ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Zaterdag 2 Mei 1903.
Tweede Blad
NIEUWSTIJDINGEN.
(525 ierilizeesclie
Courant).
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco per post
f 1,60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
59ste JAARGANG. No. 7841.
Directeur 9 a 7. DE L002ÜE.
A. FRANKEL.
J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws.
Redacteuren
Advertentienvan 13 regels 30 Ots.
meerdere regels 10 Cta.kunnen uiterlijk tot des
MaandagsWoensdags en Vrijdags middags
2 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. db Loozk, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. FnaNKEL, Meelstraat 386, Zierikzee.
Kazernementsfonds.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee
maken bekend, dat de Commissie van be
heer van liet Kazernemontsfouds
rekening en verantwoording zal doen van haar beheer
over het jaar 1902, op Dinsdag <len 5 M.e>%
o.lz., des namiddags te 3 ure, in één der lokalen vaD
het Raadhuis, en roepen alle gerechtigden tot dit Fonds
op, daarbij tegenwoordig te zijn.
Zierikzee, den i Mei 1903.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
CH. W. VERMEIJS, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
Zuid-Afrika.
Kaapstad, 29 April. Mea schat het aantal
Europeanen, die ia de eerste twee maanden
van het loopende jaar naar Zuid-Afrika zijn
gekomen, op 10.776, waarvan 8503Engelschen,
een gevolg van het beperken der permit voor
vreemdelingen door de Engelsohe regeering.
De consuls mogen slechts ten hoogste 70
permits aan Duitsohers toestaan, 45 aan
Franschen en ten hoogste 35 aan Hollanders.
De anderen moeten tot de volgende maand
in de haven van aankomst wachten om zich
in Transvaal of in den Oranje-Vrijstaat te
^vestigen.
Het doel van Engeland is het x>Veld" te
bevolken met Engelsche kolonistentoch
schijnt dit plan te mislukken. De Engelsche
landbouwers zijn spoedig ontmoedigd door de
moeilijkheden van het terrein en door het
klimaat. Ze gaan liever naar Canada of
Australiëook begeven zij zich naar de
goudmijnen te Johannesburg en Op den Rand.
De Engelsohe politiemacht kost op 't
oogenblik 500.000 p. st. per jaar. Onder de
Boerenregeering bedroegen de kosten slechts
6000 p. st.
Amerika.
Groote sensatie heeft in de Vereenigde
Staten bet jongstleden gepubliceerd rapport
van luitenant-generaal Miles omtrent zijn
onderzoek op de Philippijnen gemaakt. Hij
beschuldigt daarin zijn landgenooton van
ongehoorde gruweldaden tegenover de bewoners
der eilanden.
Hij verklaart dat het land van Calamba
tot Batangas is ontvolkt. De inwoners van
Lipa beklaagden zich bij hem dat vijftien
menBchen waren gemarteld met de zoogenaamde
waterkuur. Zekere Vincenti Luna, een man
van 65 jaren, was daarna uit zijn huis ge
sleurd en doodgeranseld. Aan deze gruweldaden
hadden troepen onder bevel van luitenant
Hennesey schuld.
Generaal Miles verklaart verder dat de
officieren den inlander dwiDgen om schriftelijk
de gepleegde martelingen tegen te spreken.
Verschillende officieren worden zelfs bij naam
genoemd.
Te Tacloban vernam hij dat twee luitenants
aldaar acht man gevangennamen met den
eisch hen naar de opstandelingenkampen te
geleiden op straffe van niet meer tot de
hunnen te mogen terugkeeren. Toen de
gevangenen aan dezen eisch niet konden
voldoen werden zij met bajonetten neergestoken.
In Sawar leden een aantal inwoners nog
van de waterfoltering. Zij toonden diepe
groeven op hun armen. Met martelingen had
men hen geld afgezet.
Het rapport deelt voorts mede dat de
troepen in goede conditie verkeerden. De
Philippino's zijn even verdedigingloos als vijf
jaren geleden. Ten slotte raadt hij den aanleg
van kustfortificaties aan tot een bedrag van
20,000,000 dollars.
New-York, 29 April. Er komen treurige
berichten uit Curagao, tengevolge der droogte.
