Donderdag 15 Augustus 1901.
(25 i e r i li z e e s c b. e
Cou.r an t).
HINDERWET.
HINDERWET.
AlgemeeH Overzicht.
MEUWSTMDINGEN.
ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco per post
f 1,60.
Noord-Amerika, Transvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
58ste JAARGANG. No. 7576.
Directeur, A. 7. DE LOOZE.
Redacteuren
A. FRANKEL.
J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws.
Advertentiënvan 13 regela 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Manndaga, Woensdags en Vrijdags middags
12 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. Fbünxel, Havenpark 348, Zierikzee.
Da BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee
maken bekend, dat zij aan Dr. ADRIANUS
VAN DER HOEVEN, wonende in deze
gemeente, en zijne rechtverkrijgenden, vergunning hebben
verleend tot het plaatsen van een Gaskracht-
werktuig' van twee paardenkracht in een der
vertrekken van het woonhuis, staande in de Lange
Nobelstraat, plaatselijk gemerkt wijk A, no. 163, kadastraal
bekend sectie A, no. 1171.
Zierikzee, den 12 Augustus 1901.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
CH. W. VERMEIJS, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee
maken bekend, dat zij aan WILLEM COR-
NELIS LEI JDEKKERS, wonende in
deze gemeente, en zijne rechtverkrijgenden, vergunning
hebben verleend tot het oprichten van eene Vleesch-
roolierü, achter het huis, staande in de Venkel,
plaatselijk gemerkt wijk D, no. 177, kadastraal bekend
sectie B, no. 553.
Zierikzee, den 12 Augustus 1901.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
CH. W. VERMEIJS, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
Niet alleen in Transvaal en in den Oranje-
Vrijstaat wordt op last der Engelsche leger-
autoriteiten de bevolking naar versterkte
kampen weggevoerd, maar ook in de Kaap
kolonie is men daarmede begonnen. Dq
bewoners van Waterkloof, die verdacht werden
aan de Boeren herhaaldelijk een veilige wijk
plaats te hebben verschaft, zijn uit hun
woningen verdreven en gedeeltelijk tot
gevangenschap in een dergelijke versterking
gedoemd, gedeeltelijk naar andere hoeven
overgebracht. Of men het hierbij zal laten,
dan wel of men met deze schandelijke tactiek
zal voortgaan, kunnen-wij- niet- zeggen,-maar
zeker is het, dat de Engelschen er niet het
minst door zullen gebaat worden, maar veeleer
daardoor groot nadeel zullen lijden. Zij hebben
dat in Transvaal en in den Oranje-Vrijstaat
reeds ruimschoots ondervonden. Want hoewel
zij het land zoogenaamd «schoongeveegd"
hebben, zwerven tal van Boerencommando's
om de hoofdsteden Pretoria, Bloemfontein en
Johannesburg. In den omtrek van laatst
genoemde plaats hebben zij de Engelsche
politieposten aangevallen en deze veel schade
toegebracht.
De opstandelingen in de Kaapkolonie hebben
de Engelsche iiniën doorbroken, en nu
oprukkend naar het Zuiden, zullen zij voor
Kaapstad een groot gevaar opleveren, waar
mede de Engelschen voortaan hebben rekening
te houden. Wij voor ons zijn van oordeel,
dat, nu het zwaartepunt van den Zuid-
Afrikaanschen oorlog naar de Kaapkolonie
verplaatst is, de strijd over het al of niet
voortbestaan der Boerenrepublieken in deze
Britsche kolonie zal worden uitgestreden. Het
is een feit, dat de opstand zich uitbreidt, en
dat generaal French van zijn militaire ver
richtingen nog weinig succes heeft. Met hangen
en wurgen zal men de Kaapkolonie niet tot
rust brengen. Men moge in de Engelsche pers
een hoogen toon aanslaan, de toestand in
Zuid-Afrika is en blijft voor de Engelschen
hoogst ongunstig. De Britsche soldaten deser-
teeren bij menigtegeheele compagniën
weigeren te vechten. Het Engelsche leger is
den oorlog, die bijkans reeds twee jaren duurt,
moede. De fut is er uit. En men staat tegen
over een fel verbitterden vijand, aan wien
men alles ontnomen heeft, goed en bloed. De
Boeren, die niets meer te verliezen hebben,
zullen tot den laatsten man doorvechten. Niets
zal hen weerhouden, niets zal hen afschrikken.
