128
van het Wetboek van Strafrecht, luidende:
«Hij die opzettelijk, zich voor een ander uitgevende,
vaan eene krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven
verkiezing deelneemt, wordt gestraft met gevangenisstraf
»van ten hoogste één jaar".
Zierikzee, den 29 Mei 1905.
De Burgemeester voornoemd,
CH. W. VERMEIJS.
Benoeming Keurmeesters.
Da BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee,
Gelet op de bepalingen der Verordening tot voorkoming
en blnsscbing van brand in deze gemeente;
Gelezen het voorstel van de Directie der brandweer;
Hebben goedgevondon
1®. Tot keurmeesters over het opgeslagen hooi o( de
veldgewassen in deze gemeente te benoemende Heeren
1. C. J. VAN DEN BOUT;
2. L. HAGE
3. JOHs. VAN WESTEN, en
4. L. KOOPMAN Cz.,
aan welke keurmeesters bij deze de zorg wordt opge
dragen om, naar aanleiding van art. 17 der Verordening,
tegen het broeien van opgeslagen hooi behoorlijk te
waken en zich omtreDt de vereischte rondgangen tot
inspectie bij de ingezetenen te verstaan met de Directie
der brandweer.
2®. De ingezetenen te herinneren aan de voorschriften
van gemeld art. 17, en de overtreding, daarop gesteld,
luidende
»De eigenaars en bewaarders van hooi en andere
veldgewassen, onaangezien waar deze opgeslagen zijn,
zijn verplicht:
a. »te gedoogen, dat de brandmeesters der wijk, als
«hun dat noodig voorkomt, één ol meer ijzers in de
«stapels steken;
b. «te zorgen, dat de ijzers zonder toestemming dier
«brandmeesters, er niet uit verwijderd worden en te
«allen tijde vror hen toegankelijk zijn;
c. «indien er, bij broeiing, volgens uitspraak der
«brandmeesters, gevaar voor brand bestaat, onmiddellijk,
«overeenkomstig hunne bevelen, de stapels te verwerken,
«of op andere doelmatige wijze in het gevaar te
voorzien".
Da overtreding van dit artikel wordt gestraft:
van litt. a en b met eene geldboete van ten hoogste
?ijf-en-twintig gulden;
en van litt. c met heehtenis van ten hoogste zes
dagen ot geldboete van ten hoogste vijjf-en-twmtig gulden^
Zierikzee, den 26 Mei 1905.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
CH. W. VERMEIJS, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
De Centrale Liberale kiesvereeniging van
Sohonwen-Dniveland heeft io de op Donderdag
den 18 Mei gehondene vergadering met
meerderheid van stemmen
wethouder der gemeente Zietikaee, en voor
zitter van de afdeeling Zierikzee der Maat
schappij van Landbouw en Veeteelt in
Zeeland, oandidaat gesteld voor do Provinciale
Staten.
De Vrgzinnig-Demokratische Kiesvereeniging
te Zierikaee heeft met algemeene stemmen
besloten deze eandidaiuur te stennen.
Ons van harte in deze samenwerking ver
hangend, noodigen wij da kiezers uit om op
den dag der stemming, die op 6 Jani is
vastgesteld, hunne stemmen nit te brengen op
den bezadigden liberaal, en rechtschapen
medeburger, die geboren en getogen hi9r,
dit district door on door kent, zoodat het te
verwaohten is, dat hg met gver en kennis
van zaken onze belangen in de Provinciale
Staten zal behartigen.
Staatkundige rede
Mr. H. GOEMAN BORGESIUS
T E
BROUWERSHAVEN.
De zaal ven het »Hotel Kloet" was Maan
dagavond dicht bezettoen mt. Goeman
Borgesins, de leider der Liberale Unie, onder
levendig applaus binnentrad, en op het podium
plaats nam.
