/II Blk/I FsriH NIEUWSBODE. Dinsdag 2 April 1901. HEEREN-H0EDEN, Obstructionisme. RECLAMES. Uit Stad en Provincie. (Z ieri Is. zeesche C o u r a n t). Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco per post f 1,60. Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending eens per week, f 10,per jaar. 57ste JAARGANG. No. 7520. Directeur A. «F- DE looze. Redacteuren A. FRANKEL. J. WAALE, alleen voor het binnen- en buitenl. nieuwa. Advertentiënvan 13 regels 30 Cts. meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des Maandags, Woensdags en Vrijdags middags 12 ure bezorgd worden. Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend Alle betaling-en moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A. J. Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren a de Looze, Hoek Schuithaven, Zierikzee. an A. FnaNKEL, Havenpark 348, Zierikzee. BERICHT. Wegenm den Goeden Vrijdag aal de Nieuwsbode ran haterdag O April op haterdagavond worden uitgegeven. Advertentiën voor dat nummer kunnen worden ingeaonden tot haterdngmiddag, uiterlijk IS ure. Op a.s. maandag aal, wegens het Faaschfeest, de Nieuwsbode niet voorden uitgegeven. 15 regels 75 cts. Elke regel meer IS cts. model 1901. Magazijn Poststraat. J. DE GRAAF C». In de jongste gemeenteraadszitting kwam ter tafel -liet voorstel van Burgem. en Weth. om onder zekere bepalingen over te gaan tot het begrinden van het gedeelte Kade weg, van den Grachtweg af tot den Hoerewegen laatst genoemden weg tot bet Dijkwater. Gelijk uit het raadsverslag aan onze stad- genooten reeds gebleken is, werd door den heer mr. Cau het verlangen uitgesproken de behandeling van dit ingrijpend voorstel uit te stellen tot de volgende vergadering, op grond, dat wegens de late oproeping ter raadsvergadering hem de gelegenheid ontbroken heeft iDzage te nemen van de ter visie liggende stukken, waartoe ook behoort de Memorie van Toelichting van Burgem. en Weth. tot bovengenoemd belangrijk voorstel. Aan dit alleszins billijk verlangen werd voldaan, nadat Burgem. en Weth. bij monde van den voorzitter verklaard hadden tegen de inwilliging er van geen bedenking te hebben. Door hetzelfde raadslid werd om dezelfde reden een gelijkluidende wensch uitgesproken, toen terstond daarop aan de orde kwam het adres van mr. J. P. Hofstede, waarbij hij bij den Raad in beroep komt»van een afwijzende beschikking van Burgem. en Weth. op zijn ver zoek om vrijstelling van dienst bij de brandweer. Tegen de bevrediging evenwel van dien wensch werd door den voorzitter nadrukkelijk en met veel warmte bezwaar gemaakt, omdat zijns inziens op de in dit adres gevraagde vrijstelling op grond van de gemeentelijke verordening, die, duidelijk, geen twijfel overliet, geen andere beschikking kan genomen worden, dan die door Burgem. en Weth. gegeven was. En de heetgebakerde meerderheid der vergadering, blijkbaar niet toetsend de waarde van het motief, dat door den heer mr. Cau voor de aanhouding van het adres tot de volgende vergadering was aangevoerd, maar geheel toegevend aan haar brandende neiging het verzoek van den heer mr. J. P. Hofstede van de hand te wijzen, ging, ontrouw aan haar zooeven genomen beslissing, met den voorzitter mede, zoodat tot de onmiddellijke beraadslaging over voornoemd adres besloten werd. Slechts de minderheid, waarvan de heer mr. Lechner de woordvoerder was, erkennend de juistheid van den grond, die den heer mr. Cau genoopt had de aanhouding van het adres tot de volgende