ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. Dinsdag 30 December 1903. Patent-Oliejasseu. J. DE GRAAF Cz., NIEUWSTIJDINGEN. (Z i e r i Is. zeesclie Courant). Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prijs por 3 maanden is f 1,30, franco per post f 1,60. Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending eens per week, f 10,per jaar. 59ste JAARGANG. - No. 7789. Dlreotour 1 A. JT. DE LOOZE. Redacteuren: A. FRANKEL. J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws. Advertentiënvan 13 regels 30 Cts. meerdero regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des Maandags, Woensdags en Vrijdags middags 12 ure bezorgd worden. Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend. Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Schuithaven, Zierikzee. Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. Fhünkkl, Meelstraat 386, Zierikzee. RECLAMES. 15 regels 'rf'ö cta. Elke regel meer 12> cts. Poststraat C 103, in Nieuwjaarswenschen. Wij herinneren onsen lezers, dat de gebruikelijke Nieuwjaarswenschen voor den prijs van 35 cts a contant in ons blad worden opgenomen. Het no. van 1 Januari 1003 wordt des Donderdagsmorgens hier ter stede bezorgd, terwijl wordt zorg gedragen dat dit op dien morgen door geheel Schouwen-Duive- landTholcnGoes enz. kan ivorden ontvangen. De inzending der advertentiënvoor dat no. bestemdkan geschieden tot Woensdag 31 December, uiterlijk des namiddags 2 ure. B E K E NDMAKING Nationale Militie. De BURGEMEESTER on WETHOUDERS der Gemeente Zierikzee, gelet op de Militiewet 1901 maken bekend: 1°. dat het register van inschrijving voorde lichting van de Nationale Militie van 4904 van de bieronder bedoelde personen, die in 1884 zijn geboren, zal gereed liggen op de gemeente-secretarie allo werkdagen, van den lsten tot en met den 3 lsten Januari 1903. van des voormiddags 9 tot des namiddags 1 ure en van des namiddags 2 tot 4 ure; 2°. vestigen de aandacht van belanghebbenden op de volgende bepalingen van boven genoemde wet: Art. 13. Voor de militie wordt ingeschreven: 1°. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, die binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België verblijf houdt; 2°. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, wiens vader, moeder of voogd binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België woon plaats heeft 3°. ieder meerderjarig mannelijk Nederlander, die binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België woonplaats heeft; 4°. ieder mannelijk ingezetene niet-Nederlander, zoo hij op den lsten Januari van hot jaar liet 19ie levensjaar was iiifig-etrerten en niet verkeert in een der bij art. 15 omschreven gevallen. Iugezetene is, voor de toepassing van het bepaal ie hierboven onder 4°.: A. de binnen het Rijk verblijf houdende minderjarige niet-Nederlander: o. wiens vader, moeder of voogd binnen het Rijk woonplaats heeft en haar gedurende de vooraf gaande achttien maanden in het Rijk of de koloniën of bezittingen des Rijks in andere werelddeelen gehad heeft; b. van wiens ouders de langstlevende bij zijn of haar overlijden in het hierboven onder a omschreven geval verkeerde, al verkeert zijn voogd niet in dat geval of al is deze buiten 's lands gevestigd; c. die door zijn vader, moeder of voogd verlaten is, of die ouderloos is of in wettelijken zin geen vader of moeder heeft en van wien niet bekend is dat hy een voogd heelt, indien hij gedurende de voorafgaande achttien maanden in het Rijk verblijf gehouden heeft; B. de meerderjarige niet-Nederlander, die binnen het Rijk woonplaats heeft en haar gedurende de vooraf gaande achttien maanden in het Rijk o! de koloniën of bezittingen des Rijks in andere werelddeelen gehad heeft. Voor minderjarig wordt voor de toepassing van het bepaalde hierboven onder A gehouden hij, die minder jarig is in den zin der Nederlandsche wet. Voor meerderjarig wordt voor de toepassing