De armoede is groot. Alle vee is van honger
en koude omgekomen. Het land is verlaten,
geld om putten te graven ontbreekt. De
bevolking wordt bedreigd met gebrek aan
drinkwater. Men zal een beroep doen op den
weldadigheidszin der Vereenigde Staten.
Telegrammen uit New-York maken
melding van een aardbeviog, welke Woensdag
morgen om 4.30 te Frank, eene kleine stad
aan de Amerikaansche grens in de nabijheid
der Rocky Mountains, in de provincie Alberta
(Canada), welke zich met bergbouw bezig
houdt, plaats greep. Kort daarna ontstond,
naar alle waarschijnlijkheid op den mount
Turtle, welke als 't ware over de stad hangt,
een vulkanische uitbarsting.
Millioenen tonnen rotsblokken werden naar
beneden geslingerd en versperden den ingang
naar de mijnen. De stutten werden honderden
voeten diep begraven. Meer daD honderd
personen, meerendeels vrouwen en kinderen,
zijn omgekomen. De berg werpt nog rots
blokken uit.
Reuter te "Winnipeg verneemtuit Macleod,
zestig mijlen ton Oosten van Frank, dat 83
familiën te Frank bedolven zijn.
Italië.
liet bezoek van Koning Edward Vil aan
paus Leo XIII. De machtigste wereld
lijke en machtigste geestelijke heerscher der
wereld, zijn gedurende een dertigtal minuten
saamgeweest in de huidige hoofdstad van
het ééQ en vereenjgd zijnde koninkrijk Italië,
de vroegere hoofdstad van de roomsch-
katholieke christenheid, op het buiten het
gezag van koning Victor Emmanuel staande
neutrale gebied, dat Yaticiaan heet.
Niet vau het Qairinaal uit heeft Engelands
koning het bezoek gebrachtin de eerste
plaats ia het Qairinaal de zetel van Italië'a
koning en in de tweede plaats is dit vroegere
verblijf van de hoofden der rooinech-katho-
lieke kerk, toen vóór meer dan dertig jaren
de Italiaansche troepen door de bres van
Porta Pia hun intocht deden in Rome, in
den ban gedaan een punt van uitgang
dus voor de reeks moeielijkheden, telkens
weer opgeworpen van Vaticaanache zijde bij
de ontvangst van vorstelijke personen, door
den paus.
Nadat de koniDg van Engeland des
morgens geprofiteerd had van de revue over
25000 man troepen, in gezelschap van
koningin Elena, verliet de koning als veld
maarschalk met den Konseband om halfvier
per gesloten bofrijtnig het Quirinaal, begeleid
door wielrijdende politiemannen, terwijl de
koetsier en palfrenier in 't blauw gekleed
waren.
Het Britsche gezantschapsgebouw was het
doel van den rit en van daar reed hij om 4
uur uit met een gesloten rijtuig en personeel
in 't zwart, terwijl een detachement troepen
met vaandel, de eerbewijzen bracht. Vóór de
Porta Zecchi bleven de wielrijdende politie
mannen en de Italiaansche beambten achter
alleen de Britsche politiemannen gingen mee
binnen het Vaticaan en de koning werd
begroet door de garde met vaandol, een
peloton gendarmes in gala en een piket der
lijfwacht, terwijl de major-domus met enkele
boogwaardigheidsbekleedera beneden aan de
trap den koning ontving. Met een schitterenden
stoet kwam Edward VII aan de particuliere
vertrekken van paus Leo en de koning trad
alleen binnen om met den paus vijf-en-twintig
minuten alleen in gesprek te blijven, waarna
's konings uit drie personen bestaand gevolg
aan den paus werd voorgesteld. Tot aan de
deur van zijn vertrek deed de paus den
koning uitgeleide, die met hetzelfde ceremonieel
als bij zijn komst werd begroot en om 5 uur
verliet hij het Vaticaan, om zich rechtstreeks
naar het Qairinaal te begeven, waar hij om
5.20 arriveerde.
Alle voorwaarden door het Britscho nof
gesteld, zijn door het Vaticaan ingewilligd
o. a. heeft Edward VII geweigerd een audiëntie
aan te vragen en ook met het punt van ver
trek heeft men het niet te nauw genomen
Engeland is niet officieel vertegenwoordigd
bij den Heiligen Stoel.
