ZIERIKZEESEHE NIEUWSBODE. Donderdag 26 Juni 1902. (Z i e x* i li. z e e s c li e Courant). Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco por post f 1,60. Noord-AmorikaTransvaalIndië enz. verzending eens per week, f 10,per jaar. 58ste JAARGANG. No. 7709 Dlreoteur A. J. DE LOOZE. A. FRANKEL. Redacteuren: J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws. Ad verten tien, van 13 regels 3( l'ta. meerdere regels 10 Cts.kunnen uiterlijk tot des Maandags, Woensdags en Vrijdags middags 12 ure bezorgd worden. Groote letter wordt naar plaateruimte berekend. Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Schuithaven, Zierikzee. Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. FitaNKEL, Meelstraat 386, Zierikzee. Het 54ste Nederlandtch Landhuiihoud- kundig Congres te Zierikzee. Reeds wapperden Maandagavond uit tal van wonirgen en ook van de openbaro i gebouwen onze driekleur, toen wij ons naar hot stadhuis begaven, tot bijwoning voor de receptie der Congresleden, waarvan er reeds velen bier waren. In de ruime trouwzaal gekomen, werden wij onmiddellijk aangenaam getroffen door een zee van licht, die ons uit de fraai gerestaureerde tot haar oorspronkelijken stijl, Louis XV, teruggebrachte raadzaal tegenschitterde. Onze stadgenoot, de schilder De Vos, heeft eer van zijn werk. Toen het tijdstip der ontvangst gekomen was, namen wij in de zaal der vroede vaderen ons oud plaatsje weer in, dat wij voor dezen keor met een aantal collega's van elders broeder lijk moesten deelen. Ruim acht uur werden de Congresleden, die do raadszaal en ook een deel van de trouwzaal vulden, door den burgemeester, den heer Ch. W. Vermoya, namens het gemeentebestuur welkom geheeten. Met grobte ingenomenheid begroet de bevolking j het Congres zeide spr. vooral omdat het ons allen hoogst aangenaam is, dat hier in het centrum van een streek waar de land bouw op een hoog standpunt stiat, de belangrijke vraagstukken betrekkelijk den landbouw besproken worden. Spreker herinnert er aan, dat reeds in 1874 Zierikzee het voor recht van een Congres genoot. Zij, die er aan deelnamen, namen toen van deze streek een gunstigen indruk mede, en beloofden hier terug te komen. Het heeft heel lang geduurd, voor die belofte in vervulling kwam, maar zij is dan toch verwezenlijkt. Hartelijk welkom zijt gij ons allen. Ik drink op het welslagen van het 54ste Landhuishoudkundig Congres (applaus). Nadat de eerewijn was aangeboden, bracht, uit naam van het Congrcsbestuur, de heer P. J. A. de Bruine aan het gemeentebestuur dank voor zijn vriendelijke ontvangst. Wel was, zeide deze spreker, de herinnering aan het in 1874 alhier gehouden Congres bij de meeste hier aanwezige Congresleden niet in hot geheugen, maar in de annalen van het Congres staat het opgeschreven, dat het Congres toen goed geslaagd is. Ook dit Congres belooft veel. Reeds aan den voor avond er van zijn tal van leden hier aanwezig. Zij zullen van de hier aangeboden vriendelijke ontspanning gaarne en dankbaar gebruik maken. Ten slotte, zinspelend op den vroegeren staat van isolement van deze streek, hoopte spreker, dat Zierikzee zich daaruit zal weten op te heffen om te komen tot haar vroegeren luister. Met een dronk op den groei en bloei van Zierikzee werd het gesprokene beklonken. Nadat men nog een korte wijle in de stampvolle, snikheeto raadszaal vertoefd had, toog men naar het concert van het muziek gezelschap »Kunst en Eer", dat den Congres leden in den tuin van den heer Yerwer door de sociëteit »Ons Genoegen" welwillend was aangeboden. liet concert was druk bezocht, en voldeed bij uitstek. Dinsdagochtend werd in de met vlaggen versierde zaal van hot »Hótel De Weerd" onder grooten toevloed van leden van het 54ste Nederlandsch Landhuishoudkundig Con gres door den