Donderdag 10 Januari 1902.
(Z i e r i li z e e s c h. e
C o u r a n t).
Algemeen Overzicht.
ZIERIKZEESGHE
NIEUWSBODE.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco per post
f 1,60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
58ste JAARGANG. No. 7642.
Dlreoteuri _ZV_. O". DE LOOZE.
Redacteuren
A. FRANKEL.
J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws.
Advertentiënyan 13 regels 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts.kunnen uiterlijk tot des
Maandags, Woensdags en Vrijdags middags
12 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Scliuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. Fb&nkei,, Havenpark 348, Zierikzee.
B E K E NDM A KING.
Hinderwet.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee
maken bekend, dat zij afwijzend hebben beschikt op een
verzoek van H. A. GELUK, wonende in deze gemeente,
tot het oprichten eener Graanmalerij, gedreven door een
gasmotor van negentien paardekrachten, in het pakhuis,
staande op de Nieuwe Haven, plaatselijk gemerkt wijk D
No. 11, kadastraal bekend gemeente Zierikzee, Sectie B
No. 1268.
Zierikzee, den 13 Januari 1902.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
CH. W. VERMEIJS, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
Sedert het gevecht bij Tweefontein is geen
belangrijk oorlogsbericht uit Zuid-Afrika
tot ons doorgedrongen, zoodat wij kunnen
aannemen, dat de Boeren, zich bepalend tot
hun gewone taktiek, nog geen geschikte
gelegenheid hadden de Engelschen, die
natuurlijk door de ervaring geleerd, wat
meer op hun hoede zullen zijn, opnieuw te
verrassen. De Boeren echter hebben een taai
geduld, en weten te wachten. Daarbij ver
mogen zij de Engelschenten aanzien van hun
bewegingen vaak op een dwaalspoor te
brengen. Vooral de Vrijetaatsche opperbevel
hebber, De Wet, verstaat, gelijk men weet,
die kunst in hooge mate. En daar hij van
al de Boerenbevelhebbers de man is, die aan
de Engelschen de grootste nadeelen berokkent,
en de zwaarste verliezen heeft toegebracht,
zoo kan het geen bevreemding baren, dat
deze al het mogelijke beproeven om hem in
handen te krijgen. Zoo zitten nu een aantal
Engelsche kolonnes hem op de hielen, met
het oogmerk hem te dwingen zich over te
geven. Zij zullen wel gelijk vroeger onver-
richterzake daarheen terugkeeren, vanwaar zij
gekomen zijn. Terwijl de Britten nu een groot
deel van hun beschikbare krachten aan deze
onderneming wijden, laten zij Louis Botha met
rust, die hiervan zeker wel partij zal trekken.
In de Kaapkolonie is de toestand nog onver
anderd. De Engelschen zijn tot nu onmachtig
niet de Boeren en de rebellen uit hun gebied
te verdrijven. En al mocht bet ook juist
zijn, dat deze geen groote vorderingen maken,
zij houden toch een aanzienlijk deel van het
Engelsche leger vast, wat een niet gering te
schatten voordeel is.
In den Duitschen Rijksdag te Berlijn
sprak bij de behandeling van de begrooting
de afgevaardigde Stolberg Werkigerade over
Chamberlain's beruchten uitval tegen Duitsch-
land. Naar aanleiding biervan nam de Rijks
kanselier, Graaf Von Bülow, het woord. Hij
verklaarde onder daverende toejuiching van
de geheele vergadering, dat op het wapen
schild van Duitschland geen smet kleeft,
zoodat dit door geen aantijgingen kan
bezoedeld worden. Deze «Hieb", die goed
aankwam, was bestemd voor collega Cham
berlain, en werd, zooals wij straks zullen
zien, door dezen nog al handig gepareerd.
