ZIEMKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Donderdag 11 Juli 1901.
i e r i li. z c e s c li e
Courant).
Algemeen Overzicht.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden ia f 4,30, franco per post
f 1,60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
57ste JAARGANG. No. 7561.
Dlreotour a. j. de looze.
Redacteuren
A. FRANKEL.
J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuws.
Advertentiënvan 13 regela 30 Cta.
meerdere regels 10 Cts.kunnen uiterlijk tot des
Maandags, Woensdags en Vrijdags middags
12 ure bezorgd worden.
Groote teller wordt naar plaatsruimte berekend.
Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. de Looze, Hoek Schuithaven, Zierikzee.
Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. Frünkel, Havenpark 348, Zierikzee.
De Boeren kobben op de lijn Pretoria
Pietersburg een trein opgeblazen. Wij ver
melden dit, omdat het de eerste maal is, dat
op die route aan een trein een ongelukje
overkomt. Hierbij lieten met den officier mede-
gerekend veertien man het leven, terwijl tien
soldaten gekwetst werden. De Boeren hebben
bij die gelegenheid de munitie en levens
middelen, die in den gederailleerden trein
gevonden werden en voor de Engelscbo posten
in het Noorden bestemd waren, zich toege-
eigend, biermede aan hun vijanden de moeite
van het vervoer welwillend besparend, hetgeen
door deze niet eons gewaardeerd word. On- 1
dank toch is 's werelds loon.
In het gevecht bij Vlakfontein werden de
Engelsche soldaten, ten getale van duizend,
door de Boeren omsingeld. De la Rey zond
een parlementair tot den bevelvoerenden officier
van het ingesloten regiment, om hem te som-
meeren zich over te geven, teneinde noodeloos
bloedvergieten te voorkomen. De parlementair
kwam riet terug. Een tweede werd gezonden
met dezelfde opdracht. Ook deze kwam niet
terug. Toen viel De la Rey met zijn geheel
commando het regiment aan, hakte het in de
pan en nam vele Engelschen gevangen, waar
onder ook de officier, die het bevel had
gevoerd. Toen deze door De la Rey onder
vraagd werd over het lot, dat aan de twee
gezondene parlementairs was te beurt gevallen,
antwoordde hij cynisch, dat zij op zijn last
waren doodgesohoten geworden, omdat hij in
hen Kaapscho rebellen zag. De la Rey moet
zich hierover bij lord Kitchener beklaagd
hebben, die den wreedaard naar den krijgs
raad verwezen heeft. Waarom De la Rey dien
Engelschen officier niet het hoofd voor de
voeten heeft gelegd, is ons niet duidelijk.
Deze had het toch dubbel en dwars verdiend.
Vooreerst had hij zich vergrepen aan het
heilig recht van deii afgezant op onschend
baarheid, en ten tweede gaat het zelfs in
oorlogstijd niet aan om iemand, zonder nader
onderzoek, te executeeren.
Het nieuws, dat wij betreffende de krijgs
verrichtingen der Boeren in de laatste week
ontvingen, is anders zeer Bchaarsch, wat een
gunstig teeken is.
Het Engelsche blad Daily News bevat een
brief van de echtgenoote van Cbriatiaan de
Wet, waarin deze opkomt tegen de uitdrukking,
dat zij onder de bescherming van de Engelsche
regeering staat. Zij verhaalt in dit schrijven,
dat de Britsche soldaten haar bezittingen
geplunderd en haar hoeve verbrand hebben.
Zij is toen met haar kinderen gevlucht, nu
hier dan daar een toevlucht zoekend en op
haar ronddwalingen werd zij gevangen
genomen, en op een beestenwagen naar
Johannesburg vervoerd, alhoewel de militaire
autoriteiten wisten, dat zij de vrouw was van
generaal Christiaan de Wet. Schandelijk 1 In
Johannesburg leed zij in den eersten tijd
gebrek. De fiere vrouw weigerde echter
ondersteuning van Engeland aan te nemen.
Daar ?ij van alles schandelijk beroofd was,
ontving zij die van bevriende zijde.