van het bepaalde hierboven onder B gehouden hij, die meerderjarig is in den tin van voormelde wet. Art. 14. De inschrijving geschieit: 1". van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 1°.: zoo hij binnen het Rijk verblijf houdt en zijn vader, mosder of voogd aldaar woonplaats heeft, in de gemeente der woonplaats van vader, moeder of voogd zoo hij binnen het Rijk verblijf houdt en zijn vader, moeder of voogd elders dan binnen het Rijk woonplaats heeft, in de gemeente, waar hij verblijf houdt; zoo hy door zijn vader, moeder of voogd verlaten is, ouderloos is of in wettelijken zin geen vader of moeder heeft en het niet bekend is dat hij een voogd heeft, in de gemeente, waar hij verblijf houdt zoo hij in het Duitsche Rijk verblijf houdt, in de gemeente Amsterdam zoo hij in het Koninkrijk België verblijf houdt, in de gemeente Botterdam; 2®. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 2°.: zoo zijn vader, moeder of voogd woonplaats heeft binnen het Rijk, in de gemeente der woonplaats van vader, moeder of voogd; is de woonplaats van vader, moeder of voogd in het Duitsche Rijk, in de gemeente Amsterdam; is zij in het Koninkrijk België, in de gemeente Botterdam 3°. van hem, bedoeld iu art. 13, eerste zinsnede 3°.: zoo hij woonplaats heeft binnen het Rijk, in de gemeente zijner woonplaats; zoo hij woonplaats heeft in het Duitsche Rijk, in de gemeente Amsterdam; zoo hij woonplaats heeft in het Koninkrijk België, in de gemeente Rotterdam; 4°. A. van h 'm, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 4°., indien hij minderjarig is: zoo hy verkeert in het geval, in de tweede zin snede van dat artikel onder Aa omschreven, in de gemeente, waar zijn vader, moeder of voogd woonplaats heeft; zoo hij verkeert in het geval, in die zinsnede onder Ab omschreven, in de gemeente, waar zijn voogd woonplaats heeft; is de woonplaats van dezen buiten 's lands, dan geschiedt de inschrijving in de gemeente waar de minderjarige verblijf houdt; zoo hij verkeert in een der gevallen, in even- bedoelde zinsnede onder Ac omschreven, in de gemeente waar hij verblijf houdt; B. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 4°, indien hij meerderjarig is: in de gemeente, waar hij woonplaats heeft. De in de vorige zinsnede als plaats van inschrijving aangewezen gemeente is die, waar het verblijf of de woonplaats gevestigd is of was op den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin de in te schrijven persoon het 18de levensjaar volbracht, tenzij het ieir.and geldt, wiens inschrijving te Amsterdam of te Rotterdam moet geschieden wegens verblijf of woonplaats onder scheidenlijk in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België. Art. 15. Voor de militie wordt niet ingeschreven: 1°. de ingezetene niet-Nederlander, die bewijst te behooren tot een Staat, waar de Nederlanders niet aan de verplichte krijgsdienst zijn onderworpen of waar ten aanzien van den dienstplicht het beginsel van wederkeerigheid is aangenomen; 2®. hij, die bewijst in de koloniën of bezittingen des Rijks in andere werelddeelen verblijf te houden of woonplaats te hebben, al heeft zijn vader, moeder, voogd of curator woonplaats binnen het Rijk. Art. 16. Hij, die volgens art. 13 behoort te worden ingeschreven, is verplicht zich daartoe bij Burgemeester en Wethouders der gemeente, waar volgens art. 14 de inschrijving moet geschieden, aan te geven tus^clien <1 en lsten en «loii 31sten Januari van liet jaar, volgende op dat, waarin liy liet 18iJe levensjaar volbracht. Bij ongesteldheid of afwezigheid van hem, die zich ter inschrijving moet aangeven, alsmede in een der gevallen, hierna in de vierde zinsnede omschreven, rust de ver plichting tot het doen der aangifte: indien het een minderjarige betreft, op zijn vader, moeder of voogd; indien het een meerderjarige betreft, die onder curatele gesteld is, op zijn curator. De verplichting van vader, moeder of voogd geldt