ZIERIOKESCHE NIEUWSBODE. Dinsdag 22 November 1904. (Z ie ]*i i; zee sche Courant). 61ste JAARGANG. No. 8082. Tweede Blad NIEUWSTIJDINGEN. Opmerkingen bij eenige Neder landsche Handelsgewassen. Brieven uit Berlijn. Verschijnt DIN3DAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prijs por 3 maanden ia f 1,30, fraoco per post f 1.60. Noord-Amerika, Transvaal, Ind enz. verzending eens per week, f 10,— per jaar. Dlreoteuri A, J. DE LOOZE. Redacteuren A. FRANKEL. J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws. Advertentiëav»n 1 3 regels 30 Cts. meerdere regels 10 Cis., kunnen uiterlijk tot des Maandags, Woensdags en Viydags middags 2 ure bezorgd worden. Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend. Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Schuithaven, Zierikzee. Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. Fbünkeu, Meelstraat 386, Zierikzee. Rusland—Japan. Moekden, 18 Nov. Een algemeen treffan wordt ieder oogenblik verwacht ten noorden van de Sha-ho. Het Japaneohe centrumleger onder generaal Nodzoo is aanmerkelijk op gerukt. St -Petersburg, 19 Nov. Uit goede bron wordt medegedeeld, dat generaal Stöjsel tyden8 de jongate gevechten bij Port-Artbur ercstig aan het bootd gewond werd. In offi- cieele kringen wordt het gerucht niet bevestigd, dooh ook niet tegengesproken. De kwestie tusschen Rusland en Engeland. Londen, 19 Nov. De Daily Newsmeldirg makend van het getuigenverhoor inzake het incident bij Doggersbank, merkt met voldoening op, dat de Baltisobe vloot is eohoongewasschen van de besohuldiging als zou één der Russische torpedobooten bij de visschersvloot achter gebleven zijn zonder hulp te bieden aan de in nood verkeereDde vaartuigen. Het blad zegt vervolgens dat. waar de vieschers hun eigen schepen aanvankelijk voor torpedobooten aanzagen, het den Russiechen officieren niet kwalijk te nemen is, dat zij dezelfde ver gissing begiogeD. Onder de getuigenissen, voor den »Board of Trade" te Huil afgelegd bij het onderzoek omtrent bet gebeurde bij Doggersbank, verdient die van den gezagvoerder van den trawler >Gul" de aandacht. Deze gezagvoerder, die zich in de nabijheid van den trawler nCrane" bevond, welke in den grond werd geboord, verklaarde, dat bij, toen het vuren begon, aan stuurboord een donker gevaarte zag en uitriep: 2Daar is een torpedoboot 1", maar dat hij een oogen blik later in dat vaartuig een trawler her kende, welke toon hij diohter bij kwam, do »Crane" bleek te zijo. Er schijnen dus meer spelingen van gezichts bedrog te zijn geweest. De onderhandelingen over het doen bijeen komen der internationale commissie te Parijs nemen op bevredigende wijze voortgang. Alleen het aanhoudend van Eogelsche zijde te kennen gegeven verlangen, dat de schuldigen gestraft zullen worden, schijnt de Russen te ontstemmen, vooral nu hunnerzijds nog steeds de opvatting wordt gehuldigd, dat er geen schuldigen zijn. St.-Potersburg, 19 Nov. Engeland en Rusland zijn het eens geworden over den tekst der overeenkomst, betreffende de Dogger- bankskwestie, die binnenkort openbaar zal worden. Indiëu De Gouverneur-Generaal heeft aan Cor Gentis volledige gratie geschonken en aan Herman Gentis zeven jaar remissie van straf verleend. Zooals men zich herinneren zal, hebben de gebroeders Gentis beproefd de Bank te Batavia te bestelen. Naar uit Batavia aan de N. R. Ct. werd geseind, heeft bet Hof den van diefstal besohuldigen advocaat, mr. van Delden te Soerab'j*, vrijgesproken. Zuid-Afrika. Ia de Transvaal zjjo thans reeds 15000 Cbineescbe koelies. Amerika. Tijdens de presidentsverkiezing in Ame rika zijn groote weddenschappen aiogegaan. Zij zijo ook op eerlijke wijze ra^ekomen. Hoe overdreven men daar eoms wedt, blijkt uit de volgende staaltjes. Donderdag hoeft een ongelukkig wedder, voor een »buggy" gespannen, zija tegen stander triomfankolyk door Broadway (een der voornaamste straten in New-York) gereden. Een fanfarecorps volgdetreurmarschen spelend?, terwijl de menigte den verliezer met allerlei bespottingen overlaadde. Iemand, dia ia het bizonder verheugd mag zya over de overwinning van Roosevelt, is de neger Araerio Bates nit St.