Nu in Engeland de beweging tegen den
oorlog en vooral tegen de onteerende wijze,
waarop hij gevoerd wordt, zich uitbreidt,
zoodat zelfs de liberale partij uit haar slaap
ontwaakt, wordt van regeeringswége alles in
het werk gesteld om het uitdoovend oorlogs
vuur weer te doen opflikkeren. Zoo zal te
Londen onder leiding van den Lord-Mayor
een monstermeeting worden gehouden, waarin
op de voortzetting van den onrechtvaardigen,
misdadigen oorlog zal worden aangedrongen.
De regeering speelt daarmede haar laatste
troeven uit, want het Engelsche volk zal
zich niet meer laten opzweepen, wanneer het
overtuigd wordt, dat de Britsche legermacht,
hoe talrijk zij dan ook wezen mag, niet in
staat is dat handjevol Boeren tot onderwerping
te brengen, en dat het rekken van den oorlog
slechts opoffering van menschenlevens en ver
spilling van 's lands geldmiddelen beteekent.
Van deEngelsche Ministers moge men anders
zeggen wat men wil, erkend moet worden,
zij zijn meesters in het liegen. Zoo heeft
de Minister van Oorlog, Brodrick, een poos
geleden in het Parlement verklaard, dat de
militaire autoriteiten in Zuid-Afrika nog nooit
geweigerd hadden de gelden, die ten behoeve
van de gevangene Boerenvrouwen en kinderen
werden overgemaakt, te doen uitbetalen. En
wat blijkt nu, dat Minister Brodrick weer voor
de zooveelste maal in het openbaar gelogen
heeft. Immers voor den Duitschen consul
te Amsterdam heeft dé Transvaler, Hendrik
Johannes Louw, een beëedigde verklaring
afgelegd, die juist van het tegendeel getuigt.
Toen hij toch lid was van de Uitvoerende
Commissie der Weldadigheidscommissie voor
krijgsgevangene vrouwen en kinderen te
Johannesburgontving de commissie uit
Kaapstad ter verzachting van het lijden der
vrouwen en kinderen, die gevangen werden
gehouden, een wissel ten bedrage van drie
honderd pond. De commissie vroeg aan de
militaire autoriteiten verlof dat bedrag te
mogen uitkeeren. En wat gebeurde nu
Het verci8chte verlof werd beslist geweigerd,
zoodat de commissie genoodzaakt was den
wissel met nog een nagekomen wissel van
gelijk bedrag naar Kaapstad te retourneeren.
Eigenlijk heeft men geen grond zich
daarover te verwonderen, als men in het oog
houdt, dat het de bedoeling is van het
Engelsche gouvernement de Boerenbevolking
zooveel mogelijk uit te roeien. De mannen,
die strijdend worden gevangen genomen,
worden naar ongezonde luchtstreken weg
gevoerd de vrouwen en kinderen worden
van de hoeven gesleurd, in vrouwenkampen
opgesloten, en daar aan ontbering prijs
gegeven. Hoe grooter nu de sterfte onder de
gevangenen is, hoe meer voldoening de
ÉDgelsche autoriteiten hebben van de door
haar gekozene middelen om de Boerenbevolking
te verdelgen. Men laat de gevangenen, zonder
eenig medelijden te hebben met geslacht of
leeftijd, eenvoudig een langzamen dood
sterven. Zij kwijnen weg. Dat valt niet zoo
in het oog. Men - kon er ook wel met één
slag- van afkomen, door hun gezamenlijk den
kogel te gev^n. Maar dat zou te veel opzien
baren. "Wat zegt Keizer Wilhelm, die anders
nog al praten kan, vant deze doeltreffende
Engelsche methode om een geheel volk zoo
stilletjes weg naar de andere wereld te
helpen? Niets! Zoo hij dan daarover niets te
zeggen heeft, hij schenke dan ten minste aan
den genialen schepper van die methode den
Zwart'en Adelaar.
De alom bekende Engelsche journalist
Stead, die, trots zijn nationaliteit, de recht
vaardige zaak der Boeren steeds met veel
warmte bepleit heeft, en diep verontwaardigd
is over de gruwelen, die in Zuid-Afrika door
zijn landgenooten gepleegd worden, heeft in
het Algemeen Handelsblad voorgesteld, dat
de kleine staten gezamenlijk tegen deze
menschonteerende handelingen zouden op
komen. De gedachte is goed, maar Diet voor
uitvoering vatbaar, omdat de Regeering van
menigen kleinen staat zich meer gebaat acht
door Engeland naar de oogen te zien, voor
Engeland als het ware in het stof te kruipen,
dan in een gemeenschappelijke daad, beoogend
een verdediging der rechten van de kleine
volken.
