Haagsche Brieven.
I. Joppe te Steenbergen f 10.08, Adriaensens
te Walsoorden f 10.02 en A. Kolen te
Colijnsplaat f 9.98. Aan den laagsten inschrijver
is de levering gegund. Levering 20 Mei a.s.
Scherpenisse. Op 8 Mei werd alhier aan
besteed het verdedigen van den onderzeeschen
oever tussohen de dijkpalen 23 en 25 door
bezinking en steenbestorting," waarvoor werd
ingeschreven door de heeren P. J. Visser,
Hansweert, voor f 60450; A. Prins, Sliedrecht,
voor f 59540J. v. d. Plas, Hardinxveld, voor
f 56789J. Roskam, Sliedrecht, voor f 56644
B. den Exter v. d. Brink, Krabbendijke, voor
f 56500; C. Bolier, Bruinisse, voor f 55960;
H. de Kluwer, Sliedrecht, voor f 55886; P. A.
v. d. Velde, Terneuzen, voor f 55800; C. de
Wilde, Kattendijke, voor f 54925; J. de Bree,
Terneuzen, voor f 54780.
C. Bolier, Bruinisse, voor het lste perceel
f 18987J. de Bree, Terneuzen, voor het lste
perceel f 17950, en J. W. Roelofs, Papendrecht,
voor het 2de perceel f 41400.
Behoudens nadere goedkeuring is het werk
in massa aan den laagsten inschrijver gegund.
St.-Maartensdijk, 9 Mei. Door het bestuur
van den Muyepolder werd gisteren publiek
aanbesteed het veryoer van de grint naar den
weg. Inschrijving per Ms.
Ingeschreven werd door D. Groenewege Mz.,
voor f 6,80; C. de Graaf, voor f 0,80; C. M.
Polderman, voor f 0,60.
Laatstgenoemden is het vervoer gegund.
De inschrijvers wonen alhier.
Bruinisse, 10 Mei. Heden werden aan
't Zijpe aanbesteed de herstelliDgs-, vernieuwings-
en onderhoudswerken aan het waterschap
Bruinisse. Ingesohreven werd door de heeren
Kleppe, Scherpenisse, f 13925; Dubbeldam,
Dordt, f14400; Geluk, Tholen, f13793; Linden-
bergh, Wemeldinge, f 19390; Moerland, Stave-
nisse, f 14380; Van Popering, Bruinisse, f13770;
Heijboer, Serooskerke, f 13925Bolier, Bruinisse,
f 13670; Bezuijen, Scharendijke, f 13932; Van
de Velde, Bruinisse, f 13790; Visser, Hans-
weert, f 14290.
's-Gravenhage, 6 Mei 1901.
Tegen veler verwachting in heeft de Kamer
vóór haar uiteengaan nog vele zaken tot een
einde gebracht. Men zou schier zeggen, dat de
werklust toeneemt, naarmate de tijd tot afwerken
korter wordt. Behalve ook de Legerwetten, wier
aanneming thans een feit is, heeft men op het
Binnenhof belangrijke beslissingen genomen, die,
zooal niet dadelijk, dan toch in de toekomst
gewichtige gevolgen zullen hebben. Ik herinner
maar alleen aan de motie-Van Gijn, die met
groote meerderheid aangenomen, de wetgevende
macht bindt, om haar goedkeuring te hechten
aan een verbeterden waterweg van Dordrecht
naar zee, een zaak, die voor Zeeland van nage
noeg even groot belang blijkt te zijn als voor de
Merwedestad. Wat in die zaak bijzonder opmerkelijk
mag heeten, dat is, dat de Minister van Water
staat, overigens een man van energie en door
tastendheid, steeds volkomen erkend heeft de
noodzakelijkheid om Dordrecht te helpen, maar
steeds geweigerd heeft een bepaalde toezegging
te doen. Ook nu niet. Hij meende, dat de zaak
wel in de naaste toekomst aan de orde zou komen,
maar scheen huiverig te zijn om eene verplichting
op zich te nemen tot het aanvangen van het
verbetering8werk. Eensdeels kon dit worden toe
geschreven aan de vrees, dat de financiën des
lands bezwaar zouden opleveren, maar het is voor
een vooruitstrevend man als minister Lely toch
duidelijk, dat dit dan alleen een werkelijk bezwaar
zou kunnen heeten als hij het werk niet bepaald
noodig achtte. Waar hij echter zelf verklaarde,
dat binnen één of twee jaar de omstandigheden
van zelf zouden nopen om de zaak onder de
oogen te zien, begrijp ik niet, waarom hij dit dan
niet uit eigen hoofde reeds nu, twee jaar vroeger,
heeft willen doen. Thans is hij er door de Tweede
Kamer feitelijk toe gedwongen, want de aan
genomen motie kan hij bezwaarlijk naast zich
neerleggen. Zou misschien de reden hierin gelegen
zijn, dat de Minister, aan het einde van zijn
vier-jarig ministerschap, zijn opvolger niet wilde
binden? Het is mogelijk, maar geen ander Minister
zal dan toch voortaan den eisch om voor Dord
recht's handel te zorgen kunnen ontgaan.
