ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Zaterdag 22 Augustus 1902.
•I
BERICHT,
Courant).
Eerste Blad.
Hoogere Burgerschool.
(Z i e r i lx z e e s o h. e
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden ia f 1,30, franco per poat
f 1,60.
Noord-AmerikaTranavaal, Indië enz. verzending
eena per week, f 10,per jaar.
60ste JAARGANG. No. 7888.
Dlreoteuri _a_. J. DE LOOZE.
Redacteuren
A. FRANKEL.
J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws.
Advertentiënvan 13 regela 30 Cts.
meerdere regela 10 Cta., kunnen uiterlijk tot des
Maandags, Woensdags en Vrijdags middage
2 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betaling-en moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Scbuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. bitaNKKL, Meelstraat 386, Zierikzee.
Dit iiummer
twee bladen.
bestaat uit
Het Bureau van dit blad (hoek
Schnithaven te Zierikzee) is eiken werk
dag geopend van des voormiddags 9 tot
des avonds 9 ure tot het aannemen
van advertentiën en abonnementen en
het doen van betalingen daarvoor. Het
ad verteerend publiek wordt opmerkzaam
gemaakt op bet voordeel, gelegen in
het plaatsen vau advertentiën bij
abonnement van 250, 500, 1000 of
3000 regels, binnen het jaar te ver
bruiken. Het tarief hiervan is aan het
bureau verkrijgbaar, en wordt ook op
verzoek aan buiten de stad wonenden
gezonden.
De Directeur,
A. J. DE LOOZE.
AFKONDIGING.
Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te Zierik7.ee
majkt bekend, dat door den heer Directeur der Directe
Belastingen te Middelburg is executoir verklaard het
kohier van de belasting op Bedrijfs- en andere Inkomsten
dezer gemeente over het belastingjaar 1903/4, no. 2
dat op heden aan- den heer Ontvanger der Directe
Belastingen alhier wordt ter hand gesteld ter invordering,
en dat ieder verplicht is zijn aanslag op den bij de wet
bepaalden voet te voldoen.
Zierikzee, den 20 Augustus 1903.
Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voornoemd,
D. VAN DER VLIET, Weth., I.» B.
r De COMMISSIE VAN TOEZICHT op liet Middelbaar
Onderwijs te Zierik/ee maakt bekend
1Ü. dat het tweede toelatinjfs-oxamou
zal gehouden worden op Woensdag £5
Soptomber a.H., des voorraiddags 9 uur, en
2°. dat zij, die dit examen wenschen af te leggen, zich
in persoon moeten aanmelden bij den Directeur
der School op Zaterdag; £JO Augustus
n.H., des namiddags tusschen 2 en 3 uur, in het
gebouw der School (ingang Manhuisstraat).
Zierikzee, den 21 Augustus 4903.
Namens de Commissie,
Dc f:' Secretaris,
H. SLOT.
Algemeen Overzicht.
Het schijnt, dat de Russische beer uit
het gebeurde te Mouastir met zijn consul
Roethowsky tracht politieke munt te slaan.
Men weet, dat deze den op wacht staanden
Tnrkschen soldaat, Halim, een vuistslag in
het aangezicht gaf, toen deze hem niet het
militair saluut bracht, waarop Halim, in drift
ontstoken, hem met zijn revolver neerschoot.
De Turksche Regeering heeft zich na het
voorgevallene onmiddellijk gehaast aan den
Rnssischen gezant haar verontschuldigingen
aan te bieden. Daarbij bleef het echter niet.
Een krijgsraad werd samengesteld, en deze
veroordeelde, meer door staatkundige redenen
geleid, dan door gronden van recht, Halim
benevens den gendarme, die, bij het geval
aanwezig, den consul niet beschermd had, ter
dood. Beiden werden daarop krachtens order
nit Gons tan tinopel stante pede opgehangen.
