jubileum van H. M. de Koningin-Moeder ruim f 100 heeft ingezameld. Goes. Als de paarden Dinsdags van den marktdag naar huis rijden, durven ze nog wel eens capriolen maken, zeker uit blijdschap, dat ze weer naar huis gaan! Gisteren evenwel had een vrij ernstig on geval plaats met den landbouwer Van Liere, die van zijn hofstede naar de markt reed. Nog niet ver van huis, schrikte het paard, sloeg van den dijk met het gevolg dat het dier dood bleef en de tilbury geheel vernield werd. De voerman bleef gelukkig ongedeerd. Socialisme en Stofvergoding was het onderwerp, waarmede de heer Oosterbaan van Doesburg hier optrad, op verzoek van de bestaande anti-revolutionaire propaganda-club. Een aandachtig gehoor volgde den spreker. Debat werd niet gevoerd. Op een dorp op Zuid-Beveland heeft de predikant van den kansel bekend gemaakt, dat hij zijn vrouw, die bevallen moest, naar zou zenden. Dokter en domicé zijn daar n. 1. geen dikke vrienden. Rilland-Bath. De heer J. Blok te Bath is met ingang van 26 Januari a.s. benoemd tot surnumerair bij de staatsspoorwegen, standplaats Kapelle-Biezelinge. Vlissingen, 18 Jan. Zaterdagavond kwam een der groote Belgische loodssloepen, wijl deze niet zwenken wilde, in aanraking met het Westerhoofd, waardoor een groot gat in de zij werd veroorzaakt. De bemanning, bestaande uit zes roeiers en een loods, sprong op het hoofd, doch de schipper bleef in zijn boot. Deze liep vol water, en op het hulpgeroep van den schipper kwamen andere sloepen uit, die hem uit zjjn benarden toestand redden. De passage over de nieuwe Schipbrug is Dinsdagavond weer heropend kunnen worden. Aan den heer C. Plokhoog, adjunct inspecteur van politie te Vlissingen, is tegen 16 Febr. eervol ontslag als zoodanig verleend, wegens zijn benoeming io gelijke betrekking te Dordrecht. Het stoomschip «Boxburn", dat Maandag middag van Middelburg vertrok, liep bij de brug te OoBt- en West-Souburg tegen een dukdalf, waardoor deze aanzienlijk beschadigd werd. Het schip mocht niet uit Vlissingen vertrekken dan na het stellen van cautie. Alhier heeft zich onder voorzitterschap van den burgemeester, den heer jhr. mr. A. A. van Doorn van Koudekerke, een commissie gevormd ter herdenking van het feit dat H. M. de Koningin Emma vóór 25 jaren als Koningin baar intrede in ons vaderland deed. Vrijdagavond zullen in drie verschillende zalen in de stad muziek-uitvoeringen worden gegeven, die geheel gratis toegankelijk zullen zijn, terwijl bij gunstig weer de drie muziek gezelschappen «8t.-Cecilia", «Ons Genoegen" en «Oefening na den Arbeid" te voren een tournée door de stad zullen maken. De oommissie bestaat uit de heeren jhr. mr. A. A. van Doorn van Koudekerke, Jos. van Raalte, J. W. A. F. van Maren Bentz van den Berg, J. A. Sikkens, P. J. Serló, M. Geelhoed, W. L. Winkelman en mr. F. S. Witteveen. Landbouw en Veeteelt. Dreischor. Uitgenoodigd door de Landbo tw- vereeniging, trad hier j.l. Vrijdag in de zaal van den heer Van Bloois op, de heer Van der Hurk van Utrecht. Zyn onderwerp was: boerenleenbanken. Spreker begon met de mededeeling, dat een der middelen tot verbetering van het landbouwbedrijf was: een goede regeling van het landbouwcrediet. In 1886, toen een commissie een onderzoek had ingesteld naar de oorzaken van den achter uitgang van den landbouw, maar die ook een onderzoek instelde naar de middelen, die tot verbetering konden leiden, wees deze in haar verslag op de gebrekkige regeling van het credietwezen. Een instelling, die