Von Bülow besprak tevens het Drievoudig
Verbond, dat zich nog in den besten welstand
kan verheugen. Hij vergeleek het niet on
aardig bij een onderlinge verzekeringsmaat
schappij. Een exploitatie-maatschappij was
het in geenen deele. Dat Italië blijken van
toenadering tot Frankrijk gegeven had, en
zelfs met dit rijk thans op vriendschappelijken
voet stond, kan niet als een verzwakking
van het Drievoudig Verbond worden aan
gemerkt. Wanneer een gehuwde vrouw met
een anderen man een dansje maakt, dan
heeft de echtgenoot nog geen recht jaloersch
te wezen. Maar de rijkskanselier vergat er
aan toe te voegen, dat een dansje met een
anderen man in den regel geschiedt met de
uitdrukkelijke toestemming van den eoht-
genoot. De ui pakte echter, want de Rijksdag
lachte. En «qui rit est déaarmé". Toch komt
het velen voor, dat het Drievoudig Verbond
niet meer zoo hecht is als het in de dagen
van Bismarck eu Crispi was.
Toen den volgenden dag het algemeen
debat over de begrooting werd voortgezet,
beklom de afgevaardigde Lieberman Von
Sonnenberg de tribune. Hij voer heftig uit
tegen Chamberlain en het Engelsche leger.
Hij zeide onder anderen«Het Duiteche volk
«ziet in Chamberlain een vriend van Rhodes
«en Jameson, en daarom zegt het Duitsche
«volkde minister Chamberlain is de
«gemeenste schelm op God's aardbodem".
Wegens deze onparlementaire uitdrukking
werd de spreker door den president tot de
orde geroepen. Terecht. Bovendien Chamber
lain moge een schelm zijn, wij erkennen dit
volmondig, de gemeenste op God's aardbodem
is hij niet. Daar zijn nog gemeenere. Von
Bülow, een liaodig en slim diplomaat, nam
het nu voor het Engelsche leger op, waartop,
zooals hij zeide, velen behooren, die weten te
sterven.
In de staatkundige kringen van Engeland
maakte het gesprokene van Von Bülow in
den Duitschen Rijksdag een overweldigenden
indruk. Cbamberlaiu liet er geen gras over
groeien, en hield een dag later te Birming
ham, het centrum van het Jingoïsme, een
rede, die handig gesteld, wel geschikt is het
zinkend vertrouwen in zijn persoon bij de
Engelsche natie te doen herleven, maar zeker
niemand op het vasteland van Europa over
tuigen zal, dat Chamberlain een eerlijk man
is. Om hen onschadelijk te maken, die den
moed hebben hun landgenooten het onrecht
voor oogen te houden, dat zij jegens twee
vrije volken plegen, de gruwelen, die zij in
Zuid-Afrika jegens vrouwen en kinderen
bedrijven, en den afgrond, waarin zich
Engeland bij een voortzetting van den oorlog
onvermijdelijk stort, beschuldigde hij hen
mede te hebben geholpen aan de verbittering,
die alom in Europa jegens Engeland heerscht.
Neen, Chamberlain, niet zij hebben daaraan
schuld, maar wel gij, door wiens toedoen dit
onrecht gepleegd wordt, op wiens last die
gruwelen bedreven worden, en die een zoo-
danigen eisch stelt, dat geen volk, hetwelk
liefde heeft voor zijn onafhankelijkheid, kan
inwilligen, zoodat de oorlog blijft voortduren, en
Engeland daardoor aan den rand van den afgrond
gesleept wordt. Gij zijt schuldig, en uw mede
plichtigen zijn het, Rhodes, Milner en de geheele
kliek van goudmagnaten. Gij moet de rollen
niet omkeeren, gij wascht u niet vrij. En
uw list, de gerechten van uw volk van hun
plicht te weerhouden, zal niet gelukken,
want zij zal door hen doorzien worden. Gij
stoort u niet om Europa, dat u vloekt. Maar
indien Europa aan uw zijde stond, zoudt gij,
hiervan zijn wij overtuigd, u zekerlijk op
haar beroepen, indien een dergelijk beroep
u tegenover uw landgenooten van nut kon
zijn. En als gij zegt: «ik heb geen lust
«lesBen uit te deelen aan een buitenlaodschen
«minister, maar ook geen lust terechtwijzingen
«van hem te ontvangen", dan zijt gij in zoo
verre in uw recht, wanneer gij daartoe geen
aanleiding hebt gegeven. Maar gij hebt Duitsch
land de smet willen aanwrijven, teneinde de
wreedheden van het Engelsche leger te ver
goelijken, dat het in 1870 zich aan soortgelijke
gruwelen schuldig maakte, als in dezen oorlog
op uw bevel in Zuid-Afrika bedreven zijn.