-Louis, die zya leven verwed had. Hy had een stuk g'-teekend, waarin by verkloarde zich in de Mississippi te zullen verdrinken, waaneer Roosevelt het zou verliezen. Gelukkig echter werd Parker geslagea en volgens de bepaling kreeg by nu van zijo tegenstander f 250 Oostenrijk. De regeering heift zich bereid verklaard aan de tweede Haagsche conferentie deel te nemen. Dit is de eerste ambtelijke aanvaarding van Roosevelt's uitnoodiging, ofschoon reeds bekend ia, dat de meeste Europeesche mogend heden bereid zijn, de conferentie by te vronen. Zoodra van de andere mogendheden in den loop van deze maand bericht ia ontvangen, dat zij aan de conferentie willen deelnemen, zullen de onderhandelingen ovor de a&nvulliDg van het program beginnen. België. De sjah van Perzië zal het volgende jaar dit land, en wel speciaal de Luiksche wereld tentoonstelling, komen bezoeken. Landbouw en Veeteelt. Men schrijft van de Belgische grenzen Het is nu reeds circa zeven jaren lang, dat onze zuidelijke nabuur, België, zijne grenzen gedeeltelyk gesloten houdt voor den invoer van ons vee. Slechts slachtvee en melkkoeien, in den laatsten tijd ook draohtige vaarzen, mogen tweemaal per maand langs enkele grenskantoren iogevoord worden, terwyl de beide laatstgenoemde soorten runderen nog een langdurige en kostbare quarantaine moeten ondergaan in de ryksstallen aan de grenzen. Het gevolg dezer maatregelen is, dat er officieel jaarlijks heel wat minder runderen Daar België gezonden wordea dan vóór 1897, Werden vóór dien tijd meer dan honderd duizend stuks per jaar door ons land aan Be'g'ë verkooht, in 189d zelfs nog 104.659; in 1897 daalde dit aantal tot 49,031 stuks. En al is er siods dien tyd wel eenige stijging op te merken, hot aantal langs de greos- kaütoren ingevoerde ruaderen blijft verre beneden dat van 1896 De invoer der laatste vijf jaren toch bedroeg in 1899: 68,032, 1900: 60,290, 1901: 58,199, 1902: 57,405, 1903: 73,244 stuks. België krijgt due van ons officieel 40 50 duizend runderen minder dan vóór 1897. En toch wordt in België zelfs nog beweerd, dat het land jaarlijks even goed zya 100 duizend runderen uit den vreemde moetf betrekken als vóór het gedeeltelyk Bluiten der grenzen. Sinds bet ministerieel besluit van 1897 is België's veestapel wel eenigszins verbeterd en vermeerderd verleden jaar o.a. met 2^ maar niet van dien aard dat het 40 a 50.000 runderen minder zou noodig hebben. Bovendien is het aantal inwoners in de laatste jaren sterk toegenomen. Het tekort moest dus op andere wyze worden aangevuld en dit geschiedde hoofd zakelijk door den invoer van geslacht vleesch en door den smokkelhandel. Hoeveel runderen jaarlyks frauduleus over de grenzen gaan, is natuarlijk niet bekend, maar zeker ia het, dat dit aantal grooter is dan veleo wel vermoeden. Tevens wordt ieder jaar rnim 50 000 K.G. versoh rund vleesch uit onze grensplaatsen Daar de grootste Belgische steden gezonden. Bekend is het, dat in eigen boezem tegen den belemmorden invoer van rundvee uit Nederland meermalen van ver schillende zijden, voornamelijk uit de noordelijke provioe ëa van België, stemmen zyn opgegaan, en herhaaldelijk genoeg is door landbouwers, veehouders en slachters by de regeeriog beproefd daarin verandering te brengen dooh ofschoon zelfs de grootste proteotionisten