voorzitter, den heer Ch. W. Vermoys, met een rede geopend. Eorlijk wil ik het bekennen zoo zeide hij o. m. dat ik gaarne gezien had, dat deze plaats door een meer bevoegde, door één der toongevers op het gebied van den land bouw ware ingenomen, omdat ik mij volkomen bewust ben van do moeilijke taak, die op den voorzitter van deze ernstige en gewichtige vergadering rust, te moeilijker, wanneer men zich zelf een leek weet in landbouwzaken. Spr. deed daarbij een beroep op aller samen werking tot bereiking van het schoone doel: het bevorderen der belangen van den nationalen landbouw door onderling overleg en aaneen sluiting. Vervolgens sprak de voorzitter aller vreugde en dank uit over het voor gansch Nederland zoo heuglijke feit, dat Ilare Majesteit onze dierbare en geëerbiedigde Koningin van do zeer ernstige en gevaarlijke ongesteldheid, waaraan H. M. lijdende was, j is hersteld. Hij stelde voor, om namens het Congres aan II. M. de Koningin een telegram te zenden, waarbij aan II. M. de vreugde wordt betuigd over H. D.'s herstel, en de hoop wordt uitgesproken, dat H. M. thans in het buitenland volkomen herstel van krachten zal mogen vinden. Daarop riep hij allen het welkom toe in deze oude stad, waarheen gij, om het doel van bet Congros te bevoideren, van verre en van nabij gekomen zijt, welkom in een streek, waar de landbouwer over het algemeen op een hoogen trap van ontwikkeling staat, en waar dus begrepon kan worden en ook gewaardeerd wordt, wat het Congres beoogt, en wat bet tracht te boreiken. De gemeente Zierikzee, de proviocio Zeeland en enkele particulieren hebben door hot verleenen van ruime bijdragen voor het welslagen van het Congres metterdaad het bewijs goleverd, dat men volkomen doordrongon is van het feit, dat er steeds meer behoefte bestaat om op landhuishoudkundig gebied veel te onder zoeken, teneinde de vruchten van dat gestadig onderzoek in het belaDg van den landbouw in praktijk to kunnen brengen. Sedert het Congres van 1874 is hier veel veranderd, ook op landbouwgebied. Was destijds reeds door het vinden van een surrogaat ter vervanging van de meekrap de vraag en de prijs minder, en daardoor de verbouw van dit gewas sterk achteruitgaande, later werd de toestand belang rijk minder gunstig, en de prijs nog veel wisselvalliger, tengevolge waarvan do verbouw dan ook allengs nog meer verminderde, en men dien eindelijk, om zoo te zeggen, geheel opgaf. Successievelijk verdwenen de meestoven en thans vindt men nog slechts op zeer enkele plaatsen in onze eilanden een meestoof, als om het tegenwoordig geslacht in herinnering te brengen de groote wol vaart, die hier vroeger door de meekrap alom heerschte. Het spreekt vanzelf, dat de landbouwer zich toen meer heeft toegelegd op den verbouw van andere meer loonende gewassen, en bovendien andere bronnen van welvaart moest gaan zoeken. Meer dan daarvoor heeft hij zich toen dan ook toegelegd op het mesten van vee en het veredelen en verbeteren van het paardenras, en nog steeds blijft men zoeken naar meerdere bronnen van welvaart. De verbetering der verkeersmiddelen, die in de laatste jaren is tot stand gekomen, tengevolge waarvan het isolement van deze streek is opgeheven, en waardoor het ook aan onze eilanden is mogelijk gemaakt om producten en vee ter wereld markt te brengen op tijden, waarop daaraan vroeger niet te denken viel, zal hem daarbij, naar wij hartelijk hopen, in niet geringe mate behulpzaam zijn. Ook in de Congressen zelve is sedert veel veranderd. Wanneer men de agenda van het in 1874 gehouden Congres opslaat, vindt men daarop 48, meest zeer belangrijke onderwerpen aan de orde gesteld Het behoeft echter zeker wel geen betoog, dat, hoe belangrijk deze onderwerpen ook waren, daaraan onmogelijk die aandacht kon worden gewijd, en