evenwel slechts zoo hij of zij binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Konink rijk België woonplaats heeft. Behoudens de uitzonderingen bij de volgen le zinsnede gemaakt, rust de zorg voor het doen der aargifte uit sluitend op den in te schrijven minderjarige: indien zijn vader, moeder of voogd niet binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België woonplaats heeft; indien zijn vader of moeder of beiden de ouderlijke macht missen indien hij door zijn vader, moeder of voogd verlaten is; of indien hy ouderloos is of in wettelijken zin geen vader of moeder hetft en het niet bekend is dat hy een voogd heeft Hij, die door de bestuurders, in art. 22 vermeld, ter inschrijving moet worden opgegeven of die in dienst is bij de zeemacht; de marine-reserve en het corps mariniers hieronder begrepen, bij het leger hier te lande of by de koloniale troepen, is tot het doen van de aangifte niet verplicht. Voor hem of haar, die tot het doen der aargifte ver plicht is, kan de aangifte geschieden door een ander, daartoe schriftelijk gemachtigd. De volmacht blijft onder Burgemeester en Wethouders berusten. De wijze, waarop van de gedane aangifte moet blijken, wordt door Ons bepaald. Art. 18. Voor de militie wordt ook ingeschreven of wordt opnieuw ingeschreven: 1°. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en \óór het iutreden van het 21ste levensjaar zijn verblyf binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België gevestigd heeft; 2°. ieier minderjarig mannelijk Nederlander, wiens vader, moeder of voogd na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin de minderjarige het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van diens 21ste levensjaar zyne of hare woonplaats binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België gevestigd heeft; 3°. ieder mannelijk minderjarige, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht en vóór het intreden van het 21ste levensjaar Nederlander of opnieuw Nederlander is geworden, zoo hij in een der hier boven onder 1°. omschreven gevallen verkeert, of wiens vader, moeder of voogd verkeert in een der gevallen, hierboven onder 2®. omschreven; 4°. ieder meerderjarig mannelijk Nederlander, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van het 21ste levensjaar zijne woonplaats binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninklijk België gevestigd of er woonplaats ver kregen heeft; 5°. ieder mannelijk meerderjarige, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van het 21ste levensjaar Nederlander of opnieuw Nederlander is gewoiden, zoo hij in een der hierboven onder 4°. omschreven gevallen verkeert; 6°. ieder mannelijk niet-Nederlander, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het iutreden van het 21ste levensjaar ingezetene of opnieuw ingezetene is geworden in den zin der tweede zinsnede van art. 13. Hierbij gelden de laatste zinsnede van dat artikel en art. 15. Ten aanzien van de gemeente, waar de inschrijving of de inschrijving opnieuw moet geschieden en van de verplichting tot het doen van aangifte ter inschrijving of ter inschrijving opnieuw gelden eerste zinsnede van art. 14 en de laatste v.j.' ziusnedcTf art. 16. De aangifte ter inschrijving of ter inschrijving opnieuw van hem, die volgens de eerste zinsnede van dit artikel moet worden ingeschreven, geschiedt binnen dertig dagen na het verkrijgen of, werd hij reeds vroeger ingeschreven doch van het register afgevoerd, na het terug erlangen van het Nederlanderschap of van het ingezetenschap, of na de vestiging van verblijf of de vestiging of het verkrijgen van woonplaats binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België. De inschrijving geschiedt in het register betreffende de lichting van het jaar, waartoe de in de eerste zinsnede van dit artikel bedoelde persoon volgens zijuen leeftijd behoort. Art. 166. Met boete van ten minste vijftig cents en ten hoogste f 100 wordt gestraft de overtreding van de artt. 16, 18 eu 22. Zierikzee, den 29 December 1902. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, CH. W. VERMEIJS, Burgemeester. JAN SNELLEN, Secretaris. BEKENDMAKING. De BURGEMEESTER van Zibrikzfe brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de Secretarie der gemeente op den aanstaanden Nieu w j aarsdag; zal zijn gesloten, met uitzondering van des middags 12 tot 's namiddags 12'/i uur, voor het doen van aan giften, den Burgerlijken Stand betreffende. Zierikzee, den 29 December 1902. De Burgemeester voornoemd, CII. W. VERMEIJS. Beschrijvingsbiljetten voorden Hoofde- lijken Omslag, dienstjaar 1903. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee; Gelet op artikel 9 der Verordening op de heffing van een hoofdelijken omslag in deze gemeente, van den 16 September 1901 Maken bekend: dat de beschrijvingsbiljetten voor die belasting over het dienstjaar 1903 vóór Januari e.k. zullen worden uitgereikt en binnen drie weken na de uitreiking zullen worden teruggehaald. Zij herinneren voorts de belastingplichtigen aan het voorschrift der Verordening, dat zij, wier biljetten binnen voornoemden termijn niet zijn teruggehaald, verplicht zijn hunne biljetten uiterlijk acht dagen na het verstrijken van dien termijn ter Secretarie te bezorgen. Zierikzee, den 29 December 1902. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, CH. W. VERMEIJS, Burgemeester. JAN SNELLEN, Secretaris. Zuid-Afrika» Durban, 26 Dec. De Britsche kruiser »Good Hope" met den heer en mevrouw Chamberlain aan boord, is in den vroegen morgen vóór de haven alhier aangekomen en ging om 10 minuten over half 6 voor anker. De landing van don minister van koloniën, verwacht tegen half 9, vond door het on gunstige weder, eerst plaats om half 11. De reis is over het geheel niet voorspoedig geweest en de minister zag er slecht uit. Onmiddellijk na de landing hield hij een revue over de eerewacht en van de zijde der bevol king werd hij geestdriftig begroet, terwijl verschillende muziekkorpsen zich deden hooren. Door den gouverneur en de voornaamste hoogwaardigheidsbekleders werd de minister verwelkomd. Aan de vensters van het stad huis, waar de eigenlijke ontvangst plaats vond, stonden de belangstellenden opgepropt en onder een donderend gejuich en het wuiven met hoeden, wandelstokken en zakdoeken, trad de minister het gebouw binnen. Aan het banket van 300 couverts, door hem aan geboden, werd de minister begroet door den burgemeester van Durban en, toen alle gasten opgestaan waren, hield de minister een rede voering, waarin bij o. a. zeide »Twee trotsche verwante volkeren kwamen naar Zuid-Afrika om daar te blijven. Tusschen zulke volkeren was naijver onvermijdelijk en de strijd om de overheersching moest uit gestreden worden. De oorlog was onafwend baar; nu echter de strijd beslist is, behoort het Britsche volk de overheerschende natie te zijn". Chamberlain bracht een eeresaluut aan de Boeren en vervolgde: »Zij behoeven zich niet vernederd te gevoelen door hun neder laag. Laten wij trachten niets te doen, dat de oude vijandschap kan herlovendigenwij moeten hun gelijke rechten geven en hun vragen onze uitgestoken hand zonder achter docht te vatten. Chamberlain hoopt een verzoening tot stand te brengen met de hulp van de voorgangers van de Boeren, in het bizonder van hun geestelijke voorgangera. Hij komt met verzoenende bedoelingen, maar ook met vaste voornemens. Hij hoopt, dat spoedig aan de nieuwe koloniën zelfbestuur kan worden gegeven, doch het zou een zeer groote fout zijn dit voorbarig te doen. De generaals Botha en De la Rey worden Woensdag a.s. te Kaapstad verwacht, van waar zij zich rechtstreeks naar Pretoria zullen begeven, om er minister Chamberlain te ontmoeten. Iq de wtstelijke provinciën van de Kaapkolonie heerscht een ondraaglijke hitte. Drie Europeanen zijn op straat doodgebleven. Aan de Standard wordt uit