Bovendien werden onderscheidene officieren en
beambten nit hun betrekking ontzet. Ook werd
aan de weduwe van den consnl een aanzienlijke
geldelijke schadeloosstelling aangeboden. Nu
zou men meenen, dat daarmede voldoende
satisfactie gegeven was. De Russische regeering
denkt er evenwel anders over. Zij tracht
namelijk het gevalletje te exploiteeren, en
heeft met dit doel het Zwarte Zee-eskader,
bestaande uit vier pantserschepen, vier torpedo
jagers en vier torpedobooten, bevel gegeven
om uit Odessa naar de Turksche wateren te
stevenen. Dit eskader moet, om in de Turksche
wateren te komen, de Dardanellen passeeren.
Doet het dit, zonder, wat zeker is, daartoe I
de vereischte toestemming van den Sultan te
vragen, dan verscheurt Rustende daaromtrent
bestaande overeenkomst aan flarflen. Misschien j
is het alleen daarom te doen, maar wellicht
heeft de ijsbeer nog verderreikende voor- j
nemens. Zoekt het, nu het met het oog op
de vertoogen van Amerika en de veront
waardiging van Europa niet opnieuw de
belijders van zekere confessie aan de hongerige
wolven als een gretige buit waagt toe te werpen,
aan de binnenlandsche onlusten een andere
afleiding te geven, en wel in een buitenlandsohen
oorlog? Of acht Rusland, dat naar de ver
brokkeling en vernietiging van het Turksche
rijk steeds gestreefd heeft, het tijdstip ge
komen, om, na achter de coulissen van den
Macodonischen opstand to hebben gestaan,
thans op hot atrijdtooneel te voorschijn te
treden, en zijn slag te slaan? Hoe ook, het
wil in elk geval uit het voorval een staat
kundig voordeel trekken.
Over den opstand in Macedonië en
Adrianopel komen dagelijks vele berichten
in, maar of en in hoeverre deze betrouwbaar
zijn, kan men niet zeggen. Dit is zeker, dat
de opstand zich uitbreidt, en dat de opstande
lingen, die uit Bulgarije met manschappen,
wapona en geld krachtig gesteund worden,
door het eerstdaags verschijnen van een
Russisch eskader iu de Turksche wateren
niet weinig worden aangemoedigd. In den
omtrek van Mouastir moeten de opstandelingen
op de Turksche troepen een overwinning
hebben behaald. Yoor Turkije zal het een
moeielijke zaak wezen dezen opstand te
dempen. Het terrein toch is voor een guerilla-
oorlog, dien de Macedonische benden voeren,
bij uitstek geschikt. Daarbij komt, dat deze
zich van dynaraietbommen bedienen, en, gelijk
reeds gezegd is, telkens nieuwen toevoer uit
Bulgarije ontvangen. In de hoofdstad van dit
woelig vorstendom, te Sofia, werd een talrijk
bezochte volksvergadering gehouden, waarin
met de opstandelingen sympathie werd betuigd,
aan hen moreelo en materiëele steun werd
toegezegd, on tot de rogeering het verzoek
werd gericht als de beschermer van de
nationale belangen op te treden. Wat onder
het laatste verstaan wordt, zal mon begrijpen,
wanneer men weet, dat de Bulgaren daarom
den opstand steunen, omdat zij Macedonië en
Adrianopel met Bulgarije wenschen te ver
eenigen. Zij drooinen van eon Groot-Bulgaarseh
rijk. De Bulgaarscho regceriog, die omtrent
dit punt haar heimelijke inzichten en oog
merken onder den korenmaat verborgen
tracht te houden, maar dio hetzelfde droom
beeld najaagt als de bevolking, heeft in een
memorandum aan do Mogendheden do oor
zaken van den opstand opgesomd. Natuurlijk
wordt de schuld geweten aan de Tarkon,
die als barbaron van het orgste soort worden
voorgesteld. Uit pure monschlievendheid en
zuivere belangeloosheid treedt Bulgarije als
de woordvoerder van de arme verdrukten
op, die, het zoogenaamde dwangjuk moede,
eindelijk tegen het Turksche gezag zijn op
gestaan. Verzwegen wordt, dat jarenlang
door de Bulgaarsche comitó's de Macedonische
bevolking stelselmatig tegen de Turksche
heerschappij is opgezet. Verzwegen wordt het
doel, dat men daarbij had.
Do wittebroodsweken voor Peter I, den
Koning van Servië, zijn voorbij. Zijn
Majesteit begint zich op zijn met bloed
bevlekten troon minder behaaglijk te gevoelen.