Rome, 29 April. Aan 't feestmaal gisteren
avond in het Quirinaal, na een rit der beide
koningen door de stad en de ontvangst van
het diplomatieke korps door koning Edward,
zat koning Edward tusschen koning Victor
Emmanuel en koningin Elena.
Om halfelf gisterenavond verschenen de
koningen cd de koningin in den Argentina-
schouwburgwaar de burgemeester hen
ontving. Bij het betreden van de koninklijke
loge, voerdè het orkest eerst het Engelsche
en daarna het Italiaansohe volkslied uit,
waarna een geestdriftige hulde van het
publiek volgde.
De koning van Engeland zal, na het
afscheid van den paus, onmiddellijk het
Vaticaan verlaten, zonder kardinaal Rampolla
te bezoeken.
30 April. Bij zeer aohoon weder heeft
koning Edward hedenmorgen om 9 uur 40
van hier uit de reis naar Parijs aanvaard.
Koning Victor Emmanuel vergezelde hem
naar het station. De vorsten werden langs
den geheelen weg levendig toegejuicht.
De gezondheid des Pausen. Van
geachte zijde wordt aan de Tijd uit Rome
Tot mijn genoegen kan ik u uit de beste
bron melden, dat al de praatjes over 's Pausen
minder gunBtigen gezondheidetoestand volstrekt
onwaar zijn. Omtrent 3 Maart gaf de ver
koudheid ZH. reden tot ongerustheid. Deze
heeft eenigen tijd aangehouden, doch is reeds
geruimen tijd geheel gewekui.
Ten bewijze moge 't volgende nog dienen:
Zondag verleende Z. H. aan enkele aanzien
lijke families, die in afzonderlijke groepjes
in de anti-chambre verdeeld waren, een soort
van privaat-audiëntie. Tot groote verbazing
van alle aanwezigen kwam Z. H., niet
gedragen, doch geheel alleen gaande, zonder
door iemand ondersteund te worden, de zaal
binnen, en ging van de eene familie naar de
andere, zich staande met allen onderhoudende.
Volgens ooggetuigen gaf Z. H. niet het geringste
teeken van vermoeienis.
Frankrijk.
Gedurende de morgengodsdienstoefeuiDg in
de protestantsche kerk l'Oratoire te Parijs,
loste iemand, die de aandaeht op zich wilde
vestigen, zes, revolverschoten iu de richting
van den kansel. Een hevige paniek ontstond
gillen van vrouwen eu kindoren, die zioh naar de
uitgangen verdrongen, deed iemand vermoeden,
dat iemand gewond was. Het bleek, dat de
revolver slechts met los kruit was geladen.
De groote kalmte van den jongen predikant
Monnier, die van den kansel tot rust ver
maande en de invloed van eenige kerkeraade-
leden voorkwam ongelukken, en de dienst
kon tot een behoorlijk einde worden gebracht
Parijs, 29 April. Alle aanvragen om sub
sidies voor feestvieringen bij koning Edwards
bezoek door buurtcommissies, zijn afgewezen
door het gemeentebestuur, onder voorgeven
dat, zonder goedkeuring van den raad, geen
gelden mogeD toegewezen worden.
Namens don gemeenteraad van Cherbourg
zal koning Edward ontvacgen woidt-n vóór
zijn inscheping aan boord van de Victoria
and Albert", die Zondag to Cherbourg verwacht
wordt, terwijl de oorlogsschepen Maandag
komen.
Duitachland.
In de Stadaaalmoezonierskamer to Frankfort
s/M., vond men een dezer dagen een groote
ijzeren kist, welke daar, naar men vermoedt,
ruim 150 jaar gestaan had, zonder dat
iemand er aan gedacht bad, er den inhoud
eoDS van te onderzoeken. Bij het openbreken
bleek, dat er een belangrijke schat van
zilverwerk in verborgen lag.
Men neemt aan, dat het beleende panden
zijn, die Diet ingelost werden. De meeste
stukken zijn 't werk van Frankfurter zilver
smeden, gelijk men uit de ingegraveerde
namen kon opmaken, fraai gedreven en daar
om van groot belang voor de kunstgeschiedenis
van Frankfort. Verder vond men nog een
35-tal munten en penningen, zoodat het
historisch museum der stad, waar de verzameling
zal oudergebracht worden, zonder kosten een
op alle gebied belangrijke aanwinst doet.