Gij weet echter zelf wel, dat dit onwaar is,
en dat om die kwetsende onwaarheid het
Duitsche volk op u terecht verbitterd is. Ook
onwaar is het, wat gij zegt, dat de kritiek
op uw ongerechte daden binnenslands voor
den export vervaardigd wordt door hen, die
vrienden zijn van elk land, behalve van hun
eigen vaderland. NeeD, het rechtsgevoel bij
de volkeren van Europa is Goddank zoodanig
ontwikkeld, dat het niet door de betoogen
der besten van uw natie behoeft opgewekt
te worden. Is het uw bedoeling op deze
wijze de stem der kritiek op eigen bodem
te smoren, opdat zij niet algemeen doordringe,
en u verdrijve van den zetel, die gij tot
ongeluk van Engeland hebt ingenomen, kom
er dan rond voor uit, maar tracht niet langs
den weg van verfoeilijke verdachtmaking het
volk van de waarheid afkeerig te maken.
Chamberlain vleit de koloniën, Canada,
Australië en Nieuw-Zeeland, omdat deze hem
20 000 man voor Zuid-Afrika geleverd hebben,
die door hem de beste troepen der wereld
genoemd worden, terwijl bij toch wel weet,
dat men aan de boeven uit de gevangenissen
do vrijheid teruggaf, mits zij zich verbonden
tot de indiensttreding voor den oorlog in
Zuid-Afrika. Maar Chamberlain heeft de
kolonies nog noodig, daarom steekt bij ze in
de hoogte. Zoodra hij haar hulp ontberen
kan, houdt de vleitaal op.
aüEUM»STIJDIHGEH7
Oe Transvaalsch-Engolsche
oorlog.
Zaterdag zijn 500 man te Southampton op
de «Brittannia" scheep gegaan met bestemming
naar Zuid-Afrika.
Dien dag heeft de «Orotava" 46 officieren en
373 minderen uit Zuid-Afrika te Southampton
teruggebracht en kwam de «Dunera" met
355 invaliden uit Zuid-Afrika te St.-Vincent aan.
Londen, 13 Jan. Aan de Times wordt
uit Ermelo van Donderdag l.l. gemeld, dat
de colonnes van generaal Bruce Hamilton
aldaar dien dag zijn teruggekeerd, na een
tocht van 10 dagen naar het grensgebied
van Swaziland. Het resultaat van 4 nachtelijke
marschen was, dat 105 Boeren gevangen
werden genomen.
14 Jan. Kitchener seinde den 13den
uit Johannesburg: Sedert den 6den zijn 20
Boeren gesneuveld9 gewond en 203
gevaDgen genomen95 hebben zich over
gegeven, terwijl 62 wagens, 1321 paarden
en 2429 stuks vee zijn genomen.
De vijand in het Oosten van Transvaal
schijnt zich opnieuw verstrooid te hebben,
ofschoon zich ongeveer 500 van zijn beste
vechters hadden samengetrokken voor den
slag, dien zij bij Onverwacht tegen Plumer
beproefden.
De vijandelijke strijdmacht in het Westen
van Transvaal staat ten Westen van Rustenburg.
In het Noord-Oosten van den Oranje-
Vrijstaat hebben de Boeren zich voornamelijk
samengetrokken aan de Wilgerivier en ten
Zuiden van Bethlehem. Verschillende kolonnes
in die streken houden deze afdeelingen in
Monro, Lovat en Follet vegen den driehoek
tu8schen Jamestown, Aliwal-Noord en Lady-
grey in de Kaapkolonie schoon, waar kleine
afdeelingen Boeren zich verzameld hebben.
De vijand in het Westen van de Kaapkolonie
wordt nog Noordwaarts gedreven. Er worden
voorraad-dépóts aangelegd om basissen te
vormen voor toekomstige krijgsverrichtingen
aan genen kant van de nieuwe blokhuis-linie.
Aliwal-Noord, 11 Jan. Liebenberg, de
moordenaar van luitenant Neumeyeris
terechtgesteld.