moeten verklarendat liet tegenwoordige stelsel lang niet boven alle oritiek verheven ia do toestand blyft steeds dezelfde. Ja van verschillende zyden tracht men zelfs den reeds *00 belemmerden invoer van Nederlaodech vee zooveel mogelijk tegen te gaaD. Eerst heeft men de Franscho grenzen gedeeltelyk opengezet voor den invoer van vee spoedig genoeg bleek echter, dat deze maatregel j volstrekt niet hielp. Frankrijk toch zendt iedero maand slechts het luttele getal van 50 75 runderen naar België. Toen beproefde men door invoer van Amerikaaneche ossen en stieren en bevroren vlecsoh uit Argentinië het tekort aan te vullen. De Belgisobe markten werden overstroomd door 2vreemd" vleesch, waardoor do prijzen soms zoo sterk daalden, dat de Vlaamsche landbouwers geen prijs meer voor hun vee konden bedingen. Toen gingen natuurlijk laide stemmen op om den invoer van vreemd" vlecsoh te verbieden. Maar spoedig bleek dat dit niet noodig was. Het Amerikaansch vleesch was wel goedkoop, i doch stond ziover in kwaliteit beneden dat van Nederlandsche runderen, dat het soms I onverkoopbaar was. Gaan-óweg vermindert I de invoer van Amerikaansch vee en by zal I eerlang ophouden. O as slachtvee heeft glansrijk den strijd gewonnen tegen bet goedkoopere overzeeeche vee. Ondanks duizenden in Beigië overtuigd zijo, dat zij het Nederlandeohe vee niet kunnen missen en de gezondheidstoestand van ons vee van dien aard is dat er niet het minst voor besmetting van eigen veestapel te vreezen is, toch blyft men zich tegen den vrijen invoer verzetten, en wordt èa door de regeeriog èa door de Nationale Maatschappij ter verbetering van rand veerassen in Bolgië al het mogelijke gedaan om het aankweeben en verbeteren van eigen vee te bevordert n en zoodoend langzamerhand het Nederlandsch vee geheel of gedeeltelijk te kunnen missen. I Dat dit tijdstip, als het ooit mag aanbreken, toch nog verre in het verechiet ligt, bewijzen de cijfers van invoer, terwyl de uitvoer van Belgisch vee zoo goed als nihil mag genoemd worden. In de 10 cerate maanden dezes jaare bedroeg by 112, het geheele vorige jaar 134 runderen. a. Hop. De hopteelt is in ons land bepaald achteruitgaande. Werden tusschen 18701880 1 nog ruim 200 Hectaren door dit gewas inge- nomen, van 1891—1901 is dit aantal nog slechts gemiddeld 66 per jaar en het vorige jaar was er nog slechts 49 H.A. hoptuin. Toch is dit jammer, daar voor belangrijke sommen aan hopbellen wordt ingevoerd. Urn de hopteelt te J leeren moet men in Nederland naar Noord- Brabant in de streken van Vlijmen en Nieuwkuik gaan, of naar Zeeland in Koewacht, waar ook nog hoptuinen waren in 1903. Naar de opgedane ervaring is de goede ontwikkeling van de hop bellen meer afhankelijk van den grond dan van het klimaat. Zeer droge gronden zijn evenals vochtige bodems niet voor haar geschikt. Het best ontwikkelt het gewas zich op lichte klei gronden of kleiachtige zandgronden met een goeden doorlatenden ondergrond. Behalve goed gerotte stalmest past voor de hop het best zwavelzure kali, waarvan men ongeveer 50 gram bij eiken stoel kan geven. Deze laatste bemesting is zeer goed te begrijpen, als men nagaat, dat na de tabak, de hop onder al de in ons land geteelde land- en tuinbouwgewassen het hoogste kaligehalte heeft. In 1000 K.G. hopbellen komen niet minder dan 23 K G. kali voor. b. Tabak. Ook de teelt der tabak is niet vooruitgaande. Vijf en twintig jaar geleden werden in Nederland nog meer dan 1000 H.A. bebouwd. Nu is dit aantal nog slechts 400 H.A. De tabak vereischt een vochtigen, vruchtbaren, humusrijken lichtendoordringbaren grond. Lichte leem, of kleigronden passen haar het best. Zware kleigronden, koude en humusarme bodems zijn voor de tabakteelt ongeschikt. Daar