crediet verleende, die populair en gewild was, was hoog nood g. Oeen bedrijf, dat meer aan wisselvallige omstandigheden blootstaat dan juist het landbouwbedrijf; geen bedrijf, waar op sommige tijden vermeerdering van bedrijfs kapitaal meer noodzakelyk is, b.v. by aankoop van vee, kunstmest, zaaigoed, werktuigen enz. Spreker ging na de verschillende wyien, waarop crediet gegeven wordt en besprak grondcrediet, laodbouwcrediet, bedryf-crediet, notariscrediethandelscrediet. Op verschillende wijzen kan de landbouwer geld krijgen, maar het doel 'dier geldvers'rtkkingen is winst maken; die winst worJt betaald door hem, die in banden der instelling valt, die het geld geeft. Soms is het rentecijfer niet hoog, maar informatie- en administratiekosten maken het duur. Ook houden die instellingen geen rekening met het bedryf; alleen dan is het geven van crediet, wanneer er wel rekening mee gehouden wordt. Ook een wyze om zich geld te verschaffen, als het ontijdig verkoopen van vee en andere producten, het nemen van voorschotten op te velde staande gewassen, kan natuurlyk geen goede op lossing geven. Neen, de eenig goede iszoek de oplossing in u zeiven, zoek de oplossing in vereeniging, tracht te komen tot organisatie volgens een systeem, zoodat allen gebruik kunnen maken van de aangeboden gelegenheid. Aan dat doel beantwoorden de Raiffaisenkassen (voorschot- kassen), die het benoodigde geld verplaatsen uit de beurs van den meer bevoorrechte in de beurs van hem, die te kort komt, op een wijze, dat niemand schade lijden kan, maar allen er voordeel van kunnen hebben; dat is de weg, die gezocht moet worden. De stichting van deze kassen was het werk van den burgemeester van een klein Duitsch dorpje, Friedrich Wilhelm Raiffaisen, die in zijn dorp een boerenleenbank oprichtte. Dat deze stichting nuttig was en weldra populair werd, bewijst de om standigheid, dat thaDs 15 a 20000 dier banken zyn opgericht. Tal van coöperatieve vereenigingen zijn dien tengevolge opgericht en dat dit alles een groote vlucht nam op landbouwgebied, bewijst het bestaan der machtige agrarische party, die ook in den Ryksdag menigmaal van zich laat hooren Te Neuwied ara Rhein werd een standbeeld opgericht voor den eenioudigen burgemeester, daar kwamen de grooten der aarde huldigen den man, die door zyne stichting een weldaad was voor geheel Duitschland en daarbuiten. Ook Italië heeft verscheidene dier leenbanken en in Nederland telt men er thans ODgeveer 200. N-Brabant en Limburg hebben ver scheidene banken, meest met medewerking der geestelijk heid, opgericht en aangesloten bij de centrale bank te Eindhoven. De banken in de overige provinciën behooren tot de centrale bank te Utrecht. Het bestuur dezer bank is geraeDgd; alle richtingen zyn er in vertegenwoordigd, dat van Eindhoven is overwegend katholi k. Het zijn, spaar- en voor.-chotkassen, tegen va«-te rente worden voorschotten gegeven aan boeren op korten of langen termijn. De beginselen, volgens welke deze kassen inge richt zyn, zijn de volgende: 1°. Ieder dorp heeft zijn kas; grootere gemeenten hebben er meer dan een. De kring is dus niet groot en alle menschen, die om geld komen, zijn bij het bestuur bekend. Door den kleinen vereenigingskring is men voor verliezen gevrijwaard. 