Geen proclamatiën zullen hen bewegen hun
nek te krommen onder Engeland's juk.
Kitchener moge de Boeren bedreigen met
levenslange ballingschap, wanneer zij na den
15den September gevangen worden genomen,
en zich vóór dien tijd niet hebben overgegeven,
mannen, die reeds zooveel geofferd hebben
voor de zelfstandigheid van hun vaderland,
laten zich door een dergelijke bedreiging geen
vrees aanjagen. Uit die bedreiging spreekt
slechts de onmacht van Engeland om het
handjevol Boeren tot onderwerping te brengen.
Één van de schelmen, die de oorzaak is
van dezen rampzaligen oorlog, Lord Milner,
is op zijn terugreis naar Zuid-Afrika. Het
ware voor hem beter, zoo hij in Engeland
gebleven ware.
Het gerucht gaat, dat Lord Kitchener
Boeren voeren. De bejaarde veldmaarschalk,
Neville Chamberlain, heeft naar aanleiding
van een in het Lagerhuis gehoudene rede
voering, als zijn meening uitgesproken, dat
de oorlog door Engeland niet gevoerd wordt
volgens de eischen der beschaving, dat door
het verbranden van hoeven, het buitmaken
van vee, het vernielen van den oogst en den
mondvoorraad, het opsluiten van vrouwen en
kinderen, alle internationalo regelen met
voeten worden vertreden. Zal de Minister
Joe Chamberlain den moed hebben ook zijn
naamgenoot te beschuldigen van gebrek aan
vaderlandsliefde, en van heulen met den
vijand? Ons dunkt, dat de taal van dezen
waardigen veldmaarschalk, die in Engeland
in hoog aanzien staat, op alle weidenkenden
moet indruk maken.
Keizerin Friedrich, de moeder van den
tegenwoordigen Keizer van Duitschland, is
na een langdurig en smartvol lijden overleden.
Zij was in de dagen, waarin Bismarck de
almachtige rijkskanselier was, en zij nog in
haar volle levenskracht was, evenals Keizerin
Augusta, de gemalin van Keizer Wilhelm I,
een vijandin van dezen staatsman. Oudste
dochter van wjjlen Koningin Victoria van
Engeland, was zij als Engelsche prinses
trotsch op haar nationaliteit, en bleef, hoewel
de vrouw van een Duitschen vorst, Engelsche
in haar hart. Na den dood van Haar
Keizerlijken gemaal trok'zij zich in afzondering
uit het openbaar leven terug. Zij was bij het
volk, dat zij niet begreep, wel niet gehaat,
maar toch ook niet bemind. Haar verscheiden
laat bij de natie geen leegte na, die gevoeld
wordt. Toch heeft haar dood nog ten gevolge
gehad, dat aan Graaf Von Waldersee, die
uit China naar Duitschland is teruggekeerd,
niet die grootsche ontvangst is ten deel
gevallen, die men hem had willen bereiden.
i)e Duitsche Keizer had Von Waldersee, die
in China kwam toen het gevaar geweken
was en Peking reeds in handen was der
verbondene Mogendheden, als een triumphator
willen ontvangen, wat niet anders dan
belachelijk zou geweest zijn, zoo het gebeurd
ware. Bovendien is de veldtocht naar China
voor Duitschland's naam niet zoo eervol
geweest, want zijn soldaten hebben overeen
komstig hoog bevel in Peking verschrikkelijk
huisgehouden. Zij hebben op de wijze der
Hunnen, die hun tot voorbeeld zijn gesteld,
geplunderd, en geen kwartier gevend, gemoord.
Zal Von Waldersee nu'ook al geen triumftocht
ten deel vallen, hem zal, als de dagen van
rouw voorbij zijn, wel de een of andere
j onderscheiding worden aangeboden. Men zegt
zelfs, dat de Keizer plan heeft hem tot Prins
i te verheffen.
De Britsche gezant te Peking heeft
geweigerd de vredesovereenkomst te teekenen.