Volgons het Leipziger Tagéblalt, beeft
de kroonprins van Saksen aan zijn gescheiden
vrouw, Louise van Toskane, uit eigen middelen
een jaarrente van 30,000 Mk. verleend.
Zaterdagmiddag is brand uitgobroken
op de zolders van de kazerne van de garde
fuseliers te Berlijn. AI de nieuwe uoiformen
van het derde bataljon zijn verbrand. De
brandweer moest een paar uur Bpuiten, eer
de vlammen gebluscht waren. De stoffelijke
schade is aanzienlijk.
Buckeburg, 30 April. Het burgerlijk
huwelijk tasschen den groothertog van Saksen-
Weirnar en prinses Caroline van Reusz is
hedenvoormiddag tusschen elf en twaalf uur
voltrokken in het paleis van de vorstin-moeder
van Schaumburg-Lippodoor staatsminister
Rothy. Onder de vele huwelijksgeschenken
bevindt zich als cadeau van den Keizer een
kostbaar porseleinen serviesterwijl de
Koningin van Nederland verscheidene voor
werpen schonk van Chineeaoh porselein.
België.
De Belgische anarohist Vandermeulen, die
onlangs schuldig werd bevonden aan een
dynamiet-aanslag op het huis van het Kamer
lid Carton de Wiart en deswege tot 10 jaren
gevangenisstraf werd veroordeeld, wees voor
het gerecht zijn kameraad Commaerts aan
als de ware schuldige, als de aanstoker.
Commaerts stond nu wegens die beschul
diging terecht. Maar zijn schuld is niet
bewezen kunnen worden. Er waren ver
scheidene getuigen, die zijn alibi bezwoeren.
En toen Commaerts, in heftige veront
waardiging Vandermeulen in diens gezicht
zeide dat hij loog en hem verweet dat hij
een lafaard was, die de gevolgen van zijn
daad niet durfde dragen, sloeg Vandermeulen
beschaamd de oogen neder en geraakte hij
geheel van streek.
Na oen krachtig pleidooi van de verdediging
werd daarop de sohuldigde vrijgesproken en
terstond in vrijheid gesteld.
Brieven uit Berlijn.
(Van onzen correspondent.
Uit de wordingsgeschiedenis van het
llultftcke Kijk.
Bismarck's brieven aan zfin vrouw
uit den Franach-Daitgchen oorlog.
Berujn, 23—IV-'03.
Nu in de dertig jaren na den grooten oorlog
de een voor, de ander na van de mannen, die
aan de oprichting van het Duitsche Rijk een
werkzaam deel hebben gehad, bij hunne
vaderen zijn vergaderd, wordt de toekomstige
historieschrijver van dit gewichtigste tijdvak
der 19de eeuw successievelijk in de gelegenheid
gesteld, zich te verdiepen in de studie van
verschillende bronnen, welke tot dusver voor
hem verborgen waren.
Hij wordt aohter de koelissen toegelaten, en
krijgt, nu hij als 't ware midden tusschen de
spelers staat, een geheel anderen kijk op hel
stuk als van uit het parket, aan gene zijde
van het voetlicht. Achter het tooneel geven
de personen, die de hoofdrollen vervullen in
het geweldige drama, zich, zooals ze werkelijk
zijn, met al hun deugden en gebreken, hun
onderlingen naijver en kortzichtigheid. Achter
het tooneel ziet hij eerst de massa figuranten,
die geen notie van het stuk hebben, overal
den weg versperren en de hoofdpersonen voor
de voeten Joopen. Nu eerst wordt het hem
duidelijk, welk een reuzentaak de geniale
regisseur, wiens wijde blik lang van te voren
zag, wat voor alle anderen onzichtbaar bleef
tot het laatste oogenblik, op zich genomen
heeft, om al de tegenstrijdige belangen van
de naijverige en dikwijls zoo kleingeestige
artisten dienstbaar te maken aan het groote
doel van zijn leven, de wederoprichting van
het Duitsche Rijk.
Bijna op hetzelfde oogenblik wordt het
bronnen-materiaal voor de geschiedenis van
den Fran8ch-DuitBchen oorlog met twee hoogst
belangrijke werken vermeerderd, één van
Fransche- en één van Duitsche zijde. Bij
Grote in Berlijn verscheen zooeven de Duitsche
vertaling van Hanotaux' De Regeering van
Thiers (die zooals men zich zal herinneren met
Bismarck de onderhandelingen over den vrede
voerde) en bij Cotfa in Stuttgart, de brieven
van Bismarck uit de jaren 1870/71 aan zijn
vrouw.