2°. Ze worden gratis beheerd. Alleen de boekhouder of kassier geniet een klein salaris. Het bestuur en de raad van toezicht verrichten de werkzaamheden om niet. Winstbejag van de bestuurders is uitgesloten. De vrees is wel eens geuit, dat er voor dergelijke betrekkingen geen personen te vinden zouden zyn. Het is gebleken, dat die vrees ongegrond is. 3° De jaarlijksche winst mag niet verdeeld worden, 't Blijft het eigendom der bank. De Duitscher Schultze— Delitsch was tegenstander van dit beginsel en verkoos de winst te laten opstryken door de deelhebbers, 't Is gebleken, dat hij verkeerd had gezienvele banken naar het stelsel Schultze zijn gefailleerd. Winstbejag m3g niet op den voorgrond staan. Het reservekapitaal mag niet verdeeld worden't is eigendom der leden en mag alleen aangewend worden voor stichtingen ten algemeenen nutte. 4°. De leden zijn hoofdelijk aansprakelijk, 't Heette het spook der leenbanken, maar een spook verdwijnt steeds, als men het maar goed aanziet. In Duitschland is het nog nimmer voorgekomen, dat iemand schade leed door die borgstelling. Verliezen zijn bijna onmogelijk. Nu gaf spreker de noodige inlichtingen omtrent bestuur, raad vau toezicht enz. Wie kunnen lid zijn? Ook de armen en de minder gegoeden. Ook zij kunnen geholpen worden. Aan aalmoezen kleeft alt|jd iets, dat vernedert; wat de arme uit de kas ter leen krijgt, ver heft hem. Maar ook de rijken kunnen tijdelijk geld noodig hebben. Maar ook al hadden ze dit niet, dan nog steunen ze door toetreding tot de bank den minder bevoorrechten, maar eerlijken natuurgenoot. Want het is waar: armoede lenigen is schoon, armoede voorkomen is beter. De banken kunnen verbetering brengen in den econonaischen toestand, ïuüen middel zyn om het sociale vraagstuk tot oplossing te brengen, zullen de klove dempen, die er bestaat tusschen armen en rijken, en zullen den geest van tevredenheid levendig maken. De banken hooren thuis waar naastenliefde heerscht. Voor oprichtingskosten geeft de Regeering aan itdere bank f 175. Up de jongste Staatsbegrooting ia voor de oprichting f 14000 uitgetrokken. Nog de noodige inlich tingen gaf spreker over de verhouding der kassen tot de centrale bank. Daarop werden verscheidene cijfers genoemd uit de boekhouding van groote en kleine ka«-en en daaruit bleek, dat ze als spaar- en voorschotkas uit- mnntende diensten kunnen bewijzen. Na de pauze werden nog tal van inlichtingen gevraagd en door spreker helder en dmdelyk beantwoord. Zeker zal niemand der vele aanwezigen spyt gehad hebben de zaakrijke en keurige rede van den heer Van der Hurk gehoord te hebben. De waarnemende voorzitter betuigde zijn dank namens bestuur en publiek, en dat woord van dat k was ten volle verdiend. Op nitnoodiging van den heer J. J. Klompe gaven verscheidene personen zich aan om na nadere bespreking over te gaan tot de oprichting eener boïrenleenbank in deze gemeente. Vee-icitvoer naar België. Van 1 tot 15 Januari zijn uit Nederland uitgevoerd en io de Belgisohe quarantaine-stallen opgenomen de volgende stuks fokvee: te Esschen 243, afgekeurd 14; te Achel 34, afgekeurd 4; te Buarle-Hertog 48, afgekeurd 5; te Zantvliet 59, afgekeurd 4; en te Strijbeek 61, afge keurd 5 stuks. Suikerbieten. Men schrijft uit Zeeuwsch-Vlaanderen Zooals wij onlangs gemeld hebben, is de «Union sucrière", de machtige vereeniging van suikerfabrikanten, die elk jaar den prijs der beetwortelen en voorwaarden van levering naar eigen inzicht vaststelde, ontbonden. Thans is een «Nieuwe Union sucrière" tot stand gekomen, waarbij echter slechts vijf suikerfabrieken aangesloten zijn, namelijk één te Sas van Gent en vier Belgische, gelegen dicht bij de grens. Het doel is de aankoop, de ontvangst, de