ZIERIKZEESEHE
NIEUWSBODE.
Donderdag 26 Juni 1902.
(Z i e x* i li. z e e s c li e
Courant).
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco por post
f 1,60.
Noord-AmorikaTransvaalIndië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
58ste JAARGANG. No. 7709
Dlreoteur A. J. DE LOOZE.
A. FRANKEL.
Redacteuren:
J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws.
Ad verten tien, van 13 regels 3( l'ta.
meerdere regels 10 Cts.kunnen uiterlijk tot des
Maandags, Woensdags en Vrijdags middags
12 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaateruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. FitaNKEL, Meelstraat 386, Zierikzee.
Het 54ste Nederlandtch Landhuiihoud-
kundig Congres te Zierikzee.
Reeds wapperden Maandagavond uit tal
van wonirgen en ook van de openbaro i
gebouwen onze driekleur, toen wij ons naar
hot stadhuis begaven, tot bijwoning voor de
receptie der Congresleden, waarvan er reeds
velen bier waren. In de ruime trouwzaal
gekomen, werden wij onmiddellijk aangenaam
getroffen door een zee van licht, die ons uit
de fraai gerestaureerde tot haar oorspronkelijken
stijl, Louis XV, teruggebrachte raadzaal
tegenschitterde. Onze stadgenoot, de schilder
De Vos, heeft eer van zijn werk. Toen het
tijdstip der ontvangst gekomen was, namen
wij in de zaal der vroede vaderen ons oud
plaatsje weer in, dat wij voor dezen keor
met een aantal collega's van elders broeder
lijk moesten deelen. Ruim acht uur werden
de Congresleden, die do raadszaal en ook een
deel van de trouwzaal vulden, door den
burgemeester, den heer Ch. W. Vermoya,
namens het gemeentebestuur welkom geheeten.
Met grobte ingenomenheid begroet de bevolking j
het Congres zeide spr. vooral omdat
het ons allen hoogst aangenaam is, dat hier
in het centrum van een streek waar de land
bouw op een hoog standpunt stiat, de
belangrijke vraagstukken betrekkelijk den
landbouw besproken worden. Spreker herinnert
er aan, dat reeds in 1874 Zierikzee het voor
recht van een Congres genoot. Zij, die er
aan deelnamen, namen toen van deze streek
een gunstigen indruk mede, en beloofden hier
terug te komen. Het heeft heel lang geduurd,
voor die belofte in vervulling kwam, maar
zij is dan toch verwezenlijkt. Hartelijk welkom
zijt gij ons allen. Ik drink op het welslagen
van het 54ste Landhuishoudkundig Congres
(applaus).
Nadat de eerewijn was aangeboden, bracht,
uit naam van het Congrcsbestuur, de heer
P. J. A. de Bruine aan het gemeentebestuur
dank voor zijn vriendelijke ontvangst. Wel
was, zeide deze spreker, de herinnering aan
het in 1874 alhier gehouden Congres bij
de meeste hier aanwezige Congresleden niet
in hot geheugen, maar in de annalen van
het Congres staat het opgeschreven, dat het
Congres toen goed geslaagd is. Ook dit
Congres belooft veel. Reeds aan den voor
avond er van zijn tal van leden hier aanwezig.
Zij zullen van de hier aangeboden vriendelijke
ontspanning gaarne en dankbaar gebruik
maken. Ten slotte, zinspelend op den vroegeren
staat van isolement van deze streek, hoopte
spreker, dat Zierikzee zich daaruit zal weten
op te heffen om te komen tot haar vroegeren
luister. Met een dronk op den groei en bloei
van Zierikzee werd het gesprokene beklonken.
Nadat men nog een korte wijle in de
stampvolle, snikheeto raadszaal vertoefd had,
toog men naar het concert van het muziek
gezelschap »Kunst en Eer", dat den Congres
leden in den tuin van den heer Yerwer door
de sociëteit »Ons Genoegen" welwillend was
aangeboden. liet concert was druk bezocht,
en voldeed bij uitstek.
Dinsdagochtend werd in de met vlaggen
versierde zaal van hot »Hótel De Weerd"
onder grooten toevloed van leden van het
54ste Nederlandsch Landhuishoudkundig Con
gres door den voorzitter, den heer Ch. W.
Vermoys, met een rede geopend.