De heor Van Buuren, voorzitter van de
liberale kiesvereeniging, heette, na de kies
vereeniging geluk te hebben gewenccbt. deren
eminenten man in haar midden te zien, den
spreker van dezen avond hartelijk welkom.
De politiek aldus ving spieker thans zijn
rede aan staat volgens een artikel van Prof.
De Lonter in De Gids in een kwade reuk.
Dr. Kuyper heeft er eens van gezegd, dat
aan elke politiek een vuile kant is, die er
niet af kan. En zoo iemand, dan kan dr. Koyper
er van medepraten. (Gelaob). De politiek
heeft veel op haar geweten. Zij is vaak in
strgd met de waarheid, de rechtvaardigheid
en barmhartigheid. In de werveletroom van
het politieke leven zgn vaak vele zwakke
karakters te gronde gegaan. Aan hen, die zich
geheel aan de politiek wijden, baart zjj veel
teleurstelling. Wanneer menals spreker,
veertig jaar in de politiek is geweest, kan
men daarvan meepraten. Maar er zgn ook
dog90 van voldoening, waarin men hot bewust
zijn heeft een steentje te hebbon bijgedragen
tot de volksontwikkeling en volkswelvaart.
Veroordeelend hen, die het beneden zich
achten aan politiek mede te doen, wijst bij
op het opgewekt politieke le7en in den laatsten
tgd, waarvan de volle zaal hier mede een
bewijs is. Hij breekt den staf over hen, die
zeggenik kies geen partij, 't is da politici
slechts alleen om oigen grootheid en macht
te doen. Met den Minister van Bionenlandeche
Zaken is bij het eens, waar deze verklaart
voor zolko menscbon geen achting te knnnen
hebben. Ieder ontwikkeld Nederlander toch
moet een godsdienstige, sociale, politieke over
tuiging hebben. Wat hem in deze verklaring
van dr. Koyper vooral trof was dit, dat ieder
Nederlander èo een godsdienstige èi een
politieke overtuiging moest hebben, waaruit
blijkt, dat politiek en godsdienst elkander niet
behoeven te dekken. Men kan streng gods
dienstig zgn en liberaal op politiek terreio.
In Amerika staan vaak personon in de politiek
aan eikaars zijde, die kerkelijk tegenover
elkander staan. Dit Ministerie heeft godsdienst
en politiek met elkaar verward. De liberalen
worden paganisten genoemd. En na in den
laatsten tgd de voormannen der rechterzijde
bespeuren, dat die benaming oen tegenover
gestelde uitwerking heeft, zoodat het in Jani
wel eens kan mieloopen, na noemen zij ons
modernen. Niet het woord, maar de gedachte
soheidt. Het blijkt zonneklaar uit het ant
woord, dat dr. Knyper aan Prof. Van der
Vlogt gaf, toen deze in de Kamer tegen die
soheiding opkwam, dat men de lens vóór of
tegen den Christas, vóór ot tegen het geloof
wil. Ea is dat nu een goede lenze? Volgens
spreker is het de bedriegelijkate lenze, die
men kiezen kan. In 1901 schreef dr. Knyper
in De Standaard: als wij alleen aanvallende
partg zgn, dan kan die lenze dienst doen,
maar als wij straks opbouwend te werk gaan,
dan znllen zij, die onder die lenze zgn gekozen,
voor een deel vooruitstrevend, voor eon deel
conservatief zgn. Maar eecigen tgd daarna,
toen bleek, dat bij de Katholieken en Chrietelijk-
Historisohen niet zooveel afkeer bestond tegen
een ooalitie-kabinet onder leiding van dr. Knyper,
veranderde deze van meening. Hij werd het
hoofd der coalitie. Op den partijdag reide
dr. Knyper, dat hot geen bondgenootschap
was, maar samenwerking bij wijte van stem-
uitruiliDg. Het gevolg der coalitie was. dat
wy nu vier jaar door een clericaal ministerie
geregeerd zgn. Die uitdrukking mag bij eigen-
Igk niet bezigen, want bj; de anti-revolutio
nairen geldt het altyd, dat do Koningin regeert.