verdeeling en de levering van suikerbieten voor gezamenlijke rekeoiDg. Het arbeidsveld voor den aankoop van beetwortelen is onbeperkt; doch zal zich waarschijnlijk hoofdzakelijk over Zeeuwsch- Vlaanderen uitstrekken. Het minimum aandeelenkapitaal is 25000 francs, in 250 aandeelen van 100 francs, welke door de aangesloten fabrikanten genomen zjjn, naarmate het belang, hetwelk elke der suikerfabrieken in den gezamelijken aankoop heeft. Het vereenigingsjaar begint op 1 Februari en eindigt 31 Januari van elk jaar. BHOHT8Z AKEN. Voor don Hoogen Raad werd Dinsdag 1.1. gepleit door mr. F. Wolfsonadvocaat te 'b Gravenhage, in de zaak van een slager uit Zierikzee, veroordeeld tot 1 maand gevange nisstraf wegens eenvoudige beleedigiDg van ambtenaren gedurende de rechtmatige uit oefening hunner bediening en bedreiging met zware mishandeling. Drie cassatiemiddelen werden door pleiter aangevoerd. Io de eerste plaats zou ten onrechte zijn aangenomen, dat de door bekl. gebezigde woorden»g v .d.sche apen" beleedigend zijn in den zin der wet. Pleiter beriep zich op het arrest van den Hoogen Raad van 21 April 1902 (W. 7764), waarbij was uitgemaakt dat het woord «kraai" niet beleedigend is, al wordt het als een scheld naam gebezigd. Hetzelfde gold z. i. voor het woord «aap". Het drukt io overdrachtelijken zin alleen een nabootsend karakter uit, doch is niet beleedigend. Integendeel er zijn ge leerden die beweren dat de mensohen van deze diersoort afstammen. Ook de bepaling »g v d sch" veranderde hieraan niets. Die uitdrukking, die als bestorven ligt in den mond van menscben van den stand van bekl., is een stopwoord zonder beteekenis. Het tweede cassatiemiddel betrof het onbe wezen e van den opzet om te beleedigen terwijl in de derde plaats zonder reden was aangenomen, dat bekl.die met een slagers mes voor de politie-agenten had gestaan, maar niet gezegd had wat hij daarmede wilde doen, zou gedreigd hebben met zware mishandeling. Conciusie O. M. 1 Februari. Voor de rechtbank te Utrecht stond Maan dag 1.1. terecht G. L. M kassier te Amersfoort, beschuldigd wegens het verduisteren van hem niet toebehoorende effecten. De eisch was, verzachtende omstandigheden in aanmerking nemende, 9 maanden. Uitspraak 1 Februari. Een bekend strooper, tegen wien Maandag door het O. M. bij de Haagscho rechtbank f 10 boete werd gcëischt, wegens verzet, voegde bij bet verlaten van de rechtszaal den veldwachter, die hem had bekeurd, do woorden toe«de eerste keer dat ik je in m'n klauwen krijg, sla ik je te bersten". KERKNIEUWS. Ds. J. C. Benit, predikant bij de Herv. Gem. te Terborg, heeft de toezegging van beroep naar Purmerend aangenomen. Beroepen bij de Herv. Gem. te Vlissingen, ds. J. C. Schuller te Amerongen. Tot leden van 't Algemeen College van Toezicht op het beheer der kerkelijke goederen en fondsen, zijn in Zeeland benoemd jbr. mr. A. A. van Doorn te VliesiDgenen W. A. graaf Van Lynden te Koudekerke. Beroepen bij do Waalsche Gemeente te Middelburg, ds. J. J. Duproix, pred. bij die Gemeente te 's-Hertogenboscb. Beroepen bij de Geref. Gem. te Ierseke de. G. Dockes te Heemse. O N P E B W IJ 8. Benoemd tot onderwijzer aan de Christelijke Sohool te Grijpskerke de heer S. Verlare van Kruiningen, die deze benoeming heeft aangenomen. Het aantal Bollicitanten voor onderwijzer aan een openbaro lagere school te Groede, Fransch aanbeveling, bedraagt 10, onder wie geen, die genoemde akte bezitten. VISSCHEBIJBEBLCHim In December werden uit Bergen-op-Zoom