Eorlijk wil ik het bekennen zoo zeide
hij o. m. dat ik gaarne gezien had, dat
deze plaats door een meer bevoegde, door één
der toongevers op het gebied van den land
bouw ware ingenomen, omdat ik mij volkomen
bewust ben van do moeilijke taak, die op
den voorzitter van deze ernstige en gewichtige
vergadering rust, te moeilijker, wanneer men
zich zelf een leek weet in landbouwzaken.
Spr. deed daarbij een beroep op aller samen
werking tot bereiking van het schoone doel:
het bevorderen der belangen van den nationalen
landbouw door onderling overleg en aaneen
sluiting. Vervolgens sprak de voorzitter aller
vreugde en dank uit over het voor gansch
Nederland zoo heuglijke feit, dat Ilare
Majesteit onze dierbare en geëerbiedigde
Koningin van do zeer ernstige en gevaarlijke
ongesteldheid, waaraan H. M. lijdende was, j
is hersteld. Hij stelde voor, om namens het
Congres aan II. M. de Koningin een telegram
te zenden, waarbij aan II. M. de vreugde
wordt betuigd over H. D.'s herstel, en de
hoop wordt uitgesproken, dat H. M. thans in
het buitenland volkomen herstel van krachten
zal mogen vinden. Daarop riep hij allen het
welkom toe in deze oude stad, waarheen gij,
om het doel van bet Congros te bevoideren,
van verre en van nabij gekomen zijt, welkom
in een streek, waar de landbouwer over het
algemeen op een hoogen trap van ontwikkeling
staat, en waar dus begrepon kan worden en
ook gewaardeerd wordt, wat het Congres
beoogt, en wat bet tracht te boreiken. De
gemeente Zierikzee, de proviocio Zeeland en
enkele particulieren hebben door hot verleenen
van ruime bijdragen voor het welslagen van
het Congres metterdaad het bewijs goleverd,
dat men volkomen doordrongon is van het
feit, dat er steeds meer behoefte bestaat om
op landhuishoudkundig gebied veel te onder
zoeken, teneinde de vruchten van dat gestadig
onderzoek in het belaDg van den landbouw
in praktijk to kunnen brengen. Sedert het
Congres van 1874 is hier veel veranderd, ook
op landbouwgebied. Was destijds reeds door
het vinden van een surrogaat ter vervanging
van de meekrap de vraag en de prijs minder,
en daardoor de verbouw van dit gewas sterk
achteruitgaande, later werd de toestand belang
rijk minder gunstig, en de prijs nog veel
wisselvalliger, tengevolge waarvan do verbouw
dan ook allengs nog meer verminderde, en
men dien eindelijk, om zoo te zeggen, geheel
opgaf. Successievelijk verdwenen de meestoven
en thans vindt men nog slechts op zeer
enkele plaatsen in onze eilanden een meestoof,
als om het tegenwoordig geslacht in herinnering
te brengen de groote wol vaart, die hier
vroeger door de meekrap alom heerschte. Het
spreekt vanzelf, dat de landbouwer zich toen
meer heeft toegelegd op den verbouw van
andere meer loonende gewassen, en bovendien
andere bronnen van welvaart moest gaan
zoeken. Meer dan daarvoor heeft hij zich toen
dan ook toegelegd op het mesten van vee en
het veredelen en verbeteren van het paardenras,
en nog steeds blijft men zoeken naar meerdere
bronnen van welvaart. De verbetering der
verkeersmiddelen, die in de laatste jaren is
tot stand gekomen, tengevolge waarvan het
isolement van deze streek is opgeheven, en
waardoor het ook aan onze eilanden is mogelijk
gemaakt om producten en vee ter wereld
markt te brengen op tijden, waarop daaraan
vroeger niet te denken viel, zal hem daarbij,
naar wij hartelijk hopen, in niet geringe mate
behulpzaam zijn.
Ook in de Congressen zelve is sedert veel
veranderd. Wanneer men de agenda van het
in 1874 gehouden Congres opslaat, vindt men
daarop 48, meest zeer belangrijke onderwerpen
aan de orde gesteld Het behoeft echter zeker
wel geen betoog, dat, hoe belangrijk deze
onderwerpen ook waren, daaraan onmogelijk
die aandacht kon worden gewijd, en die tijd
kon worden besteed, die er voor beschikbaar
behoorde te worden gesteld om de vragen
grondig te onderzoeken en te behandelen, en
dat als noodzakelijk gevolg daarvan dan ook
verschillende vraagpunten öf buiten behandeling
moesten worden gelaten, of niet met dien
ernst konden worden behandeld, dat met
grond mocht worden verwacht, dat het resul
taat der besprekingen vruchten voor de
praktijk zoude afwerpen.