Pretoria, 12 Jan. Kolonel Wing heeft
gisteren een Boerenlager op 32 K.M. ten
noordwesten van Ermelo verrast. Er werden
42 man gevangen genomen, onder wie
majoor Wolmarans, kapitein Wolinarans en
luitenant Malan, allen van de Staats artillerie.
De voornaamste officieren van dit korps zijn
thans van het oorlogstooneel verdwenen.
De Parijsche correspondent van de
Indépendance Beige had een onderhoud met
een Fransch geneesheer, die uit Transvaal,
waar hij dienst deed bij de ambulances in
het Boerenleger, is teruggekeerd, omdat hij
door koortsen verplicht was naar Europa te
gaan. Hij wenscht zijn naam niet bekend te
zien.
Hij verklaarde, dat de vreeselijke verhalen
van geweld door de Engelschen begaan tegen
over de verpleegden in de concentratiekampen
op monsterlijke wijze overdreven zijn. Naar
zijn zeggen zijn de Engelschen en de ver
pleegden in de kampen geheel aan dezelfde
regelen onderworpen. De Engelsche genees-
heeren aan de voorposten gaven hem steeds
de noodige middelen voor de gewonde Boeren.
Kitchener echter gedraagt zich in Zuid-Afrika
met tien maal meer wreedheid dan in Egypte.
Hij is een hyena, een soort van Hertog van
Alva, maar woester.
De Boeren zullen eindelijk worden ver
pletterd maar de strijd zal zeer langdurig zijn.
De geneesheer zeide nog, dat de vrienden
van De Wet voor het meerendeel ontevreden
zijn over hunne vertegenwoordigers in Europa,
Krüger daaronder begrepen. Zij verwijten hun,
niet naar Transvaal te zijn teruggekeerdeen
veroordeelende motie werd ten zijnen aaDzien
aangenomen.
Indien eene wijziging in de Regeering der
Republieken tot stand kwam, zou dit voor
Engeland een voorwendsel kunnen ziju om
zijn onverzoenlijke houding te laten varen en
zouden besprekingen over een aannemelijken
vrede niet onmogelijk zijn.
De laatste wanhoopsdaad in het verzet der
Boerenstrijders zal de wereld verbazen door
zijn heldhaftige krankzinnigheid. «Ik kan die
niet mededeelen; maar nooit is iets dergelijks
gebeurd in de meest afgrijselijke gruwelen
der oorlogen van de oudheid of van den
nieuweren tijd. Het zal ontzettend zijn!"
Toen de correspondent van de Ind. Beige
vroeg, of hiermede het verwoesten of in brand
steken der mijnen werd bedoeld, antwoordde
de geneesheer: «Neen, dat is het .niet!"
Amerika.
Chicago, 13 Jan. De afdeeling Chicago
van den Amerikaansch-Transvaalschen Bond
heeft besloten een verzoekschrift te richten
tot president Roosevelt, waarin er op wordt
aangedrongen om maatregelen te nemen tot
handhaving van de neutraliteit. In het
verzoekschrift wordt betoogd, dat indien de
militaire leveranties van New-Orleans uit,
gestaakt werden, de Zuid-Afrikaan6che oorlog
spoedig geëindigd zou zijn, terwijl nader
vastgesteld wordt, dat de paarden en de
muildieren de militaire leveranties vormen.
Het verzoekschrift is door velen onderteekend,
onder wie rechters en advocaten.
Opnieuw zijn te New-Orleans 1040
paarden ingescheept met bestemming Daar
Zuid-Afrika.
Frankrijk.
Yoisin, een soldaat te Rennes, werd in
1892 door den krijgsraad ter dood veroor
deeld. Gelukkig echter deinsden de autoriteiten
voor de toepassing van de doodstraf terug en
is Yoisiu's straf in dwangarbeid veranderd.
Nu blijkt toch, dat Voisin onschuldig is
geweest aan de misdaad, waarvoor hij werd
veroordeeld. De procureur van de Republiek
heeft aan Yoisin laten weten, dat bij het hof
van cassatie revisie van het vonnis is aan
gevraagd.
Te St -Etienne vond men een bakker,
Dantal, hangend aan een balk in zijn bakkerij.