Uit zijn reeds vroeger gepubliceerde brief
wisseling en uit zijn autobiographic „Die
Gedanken u. ErinneriDgen" bleek reeds duidelijk,
hoe innig gelukkig het huwelijk van den
ijzeren kanselier met Johanna v. Puttkamer
is geweest. Bismarck was een liefhebbend
echtgenoot en vader. Voor zijn vrouw had hij
geen geheimen. Met haar onderhoudt hij op
al zijn dienstreizen een drukke briefwisseling,
en zegt daarin onomwonden, wat hem op het
hart ligt. Zij is geheel op de hoogte van de
geheimen en interna van zijn ambt, wel een
bewijs, dat Johanna v. Puttkamer een buiten
gewone vrouw moet zijn geweest.
Met welke ontzaglijke moeilijkheden
Bismarck te kimj in had, blijkt uit zijn
oorlogsbrieven aan zijn vrouw, waarin hij zijn
hart uitstort en zijn verontwaardiging lucht
over de haat en tegenwerking der „militairs".
Men kan uit deze briefwisseling duidelijk
opmaken, dat het in het hoofdkwartier lang
niet altijd „botertje tot boven aan den boom"
was. Bismarck heeft bijna iedereen tegen zich,
ook nu en dan den ouden Koning, die dan
de opinie van den General Stab is toegedaan.
Al dadelijk bij het begin van den oorlog
ergert de Minister-President zich in een van
uit Hamburg aan zijn vrouw verzonden brief
van 8 Aug. 1870 over de massa figuranten,
die overal, in den weg loopen, en de beste
plaatsen in beslag nemen
„Het is werkelijk ondraaglijk te zien, hoe
de vorstelijke toeschouwers alle plaatsen be
zetten, en Roon (den Minister van Oorlog) en
mij noodzaken, onze helpers achter te laten,
enkel en alleen, opdat deze toekijkende
Koninklijke Hoogheden met hun bedienden,
paarden en adjudanten een goede plaats
krijgen".
Over de militaire leiding der operaties is hij
lang niet goed te spreken. Den 17den Aug.
1870 schrijft hijDe 3e husaren, 13e
en 16e ulane en mijn arme geele kurassiers
(de Halberstadte kurassieren, waarbij Bismarck
la suite stond, hebben tengevolge van de
onzinnige en onmogelijke kavallerie-attacken, die
Voigts en Rheitz bevolen hadden, een derde
gedeelte van alle manschappen en meer dan
de helft van de officieren verloren De
leiding van de le en 2e armee laat veel te
wensohen over in het misbruiken van de
„todesmutige" dapperheid van onze man
schappen, alleen vuist, zonder hoofden niet
tegenstaande dit alles behalen wij de over-
winning
Den 12 September:De verstopte
inktbeek heeft mij verzwolgen vooral
met de verplegings-organisatie krijg ik het aan
de stok, tengevolge van de ongelooflijke
„Zopfigkeit" en ressort-naijver van de militairs,
vooral in den Generalen Staf, het post- en
vlaggenwezen. Als ik met zulk een ressort
warwinkel in den eivielen dienst zou moeten
huishouden, zou ik al lang als een granaat
gebarsten zijn. Hier denkt niemand er aan, of
het geheel er onder lijdt, ieder doet wat hem
bevolen wordt, en troost zich er over, als de
jongen, voor wien de vader geen handschoenen
wilde koopen. Voor den vijand louter helden,
maar achter hun schrijftafels een met de staarten
aan elkaar gegroeide nRattenkönig"
Den 22 November„Mij gaat het best, maar
ik ben dag en nacht aan het werk. Roon is
ziek van kwaadheid over de intrigues tegen
het bombardement der Parijsche forten. Dat
zal kwaad bloed zetten, wanneer het eens
bekend wordt, waarom onze goeie soldaten
zoolang in het granaatvuur moeten slapen, en
bekend zal het worden, want er zijn te veel
lui, die het gelooven. Of de koniDg het weet,
en duldt, oi misleid wordt, daarover zijn de
meeningen verschillend. Als er van een
komplot sprake is, zit het in den Generalen
Staf, die mij afgezien van den knappen ouden
Moltke, heeiemaal niet bevalt. Het succes is
hem //KaiserwahnsinDig" naar het hoofd ge
slagen, en dikwijls ben ik bang, dat zijn aan
matigende zelfoverschatting ons nog duur te
staan kan komen. Met Moltke's naam dekken
zich anderen. Hij zelf is oud geworden, en
laat den boel gaan, zooals het wil. Niet de
generaalsmaar de regimenten slepen ons er door.