Maar die woorden klinken als een bittere
ironie, wanneer men denkt aan de Statee-
kweslie in Overgsel, die door spreker uitvoerig
besproken wordt. Schaper, de bekende socia
listische afgevaardigde, zeide zelfs, dat een
sociaal democratisch Ministerie nooit op die
wgte da reohten van de Kroon zon hebben
genegeerd als dr. Knyper gedaan heeft.
Spreker is volbloed monarchaal, maar al was
hij republikeinbij zon nitgaan van het
standpunt, dat zoolang in Nederland het
Koningschap bestaat, bet de plicht is van
icderen Minister de rechten van de Kroon te eer
biedigen, en aan de Koningin de eer te geven, die
haar toekomt. De anti-revointionairen kannen
het gedrag van hnn eersten Minister dan ook
niet verdedigen, maar zeggen, dat de liberalen
moaten zwijgen, daar er onder hen staats
lieden ge woest zijn, die zich over het Koningschap
oneerbiedig bobben uitgelaten. Als werkelijk
liberale Staatslieden zich daaraan bobben
schuldig gemaakt, dan verdient dit evenzeer
afkeuring. Cort van der Linden zonde dit
gedaan hebben door te spreken van een vlieg
wiel. Maar die uitdrukking was niet oneer
biedig, laat staan beleedigend, zooals trouwens
de Koningin bij haar huwelgk getoond hezft.
Wat beeft do hnidige Regeering in het
belang van het land gedaan? De demokratie
ia opgeborgen, on Staalman, die zioh ooosi queut
bleef, moest de partg verlaten. Veertien jaar
geloden reisde bij met dr. Kuyper het land
door om de Takkiaansche politiek te vordodigon
tegen de Lohmannianen. Toen stond dr. Koyper
aan de zgde van de liboralen en radioaien,
en bestreed zgn eigen geloofsgenooten. Hg
meende, dat uitbreiding van het kiesrecht
door de Heilige Schrift geboden werd. God
wil, zeide dr. Kuyper, dat aan de kleine
layden recht geschiedt. Maar in 1901 is hg
in zake kiesrecht geheel en al van gevoelen
veranderd. Het is een opmerkelijk versobgneel
bij de anti-revolntionaire partij: als dr, Kuyper
heden zegt, ik ben er voor, dan is de gebeele
partg er voor, maar zegt bg morgen het
omgekeerde, ik ben er tegen, dan is do
gebeele partg er tegen. Toen een commissie
nit de doputaten-vergadering benoemd werd
om de zaak van het kiesrecht te onderzoeken,
heeft Staalman gezegd, dat dit de kapstok is,
waaraan het kiesrecht wordt opgehangen. Ia
de jongste deputaten-vergadering vroeg Staal
man naar het rapport der commissie orer
het kiesrecht, maar hem werd door da. Talma
gedacht de les gelezen. Van een volksleger was
dr. Knyper een warm voorstander. Aan het
volksleger bad hg, zeide by, zgn liefde ver
pand. «Een staand leger is een mierennest,
waarin aan een zeker aantal mieren wordt
opgedragen het neat to verdedigen. Een volks
leger echter is een wespenneet. Elke weep
kan zich verdedigen. Ia een volksleger is
ieder een wesp zonder angel, maar met een
geweer". Nu is dr. Kuyper tegen een volks
leger, en waarom, omdat Van Kol had gezegd,
dat dan een ieder een geweer in handen krijgt.
(Algemeen gelach). Maar wijt dr. Kuyper dan
niet, toen hg het plastisch beeld van mieren
nest en wespennest gebruikte, dat er ook
sociaal-demokraten op de wereld weren. Toen
dr. Knyper voorstander van het volksleger
was, stond de geheele anti-rev. partg aan zgn
zgde; van het oogenblik af, dat bij er zich
tegon verklaart, is de geheele partij er ook
tegen. De baas had gesproken. Allien
ds. Brnmmolkamp ia er nog voor.