Een niet minder gewichtige beslissing betreft
de Staats-exploitatie van steenkolenvelden in
Limburg. Nederland zal nu gaan doen, wat het
al misschien meer dan een halve eeuw heeft
nagelaten, den rijkdom van zwarte diamant in
Limburg's schoot verborgen gaan ontginnen en
daardoor aan Neerland's industrie een nieuwe bron
van welvaart toevoegen en tot zekere hoogte
Neerland's onafhankelijkheid op nijverheidsgebied
uitbreiden. In de bestaande omstandigheden toch
moeten wij bij Engeland en Duitschland ter markt
gaan, voor hetgeen wij in onzen eigen bodem
zoo rijkelijk nog schijnen te bezitten. Ook in dit
opzicht heeft Minister Lely getoond een man van
de daad te zijn en voor de schatkist zal de
nieuwe bron van inkomst in latere tijden van
groote beteekenis kunnen worden.
Die schatkist, die weet wat! Nauwelijks heeft
Minister Pierson onlangs in zijn buitenseizoensche
millioenenspeech betoogd, dat de financieele toe
stand gedoogde voor defensie geld te besteden, of
van alle kanten legde men reeds beslag op het
restje, dat volgens 's Ministers berekeningen, zou
overblijven. De voorstanders van den Dordtschen
waterweg wilden het voor hun doel aanwenden,
en de onderwijzersvrienden meenden, dat daarvan
alleen reeds de onderwijzers-tractementen hooger
konden worden vastgesteld dan de Regeering
voorstaat. Dit laatste geschiedde bij gelegenheid
van de behandeling der Schoolwet-wijziging. Dit
geeft mij van zelf aanleiding aan de anti-liberalen
amende honorable te doen voor het verwijt te
dezer plaatse tot hen gericht, dat zij die wijziging
uit politieke overwegingen niet vóór de verkiezingen
zouden behandelen. Of het voornemen daartoe
bestaan heeft, of men niet in politieke kringen
beslist van meening was, dat in die richting zou
Behandeld worden, laat ik daar. Het feit is nu,
at de behandeling plaats heeft, en daarvan geef
ik volgaarne de rechterzijde akte. Zij heeft niet
uit politieke bijbedoelingen een wet ter zijde
geschoven, die zij zelve urgent achtte. Het is te
meer aangenaam dit te mogen constateeren,
omdat deze Schoolwet-wijzigingen èn het bijzonder
onderwijs, èn het openbaar, ten goede komt.