Daarom zal een ieder het met mij to juichen,
dat men langzamerhand er toe is overgegaan
om een meer bescheiden agenda op te maken,
waardoor de behandeling der zaken in belang
rijkheid zeer veel heeft gewonnen. Dit zal
ook nu het geval zijn. Spr. wjjst op het
vraagpunt omtrent de werking der nieuwe
boterwet en der daarmede in nauw verband
staande vraag betreffende de rijkscontrole op
de bereiding vaD boter en margarine. Beide
onderwerpen komen hem voor in booge mate
belangrijk te zijn, zoowel voor den landbouwer
als voor den handel. Wanneer h-1 toch waar
is, dat de boterwet, door welke oorzaken dan
ook, in haro werking niet aan de gestelde
eischen of de van haar gekoesterde ver
wachtingen voldoet, of om andere redenen
herziening vereischt, en de invoer van Neder-
landsche boter in het buitenland groote moei
lijkheden ondervindtdie door 's rijks
tusschenkomst kunnen worden opgeheven, en
waardoor het voor Nederland mogelijk zal
zijn met dit product op de wereldmarkt to
concurrcoron, dan zijn deze beide onderwerpen
der behandeling overwaard. Voorts wijst do
voorzitter op het vraagpunt der vertegen
woordiging van den landbouw. Dit hoogst
belangrijk onderwerp, dat reeds herhaalde
malea op de landhuishoudkundige congressen
is ter sprake gebracht, en waarvoor hij ver
wijst naar het door mr. A. Ferf uitgegeven
»Kort overzicht van hetgeen op de landhuis
houdkundige congressen omtrent landbouw-
vertegenwoordigirg is behandeld", is naar
sprekers meening een onderwerp, waaromtrent
bet zeer wenscholijk was, dat men op dit
Congres tot overeenstemming kon geraken.
Op opvolgende Congresssen toch is het Dut
en de wenscbelijkheid eener vertegenwoordiging
van den landbouw om vele eu verschillende
redenen vrij algemeen erkend, maar liepen
omtrent de organisatie de pieoningen steeds
weer uiteen. Thans dient dus ook met ernst
gepoogd om op dit Congres omtrent do
organisatie tot eenstemmigheid te komen,
opdat daarna die maatregelen zullen kunnen
worden genomen, die kunnen leiden tot bereiken
van het nagestreefde doel.
Uit deze enkele grepen blijkt, dat de agenda
hoogst belangrijk istevens zal bij het lezen
dor prae-adviezen gebleken zijn, dat veel
inspanning des geestes van het Congres zal
worden gevorderd. Daarom heeft het bestuur
getracht do leden na inspannenden arbeid ook
eenige ontspanning te bereiden.
Vervolgens brengt spreker een woord van
dank tot de verschillende heeren, die hebben
medegewerkt aan do voorbereiding van liet
Congres.
Met den oprechten wensch, dat de arbeid
goede vruchten moge voortbrengen, verklaarde
de voorzitter het 54ste Nederlandsch Land
huishoudkundig Congres geopend.
Na deze warm toegejuichte openingsrede
deed de voorzitter verschillende mededeelingen,
o. a. dat de Minister van Waterstaat, Handel
en Nijverheid en do directeur-generaal, chef
der afdeeling landbouw aan voornoemd depar
tement, het Congres hoopten bij te wonen en
aan het diner zouden deelnemen en dat de
Minister van Binnenhndsche Zaken en do
Commissaris der Koningin van Zeoland door
ambtsbezigheden verhinderd waren.
Aan Prins Hendrik wordt onder toejuiching
der vergadering wegens zijn belangstelling in
den landbouw op voorstel van den voorzitter
het beschermheerschap van de Vereeniging
het Landhuishoudkundig Congres aangeboden.
In het geheel zullen op dit Congres een
tiental vraagpunten behandeld worden, waar
van voor heden een vijftal aan d» orde komen.