die tijd kon worden besteed, die er voor beschikbaar behoorde te worden gesteld om de vragen grondig te onderzoeken en te behandelen, en dat als noodzakelijk gevolg daarvan dan ook verschillende vraagpunten öf buiten behandeling moesten worden gelaten, of niet met dien ernst konden worden behandeld, dat met grond mocht worden verwacht, dat het resul taat der besprekingen vruchten voor de praktijk zoude afwerpen. Daarom zal een ieder het met mij to juichen, dat men langzamerhand er toe is overgegaan om een meer bescheiden agenda op te maken, waardoor de behandeling der zaken in belang rijkheid zeer veel heeft gewonnen. Dit zal ook nu het geval zijn. Spr. wjjst op het vraagpunt omtrent de werking der nieuwe boterwet en der daarmede in nauw verband staande vraag betreffende de rijkscontrole op de bereiding vaD boter en margarine. Beide onderwerpen komen hem voor in booge mate belangrijk te zijn, zoowel voor den landbouwer als voor den handel. Wanneer h-1 toch waar is, dat de boterwet, door welke oorzaken dan ook, in haro werking niet aan de gestelde eischen of de van haar gekoesterde ver wachtingen voldoet, of om andere redenen herziening vereischt, en de invoer van Neder- landsche boter in het buitenland groote moei lijkheden ondervindtdie door 's rijks tusschenkomst kunnen worden opgeheven, en waardoor het voor Nederland mogelijk zal zijn met dit product op de wereldmarkt to concurrcoron, dan zijn deze beide onderwerpen der behandeling overwaard. Voorts wijst do voorzitter op het vraagpunt der vertegen woordiging van den landbouw. Dit hoogst belangrijk onderwerp, dat reeds herhaalde malea op de landhuishoudkundige congressen is ter sprake gebracht, en waarvoor hij ver wijst naar het door mr. A. Ferf uitgegeven »Kort overzicht van hetgeen op de landhuis houdkundige congressen omtrent landbouw- vertegenwoordigirg is behandeld", is naar sprekers meening een onderwerp, waaromtrent bet zeer wenscholijk was, dat men op dit Congres tot overeenstemming kon geraken. Op opvolgende Congresssen toch is het Dut en de wenscbelijkheid eener vertegenwoordiging van den landbouw om vele eu verschillende redenen vrij algemeen erkend, maar liepen omtrent de organisatie de pieoningen steeds weer uiteen. Thans dient dus ook met ernst gepoogd om op dit Congres omtrent do organisatie tot eenstemmigheid te komen, opdat daarna die maatregelen zullen kunnen worden genomen, die kunnen leiden tot bereiken van het nagestreefde doel. Uit deze enkele grepen blijkt, dat de agenda hoogst belangrijk istevens zal bij het lezen dor prae-adviezen gebleken zijn, dat veel inspanning des geestes van het Congres zal worden gevorderd. Daarom heeft het bestuur getracht do leden na inspannenden arbeid ook eenige ontspanning te bereiden. Vervolgens brengt spreker een woord van dank tot de verschillende heeren, die hebben medegewerkt aan do voorbereiding van liet Congres. Met den oprechten wensch, dat de arbeid goede vruchten moge voortbrengen, verklaarde de voorzitter het 54ste Nederlandsch Land huishoudkundig Congres geopend. Na deze warm toegejuichte openingsrede deed de voorzitter verschillende mededeelingen, o. a. dat de Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid en do directeur-generaal, chef der afdeeling landbouw aan voornoemd depar tement, het Congres hoopten bij te wonen en aan het diner zouden deelnemen en dat de Minister van Binnenhndsche Zaken en do Commissaris der Koningin van Zeoland door ambtsbezigheden verhinderd waren. Aan Prins Hendrik wordt onder toejuiching der vergadering wegens zijn belangstelling in den landbouw op voorstel van den voorzitter het beschermheerschap van de Vereeniging het Landhuishoudkundig Congres aangeboden. In het geheel zullen op dit Congres een tiental vraagpunten behandeld worden, waar