Zonder onderscheid hebben de woordvoerders der
rechterzijde Minister Borgesius hulde gebracht
voor zijn eerlijke nakoming van zijne beloften
bij de Leerplichtwet. Het eenig streven van dien
kant is nu echter meer financieel voordeel te
behalen voor hunne bijzondere school, een
streven, dat zeer verklaarbaar is en een noodwendig
gevolg van de Subsidieeringswet, die bestaat, al
mag men dat bestaan betreuren. Maar bovendien
waarborgt deze schoolwetwijziging een verhooging
van salaris van de minimumlijders, zoowel door
verhooging van het wettelijk minimum, als o. a.
door toekenning van vier vijfj aarlij ksche
tractements-verhoogingen. Hunnerzijds volkomen
terecht wenschten de voorstanders der openbare
school verder te gaan en in 't algemeen beter
tractementen te zien toegekend aan de onderwijzers,
doch daartegen werd van Regeeringszijde bezwaar
gemaakt. Had Minister Borgesius zich er nu toe
bepaald de verlangens naar meer verhoogen
af te wijzen met een beroep op den financieelen
toestand, het zou zoo'n vaart niet geloopen hebben,
maar die Minister beweerde, dat zijn voorstel
eigenlijk veel voordeeliger was voor de onder
wijzers dan die van de heeren Den Hertog,
Ketelaar c. s. Nu, men kan in 't Parlement veel
vertellen, wat met den mantel der liefde moet
bedekt worden en als Minister is men vaak
verplicht argumenten te smeden, als ze niet
voorhanden zijn in 't magazijn, maar 't was wel
wat erg kras om te willen beweren, dat f 600
minimumtractement minder is dan f 500 en dat
als men op 30 jaar zijn hoogste minimum heeft
bereikt, men er ongelukkiger aan toe is dan als
men het op zijn 40e of later levensjaar ontvangt.
De vooruitstrevende onderwijsmannen gevoelden
zich daardoor gekrenkt en te meer teleurgesteld
omdat het Minister Borgesius was die dit stukje
uithaalde, de man, die steeds als de aanvoerder
is beschouwd van onderwijsverbeteringen. Als de
wet zal zijn aangenomen en de toorn bedaard,
zullen de onderwijzers wel inzien, dat het toch
beter is een belangrijke verbetering nu te krijgen
dan de wet gevaar te laten loopen, want indien
de Minister had toegegeven, was hij niet zeker
geweest van den uitslag, omdat de belangen van
het bijzonder onderwijs kunnen gekrenkt worden
als de salarissen van de openbare onderwijzers
nog hooger worden opgevoerd.
Juist die toestand is zoo sterk te betreuren.
Onze tegenwoordige schoolwetgeving maakt den
Staat niet vrij voor zijn eigen scholen te doen,
wat hij noodig acht. Maar dat heeft men nu in
1889 zoo gewild en daarin moet men berusten.
Eindelijk is nu ook de benoeming van een
nieuwen burgemeester in Amsterdam een feit
PRBDIR]
in onderstaande Gemeenten van
Zondag
De Geref. Kerk te Zierikzee:
'b Voorin, tien ureds. Esselink. (Bed. H. Avondm).
's avonds zes ure: Idem. (Nabetrachting).
Hemelvaartsdag, 's Voorm. tien ure: Idem.
Herr. Kerk te Kerkwerve:
's Nam. twee ure: ds. Couvée van Eikerzee.
Herv. Kerk te Serooskerke:
'sNam. twee ure: ds. Kapteijn van Renesse.
Herv. Kerk te Burgh:
'sNam. twee ure: ds. Nauta van Noordgouwe.
Herv. Kerk te Renesse:
Geen dienst.
Herv. Kerk te Noordwelle:
'a Voorin, half tien ure: ds. Nauta van Noordgouwe.
Herv. Kerk te Haamstede:
'8 Nam twee ureds. v. d. Broek van Brouwershaven.
Geref. Kerk te Haamstede:
's Voorm. half tien ure: ds. Koolstra. (Bed. H. Avondm.)
'a nam. twee ure: Idem. (Dankzegging).
Herv. Kerk te Eikerzee:
's Voorm. half tien ure: ds. Couvée.
Geref. Kerk te Eikerzee:
's Voorm. half tien ure en 's nam. twee ure: ds. Raman.
Herv. Kerk te Brouwershaven:.