verzonden 308 767 K.G. oesters en 329.094 K.G. mosselen door Kruiningen-Ier8eke 273.465 K.G. oesters en 4263 K.G. mosselen; door Bruinisee 61.150 K.G oesters en 904 600 K.G. mosselen. Te Philippine werden aan gevoerd 349.800 K G. mosselen. STENOGRAPHISCH VERSLAG van het verhandelde in de zitting der Provinciale Staten van Zeeland van 13 November 1903, betrek kelijk het verzoek van het Comité voor de tram Brouwershaven Burgh om subsidie in de kosten van aanleg en exploitatie van die tram. VIII. De heer Hennequin. Mijnheer de Voor zitter! Ik zal slechts een zeer kort woord nog spreken. De heer Fokker beklaagt zich, dat zijne cijfers niet door mij zijn weerlegd. Strikt genomen behoefde ik dit ook niet te doen, omdat ik meer dan eens heb verklaard, dat het mij koud liet of een der deelen van de provincie enkele duizende guldens meer uit de provinciale kas ontvangen had dan een ander. Maar nu maakt de heer Fokker zijne vergelijkende cijfers volkomen onjuist, waar hij volkomen willekeurig bij de rentelooze voorschotten cijfers van oudere dagteekening verwaarloost en bij de subsidiën die voor zijne streek verstrekt aan andere deelen der provincie toebedeelt; hij vergeet bovendien, dat ik hem gaarne aan een renteloos voorschot help en dat gevoegd bij wat Schouwen reeds ontving, maakt de zaak voor zijn betoog zeker niet gunstiger. De heer Fokker kan nog maar niet loslaten mijne betrekking van Voorzitter van de Zeeuwsche Landbouw-Maatschappij en waar het heet, dat ik niets voor zijn voorstel gevoel vergeet hij, dat wij alleen verschillen omtrent den vorm der gevraagde ondersteuning. Waarlijk, Mijnheer de Voorzitter, men wordt hier hoe laDger hoe wijzer; de heer Fokker duidt mij euvel, dat ik (trouwens een zeer enkel woord) sprak tot ondersteuning van de voorziening van een steiger, wat hem geen belang schiint in te boezemen, al is het een landbouwbelang; spreek ik niet in zijnen geest over een ander landbouwbelang, dan wordt dit ook afgekeurd; ik moet nu wel besluiten, dat de heer Fokker meent, dat ik eerst bij hem in dergelijke gevallen advies zal hebben te halen, hoe ik handelen zal. Hoeveel vertrouwen, Mijnheer de Voorzitter, ik nu heb in mr. Fokker's adviezen en hoe geneigd ook om mij meegaande te betoonen tegenover iemand, die mij zooveel wierook heeft toegezwaaidmoet ik hem toch de toezegging onthouden, dat ik daartoe ooit zal overgaan. De heer Vap der Lek de Clercq. Mijnheer de Voorzitter! Ik wensch ook nog even terug te komen op hetgeen door het geacht lid van Gedeputeerde Staten gezegd is ten opzichte van de havens, namelijk, dat deze van den beginne afaan door de Tram- Maatschappij zouden zijn beschouwd als een onafwijsbare voorwaarde voor het welslagen der onderneming; dit toch wil ik met nadruk zeggen, dat het geachte lid zich hierin vergist; die havens zijn in het plan opgenomeD door het comité, buiten weten van de Tram-Maat schappij. zooals ik reeds vroeger gezegd heb, en ze zijn nooit als eene voorwaarde gesteld geworden door die Maatschappij, zooals het ten onrechte indertijd is voorgesteld. Ook ten opzichte van die groote waarde vermeerdering der eigendommen, wensch ik nog iets in het midden te brengen. De heer Bolle heeft indertijd groote cijfers genoemd en gesproken van plusminus 2000 hectaren zoo goed als waardefooze grond, die tot de meest productieve van de streek zouden kunnen gebracht worden, wanneer de tram er komt; dit in abstracto kan waar zijn, maar men moet zich ten dien aanzien geene te