Zoo bij voorbeeld België. Hét Ministerie
van dat rijk doet al het mogelijke Engeland
te believen. Het vleit zelfs tot walgens toe
den Minister, over wien de gebeele beschaafde
wereld als het ware den staf breekt. Wien
zal het op het vasteland van Europa invaren
Lord Chamberlain te verheerlijken? Natuur
lijk aan geen man van karakter. Daarvoor
moet men alleen Belgisch Minister wezen,
doordrongen van de noodzakelijkheid Engeland
laf en onmannelijk te streelen. Het geval
met Andries de Wet, die door het volk op de
handen gedragen werd, bewijst dit opnieuw.
Andries de Wet werd door den directeur van
den Veiligheidsdienst, die natuurlijk handelde
op last van de Regeering, ontboden, en door
dezen werd hem beduid, dat het wenschelijk
zou zijn met zijn redevoeringen voor de
Boeren niet langer voort te gaan. De Wet
vertrok hierop naar Parijs, waar den 14den
Juli, de verjaardag der inneming van de Bastille,
door de studenten een groote betooging voor de
Boeren zal gehouden worden. Te begrijpen is het,
dat de handelwijze der Regeering de gemoederen
verbitterd heeft. In de Belgische Kamer werd
de Minister door Lorand onder handen ge
nomen. De Minister van Justitie verdedigde
zich met de nietsbeteekenende frase, dat de
regeering verplicht is betoogingen te vermijden,
die do goede betrekkingen met Engeland in
gevaar brengen. Hierop mengde zich de
sociaal-democraat Demblon in het debat, die
aan de rechterzijde toevoegde, toen deze
protesteerde tegen zijn uitdrukking, dat
Chamberlain een ellendeling was, dat zij er
evenzoo over dacht als hij, maar het niet
durfde zeggen. Men is trouwens van de zijde
der socialisten, die in de Kamer 32 man
sterk zijn, op de regeering fel gebeten, voor
eerst, omdat zij de partij heeft opgenomen
voor een generaal van de burgermacht te
Doornik, die zijn manschappen had aangeraden
om flink raak te schieten, als er
kwam, en ten tweede, omdat haar voorstel
over de kwestie van het algemeen stemrecht
een referendum uit te schrijven, door de
regeering bestreden, en dientengevolge door
de Kamer werd afgestemd. Naar aanleiding
van die afstemming heeft de arbeiderspartij,
na aanneming van een moMn, waarin op de
'onmiddellijke politieke gelijkstelling van beide
geslachten werd aangedrongen, zoodat ook aan
de vrouwen het stemrecht zal moeten worden
toegekend, besloten, dat bij het hervatten der
Kamerzitting door het geheole land, overal,
ten behoeve van het algemeen stemrecht
meetings en betoogingen zullen worden ge
houden. Mochten echter de vreedzame middelen
mislukken, dan zal de arbeiderspartij niet
voor revolutie terugdeinzen. Inderdaad bestaat
daarvoor in België groot gevaar. De Koning
is er niet populair, de Regeering heeft zich
door haar kruipende houding voor Engeland
gehaat gemaakt, en een groot deel van het
leger is tengevolge van de gemaakte propaganda
—EUWSTIJDIIIGE1I.
De Transvaalsch-Engeleehe
oorlog.
Londen, 8 Juli. Het ministerie van oorlog
heeft eene nota openbaar gemaakt, behelzend
dat er geen vreemdelingen verbannen zijn
naar Europa door de Engelsche autoriteiten
in Zuid-Afrika wegens mffitaire redenen
sedert den ln Januari 1901. De vreemdelingen,
die sedert dien datum verbannen werden,
zijn, met twee of drio r'tzonderingen, personen
aan wie, omdat zij nooddruftig waren, wije
overtocht en vervoer is toegestaan op verzoek
van de betrokken consuls.