's Voorm. half tien ure: ds. v. d. Broek.
Geref. Kerk te Brouwershaven:
's Voorm. half tien ure en 's nam. twee ureds. Geerling.
Herv. Kerk te Zonnemaire:
'a Voorm. half tien ureds. Zeeman.
Geref. Kerk te Zonnemaire:
'a Voorm. half tien ure: Leeskerk. (Voorber.H. Avondm.)
nam. twee ureLeeskerk.
Herv. Kerk te Dreischor:
'a Voorm. half tien ure en 'snam twee ure: ds. Burger.
Herv. Kerk te Noordgouwe:
*s Voorm. half tien ureds. Kapteijn van Renesse.
Herv. Kerk te Ouwerkerk:
Voorm. half tien ure: ds. Kunst.
BEURTEN
Schouwen en Duiveland.
tit Mei.
Chr. Geref. Kerk te Zierikzee:
's Voorm. half tien ure, 's nam. twee ure en 's avonds
zes ure: Leeskerk.
Herv. Kerk te Nieuwerkerk:
's Voorm. half tien ure en 's nam. twee ure: ds. van
der Linden.
Geref. Kerk te Nieuwerkerk:
's Voorm. 9.30 ure, 's nam. 2 ure en 'a avonds 6 ure:
Leeskerk.
Oud-Geref. Kerk te Nieuwerkerk:
's Voorm. 9 ure, 'snam. 2 ure en 's avonds 5.15 ure:
Leeskerk.
Herv. Kerk te Oosterland:
's Voorm. half tien ure en 's nam. twee ure: dr. Smit.
Gerei. Kerk te Oosterland:
's Voorm. half tien ure, 's nam. twee ure en 'a avonds
half zes ure: Leeskerk.
Herv. Kerk te Sirjansland:
's Voorm. half tien ure: ds. v. Nouhuijs van Zierikzee;
's nam. twee ure: Leeskerk, D. Hanse, ouderling.
Herv. Kerk te Bruinisse:
's Voorm. half tien ure en 's nam. twee ureds. Waar-
denburg.
Geref. Kerk te Bruinisse
's Voorm. negen ure en 's avonds vijf ureds. v. Bueren.
Oud-Geref. Kerk te Bruinisse:
's Voorm. 9 ure, 's nam. 2 ure en 's avonds 5.30 ure
ds. Beversluis.
geworden. Van een heengaan van den Haagschen
burgervader hoort men niets meer en voor
't oogenblik is alles dus weer rustig op 't stadhuis.
De schouwburg heeft zijn laatste Fransche
opera-voorstelling dit jaar gehad. Men heeft uit
historische liefhebberij waarschijnlijk den avond
van de sluiting der Fransche voorstellingen een
paar „kiekjes" genomen van de zaal in haar
tegenwoordigen toestand, met de voorbaignoires,
die ten doode zijn opgeschreven en in de toekomst
zal men dus vergelijkingen kunnen maken, hoe
het was en zal worden. Dat de brandweer heeft
toegestaan in dien gevaarlijken schouwburg nog
met magnesium-licht te photografeeren is me een
raadsel. Immers in Pulchri's nieuwe zaal werd
dit onlangs verboden wegens brandgevaar. We
zitten hier nn nog op schouwburggebied met
vreemde dingen. Het gebouw voor Kunsten en
Wetenschappen, dat als concertzaal gebouwd is,
maar sedert zeer veel voor schouwburg wordt
gebruikt, ziet zich verplicht alle schouwburg
voorstellingen te doen ophouden, indien het aan
de eischen van brandweer en Dag. Bestuur wil
voldoen. Men eischt niet meer of minder dan
geheele uitbouw van de concertruimte, wat ten
gevolge zou hebben geheele ongeschiktheid voor
het hoofddoelconcerten. Waar nu in het volgend
seizoen de Nederl. Opera als die ten minste
in stand blijft en vele Hollandsche tooneel-
gezelschappen een onderdak zullen vinden is een
raadsel.