groote illusies makeu. Reeds nu zgn die gronden 100 percent in waarde gestegen; als voorbeeld kan ik uit de practijk mededeelen, dat in den loop des jaars verscheidene hofsteedjes of duinhoeven genaamd, in andere handen zijn overgegaan en de dubbele waarden hebben opgebracht van hetgeen de verkoopers daar voor hadden betaalddoch die duinhoeven die dooreen genomen honderd a honderdveertig gemeten groot zijn en eene waarde hadden van f 70 per gemet, zijn van de hand gedaan voor gemiddeld f 140 per gemet, maar daar door zijn nu die menscnen niet rijk geworden en kunnen, in de stad zich vestigende, voor niet veel meer dan f 200 belastbaar inkomen in den Hoofdelijken Omslag aangeslagen worden. De heer L u c a s s e. Mijnheer de Voorzitter! Ik wensch met een enkel woord mijn stem te motiveeren, die ik thans voor het voorstel van den heer Fokker zal uitbrengen. Verleden jaar stemde ik voor het voorstel van Gedeputeerde Staten om afwijzend te beschikken op het verzoek van het tram comité. Toen werd van de zijde van Gede puteerde Staten bezwaar tegen het verzoek gemaakt op grond vooral, dat 1°. ook voor verbetering der havens te Burghsluis en Kloosternol subsidie gevraagd werd; 2°. Schouwen reeds zooveel genoten had en 3°. de provinciale geldmiddelen de subsidie be zwaarlijk toelieten. Thans is door het tram-comité bij de ver nieuwde aanvrage de verbetering der havens te Burghsluis en Kloosternol buiten de subsidie aanvrage gelaten; is het betoog van mr. Fokker tegen de bewering van Gedeputeerde Staten, als zoude Schouwen reeds zooveel boven andere deelen der provincie uit de provinciale kas genoten hebben, mijns inziens niet wederlegd en is ook van de zijde van Gedeputeerde Staten het finantiëele bezwaar niet verder op den voorgrond gesteld. Het komt mij daarom voor, dat onder deze omstandigheden de zoo geïsoleerde streek als westelijk Schouwen is, wel geholpen mag worden, terwijl ik bovendien in deze aanvrage, zooals zij nu gedaan wordt, geen verschil zie met wat toegestaan werd voor Hontenisse Selzaete en Middelburg-Koudekerke-Domburg. Ik zal dus voor het voorstel van den heer Fokker stemmen. De heer Siegers. Mijnheer de Voorzitter De geachte afgevaardigde uit Groede weet uit te cijferen, dat het subsidie voor Brouwers haven nauwelijks één opcent op de drie belastingen zou vereischen. Dat is volkomen juistmaar Gedeputeerde Staten maken de rekening eenigszins anders. Wij betalen voor Brouwershaven—Steenbergen f17668; Hulst Walsoorden f 5000. Wij zijn verbonden voor: Walcheren f 15000, Hontenisse f 10000; er is nu aangevraagd voor Burgh f 7528, voor Zuid-Beveland pl. m. f 14000. Dit te zamen geteld maakt f 69196 bijna 71/, opcenten over alle belastingen. Dit maant tot voor zichtigheid. Waar nu Schouwen het eerste en hoogste tramsubsidie alreeds geniet, had het kannen wachten tot gunstiger gelegenheid; te meer daar het nog al den tijd had. Daar geen der leden meer het woord ver langt, wordt de beraadslaging gesloten en stelt de Voorzitter voor over te gaan tot stemming over het hoofd van het voorstel van den heer Fokker. Het hoofd van het voorstel van den heer Fokker, in stemming gebracht, wordt aangenomen met 19 tegen 18 stemmen. Tegen stemmen de heeren De Jonge, Mulder, Siegers, Den Boer, Bolier, Erasmus, Vader van 's Gravenpolder, Holleetelle, Noor- dijke, Maas, Oggel, Van Lijnden, Van Waes- berghe, Dumoleijn, Moes, Hennequin, Van der Meer en Loois. Voor stemmen de heeren De Casembroot, Van Teijlingen, Hammacher, Heijse, Fruytier, Van