Bij de verkiezingen in 1901 was door do
anti-rev. partg gezegd, dat de vaooinedwang
moest opgeheven worden, 't Was een lastig
geval nu, daar men aan de overzijde van den
Moerdijk er anders over denkt, en men zich
daar, om niet door de pokken getroffen te
worden, gaarne de kunstbewerking getroost.
Met het oog hierop werd een wetje ingediend,
dat half vleesch, half visoh was. Men kreeg
echter alras de overtuiging, dat er geen
katholiek vóór zon stemmen. Lohmsn wist er
raad op: laat ons de zaak grondig onder
zoeken. Een commissie werd benoemd om
rapport uit te brengen, niettegenstaande spreker
waarsohuwend opmerkte: slaat ons geen
comedie8pelen, en het wetje in de oommiseio
begraven". Onlangs stond één der kamerleden
op om Lohman te vragen, hoe het met dat
wetje staat. Het antwoord lnidde, dat bet
rapport reeds lang door de oommissie aan
den Minister was gezonden, maar deze had,
met het oog op de katholieken, het raadzamer
gevonden het in portefeuille te houden.
Wat is onder dit Ministerie voor de kleine
layden tot stand gekomen? Niets. In de
Troonrede van 1901 werd veel beloofd, maar
in het Staatsblad is niets verschenen. Wel
werd er na op het laatst ontwerpen bg massa
op de tafel van den voorzitter neergelegd.
Toen spreker als Minister een tweetal wets
ontwerpen indiende, die te laat kwamen om j
behandeld te wordenwerden zjj door
dr. Kuyper paradepaarden ger.oemd. Maar
dr. Kuyper heeft nu een heel eskadron parade- j
paarden laten komen. (Donderend 6pplans). j
Spreker somt op, wat onder zijn bewind j
tot stand is gekomen. Hieronder is ook de j
Ongevallenwet, waardoor 700.000 arbeiders
de zekerbeid hebben vorkregen, dat, als eg
een ongeluk krijgen, zg van staatswege een
Tergoeding ontvangen, zoosla in geen land
van Europa. Ook werd door hem op de
Woniugwet on de alsnog in te voeren Kinder
wetten gewezen.
Maar het Minbterio heette niet christelijk
genoeg te zgn, en daarom moest het weg.
Maar het meest christelijke Kabinet is dat,
hetwelk door zgn daden toont, het beginsel
van naastenliefde, waarheid en rechtvaardig
heid toe te paesen. (Toejuiching. Pauze)
Spreker, zgn rede vervolgend, deelde mede,
dat, zoowel hij als Drucker het Ministerie in
het tweede jaar van zijn bewind herinnerden
aan zijn beloften ten aanzien van de sociale
wetgeving, a Alles, wat ik beloofd heb", zeide
dr. Koyper, >zai ik tot stand brengen. Er is
veel in mijn keuken, dat in staat van be
reiding is". En na in bet vierde jaar van
dit Ministerie, het storfjsar van de Kamer,
worden wetsontwerpen van socialen aard
ingediend.
De cbriateljjko woorden moeten in christe
lijke daden worden omgezet. Alt dat niet
geschiedt, wat heeft men er dan aan. Io-
middels gebruikt men tot verdediging van dit
Ministerie middelen, die niet te rechtvaardigen
zgn. In De Standaard stond een hoofdartikel,
waarin beweerd werd, dat om tweo minister
zetels in het aanstaand Kabinet Borgceiue te
verkrijgen, de vrgzinnig-demokraten zioh offers
getroostten. Hoe durft het anti-rev. orgaan
dat sohrgven, wetend, dat de Koningin de
Ministers naar welgevallen benoemt? Zg, die
bem kennen, weten, dat, als bg ooit w<«?
aan de groene tafel mocht plaats nemen, dit
bet grootste offer is, dat bij aan het algemeen
belang gebracht heeft. (Applaus).