Het eerste vraagpunt: Welke waarde hebben
tegenwoordig de verschillende motoren voor
den landbouw, wordt ingeleid door den heer
J. de Koning van 's-Gravenhage, die, na den
aard, het doel en het nut van windmotoren,
ontploffingsmotoren en electromotoren uiteen
gezet te hebben en de hooge vlucht geschetst
te hebben die de gasmacbine-induatrie door
het goedkoope, zelf te maken werkgas, genomen
heeft, tot de conclusie komt dat veelal do
windmotoren een nuttige, meer beperkte,
plaats in het landbouwbedrijf kunneu innemen
dat, als men noodig heeft een motor van vijf
tot zes paardekrachten, een stooralocomobiel
aanbevelenswaardig is, wanneer men op het
veld moet dorschen dat echter, als mobiliteit
geen vereischte is, een gasmacbine te prefereeron
is. Voor eigenaars met dezelfde belangen, en
ook voor de veiligheid, ware de oprichting
eener electrische centrale te overwegen.
Nadat eenige leden inlichtirgdn haddon
gevraagd, die door den inleider verstrekt
worden, ging 't Congres over tot de behandeling
van 't tweede vraagpuntDe noodzakelijkheid
1 van toezicht op den uitvoer van vleesch naar
j Londen in verband met de vele afkeuringen
wegens tuberculose.
J Dit werd ingeleid door een lid der Neder-
landsche Kamer van Koophandel te Londen.
Door de uitvinding van koelkamcrs aan boord
van schepen, door bet verbod om levend vee
in Engeland in te voeren en door het bouwen
van koelmakers op de vleeschmarkt, is do
uitvoer van geslacht vleesch uit Nederland
naar Engeland in de laatste jaren verbazend
toegenomen. Veel uit Nederland geïmporteerd
geslacht vleesch wordt in Engeland afgekeurd.
Zoo zijn in de maanden Juni, Juli en Augustus
1901, 300 stuks varkens uit Nederland
vernietigd. Voor de helft geschiedde dit, om
dat het vleesch ziektekiemen bevatte; voor
de andere helft bleek het vleesch in bedorven
toestand te verkeeren, en het was hoogst
waarschijnlijk afkomstig van dierendie
gestorven waren voordat zij geslacht werden.
In October, November en December 1901
bedrong het aantal afgekeurde varkens uit
Nederland afkomstig 503. Wordt nu in
Engeland, waar geen verplichte keuring is,
deze ingevoerd, dan zullen do tegenover het
buitenland te nemen maatregelen, voor zoover
de invoer niet verboden wordt, veelal afhangen
van de waarborgen die de landen, waaruit
het vleesch wordt ingevoerd, nomen ter voor
koming van uitvoer van met ziektekiemen
behept of anderszins voor de gezondheid
schadelijk vleesch. Nu bestaat er in de Vor-
cenigdo Staton van Noord-Amerika, Dono-
markon en België toezicht op den uitvoer van
vleesch van rijkswege. In Nederland wordt
het vleesch, voor uitvoer bestemd, niet gekeurd.
Alle maatregelen, die tot het tegengaan van
den invoer van schadelijk vleesch mochten
genomen worden, zullen allereerst onzen handel
betreffen. Bovendien is het gemis van toezicht
een beletsel voor de uitbreiding van onzen
vle^sohhandel. Iu Engeland heeft men gaarne
Hollandsch vleesch als het in goede conditie
iede korte afstand tusschen Nederland en
Londen geeft ons een voorsprong op andere
landen. Scherpe controle op den uitvoer van
vleesch is in het belang van onzen handel
driDgend noodig. Blijft Nederland nalatig om
die controle in te stollen, dan zal bij een
epidemie in Londen, waarvan de oorzaak
geweten wordt aan schadelijk uit Nederland
afkomstig vleesch, onze geheelo vleeschhandel
ten ondergang gedoemd zijn.
Uit het debat bleek, dat men het toelaten
van levend vee op de Engelsche markt
wenschelijk achtte. Door ééa debater werd
twijfel geopperd omtrent de door de Kamer
van Koophandel te Londen aangevoerde cijfers,
terwijl daarentegen door een anderen debater
volkomen beaamd werd hetgeen ten aanzien
van onzen uitvoer van vleesch naar Engeland
was medegedeeld.