Doch, wat zullen we ons nu bekommeren over
den winter. De zomer staat voor de deur. Het
Kurhaus heeft nu waarlijk begonnen, tenminste
de pier reeds in Mei te openen en in de groote
zaal, die aan het einde gebouwd is, concerten te
geven. En wat het mooiste is, de directie heeft
zich weten te verzekeren van een voorname hulp.
Niemand minder dan Prins Hendrik heeft de
pier geopend, dat wil zeggen heeft officieel die
inrichting voor gebruik geschikt verklaard. Het
is wel wat gek, want reeds maanden lang in het
vorig jaar kon men tegen betaling er op wandelen,
dus het nieuwtje is er van af. Maar enfin, nu is
de zaak voltooid. Toch bevreemdt het velen, dat
de echtgenoot onzer Koningin geen passender
gelegenheid heeft weten te vinden om zich voor
't eerste officieel te vertoonen, dan thans, nu het
toch eigenlijk te doen is om reclame te maken
voor een ontspanningsinrichting, die met het
Kurhaus in verbinding staat, dus van een particuliere
maatschappij. Ik zal niet ontkennen, dat het
Kurhaus en de pier van beteekenis zijn voor de
badplaats, maar een volksbelang is dat uitsteeksel
in zee toch waarlijk niet. Indien onze Prins
de eerste spade in den grond had gestoken voor
de Schevingsche haven, dan zou hij daardoor
zeker meer harten hebben gewonnen. Verstandiger
raad zou in deze niet te onpas zijn geweest.
Evangelisatie Zierikzee:
Zaterdagavond half negen urebidstond.
Zondag, 's Voorm. tien urede heer Weltevreden's nam.
vyf ureKinderkerk's avonds acht urede heer Welte
vreden.
Evangelisatie Brouwershaven
'sVoorm. half elf ure: Zondagschool; 'savonds zes ure:
de heer Homp.
Evangelisatie Zonnemaire:
's Nam. twee urede heer Plomp's nam. half vier
ure: Zondagsschool.
I
Brieven uit Berlijn.
Van onzen correspondent).
Lente Corso Bornssia.
Berlijn, 2. V. 1901.
Der Mai ist' kommen
Die Baume schlagen aus I
lk heb mijn schrijftafel dicht bij het raam geschoven en
kijk naar beneden op de breede straat, waar tallooze trams
voorbij snorren naar de voorstad Moabit aan de overzijde
van de Spree. Den heelen voormiddag heeft het hard geregend,
een malsche voorjaarsregen, recht naar beneden vallend.
Nog drijven er zware, ronde, dreigende wolken boven de
stad, en daar, waar zich geen zwart-gerande wolken vertoonen,
is de lucht «egaal" grijs, maar voorloopig heeft de regen
toch opgehouden, het asphalt is al weer opgedroogd en de
kinderen hebben weer bezit genomen van de straat.
Hunne vroolijke, schelle stemmen klinken boven het geraas
van de trams en rijtuigen uit. Zij zijn druk aan het bal
spelen, en schreeuwen in hun ijver elkaar een loef af te vangen}
allen tegelijk. Evenals in Holland staat hier voor elk spel
een bepaalde tijd van het jaar. In de vorige maand viel men
in de stillere straten byna over de tollen en hoepels, nu is
het voetballen aan de orde van den dag en in het najaar
worden de vliegers (oDrache" worden ze hier genoemd)
opgelaten op de braak liggende bouwterreinen aan de
buitenkanten van de stad.
De regen van de laatste dagen heeft wonderen gedaan
de kleine boompjes beneden aan den rand van de trottoir
hebben een lichtgroene muts opgezet. Nog een paar malsche
regens, gevolgd door een warme zon en alles staat in bloei.
«Es muss doch endlich Frühling werden I"
Het heeft ditmaal lang geduurd, vóór er nieuw leven
kwam in boom en struik, maar nu zijn we er dan toch
eindelijk. De veel geprezen en door tal van dichters bezongen
»Wonnemonat" doet zijn naam dikwijls heel weinig eer
aan. Laten we hopen, dat de volgende week Donderdag
9 Mei de intocht van Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik
in Schwerin door een stralende, warme lentezon zal worden
begunstigd.