vergadering te verzoeken, verzette zich tegen de dadelijke behandeling er van. En toch was die minderheid, waartoe ook, wat opmerking verdient, de wethouder, de heer mr. Moolenburgh, behoorde, bijkans eenparig vóór het voorstel van het Dagelijksch Bestuur om aan den heer mr. J. P. Hofstede de door hem gevraagde vrijstelling niet te verleenen. Zij had dus, met uitzondering van den heer mr. Cau, die ver klaarde inzage van de stukken noodig te hebben, teneinde zich een meening te kunnen vormen, in deze materie een gevestigde overtuiging waaruit blijkt, dat zij weigerde een aangelegen heid te behandelen, waarover voor haar geen licht meer behoefde ontstoken te worden, zoodat haar stem voor uitstel van behandeling naar onze opvatting de beteekenis had van een protest tegen de te late afzending van de oproepings brieven ter gemeenteraadsvergadering en den daarmede gepaard gaanden korten termijn, gedurende welken de stukken op de secretarie ter visie liggen. Wij hebben, hetgeen de meeste lezers en lezeressen van ons blad zich nog wel herinneren zullen, in het nummer van den 16den Maart diezelfde kwestie besproken, en daarbij onze zienswijze ontvouwd en toegelicht. Nu weten wij wel, dat Rome niet in één dag is gebouwd, en bovendien, dat in een gemeente, waarin het beginsel der publieke behandeling van de publieke zaak nog niet zoo diep is doorgedrongen als elders, niet verwacht kan worden, dat wanneer in den hoogst bescheiden vorm van een wensch ingekleed een voorstel van openbaar nut en heilzame strekking gedaan wordt, dit terstond zal worden aangenomen. Neen! wij hebben begrepen, dat er nog heel wat water door de Schelde zal moeten stroomen, eer men er toe zal overgaan om overeenkomstig de glasheldere bedoeling van den wetgever tusschen de oproepiog ter raadsvergadering en baar opening een termijn te laten, die aan de raadsleden voldoenden tijd geeft zich op de hoogte te stellen van de te behandelen onderwerpen, en voor de burgerij en haar locaal orgaan de gelegenheid schept zich over het een of ander ingediend voorstel uit te spreken. Dat hebben wij alles geweten. Maar wat wij nog niet wisten, is dit. Het was ons namelijk onbekend, dat reeds vroeger in den raad, en wel door den heer mr. Lechner, herhaaldelijk geklaagd is, dat men eerst Vrijdagnamiddag de oproeping voor de raadsvergadering van Maandag ontviDg, en dat hij er reeds dikwijls op aan gedrongen heeft, dat men vroeger de oproepings brieven ter vergadering kreeg. En nu bevreemdt het ons in hooge mate, dat met die rechtmatige klacht, niet éénmaal, maar meermalen aangeheven in den boezem der corporatie, die de vertegen woordigster is der geheele burgerij, niet meer rekening is gehouden. Waartoe het leiden kan daaraan op den duur geen gehoor te verleenen, leert het obstructionisme, dat in de jongste raadsvergadering zijn intocht hield. In den meest delicaten vorm weigerde men een bepaald voorstel van Burgem. en Weth. in behandeling te nemen, terwijl hetzelfde lot aan een ander voorstel van dat college ware te beurt gevallen, indien dé meerderheid van den Raad het door haar ingenomen standpunt consequent had blijven innemen. Haar al te vurige ijver het verzoek van den heer mr. J. P. Hofstede van de hand te wijzen speelde haar parten. Wil men zich nu in het vervolg vrijwaren voor het onaangename, dat onvermijdelijk verbonden is aan de verwijzing der voorstellen van Burgem. en Weth. naar een volgende vergadering, dan make men zich de gegevene