Port Louis geseind, dat het transportschip »Danera" aldaar is aangekomen met 1022 Boeren- gevangenen aan boord, bestemd te Durban te worden aan wal gezet. Amerika. Uit Amerika komen zeer treurige berichten omtrent de wijze, waarop de nieuwe wet op de emigratie wordt toegepast. Alle tusechen- dekspassagiers, die te New-York aankomen, worden onderworpen aan een zeer streng onderzoek en ieder, die naar het oordeel van den immigratie-commissaris niet geschikt is om te landen, wordt in een celgevangenis op Ellis-Island opgesloten totdat er scheeps gelegenheid komt om hem terug te voeren. In deze gevangenis worden da ongelukkige immigranten, volgens de berichten in Duitsche bladen, behandeld als de ergste misdadigers. Een groot aantal personen, die zich reeds lang in Amerika een goed bestaan hadden verworven en hunne ouders, kinderen of bloedYorwanten lieten overkomen moesten het aanzien, dat hun lieföte betrekkingen van hen werden gescheiden en naar de verschrik kelijke gevangenis te Ellis-Ieland werden gevoerd. Sedert de immigratie-wet in toe passing werd gebracht, werden reeds 500 personen teruggezouden, terwijl nog 700 personen op Elli6-Isiand hun vonnis verbeiden. Tusschen bloedverwanten, die op deze wijze worden gescheiden, ziet men bij het afscheid aangrijpende tooneelen afspelen. Van de 707 tusschendekspasaagiers, die op het stoomschip »Kroonprinz Wilhelm" werden aangevoerd, moesten ODgeveer 10 procent weder terug- keeren. Zoo ziet men, hoe de inzichten der men- schen veranderen met de toestanden. Vroeger, toen Amerika nog dun bevolkt was, en zijn rijke bodem op ontginning wachtte, werd door de regeering der Unie alles gedaan om landverhuizers aan te lokken, op dezelfde wijze als dit thans nog door sommige Zuid- Amerikaansche republieken geschiedt. ThaDs, nu ook Amerika langzamerhand aan de kwalen der overproductie eenerzijds en die der werkloosheid anderzijds begint to lijden, tracht men het land zooveel mogelijk af te sluiten voor nieuwe werkkrachten. Men begon met de immigratie der Chineezen te beperken, thans zijn de Europeanen aan de beurt. Belgis- Brussel, 27 Dec. De Petit Bleu publiceert een onderhoud, dat zijn bizondereo corres pondent te Genève had met den heer André Giron. Deze verklaarde, indertijd te Brussel te hebben vernomen, dat de betrekking van gouverneur over de kinderen van den Saksischen kroonprins vacant was, naar welke betrekking hij door tusschenkowst van den Duitscheu gezant solliciteerde. Hij had toen prinses Louise nooit te voren gezien. Zijn intimiteit met haar is, zoüder dat hij 't zich goed bewust was, langzamerhand ontstaan. De kroonprins bedroog zijn eebtgenoote nooit, doch was zeer ruw en hard voor baar en bedroefde haar vaak door 't brutaalste geweld. André Giron beschouwde de prinses als van een onafhankelijken, doch volstrekt niet excentrieken aard. nMijn betrekkingen met de prinses", zeide hij, werden aan 't dag licht gebracht door de grootmeesteresse van het Saksische hof, madame De Fretic, die mij j er toe wist te bewegen, zonder meer te ver- 1 dwijnen, en die koning Albert verzocht prinses Louise te beletten mij te volgen, zooals zij verklaard had te zullen doen. Den 14den November vertrok ik naar Brussel. De prinses begaf zich volgens een vooruit door ons opge maakt plan den 9en December naar Salzourg en vervolgens naar Müochen. De broeder der prinses, aartshertog Leopold Ferdinand, heeft mij daarop persoonlijk getelegrafeerd, mij te zullen helpen, om mij bij zijn zuBter te voegen. Den 12en December hebben de aartshertog en do prioses het kasteel van Salzburg langs een geheime trap verlaten en zich naar de wachtkamer derde klasse van het spoorweg station begeven. Zij zijn van daar naar Ins- brück en vervolgens naar Zürich gegaan waar ik mij bij hen heb gevoegd. Ik heb beproefd het vermoeden op te wekken, dat wij te Brussel waren, en tal van personen van 't Saksische hof zijn naar de Belgisch J