Den 24 DecemberMein geliebtes Herz
Wat Roon'8 en mijn werk van maanden en
maanden niet vermocht, schijnt ten slotte de
storm in de Berlijnsche bladen in den Rijksdag
te zullen klaar spelen. Er is eindelijk kans
op een bombardement van Parijs, waarschijnlijk
nog vóór oudejaarsavond. Naar men zegt, i6
Moltke ook bekeerd, sedert hij anonyme ge
dichten ontving, waaruit bleek, dat zijn systeem
geen genade vond in het oog'der publieke
opinie. De roem van de leiding ligt in
den bewonderenswaardigen heldenmoed der
troepen, als het daar ook maar aan haperde,
zou geen van de leiders heden zich tegenover de
kritiek kunnen staande houden.
Historisch interessant is het feit, dat
Bismarck er aan gedacht heeft, Napoleon weer
op den Franschen troon te plaatsen. Op een
vraag van zijn vrouw„blijft het er bij, dat
eerste eisch bij de vredes-onderhandelingen
zal zijn „ewiges verbleiben von L. N.(apoleon)
auf Franzosen-Thron antwoordt haar man
„misschien wel", en aan zijn zoon Herbert
schrijft de vader over Napoleon
Overigens kunnen wij het meest partij trekken
vau een goedbehandelden Napoleon, en daar
komt het voor ons alleen op aan. Gode is de
wraak. De Franschen moeten in het onzekere
blijven, of zij hem terug krijgen, ja dan neen,
dan kibbelen ze des te meer. Het is niet onze
taak, hen eendrachtig te maken en tegen ons
te vereenigen.
De oudere lezers zullen zich waarschijnlijk
herinneren, hoe lang het geduurd heeft, vóór
het Duitsche leger tot het bombardement van
Parijs overging. Bismarck achtte het bombar
dement hoog noodig, Hoe JaDger het uitbleef,
destemeer kans was er, dat de vreemde
mogendheden zich met den strijd zouden
bemoeien, en hem zouden beletten, de vruchten
te plukken van den oorlog. Verklaarbaar is
daarom zijn woede in zijn brief van 28 Oct.
1870 over de beschuldiging „als zou hij de
zaken vóór Parijs bemoeilijken, en daardoor
schuld dragen aan den langdurigen oorlog"
„Er hangt boven de kwestie een intrigue,
uitgedacht door vrouwen, aartsbisschoppen en
geleerdenwelbekende hooge invloeden
moeten daarby dienst doen, opaat de lof van
het buitenland en de phrasen-bewierooking
niet verminderen mogen
Als onafhankelijk man voelt Bismarck zich
niet thuis in de hoflucht. Hoeveel moeite heeft
het hem gekost al de verschillende Duitsche
vorsten onder één hoed te vangen Ook zijn
oude meester was aanvankelijk voor het
keizerplan niet te vinden.
Den 1 October schrijft Bismarck„Gisteren
vierden wij Hare M.(ajesteits) verjaardag met
felicitatie smorgens om half 10, vervolgens
opgeprikt diner met alle prinsen en ridderorden
zoo iets is erg vermoeiend, omdat ik met de
heeren bedachtzaam en hoffelijk moet praten'*»
22 October„Delbrück, Bennigsen, Koning,
brieven, telegrammen lezen en schrijven, en
dan de heeren van het militair maken het
me erg moeilijk. Zij willen zich met mijn
werk bemoeien, bederven den boel, en ik ben
er voor verantwoordelijk". 16 November
er spoken zooveel verschillende vorstelijke
phantastische plannen over Duitschland in
net hoofdkwartier rond, dat ik Z. M. niet
alleen kan laten ik zie bijna niemand
als onze raden van het ministerie, kanselary-
boden, dan koning by het rapport en