les ten nutte. HEUWSTIJPII1GEI». De Transvaalsch - Engelache oorlog. Londen, 28 Maart. In het Lagerhuis zeide Chamberlain, naar aanleiding van de quaestie over de vredesvoorwaarden aan de Boeren aan geboden, ter sprake gebracht in den loop van de discussie bij de derde lezing van de ont eigeningswet, dat de tegenwerping, door Botha gemaakt, werd veroorzaakt door de benoeming van Milner als gouverueur-generaal van de Oranjerivier-kolonie en Transvaalmaar hij gelooft niet, dat deze tegenwerping eenigen invloed had op Botha's meening betreffende de vredesvoorwaarden. Het is Engeland's streven om een eervollen, duurzamen vrede te bekomen. Aan de Kaapsche rebellen was amnestie geweigerd in het belang van de gemeenschap. De termen voor de toekomstige regeering zijn nog steeds wat zij van het begin af geweest zijn, n.l. geleidelijke overgang naar zelf-regeering. Het meest belangrijke element, dat een goede ver standhouding waarborgt tusschen de beide rassen, bestaat daarin, dat de Boeren Engeland's stand vastigheid, besluiten en moed niet meer zullen wantrouwen. Uit Pretoria wordt bericht, dat de regeering, als maatregel tegen een mogelijke verspreiding der pest van Kaapstad uit in noordelijke richting, besloten heeft drie pence te betalen voor elke doode rat, die ingeleverd wordt. Lissabon, 28 Maart. Alhier is aangekomen het stoomschip »Benguela" met Boerenuitge- wekenen. 398 Boeren zijn naar de citadel van Peniche vertrokken en 275 naar Alcobaca. Generaal Pienaar en zijn familie is met 2 commandanten (Grobler en Mostatet) in gezelschap van een Portugeeschen generaal vertrokken, de eersten naar Thomar en de commandanten naar Peniche en Alcobaca. Gedurende de reis zijn er 5 Boeren overleden, terwijl er 42, die ziek aangekomen zijn, naar het ziekenhuis zijn gebracht. Amerika. De rijke Amerikaansche fabrikant Carnegie, die zich uit de zaken terugtrektheeft 5.000.000 dollars gegeven voor een ondersteunings fonds ten behoeve van verongelukte of invalide arbeiders. Carnegie liet deze gift vergezeld gaan van een brief, waarin hij zeide, dat hij het zijn plicht achtte een deel van zijn rijkdom aan de arbeiders terug te geven, die hem hielpen zijn schatten te verwerven. De New-York Herald berekent, dat Carnegie reeds 25.000.000 dollars aan allerlei nuttige en liefdadige instellingen heeft weggegeven. Daar Carnegie het echter voor een schande verklaard heeft, zoo hij rijk kwam te overlijden, zal hij nog geheel andere sommen moeten uitgeven, om aan dit lot te ontkomen, zegt de Herald. Den vrijgezellen boven de veertig jaar in Pennsylvanië wil men bij de wet eene belasting van f 250 opleggen, uit de opbrengst waarvan een gestioht zou worden gevestigd ten behoeve van ongetrouwde vrouwen boven dien leeftijd. Ieder man boven de veertig, die eene levensgezellin buiten den staat kiest, zou voor dezen smaad aan zijne vrouwelijke landgenooten eene boete van gelijk bedrag worden opgelegd. Hederland, 's-Gravenhage, 29 Maart. Bij Kon. besluit van 28 dezer is, met ingang van 1 April: 1°. aan den heer K. Eland, op zijn verzoek, een eervol ontslag verleend als minister van oorlog, met dankbetuiging voor de vele en gewichtige diensten door hem in die betrekking aan Hare Majesteit en aan den lande bewezen2°. benoemd tot minister van oorlog, H. M. adjudant in buitengewonen dienst de heer A. Kool, luitenant- generaal, chef van den generalen staf. Tweede Kamer). Na afdoening der behandeling van de verschillende artikelen der