De voorzitter stelde, namens het congres-
bestuur, de volgende conclusie voornet
Congres spreekt den wensch uit, dat in bet
belang van handel en landbouw zoo spoedig
mogelijk een keuring van rijkswege worde
ingevoerd voor vleesch dat naar het buiten
land wordt uitgevoerd, en noodigt het bestuur
uit in die richting bij de regeering stappen
te doen.
De inleider was van meening, dat de uit
gesproken wensch om pogingen te doen om
levend vee op de Engolsche markt te kunnen
aanvoeren, was een vechten tegen windmolens.
De conclusie van het bondsbestuur werd
met groote meerderheid aangenomen.
De voorzitter bracht hierop hartelijk dank
aan de vier afgevaardigden van de Kamer
van Koophandel te Londen voor het stellen
van dit belangrijk vraagpunt en voor de wijze
waarop dit door den inleider verdedigd is.
Hij wenscht de heeren geluk met het door
hen verkregen resultaat.
De voorzitter stelt vervolgens aan de orde
de vraag Waarom is het gewenscht dat door
alle coöperatieve landbouwverbruiksvereeni-
gingen iu Nederland aanbestedingsvoorwaarden
worden vastgesteld waarin uniforme bepalingen
voorkomen betreffende monsterneming, ver
pakking der monsters, garantie en garantie vorm,
onderzoek en heronderzoek, speling, korting
en boete
Dit onderwerp wordt ingeleid door dr. A. J.
Swaviog, directeur van het rijkslandbouw-
proefstation te Goes, die aan het Congres in
overweging geeft pogingen ia het werk te
stellen dat in elke provincie uit de coöpera
tieve landbouwverbruiksvereenigingen een ge
westelijke commissie in het leven worde
geroepen, die elk voor zich, in het model
ioschrijviDgsvoorwa'arden naar gelang van
lokale omstandigheden bepalingen omtrent de
levering opneemt. Nadat de inleider zijn voor
stel had toegelicht, werd na eenig debat, door
den voorzitter namens het congresbestuur do
volgende conclusie voorgesteldHet is
gewenscht, dat voor elke provincie in de
inschrijvingsvoorwaarden naar gelang van
lokale omstandigheden bepalingen omtrent de
levering bestaaD, maar dat omtrent de overige
punten voor alle provincies gelijke bepalingen
worden aanvaard. Deze conclusie werd met
zitten en opstaan aangenomen.
Na de pauze wordt aan do orde goBteld
het vraagpuntWat is do werking der nieuwe
Boterwet
De inleider, de heer J. Riokes Borger,
uit 's-Gravenhage, constateert htt feit dat de
verkoop van het artikel boter in den laatsten
tijd beter is dan eenige jaren geleden. Oor
zaken van die verbetering zijn de hooge prijs
van de grondstoffen vandemargarine-fabricatie,
do strerge toepassing van de wettelijke maat
regelen tot regeling van den boterhandel in
sommige buitonlandache staten en do nieuwe
boterwet. De nieuwe boterwet heeft naar do
nuchtere ervariog van een vakman aanvankelijk
gunstig gewerkt en de eerlijkheid in den
boterhandel bevorderd. Zal de invloed der wet
gunstig blijven, dan is een herziening er van
noodig. Hare bepalingen brenge men in overeen
stemming met de wijzigingen in de omstandig
heden. Inleider geeft een achttal hoofdpunten
aan, waarin de wet gewijzigd behoorde to
worden. Spreker orkent dat margarine is oen
voedingsmiddel voor hot volk, maar hij komt
er tegen op, dat zij leeft als parasiet ten
koste van de boternijverhoid. Wat betreft de
door hem gewenschte wijziging der boterwet,
hij vestigt de aandacht er op, dat het bestuur
der Vereeniging tot bestrijding van knoeierijen
in den boter- en kaashandel bij den minister
van waterstaat, handel en nijverheid een
verzoekschrift heeft ingediend, waarin op
wijziging van die wet wordt aangedrongen.
Na een breed debat, dat in détails afdaalde,
wordt de conclusie van den heer Rinkes
Borger met algemeene stemmen aangenomen.