Hij vangt aan te begrijpen, dat hij in een gouden
kooi zit, door de moordonaars van Koning
Alexander en diens gemalin met zijden
koorden aan handen en voeten gebonden.
Want Peter was van het complot geheel op
de hoogte, had daaraan zijn goedkeuring
gehecht, en schijnt van te voren zelfs geweten
te hebben, dat Koning Alexander en Koningin
Draga uit den weg zouden worden geruimd,
om voor hem en zijn geslacht plaats te maken.
Zijn moreele medeplichtigheid aan den moord,
waaraan niemand meer twijfelt, is het zijden
koord, dat de samengezworen officieren in de
hand houden, en in hun eigen belang niet
meer willen loslaten. Doet hij iets tegen hun
zin, dan halen zij het koord wat nauwer aan,
om hem zijn medeplichtigheid te doen gevoelen,
waarvan hij voor de wereld niets weten wil.
Dit bleek, toen onze Peter den hoofdofficier
Leschanin, die niet tot de samengezworenen
behoorde, tot zijn hofmaarschalk benoemde.
Nauwelijks was dit bekend, of dadelijk
kwamen de aanvoerders der samengezworenen
in zijn paleis, eiscbend van hem de benoeming
in te trekken. En de Koning, den ruk van
het koord voelend, trok de benoeming in.
De nummers van do reeds verzondene Staats
courant, waarin de benoeming vermeld stond,
werden door politie-agenten teruggehaald,
naar het paleis gebracht, en daar vernietigd.
Maar dit geval, hoe erg ook, is nog niet het
ergste. Een driehonderd officieren, die aan de
samenzwering geen deel hebben genomen,
hebben tot den Koning een petitie gericht,
waarin zij hem verzoeken de konings
moordenaars te straffen. Wat zal hij doen?
I
Het gedaan verzoek inwilligen, kan hij
moeilijk, want dan zouden de nu nog zwijgende
tongen van de samenzweerders tegen hem
los komen; het om rodenen van staat van
de hand wijzen is ook lastig, want dan zal
er in bet leger een tweespalt komen, die
voor het land en voor zijn Kroon wel eens
verderfelijk kon worden. De positie van Peter
als Koning is niet te benijden.
De ministeriëele crisis is in Hongarije nog
niet opgelost. De Keizer wenecfit aan den
eisch der Onafhankelijkheidepartij, de Duitsche
commando's in het Hongaarsche leger door
Hongaarsohe te doen vervangen, niet toe te
geven, zoodat de oppositie in haar obstruc-
tioniamo zal volharden, hetgeen aan elk
bewind het regeeren hoogst moeilijk maakt.
Te begrijpen ia het, dat onder deze om
standigheden hot bezwaarlijk zal wezen
geschikte personen voor de aanvaarding oener
portefeuille te vinden.
Bij de benoeming van eou Paus hebben
de Katholieke Mogendheden het recht van
veto (exclusive). Het blijkt, dat de Regeoring
van Oostenrijk-Hongarije bij het jongste con
clave van dit recht gebruik heeft gemaakt.
Willend beletten, dat de kardinaal Rampolla,
die den 2don Augustus reeds zoovele stemmen
op zich had vereenigd, dat zijn verkiezing
don volgenden dag waarschijnlijk werd, den
Pauselijken Stoel zonde beklimmen, liet de
Oostonrijksob-Uongaarsche Regeering hij
monde van den kardinaal Grnscho, aarts
bisschop van Weenen, tegen de eventuoele
verkiezing van den Pauselijken staatssecretaris
protesteeren. De reden, dat doze candidaat
aaD de Oostenrijkscbe Regeering niet wel
gevallig wasIng hierindat Rampolla
gedurende do zestien jaren, dat hij staats
secretaris van wijlen Leo XIII was, Oosten
rijk-Hongarije wogons zijn bondgenootschap
met Italië Hteeds heeft tegengewerkt. Ook
werd door zijn toodoen belet, dat de Keizer
aan het Quirinaal oon contrabezook kon
breDgen, want Loo XIII wildo den Keizer
niet ontvangen, wannoor doze do gast was
van den Koning van Italië. Tengevolgó van
deze interventie koos het Conclave kardinaal
Sarto, den bekenden patriarch van Venetië.