Woningwet werd de tweede lezing en eind stemming verdaagd. De Kamer ging uiteen tot 16 April a.s., des namiddags ten 2 ure. Zierikzee, 1 April. Aanstaande Woensdag avond zal door de vrouwelijke kapiteine van het Leger des Heils, mej. Creppel uit Goes, in het Evangelisatiegebouw van den heer Weltevreden alhier, een openbare vergadering geleid worden. Thans is het omvangrijke werk»De I Geschiedenis van Nederland in onzen tijd", door J. A. de Bruyne, leeraar aan de Hoogere Burgerschool te Zierikzee, met het vijfde deel compleet. Uitgever van de zeer belangrijke studie is de heer J. Odé te Voorburg. Naar wij vernemen, wenscht de heer C. J. Huvers, lid der Staten voor het district Middelburg, bij de aanstaande verkiezing niet meer in aanmerking te komen. Behalve dit lid, zijn, zooals vroeger reeds werd gemeld, dit jaar in de verschillende kies districten in onze provincie nog de volgende Staten-leden aan de beurt van aftreding: Middelburg D. Wisboom Verstegen en W. Maas Vüssingen C. L. van Woelderen, P. J. Siegers en jhr. C. J. J. A. van Teijlingen Zierikzee J. H. C. Heijse, M. Bolle Lz. en mr. J. A. Bolle (de laatste overleed, zooals men weet, dezer dagen) Tholen jhr. mr. E. A. O. de Casembroot. Goes jhr. mr. J. J. Pompe van Meerder voort, D. J. Oggel, M. Noordijke en W. J. Vader van 's-Gravenpolder Sluis H. G. Ilammacher, J. Erasmus en J. L. I. de Bats Hulst P. Moes, F. C. O. M. Hombach, P. F. Fruijtier en C. Ysebaert. Tot leden van het hoofdbestuur der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen zijn uit de door de commissie van voordracht aan geboden dubbeltallen benoemd door de departe menten mejuffrouw Joh. ter Meulen te Amsterdam en de heer Herman Snijders te Middelburg. Deze I nieuwe leden treden met 1 Juli e.k. in functie. Onder de door de liberale kiesvereeniging te Velsen (district Beverwijk) voorloopig gestelde candidaten voor de Tweede Kamer komt o.a. voor de heer Herman Snijders, voorzitter der lib. kiesvereeniging «Eendracht maakt Macht" 1 te Middelburg. Benoemd tot ontvanger der directe belastingen en accijnsen te Maastricht (buiten gemeenten) de heer J. J. Bekaar, sum. uit de directie Middelburg, j r Bij kon. besluit is A. B. Breesnee benoemd tot 2e luit. bij het 2e bataljon rustende schutterij in Zeeland. 1 Onder Hontenisse (te Rustwat) stond de vorige week voor een herberg een rijtuig, waarin drie meisjes. Terwijl de voerman een glas bier was gaan drinken, rukte het paard zich los en sloeg op hol. De drie meisjes sprongen uit het rijtuig om zich te redden. Één van hen zal het echter met den dood moeten bekoopen. De nieuwe kiezerslijst te Vlissingen bevat 2029 namen van kiezers voor de Tweede Kamer, 2022 voor de Prov. Staten en 1990 voor den Gemeenteraad of ongeveer 125 namen meer dan de lijst van het vorig jaar bevatte. Te Hoek is j.l. Vrijdag overleden de heer H. Wolfert Hz., oud-burgemeester dier De gemeenteraad van Bergen-op-Zoom heeft aan de stoomtrammaatschappij Antwerpen Tholen concessie verleend de personentram door de gemeente en de goederentram daaromheen te leggen. Naar men meldt, zijn in Middelburg valsche guldens in omloop met de beeltenis der Koningin, jaartal 1897. Het randschrift ontbreektde kleur is loodachtig en het gewicht is lichter dan van echte guldens. Men zij op zijn hoede Renesse. Zaterdagmiddag had onder toeloop eener groote menigte belangstellenden de plechtige begrafenis plaats van den heer mr. J. A. Bolle, lid der Provinciale Staten van