Ook hebben de Engelsche soldaten weer het
zomerpaleis van den Keizer bezet, tegen
welke daad de andere Mogendheden gepro-
testeerd hebben. Wil Engeland door zijn
I houding bizondere voordeelen afpersen, of
handelt het zóó, omdat de toestand in China
j in de werkelijkheid een dreigend aanzien
verkrijgt? Het zou ons niet verwonderen,
j indien op een of anderen tijd in China zich
de gebeurtenissen van het vorig jaar herhalen.
En als dat geschiedt, dan zal men oogsten,
wat men gezaaid heeft.
Italië heeft één zijner meest bekende
staatslieden door den dood verloren. Francesco
Crispi, die tot de éénheid van Italië krachtig
heeft medegewerkt, en tot stand heeft
gebracht, dat Italië zich aansloot bij het ver
bond tusschen Duitschland en Oostenrijk, is
op tachtigjarigen leeftijd overleden. In de
laatste jaren van zijn leven speelde hij geen
politieke rol meer, en was bij zelfs wegens
zijn nauwe betrekkingen tot finantiëele onder
nemingen, die geen solied karakter droegen,
gedwongen zich op den achtergrond te houden.
In Engeland gaan ook van militaire zijde
stemmen op tegen de barbaarsche wijze,
waarop de Engelschen den oorlog tegen de
De Transvaalsch-Engelsche
oorlog.
Londen, 12 Aug. De Standard verneemt
uit Pretoria, dd. gisteren, dat een twaalftal
Boeren, welke zich hadden onderworpen en
geweren van de Engelschen hadden ontvangen
om hun vee te beschermen, op een hoeve
ten Noorden van Volksrust door de Boeren
werden omsingeld. Zij gaven zich over, nadat
er een was gedood. Vijf stonden vervolgens
terecht voor een krijgsraad onder voorzitter
schap van Chri8tiaan Botha, die hen zoude
hebben doen fusilieeren. De anderen werden
veroordeeld tot een zware geeseling.
In verband met de jongste proclamatie
van lord Kitchener, is in het Engelsche hoofd
kwartier een lijst saamgesteld, bevattende de
namen der Boerenaanvoerders, die nog te
velde zijn en die door de hedreigingen van
den Britschen opperbevelhebber getroffen
worden. De namen der betrokkenen zijndo
opperbevelhebber Louis Botha, commandant
Christiaan Botha, commandant Viljoen, com
mandant De la Rey, commandant Beyers,
commandant Lucas Meyer, commandant De
Wetcommandant Kempcommandant
Weasels, commandant Kritzinger, commandant
Fouchécommandant Malancommandant
Scheepers, commandant Smuts, president Steyn,
de staatssecretaris Reitz en de waarnemende
president van Transvaal, Schalk-Burger.
Pretoria, 10 Aug. Afgaande op de mede-
deeling, verstrekt door een Boer, die zich
overgegeven had, vertrok kapitein Valentine
met een 50 man burgerpolitio van hier, ten
einde zich meester te maken van een groote
kudde vee. Hij slaagde in zijn toeleg, doch
op den terugweg werden door een in een
hinderlaag liggende strijdmacht der Boeren,
4 man van de burgerpolitie gedood en 2
gewondterwijl er bovendien een viertal
gevangen genomen werd. De overigen slaagden
er in zich uit de voeten te maken. Het heet,
dat er 2 Boeren gewond zijn.
Mag men den correspondent van de
3ster Lloyd gelooven, dan hebben de Boeren
den 27sten Juni Pieter Maritzburg, de
hoofdstad van Natal, b{j verrassing ingenomen.
Zij bleven er zoo lang, tot dat zij alle
artikelen bij elkaar hadden, welke zij noodig
hadden. Onder hen bevonden zich een paar
honderd in opstand gekomen Hollanders uit
Natal en het stoutmoedige stukje gelukte
onder de persoonlijke leiding van generaal
Christiaan de Wet. Aldus zou De Wet's
tijdelijke verdwijning zijn te eerklaren.
4 Juli moet er voorts gevochten zijn in
de Schuwebergen ten Westen van Pretoria.
Een Eögelsche colonne was uitgezonden,
om generaal De la Rey gevangen te nemen,
of hem ten minste te verjagen uit kalkovens
in de Schuwebergen, waar hij zich ophield.