In het Lagerhui heeft Stanley
verklaard dat het getal der Boeren, d;e
gedurende de laatste 4 maanden gedood,
gewond of gevangen genomen zijn, ongeveer
3000 beliep.
Het aan+al der Britsche troepen in Zuid-Afrika
was zeide Stanley ongeveer 251.000,
en van dezen waren er 14.000 ziek.
Er is vandaag een aanvullend blauwboek
uitgegeven, betrekking hebbend op de
onderhandelingen tusschen Botha en Kitchener.
Kitchener deelde in een schrijven van den
7en Maart, gewagende van het mondgesprek
dat den 28en Februari te Middelburg
plaats bad, aan Botha mede dat, in geval
de Boeren zich overgaven, de Engelsche
regeering onmiddellijk amnestie zou geven in
Transvaal en de Oranje-Rivier-Kolonie voor
aJ'e oorlogsdaden de beide talen, Engelsch
en Hollandsch, zouden erkend, op de scholen
geleerd, en voor de rechtbanken gebruikt
worden. De Engelsche regeering weigerde
de aansprakelijkheid te aanvaarden voor de
schulden van de regeeringen der gewezen
republieken.
Botha, den 15en Maart de Burgers toe
sprekende, betoogde dat de geest die er
sprak uit Kitchener's brief het duidelijk
maakte, dat de Engelsche regeering de
vernietiging wil van het Afrikaander vólk.
Hij bezwoer de Burgers hun vertrouwen te
stellen op God, die bevrijding geven zal.
Er zijn tevens verscheidene andere docu
menten, meest alle gevonden in Boerenkampen,
gepubliceerd, welke berichten behelzen over
nederlagen van de Engelschen, of andere
tegen dezen gericht nieuws, waarbij óf groote
overdrijvingen óf volslagen vervalscbingen
begaan zijn.
Eene proclamatie van De Wet, van den
len April, verklaart het noodeloos nog over
de bijzonderheden van gedachten te wisselen,
omdat het eenige wat de Boeren doen, is
vechten voor hunne onafhankelijkheid.
Het blauwboek eindigt met de proclamatie,
welke den 20en te Waterval is uitgevaardigd
en waarvan den 4en Juli een uittreksel is
voorgelezen in het Parlement.
Kaapstad, 8 Juli. Te Middelburg zijn
een groot aantal Afrikaanders tot 3 maanden
gevangenisstraf veroordeeld, omdat zij den
Engelschen militairen autoriteiten niet de
1 gewenschte inlichtingen hebben verschaft
aangaande de bewegingen der Boeren.
Amerika.
Het nationale feest van 4 Juli, dat vooral
gevierd wordt met het afsteken van vuur
werk, met vreugdeschoten, enz., heeft den
dood van 19 en de verwonding van 1611
personen teweeggebracht. En zoo'n veldslag
maakt het Amerikaansche volk ieder jaar
meê, voor zijn plezier! Geen wonder, dat de
protesten tegen zulk feestvieren toenemen.
De Amerikaansche Minister van Land
bouw heeft zich tegenover een correspondent
van de New-York Tribune uitgelaten als volgt:
»Ik twijfel er niet aan, of de Yereenigde
Staten zullen binnen eenige maanden in staat
zijn op eigen gebied alle voedingsmiddelen
en klecdingstoffen voort te brengen. Dan
zullen de 'Yereémgdè Staten op het gebied
van handel en nijverheid bijna onafhankelijk
zijn van andere natiën.
»Hieruit volgt, dat combinaties tegen den
handel der Yer. Staten niets kunnen uit
richten. De deskundigen van het departement
van Landbouw nemen proeven met de cultuur
vau koffie en daarvan worden goede resultaten
verwacht. Binnenkort zal India Rubber op
groote schaal verbouwd worden op Puerto
Rico, de Sandwich-Eilanden, alsmede de
Philippijnen".
Deze uiting kan eenigszins als een ant
woord beschouwd worden op de pogingen, die
in Europa, en vooral in Oostenrijk, gedaan
worden voor een Europeesch verbond tegen
Amerikaansche producten.
Engeland.
De bijbol, welke door Koningin Victoria
van Engeland werd gebruikt bij haar huwelijk
met Prins Albert, is, evenals H. M.'s sherry,
dezer dagen ook te Londen in het openbaar
verkocht en wel voor 40 guineas (f 500).