van voor heden een vijftal aan d» orde komen. Het eerste vraagpunt: Welke waarde hebben tegenwoordig de verschillende motoren voor den landbouw, wordt ingeleid door den heer J. de Koning van 's-Gravenhage, die, na den aard, het doel en het nut van windmotoren, ontploffingsmotoren en electromotoren uiteen gezet te hebben en de hooge vlucht geschetst te hebben die de gasmacbine-induatrie door het goedkoope, zelf te maken werkgas, genomen heeft, tot de conclusie komt dat veelal do windmotoren een nuttige, meer beperkte, plaats in het landbouwbedrijf kunneu innemen dat, als men noodig heeft een motor van vijf tot zes paardekrachten, een stooralocomobiel aanbevelenswaardig is, wanneer men op het veld moet dorschen dat echter, als mobiliteit geen vereischte is, een gasmacbine te prefereeron is. Voor eigenaars met dezelfde belangen, en ook voor de veiligheid, ware de oprichting eener electrische centrale te overwegen. Nadat eenige leden inlichtirgdn haddon gevraagd, die door den inleider verstrekt worden, ging 't Congres over tot de behandeling van 't tweede vraagpuntDe noodzakelijkheid 1 van toezicht op den uitvoer van vleesch naar j Londen in verband met de vele afkeuringen wegens tuberculose. J Dit werd ingeleid door een lid der Neder- landsche Kamer van Koophandel te Londen. Door de uitvinding van koelkamcrs aan boord van schepen, door bet verbod om levend vee in Engeland in te voeren en door het bouwen van koelmakers op de vleeschmarkt, is do uitvoer van geslacht vleesch uit Nederland naar Engeland in de laatste jaren verbazend toegenomen. Veel uit Nederland geïmporteerd geslacht vleesch wordt in Engeland afgekeurd. Zoo zijn in de maanden Juni, Juli en Augustus 1901, 300 stuks varkens uit Nederland vernietigd. Voor de helft geschiedde dit, om dat het vleesch ziektekiemen bevatte; voor de andere helft bleek het vleesch in bedorven toestand te verkeeren, en het was hoogst waarschijnlijk afkomstig van dierendie gestorven waren voordat zij geslacht werden. In October, November en December 1901 bedrong het aantal afgekeurde varkens uit Nederland afkomstig 503. Wordt nu in Engeland, waar geen verplichte keuring is, deze ingevoerd, dan zullen do tegenover het buitenland te nemen maatregelen, voor zoover de invoer niet verboden wordt, veelal afhangen van de waarborgen die de landen, waaruit het vleesch wordt ingevoerd, nomen ter voor koming van uitvoer van met ziektekiemen behept of anderszins voor de gezondheid schadelijk vleesch. Nu bestaat er in de Vor- cenigdo Staton van Noord-Amerika, Dono- markon en België toezicht op den uitvoer van vleesch van rijkswege. In Nederland wordt het vleesch, voor uitvoer bestemd, niet gekeurd. Alle maatregelen, die tot het tegengaan van den invoer van schadelijk vleesch mochten genomen worden, zullen allereerst onzen handel betreffen. Bovendien is het gemis van toezicht een beletsel voor de uitbreiding van onzen vle^sohhandel. Iu Engeland heeft men gaarne Hollandsch vleesch als het in goede conditie iede korte afstand tusschen Nederland en Londen geeft ons een voorsprong op andere landen. Scherpe controle op den uitvoer van vleesch is in het belang van onzen handel driDgend noodig. Blijft Nederland nalatig om die controle in te stollen, dan zal bij een epidemie in Londen, waarvan de oorzaak geweten wordt aan schadelijk uit Nederland afkomstig vleesch, onze geheelo vleeschhandel ten ondergang gedoemd zijn. Uit het debat bleek, dat men het toelaten van levend vee op de Engelsche markt wenschelijk achtte. Door ééa debater werd twijfel geopperd omtrent de door de Kamer van Koophandel te Londen aangevoerde cijfers, terwijl daarentegen door een anderen debater volkomen beaamd werd hetgeen ten aanzien van onzen uitvoer van vleesch naar Engeland was medegedeeld. De