Het lijk werd begraven. Doch Dantal was
gehuwd en men kon zijn vrouw nergens
vinden. Eindelijk bereikten de nasporingen het
huis van den gehangene en de oven der
bakkerij openend vond men asch van beenderen,
een paar corsetbaleinen en een schaar
de overblijfselen der vrouw. Dantal doodde
uit jalousie ziju vrouw en verbrandde haar
lijk in den oven, waarna hij zich verhing.
De gezworenen van het gerechtshof
der Seine, te Parijs, hebben nu weder een
jonge vrouw vrijgesproken, die een dubbelen
moord pleegde op haren minDaar en een
vrouw in wie zij nare medeminnares zag.
Duitschland.
Hamburg, 13 Jan. In den loop der
vorige week heeft zich in de Noordzee,
tusschen de mondingen van Elbe en Weser,
een verschrikkelijke tragedie afgespeeld. De
Bremerhavener stoomtrawler «Sekuodant"
was Dinsdagmorgen bij den toen heerschendon
storm in de Westertill op de hoogte van de
telegraafboei aan den grond geraakt, en alle
pogingen om het schip af te brengen bloven
vruchteloos. Bij de hooggaande zee werd het
schip spoedig lek en begon vol water te
loopen, zoodat de bemanning bovendek moest
verblijven, en eindelijk in het want een
schuilplaats moest zoeken, waar de lieden
blootgesteld waren aan wind en weer. Uur
na uur en dag na dag verstreek zonder dat
hulp daagde en ten laatste werden de lieden,
die na de stranding eten noch drinken hadden
gehad, door vertwijfeling aangegrepen. Één
hunner was, om voor wind en koude
beschutting te vinden, in een der boven water
uitstekende ventilatoren gekropen en verdronk
daarin toen het schip nog dieper zonk. De
oDgelukkigen in het want konden zich, ver
kleumd van koude, niet langer vasthouden
en de een na den ander werd door de golven
in zee geslingerd en verdronk. Nog slechts
drie man, de kapitein, stuurman en kok
waren in leven, toen de Hamburger Staats-
stoomer «Neuwerk" Zaterdagavond toevalliger
wijze op de strandingsplaats kwam om een
boei uit te leggen. Natuurlijk gaf de
«Neuwerk" onmiddellijk haar doel op en
redde de drie meer dood dan lövend zijnde
men8chen, die bij aankomst te Cuxhaven
onder geneeskundige behandeling moesten
worden gesteld. Zeven personen waren
omgekomen.
De «Sekundant" werd in 1888 gebouwd.
Het schip is geheel verloren.
België.
Eindelijk dan, is toch het lijk van den
vermisten zeekapitein en het rijtuig te
Antwerpen in één der havens gevonden.
De duiker was voor de zevende maal naar
beneden gegaan, toen hij het rijtuig outdekte.
Onmiddellijk werden maatregelen genomen
om het boven te halen. Het rijtuig was
geheel verbrijzeld, het voorste bovengedeelte
en de voorwielen lagen eenige meters van
het rijtuig af. Dit laatste was in slechten
staatsommige planken kon men met de
vingers afbrokkelen, zooals een stuk droog
brood.
De koetsier moet zich van poort hebben
vergist en in het water gereden zijn.
Het rijtuig lag op een viertal meters van
don kaaimuur op eene plaats waar de bodem
met ruim een meter slijk is bedekt.
Om 2 uren werd het lijk van kapitein
Rossander ontdekt. Het uurwerk van het
slachtoffer was stil blijven staan op 5 uur 17
min. Het lijk was afzichtelijk blauw. De
ongelukkige lag met de armen krampachtig
verwrongen en een nagel was afgerukt. Ook
de hoed van den koetsier is reeds bovengehaald.
Het lijk van den kapitein lag op 20 meters
afstand van de plaats waar het rijtuig werd
gevonden.
De dokter, die de eerste lijkschouwing
deed, verklaarde niet de minste sporen van
geweld te hebben ontdekt.
In de brieventasch van den kapitein was
eene som van 160 frank in bankbriefjes, en
in één zijner zakken vond men 17 frank en
centiemen in verschillende munt.
Nadat het lijk van den kapitein was boven
gehaald is de duiker nog eenmaal naar
beneden gegaanditmaal haalde hij den
haverzak van het paard op.