Het strafgeding der Humberts, dat te
Parijs behandeld wordt, loopt ten einde. Do
getuigenverhooren zijn afgeloopen, de advokaat-
generaal. Blondel, heeft een zakelijk requisitoir
gehouden, aan het slot waarvan hij op wel
sprekende wijze een beroep doet op de jury,
dio den triumf van bet recht en de waarheid
zal verzekeren, en Labori heeft gepleit. In
zijn pleitrede verklaart Labori, dat bij het
geheim, dat Thérèse Humbert, wanneer de
justitie gesproken beeft, zal openbaar maken,
en waarvan dezo haar robabilitatie en vrij
spraak verwacht, wel kent, maar de waarheid
er van niet heeft kunnen nagaan, en zich
dan ook niet voor de waarheid borg stelt.
Nu, het zou ons niet verwonderen, of Thórèse,
die even slim als gezet is, beweert, dat zij
do dochter van oen Vanderbilt of van een
Rotacbildt is, zoodoende aan haar geboorte
het een of ander pikant romannetje vast-
knoopend. Algemeen gelooft mon, dat zij door
de jury zal veroordeeld worden. Aan den
President Bonnet is inmiddels door iemand
het schriftelijk voorstel gedaan, om bij even-
tueele condemnatie van de familie Humbert,
deze hem uit te leveren. Hij zal de familie
in een traliewagen plaatsen en met haar een
tournee maken door Amerika. De opbrengst
zal strekken tot kwijting van de schulden en
proceskosten. Als honorarium voor zicbzelven
bedingt bij slechts 10 pCt. van de ontvangsten.
NIEUWSTIJDIMGEN.
Nederland
Haarlem, 20 Aug. De inventarisatie van
het gefailleerde bankierskantoor der firma
Laano Van Bemmel is afgeloopen. Er
beBtaat een activa in contanten, vreemde
muntspeciën, effecten en borgtochten. De
waarde is niet te bepalen; van de schulden
bedragen de onopgevraagde deposito's f130,000.
Verder is nog in de eerste weken niets te
bepalen. Volgens den curator is de oorzaak
van het failliet de vastwerking in industrieele
ondernemingen, welke de middelen der firma
niet toelieten.
De Noord- en Zuidhollandscho Bank,
directeur de heer Ed. de Lanoy, tevens
agentschap der Ned. Bank, heeft zooeven
hare betalingen gestaakt. Bijzonderheden
worden nog niot verstrekt. Zeer waarschijnlijk
zal deze catastrophe veel grootere gevolgen
hebben dan die van de firma Laane en
Van Bemmel.
De arrond.-rechtbank te Haarlem heeft
heden failliet verklaard de Noord-Zuid-Hol-
landsche bank, directeur de heer Ed. Delanoy,
tevens agent der Nederlandeche Bank alhier.
Hoorn, 19 Aug. Sedert Zaterdagavond
werd na het optreden van de brandweer bij
een vrij hevigen brand alhier een der spuit-
gasten gemist. De vrees, dat hem een ongeluk
was overkomen, bleek maar al te gegrond
geweest te zijn, terwijl zijn lijk uit één der
grachten is opgehaald.
Amersfoort, 19 Aug. Gisteren raakte de
41-jarige metselaar G. Kentin, die bezig was
met het herstellen der goot van één der
heerenhuizen aan do Kampstraat alhier, bij
het stappen van de ladder op de goot, met
een voet in een daar liggend touw.
Herhaalde malen was hg reeds gewaar
schuwd voorzichtiger te zijn en vooral niet
te zware vrachten te nemen.
Nu viel hij op de hardsteenen stoep en
was aanstonds dood.
De man laat een weduwe met 7 meest
nog jonge kinderen na.
's-Gravenhage, 20 Aug. Do Czaar
benoemde tot arbiters in het geschil tusschen
Venezuela en de mogendheden prof. Matten
te Kopenhagen, Mourawieff, staatssecretaris
van Z. M. en Lardy, gezant van Zwitserland
te Parijs, allen leden van het hof van arbitrage.