de tabak diep wortelt, moet de grond noodza kelijk een diepe bouwlaag hebben. Uit het feit, dat de best geschiktste bodem voor de tabak een zwarte humusgrond is, volgt, dat voor de bemesting in de eerste plaats de stal mest in aanmerking komt. En uit het zeer hoog kaligehalte der bladeren (1000 K.G. tabak be vatten ruim 30 K.G. kali) volgt tevens, dat met stalmest alleen in de kalibehoefte niet voorzien kan worden. Toch kunnen we slechts zeer weinig kalizouten gebruiken als bemesting, daar de meeste chloor bevatten en deze stof op de brandbaarheid der bladeren ongunstig inwerkt. Gelukkig i9 er een zout, dat geen j chloor bevat en dat is dan ook de voor de tabak passende kunstmeststof. Het is zwavelzure kali. Van dit zout kan men van 200 tot 250 K.G. op de H.A. geven. Het verhoogt den oogst, en werkt op de fijoheid en brandbaarheid der bladeren. j j c. Maan hop. Van de maanhop of het maan zaad wordt in ons land alleen het zoogenaamde blauw maanzaad geteeld en wel voornamelijk in de provincie's Zeeland, Noord-Holland en Zuid-Holland, doch ook in Noord-Brabant, Friesland en Utrecht wordt het verbouwd, in het geheel in Nederland in 1903 op 371 H.A. Vergeleken met vroeger is de teelt in de laatste jaren weer vooruitgaande. Het maanzaad eischt voor hare goede ontwikkeling een lossen, niet te zwaren kleigrond, of een vruchtbaren zand grond. Hoe beter de grond bemest is, hoe grooter en talrijker tot een zekere grens de koppen of zaaddooren worden, waarin het zaad is, waaruit de olie bereid wordt. Door een oordeelkundige bemesting wordt de opbrengst soms verdrievoudigd. Die bemesting moet be halve uit stalmest of guano bestaan uit 100 11 200 K.G. chloorkalium per H.A. en in geval men stalmest geeft ook nog uit 500 K.G. super- phosphaat. Daar bij dit gewas bijna alles van de bemesting afhangt is het noodzakelijk door aanhoudende waarnemingen en aanteekeningen de bemesting te regelen en in verband met de hoogst mogelijke opbrengst zoo hoog mogelijk op te voeren. Jan van de Mark. Van onzen Correspondent Van een drijvende Schippergkerk en nog wat. Berlijn, 17 November 190*. De korte Novemberdag spoedde ten einde, een naargeestige en droevige dag, waarvan deze sombere maand bij uitnemendheid de specialiteit schijnt te bezitten. Over ritselende blaren dwars door den heerlijken Tiergarten met zijn prachtige boomgroepen en schilder achtige doorkijkjes, ook nu een grootsch stukje natuur in weerwil van sombere, laag hangende, grauwe luchten en de naargeestige weers gesteldheid, voerde ons de weg naar het doel van den tocht, den Humboldt-haven, een kunstmatige, komvormige verbreeding der Spree in Moabit. De avond begon al te vallen, hier en daar werden de eerste lantaarns ontstoken, maar hier in de haven was voorloopig van ,/Feier- abend", van staking van den dagelijkschen arbeid, nog geen sprake. Snorrend en sissend draaiden de stoomkranen op hunne asseD. Aan reusachtige hengels gelijk, zweefden de ijzeren kraanarmen boven de geopende schepen en stoombooten; telkens opnieuw werd de „dobber" in het scheepsruim neergelaten om een oogenblik later met balen of kisten tusschen haar grijp-scharen weer te voorschijn te komen, welke dan na een wijden zwaai van de kraanarm behoedzaam op de kade werden gedeponeerd. Na eenig zoeken en een kort interview met een statigenwei-doorvoeden dienaar der heilige Hermandad, die hier in het volle gewicht zijner waardigheid met de armen op den rug heen en weer patrouilleerde en ons genadig den weg wees, vonden we, wat we zochten. Een eind voorbij de rusteloos draaiende en grijpende kranen lag een zonderling, lang gestrekt vaartuig aan den wal gemeerd. Op het eerste gezicht geleek het met zijn vrij hoogen houten bovenbouw en de