De werkelijke waarde was, gelijk bij het
begin van den verkoop werd bekend gemaakt,
niet meer dan f 6.
Die bijbel werd indertijd door Koningin
Victoria ten geschenke gegeven aan een harer
Hofkapelaans en deze misschien wel een
der onlangs ontslagene 24! heeft hem
thans van de hand gedaan.
Het was dus hier geen zoon die verkocht,
maar ook niet die de reliquie inkocht. De
nieuwe eigenaar is de heor Wilson te Nort
hampton.
Londen, 9 Juli. Lord Roseberry heeft
een audiëntie van een uur bij den Koning
gehad, naar men meent in verband met
politieke aangelegenheden, doch van het ver
handelde lekt niets uit.
Rusland.
Men kan zich van de reusachtige afmetingen
in Rusland eenig denkbeeld vormen uit het
bericht, dat het getal nieuw ingeschreven
militieplichtigen dit jaar meer dan een
millioen bedraagt. Daarbij komen dan nog bijna
100.000, die voor een tweede dienstjaar zich
hebben verbonden. Onder de IJ millioen zijn
55.000 Israëlieten, 34.500 Mohammedanen
en 4500 Heidenen.
Frankrijk.
Eene vrouwelijke concierge te Parijs zag
de vorige week twee jonge mannen van ver
dacht uiterlijk naar boven sluipen. Zij ging
hen stil achterna en zag hen met valsche
sleutels een kamer openen. Daar de mannelijke
bewoners allen werklieden uit waren,
sloot zij de huisdeur en riep in allerijl de
vrouwen bijeen, die nu met tangen, pooken
en bezems gewapend, de kerels opwachtten,
en op dezen, toen zij beladen met gestolen
pakken naar beneden kwamen, aanvielen.
Intusschen was de politie gehaald en konden
de roovers worden ingerekend.
Een bende moordenaars, die hun bedrijf
opvatten als een soort sport, maakt in den
laatsten tijd het Parijsche Bois de Yincennes
onveilig. Het zesde slachtoffer, dat zij in een
week maakten, ligt thans in een der hospitalen
op sterven. Deze man, 26 jaar oud, die
Zaterdagavond van zijn werk naar huis
wandelde, werd door een tenger persoon
aangesproken en eerst om een lucifer en toen
j om geld gevraagd. Toen de man noch het
een noch het ander geven wilde, riep de
vreemde »dan zal ik je een paar steken in
het hart geven". En op hetzelfde oogenblik
kwam een andere man uit de struiken te
voorschijn, en greep de armen van het
slachtoffer beet. Daarop stiet de eerste
ellendeling den hulpeloozen tot tweemaal toe
een lang mes in de borst. Toen hij weer
bijkwam, kon de ongelukkige zich nog naar
een apotheker in de buurt voortslepen, waar
men hem bijstand verleende.
Hij vermiste niets; blijkbaar dooden deze
misdadigers, waarvan de politie geen spoor
kan vindeD, voor hun genoegen.
Met het stoomschip »Deutschland", dat
eerstdaags uit Cherbourg naar New-York
vertrekt, gaan tien Amerikaansche millionnaira
mede.
Die rijke passagiers hebben de luxe
kajuiten, de badkamers en rooksalons voor
zich besproken en betalen daarvoor een som
van f 55.000.
Marseille, 8 Juli. De pakketboot »Laoa",
komende van Chineesch Tonkin, zette te
Port-Saïd een Arabisch stoker aan wal, die
door de pest was aangetast.
Tusschen Port-Saïd en Marseille hebben
zich 15 gevallen van pest voorgedaan onder
de .Arabische stokers, die aan wal gezet zijn
bp aankomst te Friaul. Een der aangetasten
is gisterenmorgen overleden, een andere heden
morgen.
Passagiers en de manschappen der beman
ning zijn niet aangetast. Gezondheidsmaat
regelen zijn genomen om te Friaul alle
passagiers, 317 in aantal, te ontvangen; hun
zal een quarantaine van 10 dagen worden
Duitschland.