In een ander hoofdartikel van datzelfde
blad, dat tot opsohrift beeft «Tegen de
Fijnen", wordt spreker als iemand voor
gesteld, die nit haat tegen den godsdienst
met tappers werkt om bet Ministerie te doen
vallen. Dit wil bij verklaren, by zoude de
eerste zgn zich terug te trekken, wanneer
het een strgd tegen het geloof gold. Maar
het liberaal beginsel is vrijheid van godsdienst
voor alle gezindten. Spreker staaft dit stand-
pant der liberalen met voorbeelden nit onze
parlementaire gesohiedenis. Professor Van der
Vlugt, die in de Kamer tot Kuyper zeide,
dat hg God, den Heer, binnenskamers aanbad,
heeft verklaardnaar aanleiding van een
opmerking, die deswege de Minister-President
ham maakte, dat hij, als hij tegen de soo.-
domocraten te velde trekt, hg zich in bot
df.bat nooit van den naam des Heeren
bediende, omdat die hem daarvoor te heilig
is. Hg beriep zioh nooit, wanneer bij debat
teerde, op zgn aardschen vader, van wien
hg veel geleerd bad. veel mindor bracht bij
den Hemelsohen Vader in het debat, omdat
hg den godsdienst niet wilde profaneeren.
De voornaamste grief tegen de Hooger
Onderwjjawet is. dat aan de Vrge Universiteit
op Gereformeerden grondslag, die een een
zijdig karakter draagt, jongelui znllen
afgewezen worden, die wel de noodige capa
citeiten bezitten, maar die afwijken van de
leer, welke er gepredikt wordt.
De onderwij s-novelle is de ergerlijkste
partjjwet, die ooit in Nederland tot stand is
gekomen. Zij ia een schending van do in
1889 tot stand gekomene pacificatie. Kappejjne
heeft bet voorspeld, dat de sohoolstrijd eerst
dan uit zal zgn, wanneer de openbare soholen
zga leeggepompt. Nu zegt reeds Dr. Kuyper,
ik bon niet tevreden, voordat 100 procent
nit de staatskas voor de bizondere soholen
bestemd wordt, want dan staan wy gelgk.
Spreker toont aan, dat tengevolge van de
vele kleine eoboohjes, die verrijzen znllen,
het peil van bet onderwijs aanmerkelijk sol
dalen. Bedeeling wordt geweigerd aan die
onders, die niet van de openbare scholen hunne
kinderen zenden raar de bizondere. Wat de
katholieken betreft, het grootste gedeelte van
het geld zal gaan naar de kloosters, kerken
en kapellen. Aoht dagen nadat de schoolwet
was aangenomen, schreef De Heraut, bet
orgaan van Dr. Knyper, dat het geld zal
worden gebruikt tot verhooging der trakte
menten van de Gereformeerde predikanten.
Minister Koyper is er trotech op partg-
mioister to zgn, In de handen van dit
Ministerie is de vrgheid van de NederUndzche
staatsburgers niet veilig. Spreker haalt ten
bewgze hiervan aan het dreigartikel in De
Standaard, dat op mr. Patijo, den candidaat
der vrijzinnigen in dit district voor de Tweede
Kamer, betrekking beeft. Men wil den oan
didaat een slot op zgo mond tetten. Is dat
niet ergerlgk? (Stormachtige toejuiching). Als
rgks-ambteuaren, zooals Sybrandy, voor Dr.
Kuvper propaganda traohten te maken, dan
is dat geoorloofd, maar als een rijke ambtenaar,
zooals mr. Patgn, tegen het regeeriogssteleel
van dit Ministerie zgn stem verheft, dan zegt
men: mondje houden, en voegt daaraan de
bedekte bedreiging van ontslag toe. Ondor
geen enkel Ministerie is dit vroeger gebenrd.