De uitgestrekte, goed onderhouden Tiergarten is nu een lust
voor de oogen. Een teer lichtgroen waas ligt overdebooge,
rijzige boomen uitgespreid. De groote knoppen van de kastanjes
in de kastanien-allee en in de Bellevuestrasse puilen uithier
en daar hebben de kleine parapluitjes zich zelfs al eenigszins
ontplooid. Sappig, helder groen staan daar de struiken en
bosschages. Smaragdgroen zijn ook de uitgestrekte gras
gazons aan den voet van rijzige beuken, wier kleine
nieuwe blaadjes een plaatsje vragen naast de verdorde
blaren van het vorig jaar, welke van hun plaats nog geen
afstand' hebben gedaan.
Het grootste gedeelte van den Tiergarten is nu vrij wel
geraetamorphoseerd. Gedurende de wintermaanden heeft men
in verscheidene gedeelten opruiming gehouden onder over
tollige struikental van boomen werden gerooid. Vroeger
stonden ze veel te dicht op elkaar, daar tusschen was dan
nog een wildernis van allerlei soorten struikgewas. Na de
verandering komen de gave rijzige boomen, welke men heeft
laten staan, veel meer tot hun recht, nu ze meer licht en
lucht hebben. Een Duitsch spreekwoord zegt: «Man sieht
den Wald vor lauter Baumen nicht" (door al de boomen
kan men het bosch niet zien), dit was ook het geval in den
Tiergarten, waar men nu eigenlijk eerst de mooie boomen
kan bewonderen, die zijn blyven staan.
Ik sta op den Grossen Stern midden in het groote park,
het kruispunt van vijf wegen. Kaarsrecht ligt de breede
Charlottenburger Chaussee voor mij, waar vlugge jongens
van de stadsreiniging in hun grys linnen kielen en half
hooge laarzen met breede bezems van gomelastiek midden
tusschen de voorbysnorrende automobielen, fietsers en
equipages, tusschen taxaraeters en zware vrachtwagens over
het glimmend asphalt het slik voor zich uitduwen, schuin
op zij, een breede schoone streep achter zich latend.
Heel in de verte tusschen het teere schemerende groen
der boomen, welke elkaar hier bijna schijnen te raken,
teekent zich by helder weer de quadriga, het stygerend
vierspan op de Brandenburger Poort af tegen de lucht.
Op het rijpad rechts langs de Chaussee draven ruiters en
amazones af en aan, op het voetpad links worden de nieuwe
voorjaars-toiletjes van de Berlijnsche beau-monde «spazieren
geführt", zooals men in Duitschland zegt. Met den groei
van Berlijn heeft de. meerdere welvaart gelijken tred
gehouden. De luxe is in de laatste tien jaren verbazend
toegenomen en met de groote weelde is de smaak aan
merkelijk verfijnd, niet alleen onder de hoogere standen,
maar ook onder de kleine burgery.
Een vrouw van stand en van geld weet zich hier tegen
woordig even goed te kleeden als haar zuster in Parijs. Men
behoeft van hier niet naar de Avenue de l'Opéra of naar
de Boulevard Anspach te gaan om het aangenaam prikkelend
frou-frou-geritsel van zijden rokken te hooren.
Onlangs werd in een ingezonden stuk in één der plaatse
lijke bladen het voorstel gedaan in de lanen van den
Tiergarten gedurende de namiddaguren een corso te houden,
evenals ui Parijs en Rome. Langs Charlottenburger-Chassee,
Siege3-allee, voorbij de vele marmeren groepen der Mark
graven en Koningen, langs Tiergarten-strasse en Hof jager-
allee zouden de rijtuigen van tout-Berlin moeten rondrijden,
terwyl op verschillende punten van dezen corso militaire
kapellen opwekkende marschen en walsen zouden moeten
spelen.