voorzitter stelde, namens het congres- bestuur, de volgende conclusie voornet Congres spreekt den wensch uit, dat in bet belang van handel en landbouw zoo spoedig mogelijk een keuring van rijkswege worde ingevoerd voor vleesch dat naar het buiten land wordt uitgevoerd, en noodigt het bestuur uit in die richting bij de regeering stappen te doen. De inleider was van meening, dat de uit gesproken wensch om pogingen te doen om levend vee op de Engolsche markt te kunnen aanvoeren, was een vechten tegen windmolens. De conclusie van het bondsbestuur werd met groote meerderheid aangenomen. De voorzitter bracht hierop hartelijk dank aan de vier afgevaardigden van de Kamer van Koophandel te Londen voor het stellen van dit belangrijk vraagpunt en voor de wijze waarop dit door den inleider verdedigd is. Hij wenscht de heeren geluk met het door hen verkregen resultaat. De voorzitter stelt vervolgens aan de orde de vraag Waarom is het gewenscht dat door alle coöperatieve landbouwverbruiksvereeni- gingen iu Nederland aanbestedingsvoorwaarden worden vastgesteld waarin uniforme bepalingen voorkomen betreffende monsterneming, ver pakking der monsters, garantie en garantie vorm, onderzoek en heronderzoek, speling, korting en boete Dit onderwerp wordt ingeleid door dr. A. J. Swaviog, directeur van het rijkslandbouw- proefstation te Goes, die aan het Congres in overweging geeft pogingen ia het werk te stellen dat in elke provincie uit de coöpera tieve landbouwverbruiksvereenigingen een ge westelijke commissie in het leven worde geroepen, die elk voor zich, in het model ioschrijviDgsvoorwa'arden naar gelang van lokale omstandigheden bepalingen omtrent de levering opneemt. Nadat de inleider zijn voor stel had toegelicht, werd na eenig debat, door den voorzitter namens het congresbestuur do volgende conclusie voorgesteldHet is gewenscht, dat voor elke provincie in de inschrijvingsvoorwaarden naar gelang van lokale omstandigheden bepalingen omtrent de levering bestaaD, maar dat omtrent de overige punten voor alle provincies gelijke bepalingen worden aanvaard. Deze conclusie werd met zitten en opstaan aangenomen. Na de pauze wordt aan do orde goBteld het vraagpuntWat is do werking der nieuwe Boterwet De inleider, de heer J. Riokes Borger, uit 's-Gravenhage, constateert htt feit dat de verkoop van het artikel boter in den laatsten tijd beter is dan eenige jaren geleden. Oor zaken van die verbetering zijn de hooge prijs van de grondstoffen vandemargarine-fabricatie, do strerge toepassing van de wettelijke maat regelen tot regeling van den boterhandel in sommige buitonlandache staten en do nieuwe boterwet. De nieuwe boterwet heeft naar do nuchtere ervariog van een vakman aanvankelijk gunstig gewerkt en de eerlijkheid in den boterhandel bevorderd. Zal de invloed der wet gunstig blijven, dan is een herziening er van noodig. Hare bepalingen brenge men in overeen stemming met de wijzigingen in de omstandig heden. Inleider geeft een achttal hoofdpunten aan, waarin de wet gewijzigd behoorde to worden. Spreker orkent dat margarine is oen voedingsmiddel voor hot volk, maar hij komt er tegen op, dat zij leeft als parasiet ten koste van de boternijverhoid. Wat betreft de door hem gewenschte wijziging der boterwet, hij vestigt de aandacht er op, dat het bestuur der Vereeniging tot bestrijding van knoeierijen in den boter- en kaashandel bij den minister van waterstaat, handel en nijverheid een verzoekschrift heeft ingediend, waarin op wijziging van die wet wordt aangedrongen. Na een breed debat, dat in détails afdaalde, wordt de conclusie van den heer Rinkes Borger met algemeene stemmen aangenomen. Die conclusie luidtDe ervaring heeft geleerd dat ter wille van een blijvend gunstigen invloed de bepalingen der wet rekening moeten