Als mr. Patgn spreekt, dan doet bg dat als
burger van Nederland. Dr. Koyper laat die
scheiding van qualiteiten niet toe. Maar ten
aanzien van ziobzdven past bg in het bniten-
land die scheiding wel toe. Dan heet het,
niet de Minister van Bionenlaodsohe Zaken,
maar Dr. Kuyper doet het.
Spreker kritiseert hierop het bekende, reeds
veel besproken postwetje, en bespreekt ver
volgens den liberalen oandidaat van dit district,
mr. B. J. II. PAtijn, die» bg heeft
zien opgroeien, en als ambtenaar nader heeft
lecren kennen, en van wien hij verwacht, dat
mocht bij gekozen worden, hg voor de alge-
meer.e zaak met ij*er zal werkzaam zgn.
Vier jaren heeft by met mr. PAtijn in
óóa commissie samengewerkt. Het door hem
grootendeels samengesteld kiesrechtrapport
is een standaardwerk. Deze man verdient een
plaats op het Binnenhof. Hg zai, gekozen, dit
distriot eer aandoen. (Levendige toejuiching).
Io debat wensobt te trede» de heer Conmon,
onderwijzer san de christelijke sohool van den
heer Mulder. Hg stelt zioh als anti-revolutio
nair toot, bij beeft in De Standaard gelezen,
dat te Drachten (Friesland) de spreker van
dezen avond gezegd beeft, dat hg bet in het
belang van land en volk aohtte, dat men,
geplaatst voor de keuze tussoben een anti
revolutionair en eon sooiaal-democraat, aan den
laatsten de voorkeur geeft.
Do beer A Geluk wenscht den spreker in
de gelegenheid te stellen zijn houding te
reobtvaardigen in zake de draukwet. In het
anti revolutionair blad van deze eilanden werd
die boudiog als unfair gebrandmerkt.
Mr. Goeman Borgesins beantwoordend eerst
den laatsten spreker, karakteriseert de drank
wet als een wet, die voor dnizende en dnizende
ingezetenen van ons land een ondragelgko
kwelling zal zgo, en de drackbcstrgding geen
stap vorder zal brongen. Deze zoo ingewikkelde
wet met haar 9 k 10 eoorten van vergunningen
is onuitvoerbaar. Hij heeft er tegen gestemd,
en zou ook tienmaal tegen zulk een wet
stemmen.
Spreker beantwoordend nu den heer
Conmonverklaart lgnrccht tegenover de
sociaal-demokratie te staan, cn wat haar
beginselen, èo wat haar taktiek betreft. Dat
de sociaal-democraten in scherpe, schrille
kleuren de nooden van het volk en de
misstanden aan de kaak stellen, hiervan wil
bg niets zeggen, maar wel, dat zij het goede vaak
verwerpen, omdat zg het betore niet kannen
verkrygen. Do verzekeringswetten in Doitsoh-
land werden hier door de sociaal-demokreten
geroemd, en toch stemden hun partggenooten
in don Rijkedag er tegen. De Leerplichtwet,
waardoor thans 40.000 kinderen meer naar
school gaan dan vroeger, en waarvan ook
dr. Kuyper thaus gewaagt, dat ey zooveel
goeds tot stand gebraoht heeft, dat zg niet
meer mag ingetrokken worden, werd aan
genomen, alhoewel de soo.-dem. er tegen
stemden. En waarom waren zg er tegen?
Omdat de verplichte school voeding niet in de
wet was opgenomen, wol de facultatieve. En
nu hebben 39 gemeenten in ons land, waar
onder Amsterdam en Den Haag, vrij groote
sommen voor de echoolkiodervoediog uit
getrokken. Spreker heeft met al zgn kraoht