Voorloopig zal hiervan wel niet veel komen. Er wordt
wel veel gereden in den Tiergarten, doch de equipages,
welke over het algemeen niet zoo verzorgd zyn als in Den
Haag of Arnhem, blijven verreweg in de minderheid tegen
den drom van Taxameters en behalve in den Lustgarten
tegenover het Koninklyk slot, worden in geen der vele
parken en pleinen van Berlyn militaire concerten gegeven.
De leden van vele militaire kapellen trekken een vry
mager salaris, dat voor een deel door de officieren van het
regiment moet worden betaald. Zij moeten derhalve zien op
audere wijze hun inkomen te verhoogen. Vandaar de vele
militaire concerten in de Gartenlocale in Halensee, Wilmers-
dorf, in Grünau, Treptow, in Wannsee en al de andere
Vororte van Berlyn, waar bij mooi weer de kleine burger
man met vrouw en kroost vrij groote verteringen maakt.
Op zij van den Grossen-Stern in een afgescheiden gedeelte
van den Tiergarten ligt het slot Bellevue, waar de Keizerin
met de jongste twee kinderen verblyf hield, terwijl S. M.
(de gewone benaming van den Keizer, verkorting van Seine
Majestat) in Bonn zijn hart ophaalde als Reünist (Alter Herr
is de Duitsche benaming).
Langer dan vier weken achtereen op een plaats blijft het
Keizerlijk echtpaar zelden. Zy zyn eeuwig aan het reizen en
trekken. Nu wordt het «Hoflager" hierheen verlegd, dan
daarheen. Langzamerhand zijn bijna alle kinderen uitgevlogen
op het jongste prinsje en het eenige meisje na.
De drie volgende jongens zijn op het gymnasium in Plön
(Holstein), waar zij zeer kort worden gehouden en een
strenge opvoeding krijgen; op twee na de oudste, Adelbert,
die van zijn geboorte af voor de marine bestemd was en
kort geleden als jongste kadet op het schoolschip «Charlotte"
in dienst is getreden, werd genoemd naar een oudoom des
Keizers, prins Adalbert van Pruisen, den grondlegger van
de voormalige Pruisische marine, welke na den oorlog van
1870 in een Duitsche marine overging.
Nu de groote feesten in Bonn ter gelegenheid van de
inauguratie voorbij zijn, flaneert de Kroonprins ginds als
gewoon sterveling langs 's Heeren straten. Men moet echter
niet denken, dat hij met zijne mede-studenten in aanraking
komt, zooals indertijd in Leiden het geval was, toen Prins
Willem daar studeerde. Evenmin als een officier van het
exclusieve regiment Garde-du-Corps of van het le Garde
regiment zu Fuss rch zal »encanailleeren" met een simpel
luitenantje van de infanterie of van de train (administratie),
evenmin zal een lid van het »hoch-feudale" corps Borussia,
waarvan de Kroonprins lid is geworden, zich met een student
inlaten, die niet lid is van de een of andere «schlagende
verbindung", wier leden «satisfactionsfahig" zijn, dat wil
zeggen, die voor vol worden aangezien met het oog op de
in Duitsche studentenkringen gebruikelijke duellen. Het
corps Borussia telt op het oogenblik slechts 9 leden, die
een eigen clubgebouw bezitten en in hoofdzaak alleen met
elkaar omgaan.
Koningin Emma, die sinds eenige dagen by hare zuster,
de hertogin van Albany, in Postdam verblijf houdt, bracht
Maandag aan de Keizerin een bezoek in het slot Bellevue.
Den volgenden dag werden de groote kunstsalons van Keiler
en Reiner door haar bezichtigd, waarvan ik eenigen tyd
geleden een beschrijving gaf.
De Keizer wist waarschijnlijk zeer goed, wat hij deed,
toen hy aan de Hertogin •van Albany, de moeder van den
jongen Hertog van Coburg, de villa Jugenheim in Potsdam
als woning aanbood, waar de Hertog, die eerst circa 13 jaar
is, als het ware onder zijn oogen wordt opgevoed en
ongetwyfeld na zijn meerderjarigverklaring over eenige jaren
een gewillig bondsvorst zal worden. K.