hoofdstad gekomen met doel ons op te sporen. Zelfs vandaag nog heeft de Duitsche regeeriDg beproefd, te bewerken, dat de prinses over de Zwitserscho grenzen zou worden gezet, doch de Bondsraad heeft geweigerd. Een duel heeft tusschen den kroonprins en aartshertog Leopold Ferdinand plaats gehad. Het Saksische hof heeft de bewijzen van niijne betrekkingen met prinses Louise in handen en het is daar bekend, dat ik de vader ben van het kind, dat weldra geboren zal worden. Het hof weet dit door een brief van mijn hand, welke brief onderschept werd. In ieder geval houdt mijn roman met prinses Louise geen enkel verband met dien van aartshertog Leopold Ferdinand en mademoiselle Adamovics. Deze dame is nooit danseuse of actrice geweest, doch stamt uit eene zeer goede Hongaareche familie. Op 't oogenblik houden zij en de aartehertog te Montreux verblijf. Nederland. Assen, 27 Dec. Onlangs is gemeld, dat te Gramsbergen het volgende geval zich had voorgedaanEen paartje zou in ondertrouw worden opgenomentoen men goed en wel met de plechtigheid was begonnen, verscheen de rijkspolitie, om den pantalon, welken de bruidegom aan had, in beslag te nemen. Deze was genoodzaakt, dat kleediDgstuk uit te trekken, en daar in négligé gevoegelijk niet met de plechtigheid kon worden voortgegaan, leende de burgemeester hem een anderen pantalon. Yoor de rechtbank alhier is nu tegen den bruidegom, Jan II., uit de Krim, wegens bet wegnemen van den pantalon uit den winkel van Alsters te Coevorden, 3 maanden ge vangenisstraf geëischt. Zaandam, 27 Dec. De heden door Burgem. en Weth. gehouden verpachting der kermis- standplaat8en 1903 heeft opgebracht f 4593,07, tegen f 2833,875 voor het loopende jaar. Stoomcaroussel f 2827, wed. Xbafflaire; byppodrome f 575W. Overmeertwee draaimolens f 76,76 en f 431,025, J. Appel en I. Yermolcnbioscope f 257,50, Gebrn. Alberts; beignetskraam f 425.7S5, Cb. Consael. De mr. brood- en koekbakker D J. A. is plotseling in hevige mate krankzinnig geworden. Als oorzaak wordt genoemd eene kwestie die hij met zijn personeel kreeg over weigering om op één der Kerstdagen te bakken. Toen de patroon daarop zelf aan den arbeid wilde gaan, ontdekte hij, dat het meel on bruikbaar was gemaakt. Dit is althans de algemeene lezing van het geval. Noordwijk, 26 Dec. Woensdagavond ongeveer elf uur geraakte tusschen Zaud voort en deze gemeente bij den 4den paal de stoomtrawler »Ostende No. 150", welke door het onklaar worden van het kompas en door den mist uit den koers waB geraakt, op een der banken vast. De bemanning bestond uit tien koppen, waarvan twee met een bootje naar wal roeiden om hulp te gaan zoeken. Op dien tocht geraakte het bootje vol water, zoodat zij druipnat, hal/ door de zee loopende, aan wal kwamen. Eén van de twee bleef bij het bootje, en de ander ging de duinen in om te zien of hij ook een huis kon vinden. Op dien tocht geraakte hij verdwaald. Eerst tegen den ochtend werd hij aangetroffen door 1 een jachtopziener, door wiens bemiddeliog bij tegen 10 uur in den voormiddag aan het I politie-bureau werd gebracht. Aldaar aan- gekomen, is hij terstond onder geneeskundige behandeling moeten gesteld worden, wijl hij I hevige krampen kreeg, op last van den ge neesheer moest hij terstond naar bed. De andere persoon, die tegen ongeveer half twaalf uur zich aan het politie-bureau ver voegde, moest eveneens op last van den geneesheer naar bed, daar ook hij aan krampen leed eu koortsachtig was. Beiden verblijven aan het politie-bureau. Donderdagnamiddag ongeveer 1 uur ia de bemanuing van de boot gehaald door een vlet van één der sleepbooteD. De stoomtrawler ligt op zijn kant en zal vermoedelijk niet meer vlot komen. 's-Gravenhage, 28 Dec. Do relletjes, die in do laatste weken 's avonds herhaaldelijk voorkwamen, tengevolge van het colporteeren vau socialistische geschriften door de bekende

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1902 | | pagina 1