In September komt dit scheidsgerecht hier
bijeen. Binnen G maanden daarna moet vonnis
gewezen zijn.
In De N. Ct. vinden wij, onder het
opschrift schoenen buiten zettenhet volgende,
dezer dagen voor de zooveelste maal geleverd
bewijs van de naïviteit van onze platteland
bewoners in deze verlichte eeuw.
In een hotel in do Residentie zit aan do
ontbijttafel eene familie, vader, moeder en
zoon. Blijkbaar kleine luiden uit een stadjo
of dorp van den Achterhoek, die, aangelokt
door do goedkoope reisgelegenheid van tegen
woordig en door bet voorbeeld van zoovele
anderen, er eens op uit zijn gegaan om Den
Haag en Schoveningen, waar zjj zooveel van
gehoord hadden, te bezichtigen. Maar goed
zien wilden ze en daarom had vader voor
geslagen, om, voor de eerste maal in hun
leven, een nacht in eon hotel te gaan door-
Aan bovengenoemde ontbijttafel zaten zo
echter met hun drieën met vrij lange gezichten
te kijkenvooral moeder zag er erg boos uit
en snauwde man- en zoonlief nog al eens
af. Zou het lieflijke zomerweertje de oorzaak
van deze minder gunstige gemoedsstemming
zijn of heeft Morpheus hun zijn gaven ont
bonden? Neen, dat is het niet, maar er is
hnn iets overkomen, dat ten volle dat kwade
humeur rechtvaardigt. Den vorigen avond na
eene lange reis heelemaal van achter
Zutfen, klaagt vader in het hotel aan
gekomen, had men ben, op hun vraag, wat
zij met de schoenen en laarzen moesten doen,
geantwoord, dat zij die buiten moesten zetten.
Nu, als je nu zoo iets gezegd wordt door
zoo'n meneer met een rok aan, dan vertrouw
je daarop, niet waar? Vader, moeder en zoon
hadden dan ook netjes hun schoeisel buiten
het raam op het kozijn gezet. Ongelukkig
was dien nacht moeder natuur, die in den
laatsten tijd toch al zoo slecht te spreken is,
al bizonder nit haar luim, het stortregende,
hagelde en donderde, dat het een lust was.
Dientengevolge wat is die natuur toch
wreed, ook in kleine dingen stonden
's morgens de bewuste schoenen en laarzen
vol water, ja, in moeders schoenen hadden
zich do hagelkorrels van den nacht bizonder
goed geconserveerd.
Zie je, dat is nou het beroerdste koopje,
dat iemand krijgen kan. Want, op kletsnatte
schoenen loopen is niet alleen ongezond, maar j
zij konden er ook niet eens inkomen, on
mogelijk, de schoenen waren om te wringen;
van den anderen bant kan je toch ook niet
op pantoffels of kousen de Gevangenpoort en
de andere bezienswaardigheden van Den Haag
bezoeken, of naar Soheveningen gaan En hun
schuld was het toch niet, want duidelijk had
men het hun gezegd, ze moesten hun laarzen
en schoenen buiten zetten, en dan doe je dit,
I is het niet zoo?
Ten slotte kropen onze arme luidjes, volgens
den raad van onzen hotelhouder, op hunne
mooie gebloemdo pantoffels, in afwachting,
dat hun schoeisel onder het keukenfornuis het
drogings-proces onderging, in een rijtuig en
lieten zich rondrijden, maar dat maakt de
reis veel duurder en is toch ook lang zoo
aardig niet.
Op de lijn der H. IJ. S. M. tusschen
Amsterdam en Den Haag of op één der
perrons zijn gisterenavond drie dames van
baar portemonnaies met geld beroofd. Eén
der dames miste aan 't station Den Haag
f 450. Een andere moest van haar ter leen
aangeboden geld gebruik maken om de
reis naar Bcheveningen te kunnen voortzetten.