Deze Engelsche colonne werd volkomen ver
nietigd door commandant Kemp, die den
afwezigen De la Rey verving. In den loop
van het gevecht werd een troep Boeren door
de Engelschen in het nauw gedreven. De
Boeren namen de wijk naar een terreinplooi,
waar het commando van Kemp lag verborgen.
De Engelschen achtervolgden de vluchtelingen,
zonder onraad te vermoeden en stormden de
terreinplooi binnen. Toen Bloeg een vreeselijk
geweervuur in hun gelederen van eenige
meters afstand van de kopjes. Volgens het
verhaal van een Britschen soldaat, die gewond
werd, was het vuur der Boeren zóó hevig,
dat de Engelschen er niet aan dachten het
te beantwoorden, doch het gelaat in de
handen verborgen en zich zonder tegenstand
lieten dooden. Zij kregen tal van dooden,
100 gewonden en 400 gevangenen.
Afgrijselijk is de mishandeling der vrouwen
on kinderen in 't kamp te Johannesburg.
Iemand van daar schrijft aan den heer
Emous een en ander, waaraan wij 't volgende
ontleenen
Dr. Crook «crook" (ruw) ook in zijn
handel en wandel is de door de Engelschen
aangestelde geneesheer van dit kamp, en noch
de super-intendant-generaal, (de heor Tucker),
noch de super-intendent van dit kamp, de
heer A. Noble, kan en durft ontkennen dat
deze «Diamond-digger" allen onder diens
duim heeft. Toen het aantal zieken tot 250
bedroeg en er tot 30 per week stierveD,
heeft nooh de heer Noble, noch eenig ander
persoon onder hem het gewaagd om eenige
hulp aan dezen menschen-moordenaar aan te
bieden, noch om hem te ontslaan en een
beter en bekwamer geneesheer aan te stellen.
Toen Crook 250 patiënten te behandelen had,
wist hij goed dat hij dat enorme aantal niet
geregeld kon bezoeken en behandelen. Wat
anders konden de arme menschen verwachten
dan den dood. Een menigte patiënten,
en dit kan bewezen worden, weigerden de
medicijnen van dr. Crook te gebruiken, maar
troostten zich met huismiddelen, en
werden hersteld.
Nu het Engelsche publiek door fatsoenlijke
bladen met den waren toestand der Burger-
kampen wordt bekend gemaakt, weigert Crook
beslist eenige informatie uit het kamp te
laten gaan. De ziekentrooster en verpleegsters,
die allen door de commissie der Hollandsche
kerken aangesteld zijn en beloond worden,
zijn door Crook belet eenige informatie aan
eenig lid dier commissie of wie ook te ver
schaffen. Het gevolg is, dat wij niet anders
dan met groote moeite een en ander te weten
kunnen komén. Wat andé?6 kan men hieruit
afleiden, dan dat do toestand in het Burger-
lcamp bij Johannesburg onder Crook een
allerellendigste is, want was de toestand een
gezonde en bevredigend, zou hij geen bezwaar
kunnen hebben tegen de publicatie van alle
«inns and outs". Om een enkel geval uit
een menigte te noemen, zal ik melding maken
van zekere mevr. Viljoendie met hare
kinderen sedert 16 Januari 1901 tegen zin
en wil in de renbaan geplaatst werd. Haar
man werd op 2 Nov. 1900 op diens plaats
Witkoppies, district Pretoria, gevangen en
gedeporteerd, nadat hij de wapens neergelegd
en een eed van neutraliteit genomen had.
De volgende feiten kunnen door de verpleegsters
en anderen bevestigd worden. Op 4 of 5
Juni beviel mevr. Viljoen van een zoon. Zij
werd door een Boerenvroedvrouw, die ook
in het kamp was geplaatst, bediend. Eenige
uren na haar bevalling bezocht dr. Crook
haar in haar tent, vroeg haar naar haar
toestand en ouderdom, maar onderzocht haar
niet. Crook gaf ook geen instructies aan de
vroedvrouw, noch aan de verpleegster omtrent
de behandeling dezer ongelukkige vrouw.