Het is een wonder, dat de duiker er nog
in geslaagd is, het lijk van den kapitein te
vinden. Het lag onder de modder begraven,
en slechts één der voeten kwam er nog uit.
Zoodra het lijk van den kapitein werd
bovengehaald, heeft de firma Sasse bevel
gegeven, op al de Zweedsche schepen de
vlag half top te hangen.
Verscheidene andere schepen hebben dit
voorbeeld gevolgd. Meer dan waarschijnlijk
zal men de onderzoekingen naar den koetsier
niet voortzetten, daar het parket de overtuiging
heeft dat er geene misdaad is gepleegd.
Op aanvraag der familie en van de
reederij is het lijk van kapitein Rossander
naar zijne geboorteplaats Kalmus over
gebracht.
Volgens berichten uit België schijnt de
meening, dat onder de Kempen, de uitgestrekte
heide in de provinciën Antwerpen en Limburg,
uitgestrekte steenkolenbeddingen zich bevinden,
bewaarheid te worden. Wij hebben reeds
vroeger medegedeeld dat, volgens bekwame
Belgische mijn-ingenieurs, o.a den heer
André Dumont te Leuven, de kolenlagen in
Engeland en in Westfalen gedeelten zijn van
een breeden gordel, die zich ook onder de
Noordzee en onder Noordelijk België en
Nederlandsch Limburg uitstrekt. Yele jaren
zijn echter te vergeefs boriDgen, zelfs tot
900 meter diepte, verricht. Eerst in Mei
1901 gelukte het aan een nieuwe Exploitatie-
Maatschappij, door den heer Dumont te Brussel
opgericht, bij Asch op ten diepte van
400 700 meter zware kolenaderen te vinden.
Met nieuwe boormachines werd de arbeid in
vijf andere gemeenten voortgezet en op 17
December wees het hijschen der vlag te
Zonhoven, dat nu ook daar op steenkolen
gestuit was. De bekende Maatschappij Cockerill
te Seraing heeft eveneens boringen laten
doen en zou daarmede te Asch en Op-Glabbeek
geluk hebben gehad. Beide Maatschappijen
zullen nu tot ontginning overgaan, waartoe
de Brusselsche reeds concessie voor 3300
hectaren van de Belgische regeering heeft
Nederland.
Amsterdam, 13 Jan. Een jongmeDsch
kooht in den sigarenwinkel van den depot
houder W. De Vries, Damrak, een dubbeltje
sigaren en gaf een gouden tientje in betaling.
De bediende, die dezen klant hielp, gaf hem
f 9.90 terug.
Toen gisteren de heer De Vries een wissel
moest betalen en onder het geld een gouden
tientje neertelde, meende hij te ontwaren, dat
dit geldstuk lichter was dan gewoonlijk cn
het daarop met aandacht bekijkende, ontwaarde
hij tot zijn schrik, dat het valscb was.
Het tienguldenstuk is zoo mooi nagemaakt,
dat een ieder het op het eerste gezicht voor
echt aanziet en slechts bij een nauwkeurige
beschouwing ontwaart men eenige afwijkingen.
Hoewel er bij het neerwerpen een metaalklank
in zit, is deze doffer wanneer men het gelijk
tijdig met een echt exemplaar hoort rinkelen.
Op den rand bekeken is bet niet overal even
dik. Aan de zijde waarop het wapen staat,
is het muntstuk te hol geslagen, terwijl van
het jaartal, dat vermoedelijk 1875 zal moeten
zijn, het laatste cijfer zeer onduidelijk is.
Wat het randschrift om den beeldenaar
betreft, hiervan zijn de letters bij nauwkeurige
beschouwiog niet zuiver afgewerkt en de ij
van het woordje zij staat geheel scheef geplaatst.
Een ieder zij op zijn hoede bij het in
ontvangst nemen van gouden tientjes, want
er zullen vermoedelijk meerdere in omloop
zijn en zij zijn, zooals reeds gezegd is, zeer
bedrieglijk nagemaakt.
Tiel, 13 Jan. Op Nieuwjaarsdag schoot
alhier de 50-jarige F. v. E. zich met een
met kruit gevulden s'eutel door de hand.
Gisteren overleed hij aan bloedvergiftiging.