houden met gewijzigde omstandig heden en met leemten, die door de ondervinding voor den dag komen, en op grond van een en ander is herzieDiag der wet dringend noodig. Aan de orde is nu het vraagpuntIs het mogelijk door rijkscontrole in Nederland op de bereiding van boter en margarine te geraken tot een oplossing der moeilijkheden, die thans de Nederlandsche boterhandel onder vindt bij den invoer van Nederlandsche boter in het buitenland Door één der afgevaardigden der Nederlandsche Kamer van Koophandel te Londen werd dit onderwerp ingeleid. Genoemde Kamer had reeds eenige jaren geleden de aandacht der Nederlandsche Regeering gevestigd op het feit, dat boter ter markt komt te Londen, die van Nederland afkomstig is, en hier verkocht wordt tegen een prijs, die ongeveer 10 procent lager is dan de prijs, waartegen de beste zuivere Hollandsche boter kan worden verkocht. Volgens ingewonnen inlichtingen wordt de boter in Nederland op de open markt in gekocht door personen, die haar met margarine vermengen, en dit mengsel naar Engeland uitvoeren. Veroordeelingen wegens vervalschiüg bleven niot achterwege, en brachten de Nederlandsche boter in diecrediet. Controle op de boter is dus noodig. De controle sta onder toezicht van het rijk, en worde ook door den staat georganiseerd. Een breed debat ontspon zich over deze kwestie, dut hoofdzakelijk liep over de vraag, wat wenschelijker is: particuliere of rijks controle. Op voorstel van don voorzitter werd besloten de aandacht der regeering te vestigen op het door de Kamer van Koophandel te Londen uitgebracht prm-advies en op het stenographisch debat over dit onderwerp. Hiermede waren de werkzaamheden voor Dinsdag geëindigd. De Tramtocht. Aan dezen tocht namen in twee echter elkaar rijdende trams pl. m. 700 personen deel, uitsluitend Congresleden met hunne dames. Ook do alomtegenwoordigo Nieuwsbode was van de partij. Maar worden vorsten en vorstinnen gewoonlijk in salon wagens vervoerd, wij, de Koningin der aarde, moesten, schrikt niet o lezers en lezeressen! wegens gebrek aan ruimte in de personen waggons, plaats nemen in een beestenwagen. Daar zaten wij, of liever stonden wij achter de houten tralies, op een geïmproviseerde zitbank, en om ons heen blatende tweevoeters, die niet ophielden op hun aanwezigheid do algemeene aandacht te vestigen. Zoo snelden wij langs Schuddebeurs, Noordgouwe en Zonnemaire in vliegende vaart naar Brouwershaven, aan het station waarvan het muziekgezelschap y Apollo" ons met zijn liefelijke tonen begroette. En met dit muziekgezelschap aan de spits en omstuwd door een drom volks, trokken de Congresleden met hun dames de geboorte plaats van Jacob Cats binnen, bezichtigden zijn standbeeld, het stadhuis en de gothischo kerk met haar fraai orgel, dat ter eoro der gasten bespeeld werd. Na een uur oponthoud in de tweede gemeente van ons eiland, vertrokken wij met do tram naar het fraai gelegen Schuddebeurs, dat A giorno, met vet- glaasjes en nu en dan met Bengaalsch vuur verlicht was. Hier werd onder de verdienstelijke leiding van den heer S. Klimmerboom door hot muziekgezelschap Kunst en Eer" een concert gegeven, dat zoowel wegens de keuze der nummers als wegens de keurige uit voering er van, uitmuntte. Door den heer Groeneveld do Kater werd aan do Congres leden een hartelijk welkom in Noordgouwo toegeroepen. Tijdens het concert ontving de burgemeester het volgend telegram»Schloss Schaumburg. Ilare Majesteit de Koningin dankt Landhuishoudkundig Congres voor zijn hulde. Adjudant Schimmelponninck". Fanfares en nog eens fanfares, gevolgd door het Wilhelmus van Nasaauen", dat staande en met ontblooten hoofde door allen gezongen word. liet was ruim elf uur, toen wij mot

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1902 | | pagina 1