Dam, Hocke Hoogenboom, De Bats, Moerdijk, Van der Lek de Clercq, Fokker, Ysebaert, Hombach, Houterman, Kakebeeke, Lucasse, Bolle, De Veer en Bos. Nadat de voorwaarden 1—6 zonder discussie met algemeene stemmen zijn aan genomen, vraagt bij de 7e voorwaarde de heer De Veer het woord. De Voorzitter. Ik doe den heer De Veer opmerken, dat de beraadslaging gesloten is. De heer De Veer. Mijnheer de Voorzitter! Ik meende, dat alleen de algemeene beraad slaging gesloten was, doch dat over de onder- deelen nog kon worden gesproken. De Voorzitter. Kan de vergadering medegaan met het denkbeeld van den heer De Veer? Daartegen blijkt geen bezwaar te bestaan. De Voorzitter opent nu de beraadslaging over de 7e voorwaarde. De heer De Veer. Mijnheer de Voor zitter! In de afdeeling, waarin ik zitting had, heb ik de opmerking gemaakt, die ook in het verslag te lezen is, of het voor de provincie niet voordeeliger zou zija om het gansche bedrag in eens te geven en niet in 20 jaar lijksche termijnen met bijberekening van 4% rente, daar toch de provinoie zeker tegen 3'/,% *ou kunnen leenen. Het heeft mij altijd bevreemd, dat de provincie daartoe nog niet is overgegaan, te meer, omdat de bezwaren, die er tegen kunnen worden aangevoerd, niet overwegend zijn. Het bezwaar, dat ik er wel tegen heb hooren aanvoeren, is hetzelfde, dat ook hedenmorgen reeds door den heer Van Teylingen is aan gevoerd tegen het verleenen van een renteloos voorschot. Het is, dat bij het geven van het subsidie in een termijn bij den aauvaDg der exploitatie de provincie eiken waarborg mist voor behoorlijke exploitatie gedurende de 20 jaar. Dit bezwaar is gemakkelijk te onder vangen b.v. door het nemen van een hypotheek op de lijn of op andere wijze. Ik zou daarom der vergadering in overweging willen geven eene wijziging te brengen in voorwaarde 7, en wel deze, dat de uitbetaling van het subsidie zal geschieden op den achtsten dag na den aanvang der exploitatie in een termijn en onder zoodanige voorwaarden als nader door Gedeputeerde Staten zullen worden vastgesteld. Ik moet dit voorstel op deze wijze doen, omdat, waar vooraf niet de zekerheid bestond, dat aan deze tram subsidie zou worden gegeven, er thans niet voldoende gelegenheid is de voorwaarden behoorlijk te formuleeren. Wat ik gezegd heb met het oog op de tram op Schouwen, zou ook wellicht nog in toe passing te brengen zijn bij de subsidies aan de andere Tram-Maatschappijen, b.v. bij de tram op Walcheren. Een lid van het comité voor die train heeft mij juist medegedeeld, dat het veel liever het subsidie in eens zou ontvangen. (Slot volgt). Z. K H. prins Hendrik te Berlijn. Omtrent de plechtige investituur van Z. K. H. prins Hendrik tot ridder van den «Zwarte Adelaar" op Vrijdag j.l. vernemen wij bet volgende: Voorafgegaan door herauten en pages trad de stoet precies 12 uur van nit de kamers van koning Frederik I, waar den ridders de mantels waren omgehangen, de witte zanl binnen. Aan het hoofd van do vorstelijke ridders ging de kanselier der orde, vorst Plesz, dragende het zegel der orde in een goudbewerkte tasch. Op hem volgden paars gewijze de prinsen van het keizerlijke buis en familie en andere Duitscbe vorstendaar achter afzonderlijk de kroonprins en vervolgens keizer Wilhelm II zelf. Het hoofd gedekt door den adelaars-helm, bet purper om den schouder en om den bals den ketting der orde van den «Zwarte Adelaar", trad de meester der orde, onder schetterend klaroengeschal, de witte zaal