Donderdagmorgen 6 Juni beviel deze vrouw
van een tweeden zoon. Toen was zij erg
zwak. Omtrent 3 uren na de bevalling van
het tweede kind werd deze vrouw op last
van Crook van haar tent naar de hospitaaltent
vervoerd, terwijl zij erg zwak was. De vrouw
werd zwakker en zwakker en overleed
Zaterdagnamiddag omtrent 1.30, 8 Juni. Het
tweede kind overleed ook op 8 Juni en het
eerste op 9 Juni.
Gedurende de laatste week rapporteerde
Crook aan de autoriteiten, dat hij voor de
week, eindigende 5 Juli, slechts 10 zieken
had en 8 sterfgevalleu. "Wat anders beteekent
dit dan dat van Crook's patiënten gevaar
loopen van naar hun laatste rustplaats gezonden
te worden.
Met groote moeite heb ik de volgende
bijzonderheden omtrent den toestand in het
kamp kunnen krijgen
Daarna volgt een lijst van 50 gestorvenen
in één week, meest kinderen. En 't getal
is er meer dan minder, schrijft hijEn
't vleesch, bestemd voor deze ongelukkigen
is zeer slecht; tien schoon afgeslachte schapen,
gewogen, wogen saam 120 pond. Een Boer
in de renbaan zei, dat de beesten van magerte
bijna niet loopen kunnen
Middelburg (K. K.), 12 Aug. Kritzinger
is naar het Noord-Westen gedreven, en liet
onderweg een honderdtal paarden achter.
Kolonel Crabbe was twee uur lang met hem
in gevecht, en was met zonsondergang hem
dicht op de hielen.
Kaapstad, 12 Aug. Kleine troepen Boeren
hebben zich vertoond in de zuidelijke districten
van Kaapkolonie. Er zijn er waargenomen in de
distrioten Worcester, Calvinia en Willowmore.
Amerika.
Amerika is het land der ziekelijke uitersten.
Dit bloek in de laatste maanden, toen zekere
Do wie de geloofsgenezing begon te prediken,
en thans zich als den teruggekeerden profeet
Elia aandient. Een nieuwe profeet trad thans
op om hem concurrentie aan te doen, voor
gevende de opgestane Johannes de Dooper
te zijn. Hij heet Hoop, een geboren Beijer,
die in 1869 als jongeling naar Amerika trok
en zieh als steenhouwer te St.-Clowd (Minn.)
vestigde. Thans «bewerkt" hij Chicago, en
wil in openbaar debat met Dowie de quaestie
uitvechten wie van hen beiden de ware
profeet is. "Vóór hij profeet werd heeft hij
eenige schatten opgelegd en in de bank
vastgezet. Zijn vrouw is van hem weggeloopen.
Hij heeft twee kinderen. Hij gaat van stad
tot stad on van dorp tot dorp met een groote
blikken ster op de borBt zijn roeping af
kondigen. Hij is niet gekleed in zak en asch,
noch zoekt hij de wildernis, maar juist het
tegenovergestelde. Deze nieuwe Johannes de
Dooper reist per spoor en logeert in de beste
hotels en eet en drinkt er lekker van.
In 1878, zegt hij, kreeg hij zijn tweede
licht, dat hij Johannes de Dooper is. Het
schijnt dat de advocaten te St.-Paul (Minn.)
hem voor 't lapje houden of misbruik maken
van zijn krankzinnigheid, door hem af te
zetten. Althans zij hebben hem als bewijs
voor zijn zending een document verstrekt,
hetwelk luidt als volgt:
«St.-Paul, kantoor van den klerk van het
plaatselijk gerechtshof, 9 Juli 1901. Aan
die de waarheid en profetie beminnen, groete
Dit is een bewijs, dat de drager, Johannes
de Dooper II, den strijd heeft aangebonden
om de ketterij uit te roeien én dat hij van
nu aan zich zal wijden aan de uitroeiing van
een secto, Dowieïtes genaamd, en hij zal geen
behagen in het leven hebbsn, totdat de
Dowieïtes van de oppervlakte der aarde
verdelgd zijn. Nu wenschen wij, de rechters,
klerken en andere ambtenaren van het
plaatselijk gerechtshof, u allen geluk met deze
onderneming".