vele kleine ramen in de eenigszins schuin hellende zij wanden op een ouderwetsche trekschuit of een beurtschip, zooals ik in vroeger jaren vele zag varen op de Zuid-Willems-Vaart, maar bij nadere beschouwing bleef er van een gelijkenis niet veel over. Voor het zeer bizondere doel, waarvoor het schip voortaan bestemd zou zijn, had het een groote metamorphose ondergaan. Daags te voren was het sneeuwwitgeschilderde vaartuig in tegenwoordigheid der Keizerin, van Prins Eitel Friedrich en tal van genoodigden in een plechtigen dienst ingewijd tot een drijvende kerk en tehuis voor de ambulante schippers- bevolking der verschillende waterwegen» waarvan Berlijn het middelpunt vormt, zooal9 de stad Groningen dit is voor /;Groninger Ommelanden". Reeds nu is de af- en aanvoer te water in Berlijn buitengewoon groot. Volgens het pas verschenen statistische Jahrbuch der Stadt Berlin werden in het afgeloopen jaar uit sluitend langs de verschillende waterwegen in Berlijn niet minder dan 6.031.577 tonnen diverse waren (één ton is 1000 kilogram) gelost en geladen, bijna 2 raillioen tonnen meer dan in 1901. Straks, wanneer de ont worpen Pruisische kanaalwerken (zijn uit gevoerd, waartoe ten slotte veel kans bestaat, nu het reusachtige kanaalontwerp in de afdeelingen der Kamer in eerste lezing is aangenomen, zal Berlijn nog in veel grooter mate dan tot nu toe een centrum worden voor de Duitsche binnenvaart. Een groot gedeelte van hetgeen de bevolking van ruim 2millioen behoeft, wordt per scheepsgelegenheid aangevoerd. Zijn eenmaal de kanalen gereed, dan zal natuurlijk die toevoer vermeerderen, daar ver voer te water wel altijd goedkooper zal blijven dan vervoer per as. Behalve als einddoel voor vele vrachtbooten en zeilschepen, zal Berlijn dan tevens worden een centrale stapelplaats voor den doorvoer te water van oost naar west en vice versa. De vlottende schippers- bevolking, welke tijdelijk in Berlijn verblijf houdt en reeds nu eenige duizende zielen bedraagt, zal dan natuurlijk nog aanmerkelijk toenemen. Voor al deze zwervelingen zonder blijvende woonplaats een milieu te scheppen was het doel, dat eenige philanthropen met de stichting der drijvende kerk een verzamellokaal beoogden. Daartoe gaf ééa hunner een groote ijzeren vrachtstoomboot ten geschenke, welke nu geheel werd verbouwd. Machine, ketel en raasten verdwenen, zoodat beneden een groote holle ruimte overbleef. Over het geheele voorschip, dat twee derde gedeelte van het geheele vaartuig beslaat, bouwde men een 1 houten verhooging met plat dak en vele raampjes in de lange zijden. De zoodoende verkregen lange zaal biedt plaats aan ongeveer 80 personen en dient des Zondags als kerk, op weekdagen als sociëteit voor de schippers. Gisteren, bij gelegenheid der inwijding in tegenwoordigheid der Keizerin, had het kleine kerkklokje vóór op de plecht onder het wit houten kruis voor het eerst geklept, en was het door het keizerpaar ten geschenke gegeven altaar voor het eerst in gebruik genomen, dat op weekdagen achter roljalouziön verborgen is. Zooals men weet, wordt in elke luthersch- evangelische kerk in Duitschland een altaar met crucifix en bijbel aangetroffen. Hier in deze eigenaardige omgeving staat het altaar aan het eind der lange zaal tegenover den ingang in een diepe nis, waarvan het boog vormig plafond met zilveren sterren op blauw fond beschilderd is, terwijl de achterwand geheel wordt ingenomen door een zeer toe passelijk schilderijJezus wandelende op de woedende baren, de reddende hand reikende aan Simon Petrus. Nu, op een werkdag, was dit alles achter den houten rolwand verborgenalleen de ge kleurde glazen links en rechts van deze rolwand herinnerden eenigszins aan een kerk interieur. Daar een