Zeeland. Ten 3 ure werd de baar opgenomen en droeg men het stoffelijk overschot van den overledene naar het rijk van rust en vrede. De lijkkist was bedekt met een 10-tal fraaie kransen. Langzaam zette zich de stoet, bestaande uit een 60-tal bloedverwanten, vrienden en bekenden, alsmede leden van verschillende corporaties, waarvan de heer Bolle lid was, in beweging. Bij den ingang van den doodenakker sloten zich vele leden der Vrijmetselaarsloge >De Ster in het Oosten" uit Zierikzee aan, wiens voor zitter, de heer J. A. de Bruyne, aan de geopende groeve hartelijke woorden van waardeering en liefde en vriendschap aan den overledene wijdde. Hij schetste in het kort de groote en vele verdiensten van mr. Bolle. Spreker kon niet nalaten aan deze plaats de getuigenis af te leggen, dat de ontslapene een goed mensch is geweest; de daadwerkelijke hulp en kraohtige steun van velende vertrooster en gelukaanbrenger van anderen. Rust en vrede zij U, mijn Broeder, gegund, na een onvermoeid werkzaam leven 1 Daarna nam de heer Joh. Bolle uit Rotter dam het woord, die zijn overleden oudsten broeder innigen dank toebracht voor wat hij, na den vroegtijdigen dood huns vaders, voor zijne broeders en zusters is geweest: altijd vol teedere liefde, steeds openhartig en oprecht, zich geheel gevend, waar het betrof het ver schaffen van goeden raad. Spreker gevoelde dringende behoefte den beminnelijken afgestorvene aan de laatste rustplaats nog dank te weten voor wat hij goeds en edels had gedaan aan zijne broeders en zusters. Hij toch vergoedde vaak het treurige gemis van hun onvergetelijken vader. Rust in vrede, beminde Broeder! Vervolgens wijdde ds. P. H. Kapteyn een woord van hulde en dank aan den overledene. Spreker schetste en herdacht hem als nuttig lid der maatschappij, inzonderheid als zeer ver- 1 dienstelijk lid der gemeente Renesse, die zich de liefde en achting van zeer velen verwierf j door zijn medelijdend hart, zijn stipte eerlijkheid, zijn hartelijke belangstelling en onvermoeiden ijver. Waar hulp noodig was, was mr. Bolle één der eersten, die hulp verschafte; waar gebrek heersclite, daar werd door hem vaak in I stilte gezorgd; waar nood zich dreigend liet zien, daar wist mr. Bolle hem door raad en daad te verdrijven, i Vriend van velen, ge zult steeds in dankbare herinnering blijven, j Rust, rust zacht! i De heer M. Bolle, broeder van den over ledene, dankte diepbewogen de sprekers voor hunne waardeorende woorden, en de zeer vele belangstellenden voor de laatste eer md den ontslapene bewezen. Bruinisse, 1 April. Door den dijkraad van het calamiteuze waterschap Bruinisse werd in de vorige week de begrooting vastgesteld voor het dienstjaar Mei 19011902. De hoofdposten van ontvangst zijn f 14374,23 als dijkgeschot. Bijdrage van den polder Ooster- en Sirjansland f 2801,32, en het batig saldo der vorige rekening ad f 2025. De belangrijkste uitgaven zijnbuitengewone onderhoudswerken f12678,83, I bestaande uit eene dijkverzwaring en eene nieuwe steenglooiing, en de kosten van gewone I onderhoudswerken ad f 1780,18. Stavenisse. Door den gemeenteraad' alhier is benoemd tot lid der commissie tot wering van Schoolverzuim (noodig door het bedanken van den heer J. van Putte), de heer C. L. Dorst Jz. Op verzoek werd H. van den Berg ontslagen van de straatreiniging. Goes, 30 Maart. Bij het uitgraven van den grond voor de fundeering der nieuwe school is

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1901 | | pagina 1