Dowie en zijn aanhang zijn woedend. Hij
wil geen openbaar debat, doch houdt in zijn
meetingszaal heftige redevoeringen tegen den
afwezige. Men is belangstellend wie van deze
«profeten" 't winnen zalJohannes II of
Elias II.
Rusland.
Tusschen de bewoners van twee dorpen
in Zuid-Rusland bestond sedert eenigen tijd
een veete over een stuk land, waarop van
beide zijden eigendomsrechten geldig werden
gemaakt. Dezer dagen kwam het tot een
botsing. 800 personen namen aan den strijd
deel, die twee uren duurde en waarbij van
allerlei wapenen gebruik werd gemaakt. 40
personen werden gedood en 126 gewond.
Frankrijk.
Parijs, 12 Aug. Gisterenavond om 7 uur
is een hevige brand uitgebroken in de weverij
van Graville in de rue Demidoff te Havre.
De brand nam onmiddellijk groote afmetingen
aan en een groote houtwerkplaats aan de
overzijde der straat werd al spoedig aangetast.
I Twee uur later stond een geheel huizen
complex in brand en hedenmorgen had de
brandweer het vuur nog niet geheel beteugeld.
De schade wordt begroot op 2 millioen francs
i er zijn geen menschenlevens verloren gegaan.
Te Parijs is Zondag een Nederlander
gearresteerddie voorgeeft dagbladcorres
pondent in Transvaal te zijn. Hij wordt
beschuldigd van valschheid in geschrifte en
gebruikmaking daarvan. Te Marseille had hij
kennis aangeknoopt met een Nederlandsche
familie, aan wie hij zich had voorgesteld
onder den naam Wade. Het hoofd des gezins
had hij wijsgemaakt, geheim agent van de
Transvaalsche regeering te zijn en in opdracht
te hebben, in Europa oorlogsbehoeften te
koopen en die naar Transvaal te zenden.
De pseudo-agent legde papieren over, die
onderteekend waren met de namen van
bekende hooggeplaatste Transvaalsche ambte
naren, o. a. van dr. Leyds. De zegels droegen
er toe bij de papieren een authentiek aanzien
te geven.
Op zekeren dag stelde Wade de familie
in quaestie voor, voor zijn rekening, zaken
te doen, die aanzienlijke winsten moesten
afwerpen, en slaagde er in, een groote som
gelds van zijn nieuwe vrienden los te krijgen.
Ook vroeg hij de dochter des huizes ten
huwelijk, waarvoor hij toestemming verkreeg
en het huwelijk zou in Juli 1.1. worden vol
trokken. Even vóór den bepaalden datum
verdween Wade plotseling. Zondag werd hij,
na lang zoeken, gearresteerd aan het gare
du Nord te Parijs, op het oogenblik, dat hij
uit Londen aankwam.
Wade hoeft ook een bewoner van Ant
werpen opgelicht voor 25.000 francs.
Duitschland.
Homburg, 11 Aug. Hedenmorgen te
9 u. 16 min. kwamen de koning en de
koningin van Engeland, prinses Victoria en
prins Nicolaas van Griekenland met gevolg
hier aan. Zij werden door het keizerlijk paar
en de drie oudste prinsen ontvangen en
hartelijk begroet. Op het perron stond een
eerewacht van het 80ste regiment met vaandel
geschaard.
Cronberg, 11 Aug. In de eerwaardig oude
kerk had hedenmiddag om vier uur een lijk
dienst plaats. Van het slot Friedrichshof tot
de kerk stonden militairen geschaard. De
vorstelijke personen namen plaats achter de
lijkkist in de altaarnis. Na de gezangen en
het gebed traden de prinsen August Wilhelm,
Adalbert en Oskar naar voren en plaatsten
zich naast do officieren der eerewacht aan het
I voeteneinde, de kroonprins en prins Eitel
Fritz stelden zich aan het hoofdeinde van de
kist op.
De opperhofprediker Dryander sprak een
gebed, waarin hij de keizerin herdacht, die, toe-
gerust met rijke gaven, gelukkig en gelukkig
I makend aan de zijde van haar gemaal had
geleefd. Daarop zegende hij het lijk. Op dit
j oogenblik presenteerden de troepen buiten het
geweer, de tonen van den roffel en het