preekstoel niet aanwezig is, is het wel wat lage zaaltje met zijn wit geschilderde houten wanden en aardige schilderijtjes op werkdagen uitstekend te gebruiken als pied-d-terre voor den gaanden en komenden man onder de schippersbevolking, die hier voor een bagatel koffie kunnen drinken en een glas bier, en alle schippers- krantjes ter leziDg vinden. De gemoedelijkeblijmoedigebejaarde schippersvrouw, die ons vertelde, dat zij en haar gezin indertijd op de Boven-Elbe bijna vergaan waren met hun schuit, en nu met haar man als huisbewaarders van de drijvende kerk was aangesteld, liet ons ook haar eigen aardig woninkje in het achterschip zien. Zij had al wat ondervonden op haar zwerftochten tweemaal een zoon van haar twaalftal voor haar oogen zien verdrinken, bij den ondergang van de schuit op de Elbe alles verloren, maar toch niet den moed laten zakken. De kinder lijk-blijmoedige vrouw leek me hier in dit eigenaardige milieu bizonder op haar plaats. Niet uitgesproken was het vrouwtje over de vriendelijkheid en „Leutseligkeit" van de Keizerin, die zich den vorigen dag in alle afdeelingen van het schip had laten rondleiden en haar zoo vriendschappelijk de hand had gedrukt. Wat kunnen vorstelijke personen zich toch gemakkelijk populair maken, wanneer zij slechts eenigszins willen, dacht ik bij dit relaas. Het voornemen bestaat om de drijvende schipperskerk nu eens in deze, dan in gene haven van Berlijn te sleepen. Voorloopig blijft het schip in de Humboldt-haven liggen. Terwijl d t drijvende tehuis uitsluitend voor de volwassenen bestemd is, bestaat het plan voor schipperskinderen een soort van //Heim" te bouwen aan den wal en wel ten zuiden van Berlijn op een terrein, gelegen aan het nieuwe Teltow kanaal. Hier zullen schippers, die geen vaste woning aan den wal hebben, en het geheele jaar met vrouw en kinderen op hun „Zille" (zak) wonen, hunne kleine kinderen voor een kleine vergoeding „en pension" kunnen geven, opdat deze ten minste één of meer jaren achtereen een zelfde school zullen kunnen bezoeken. Soortgelijke „Heime" of ook wel uitsluitend scholen voor schippers kinderen zullen successievelijk iu alle grootere stapelplaatsen van Duitschland worden opge richt. Op deze scholen zal naar hetzelfde leerplan en met dezelfde boeken gewerkt worden, zoodat kinderen, die vandaag een Berlijnsche school voor schipperskinderen bezoeken, over acht dagen na aankomst hunnen planken woning in Breslau, onmiddellijk aan het onderwijs van een dergelijke schipperskinderenschool kunnen deelnemen, welke op volkomen dezelfde wijs geschoeid zal zijn. Zooveel doenlijk zou op deze wijs voor een behoorlijke opvoeding gezorgd worden dezer kleine zwervers, welke ook in Duitschland, in weerwil dat de leer plichtwet reeds zoo lange jaren van kraoht is, nog zeer veel te wenschen overlaat. Dit bleek o. a. in den afgeloopen winter in Charlottenburg, waar gedurende circa twee 1 maanden 145 jongens en meisjes in drie klassen van een soort schipperskinderenschool werden onderwezen. Daarbij bleek, dat dooreen ge nomen de ontwikkeling van een 12-jarig schipperskind overeenkwam met de ontwikke ling van een 9-jarig kind „van den vastenwal". Vele kinderen konden lezen, noch schrijven, noch rekenen en meer dan 130 van deze 145 kinderen hadden in het afgeloopen jaar in het geheel geen onderwijs genoten, tengevolge van het zwervend bedrijf hunner ouders. Ik vrees, dat in dit opzicht de toestand in Holland, waar de schippersbevolking naar verhouding voel grooter is dan in Duitschland, nog heel wat bedroevender is dan hier. Zou het misschien niet aanbeveling verdienen, ook ten onzent in enkele centra van de scheepvaart,

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1904 | | pagina 1