De Koningin te Schwerin.
Bij de aankomst van het Vorstelijk Echtpaar begroette
de burgemeester van Schwerin het Vorstelijk Echtpaar met
eene toespraak, waarbij hij beiden hartelijk «welkom"
heette in de plaats, die den Prins-Gemaal lief had, en die
ook H. M. reeds hoog had leeren waardeeren. Het slot dezer
toespraak was: «Moge het verblijf in de schoone residentie,
bespoeld door het blauwe water onzer meren en het thans
in het voorjaars-dos prykende Ribensteinfeld aangenaam en
genotvol zijn, moge geluk en zegen U op al Uwe wegen
volgen".
De Prins-Gemaal dankte in hartelijke bewoordingen voor
de gulle ontvangst Hen bereid.
Alle leden der Groothertogelijke Familie waren tegenwoordig.
H.M. de Koningin inspecteerde de Eerewacht, die
vervolgens defileerde.
Aan het getooide stadhuis werd het Echtpaar wederom
toegesproken, waarop Prins Hendrik antwoordde.
Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik deden hun
intocht in een open, met zes paarden bespannen rijtuig,
voorafgegaan en gevolgd door een detachement dragonders.
Een dichte menigte vulde de straten en het enthousiasme
voor onze jeugdige Koningin was zeer groot.
Vervolgens reed het Echtpaar naar het Paleis, waar in
de groote zaal een gala-diner plaats had. De geheele
Vorstelijke familie en tal van genoodigden waren
daarbij tegenwoordig.
De moord op Marios Bogaerdt.
Inzake revisie-aanvraag door De Jongh
ingesteld, bericht men nog, dat de compère
van De Jongh, met wien hij indertijd het heil-
looze plan uitvoerde, waarvan Marius Bogaerdt
het slachtoffer is geworden, en die in intieme
betrekking tot De Jongh's thans overleden
zuster zou hebben gestaan, zekere K. zou zyn,
indertijd hotelhouder en later gefailleerd. Deze
zou Marius hebben vermoord in den tijd, dat
hij bij den jongen de wacht hield in 't duin en
De Jongh er op uit was om het afgedwongen
geld in ontvangst te nemen.
Ingezonden Stukken.
Mijnheer de Redacteur!
In uw verslag omtrent de laatste vergadering
der Liberale Kiesvereeniging alhier is geheel
verkeerd weergegeven, wat mr. D. van der Vliet
over mij heeft gezegd.
Niet dat, maar 't volgend heeft mr. v. d. Vliet
»dat ik, indien men meende met de candi-
datuur De Bruyne kans van slagen te hebben,
in 't geheel niet in aanmerking wilde komen,
en dat, indien de meerderheid der afdeelingen
op Schouwen en Duiveland meende met die
candidatuur minder kans te hebben, ik alleen
in dat geval mij in principe en voorwaardelijk
bereid verklaarde eene candidatuur te aanvaarden,
maar met 't oog op andere omstandigheden, mij
over eene definitieve aanvaarding niet kon uit
laten".
Alleen dit was de heer Van der Vliet,
als lid van het Centraal Bestuur, evenals alle
andere leden van dat bestuur, gemachtigd te
verklaren, en Z.E.d. heeft ook alleen dit
verklaard, en niet de woorden, die u hem in
den mond legt, volgens het getuigenis van hem
zeiven en van andere aanwezigen.
Dankend voor de plaatsing.
Uw Dw. Dn.,
A. J. F. FOKKER.
TELE6BAMMEM.
Middelburg, 10 Mei.
Het Provinciaal Kerkbestuur van Zeeland
heeft tot de evangeliebediening in de Ned. Herv.
Kerk toegelaten den heer N. H. Kuipers, cand.
te Schelluinen bij Gorinchem.
Naar de rechtbank alhier is verwezen
G. Dis, 17 jaar, arbeider te Colijnsplaat, ter