binnen en besteeg bij den troon. Toen naderde graaf Kaniz, maakte een diepe buiging en ontving van den vorst het bevel de nieuwbenoemde ridders binnen te leiden. Onder vernieuwd trompetgeschal sobreden toen met statigen tred prins Hendrik der Nederlanden en de erfprins van Hobenzollern, door bun peten vergezeld, de zaal binnen tot voor den troon, zich diep buigend voor den keizer. De secretaris der orde las daarop het eedsformulier der opname tot ridder voor en als de ridders dit met een «ja ik beloof het" hadden beantwoord, schalden de fanfares van alle zijden los. Vervolgens rees de keizer op vau zijn troon en hing den nieuwen ridders, die met gebogen knie op een der trappen van den troon geknield lagen, den ketting der ridders om, waarmee de plechtigheid der investituur afgeloopen was. Z. K. H. prins Hendrik, die reeds den avond te voren bij den Duitschen keizer aan tafel was genoodigd, waarbij mede de Neder- laodsche gezant aanzat, was ook na afloop der plechtigheid des vorsten gast bij het dejeuner in gezelschap van prins Heinrich van Pruisen en graaf Von Biilow. Gemengd Nieuws. Aan de hofstede van den landbouwer Meesters, onder Wouw (N.-Br.), klopte Zondagnacht een arme man aan en vroeg om nachtverblijfde ongelukkige bad geen tehuis, zooals hij zeide, en was door koude uitgeput. Meesters verschafte hem nachtverblijf in de hooischuur; doch toen hij den man den volgenden ochtend wilde wekken, vond bij hem dood op de deel liggen. De Nederlandscbe stoomboot «Jeanne", die Zaterdag met ballast van Antwerpen naar Cardiff is vertrokken, om aldaar een lading kolen in te nemen, is in den Dacht van Zaterdag op Zondag, in de Noordzee, ter hoogte van Middelkerke, door een waterhoos opgenomen. Toen deze voorbij waslag het scbip geweldig slagzjj, zoodat de golven vrij spel hadden over het dek, zoodanig zelfs, dat de pijp en bijna al de andere op dek staande tuigage werd weggesleurd. Het schip riohtte zich toen weer op, maar luisterde naar geen roer meer en heesch de noodsignalen. De sleepboot van Ostende is te 3 uren 's morgens vertrokken en bracht de «Jeanne" 's middags in de haven. Bij het binnenvaren bracht de «Jeanne" nog averij aan de sluisdeuren toe. Do schade, welke het schip in eenige oogenblikken heeft opgeloopen, wordt geschat op 15,000 fr, Zes jonge vrouwen van Chatham zijn door de rechtbank van West-Kent ieder tot 12 maanden dwangarbeid veroordeeld als «onverbeterlijke boosdoensters". De rechter zeide, dat de vrouweD, die al meermalen werden veroordeeld, «alle wetten van godsdienst, zedelijkheid en maatschappelijke orde hadden geschonden". Haar vonnis was het zwaarste wat de wet gedoogde. Hij twijfelde echter, of de wet wel streng genoeg was voor gevallen van dezen aard, vooral daar de vrouwen, na haar straf te hebben ondergaan, weer tot haar vroeger leven konden vervallen en overal om haar heen zedeljjke besmetting konden verspreiden. Ingezonden Stukken. Ter wille der waarheid, een kleine rectificatie omtrent bet bericht in de Nieuwsbode van j.l. Dinsdag, betreffende bet voorgevallene op den afiit aan den Slaakdam. Het werd me meegedeeld door 3 personen, die er ooggetuigen van geweest waren en me zelfs den naam Doemden van den persoon. Bg nader onderzoek is mij eohter gebleken, dat de fantasie bun in deze parteD gespeeld had. Het betrof bier niet een persoon, die uit de tram viel, maar sleohts een pet. S. St.-Filipsland, 20 Jan. 1904.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1904 | | pagina 2