Die conclusie luidtDe ervaring heeft geleerd
dat ter wille van een blijvend gunstigen
invloed de bepalingen der wet rekening
moeten houden met gewijzigde omstandig
heden en met leemten, die door de ondervinding
voor den dag komen, en op grond van een
en ander is herzieDiag der wet dringend noodig.
Aan de orde is nu het vraagpuntIs het
mogelijk door rijkscontrole in Nederland op
de bereiding van boter en margarine te
geraken tot een oplossing der moeilijkheden,
die thans de Nederlandsche boterhandel onder
vindt bij den invoer van Nederlandsche boter
in het buitenland Door één der afgevaardigden
der Nederlandsche Kamer van Koophandel
te Londen werd dit onderwerp ingeleid.
Genoemde Kamer had reeds eenige jaren
geleden de aandacht der Nederlandsche
Regeering gevestigd op het feit, dat boter
ter markt komt te Londen, die van Nederland
afkomstig is, en hier verkocht wordt tegen
een prijs, die ongeveer 10 procent lager is
dan de prijs, waartegen de beste zuivere
Hollandsche boter kan worden verkocht.
Volgens ingewonnen inlichtingen wordt de
boter in Nederland op de open markt in
gekocht door personen, die haar met margarine
vermengen, en dit mengsel naar Engeland
uitvoeren. Veroordeelingen wegens vervalschiüg
bleven niot achterwege, en brachten de
Nederlandsche boter in diecrediet. Controle
op de boter is dus noodig. De controle sta
onder toezicht van het rijk, en worde ook
door den staat georganiseerd.
Een breed debat ontspon zich over deze
kwestie, dut hoofdzakelijk liep over de vraag,
wat wenschelijker is: particuliere of rijks
controle. Op voorstel van don voorzitter werd
besloten de aandacht der regeering te vestigen
op het door de Kamer van Koophandel te
Londen uitgebracht prm-advies en op het
stenographisch debat over dit onderwerp.
Hiermede waren de werkzaamheden voor
Dinsdag geëindigd.
De Tramtocht.
Aan dezen tocht namen in twee echter
elkaar rijdende trams pl. m. 700 personen
deel, uitsluitend Congresleden met hunne
dames. Ook do alomtegenwoordigo Nieuwsbode
was van de partij. Maar worden vorsten en
vorstinnen gewoonlijk in salon wagens vervoerd,
wij, de Koningin der aarde, moesten, schrikt
niet o lezers en lezeressen! wegens gebrek
aan ruimte in de personen waggons, plaats
nemen in een beestenwagen. Daar zaten
wij, of liever stonden wij achter de houten
tralies, op een geïmproviseerde zitbank, en
om ons heen blatende tweevoeters, die niet
ophielden op hun aanwezigheid do algemeene
aandacht te vestigen. Zoo snelden wij langs
Schuddebeurs, Noordgouwe en Zonnemaire
in vliegende vaart naar Brouwershaven, aan
het station waarvan het muziekgezelschap
y Apollo" ons met zijn liefelijke tonen begroette.
En met dit muziekgezelschap aan de spits
en omstuwd door een drom volks, trokken
de Congresleden met hun dames de geboorte
plaats van Jacob Cats binnen, bezichtigden
zijn standbeeld, het stadhuis en de gothischo
kerk met haar fraai orgel, dat ter eoro der
gasten bespeeld werd. Na een uur oponthoud
in de tweede gemeente van ons eiland,
vertrokken wij met do tram naar het fraai
gelegen Schuddebeurs, dat A giorno, met vet-
glaasjes en nu en dan met Bengaalsch vuur
verlicht was. Hier werd onder de verdienstelijke
leiding van den heer S. Klimmerboom door
hot muziekgezelschap Kunst en Eer" een
concert gegeven, dat zoowel wegens de keuze
der nummers als wegens de keurige uit
voering er van, uitmuntte. Door den heer
Groeneveld do Kater werd aan do Congres
leden een hartelijk welkom in Noordgouwo
toegeroepen. Tijdens het concert ontving de
burgemeester het volgend telegram»Schloss
Schaumburg. Ilare Majesteit de Koningin
dankt Landhuishoudkundig Congres voor zijn
hulde. Adjudant Schimmelponninck". Fanfares
en nog eens fanfares, gevolgd door het
Wilhelmus van Nasaauen", dat staande en
met ontblooten hoofde door allen gezongen
word. liet was ruim elf uur, toen wij mot