Rotterdam, 49 Aug. Hedennacht omstreeks
halfdrie liep op de Groote Markt alhier de
49-jarige Wilhelmina Meyer, wonende aan het
Zijl met baar beminde K. V., vleeschhouwer,
wonende Bergweg, 26 jaar, toen zij, volgens
hare opgave, oneenigheid kregen met een
voorbijganger, waarbij eene woordenwisseling
ontstond tusschen haar beminde en dien voor
bijganger. Plotseling kreeg zij een geweldige
messteek in de buik. Beiden begaven zich
daarop naar den politiepost aan de Beurs,
alwaar zg dit verhaal deed. In zorgwekkenden
toestand werd zij van daar per brancard naar
het Ziekenhuis gebrac! -t, alwaar zij door drie
doctoren geopereerd werd, daar zij binnenkort
een nieuwen wereldburger verwachtte. Bij de
noodzakelijke operatie, die zij onderging, over
leed het kindje, dat ter wereld gebracht werd.
Eveneens verkeert de vrouw in levensgevaar.
Haar beminde K. V., die hedennacht aan
vankelijk was vrijgelaten, is hedenmorgen vroeg
in zijn woning gearresteerd, daar hij verdacht
wordt den moordaanslag gepleegd te hebben,
teneinde haar en haar kind uit den weg te
ruimen. Eenige voorwerpen, kleedingstnkken,
enz. zijn in beslag genomen.
Gisteren trok door Rotterdam's straten
een lange stoet. Voorafgegaan door een
breede rij van klagende maagden volgde als
in den tijd der Germanen een reeks jongelingen,
dragende een ladder waarop een persoon in
lykgewaad. 't Was de Rotterdamsche kermis,
welke werd grafwaarts gedragen. Een aantal
reusachtige lampions aan stokken gedragen
verlichtten phantastisch het geheel. Achter
het lijk volgden een aantal treurende vrienden,
die in hun midden een geïmiteerd grafmonument
droegen, waarop de woorden: »Hier rust
Rotterdam's 4903-sche kermis".
Verder volgde nog een heele bende kermis
vrienden en nieuwsgierigen.
Het vrachtje was zwaar, dus werd van tijd
tot tijd een kapelletje aangedaan om wat uit
te rusten, waarbg ook de doode natuurlijk
eenige lafenis ontving. Dat een en ander
met heel wat drukte gepaard ging, laat zich
begrijpen.
20 Aug. Aan de Westelijke zijde van
den Bergweg, achter het gesticht voor
chronische zieken sEudokia", heeft de bouw
ondernemer C. J. v. TnsBchenbroek eenige
jaren geleden een straat aangelegd en enkele
huizen gezet, wellicht hopende, dat één en
ander in de lijn zou vallen van de aan te
leggen electriBche spoor naar Den Haag en
daarom zou worden onteigend. Die straat,
welke op Hillegersbergsch grondgebied van
den Bergweg in de richting van de Verlengde
Schiekade loopt, verkeert in hoogst primitieven
toestand en bleek vroeger reeds, toen de
huizen er nog onbewoond waren, een toe
vluchtsoord voor dieven en ander gespuis,
dat zich hier voor de waakzaamheid der
Rotterdamsche politie veilig wist. Gas- en
waterleiding behooren er tot de onbekende
dingen.
In die eenzamebij avond door de
duisternis bijna onbegaanbare straatte
midden tusschen de drassige weiden, woonde
een vrouw, Maria Catharina Duuring, naar
schatting 55 jaar oud, een eenigszins zonderling
menech, dat zich slechts zelden buiten haar
woning in bet benedenhuis van pand 31
vertoonde, geen dienstboden hield, zich weinig
met de buren bemoeide en, menschensohu^r
als ze scheen te zijn, haar leven sleet in de
twee vertrekken, één voor- en één achterkamer,
met een alcoof er tusschen, van haar huisje,
waarin, zooals was uitgelekt, een tafel en
eenige wrakke stoelen het geheele meubilair
zouden uitmaken. Sedert een maand of vyf
woonde ze daar en toch wist geen der buren
iets omtrent de bewoonster te vertellen, niet
eens of zij familie had eD waar die woonde
of hoe oud zij was.
Het spreekt vanzelf, dat het onder deze
omstandigheden niet bizonder opviel, dat de
vrouw zich in den laateten tijd in het geheel
niet had vertoond. Hoogstens wisselden enkele
1