Een dame te Berlijn liet bij een banket
bakker haar gebedenboek liggen. Om haar
adreB te vinden bezag men het nader en nu
bleek het, dat de eene helft een bonbon
doos was, de andere helft een plat reservoir
met cognac! De sluiting van het boek diende
tot stop. Een weinig later kwam een bediende
in alleryl het boek opeischen voor een dame,
die onbekend wenschte te blyven.
Geheel Duitschland verkeert in een toe
stand van opgewondenheid door de ontzettende
krach der Leipziger bank.
Door de justitie is op de vermogens van de
aangehouden directeuren der bank beslag
De financieele ramp veroorzaakte reeds drie
zelfmoorden en twee faillissementén, elk van
anderhalf millioen mark. Een priester uit de
omstreken van Leipzig, die zijn geheele ver
mogen verloor, is krankzinnig geworden.
Nu weer heeft men in de kas eener maat
schappij tot het drogen van draft te Cassel
een tekort ontdekt van lH/a millioen mark,
die de leden der directie en de commissie van
toezicht zouden verduisterd hebben. Ook hier
is de Leipziger bank in het spel. De directeur
Schmidt schijnt naar Holland gevlucht te zijn.
De justitie zoekt hem. In Cassel is de veront
waardiging groot. 5000 werklieden en 200
kantoorbedienden staan op straat. 25 industrieele
ondernemingen of banken zijn verplicht haar
betalingen te staken. De financieele slag is
voor vele rijke ingezetenen zeer groot.
Uit Leipzig seint men, dat de voorzitter der
commissie van toezicht op de stoombierbrouwerij
„Zwenkau" Zaterdagmorgen heel vroeg ver
dwenen is.
De Duitsche bladen laten zich opmerkelijk
weinig uit over de crisis, die haar slachtoffers
bij duizenden maakt.
Na de hooge vlucht der industrie en de vele
berichten over Duitschland's verwonderlijke
welvaart is de ontgoocheling dan ook wel
heel groot.
Bonnefon van de Figaro besprak in een uit
gebreid telegram „de krach"; en wijl deze
correspondent in zijn sombere profetiën door
de uitkomst geheel in het gelijk werd gesteld,
heeft hij recht dat wij naar hem hooren, al
vergete men niet, dat de Figaro door zijn tal
rijke wedergeboorten der laatste weken een
chauvinistisch tintje kreeg.
De industrieele crisis, zegt hij, is buiten
gewoon ernstig. Alleen de chemische industrie
gaat goed, maar vele smederijen, gieterijen en
weverijen staan op springen. Men kan deze
inrichtingen in twee deelen onderscheiden. Ten
eerste de groote ondernemingen, die uitmunten
door prachtig werk en een groote reputatie.
Zij verminderden hun dividenden van 15 tot
8 en 7 pCt. De tweede groep zijn de onder
nemingen, opgericht met onvoldoend kapitaal,
zonder reserve. Deze deelden in 1899 fabel
achtige winsten uit, 28, 30, 33 en 40 pCt. In
1900 wierpen zij reeds geen cent winst af en
in 1901 werden vele van hen gedwongen hun
kapitaal op te teren.
De ineenstortingen zullen zich vermenig
vuldigen. De kleinen gaan er onder, doch de
groote maatschappijen zullen ten koste van
groote ruïnes hun oude welvaart herkrijgen.
Na deze uiteenzetting somt de correspondent
de oorzaken van dezen toestand op. Hij noemt
stijging der kolenprijzen en schadelijke ver
koop van de oude machines, de Amerikaansche
trusten, de oorlogen in China en Zuid-Afrika,
de ontwikkeling der Russische industrie, de
oeconomische wetvolgens welke op elke
periode van buitengewonen voorspoed een
malaise volgt, en eindelijk de zeldzame toe
neming der Duitsche bevolking.
Bonnefon bespreekt daarna de groote zucht
tot leven boven zijn stand. Daardoor zijn vele
kleine kapitalisten er toe gekomen hun geld
te beleggen in de kleinere ondernemingen met
de fabelachtige winsten. Toen de zaken achter
uitgingen, haalden zij, 't kostte wat 't wilde,
hun geld terug. Wat kan hen de schade en
schande van het rijk schelen?
De kleine industrieën, gaat Bonnefon voort,
zullen ineen storten, een aantal banken mee-
sleepend in hun val. Deze banken zullen op