Saimenspraike tusschen
Jilles Krukel en Stoffel Bieze.
vciü
ftiedik.i
ieurtbn
Kcrkwerve- Maandag 2e Paaicbdag zal
alhier dei avoids 7 nnr in de Hulpkerk een
openbare bgeenkomst worden gehouden van de
Joogelings-Vereeniging, ten behoeve van het tekort
der in aanbouw zgode nieuwe kerk, dat pl. m.
f 1300 bedraagt. De Zangvereeniging alhier zal de
bgeenkomst opluisteren met eenige zangitukjei.
Een iteen op het graf der familie Meepelblom
in de z. g. wandelkerk in het gebouw der Ned.
Herv. gemeente te Goes ii door de zorgen dier
familie gerestaureerd en overeind geplaatst in den
muur, terwgl de oorspronkelijke grafsteen door een
anderen is vervangen. Op den steen zgn aangebracht
de namen van Jan Henriete Mespelblom (geboren
80 Juli 1594, overleden 17 Jan. 1645, gehuwd te
Goes met Hester de Moors, geboren te Goes 1594,
overleden 1664) en van hunne kinderen.
Boven den steen zgn aangebracht de wapens van
de Meipelbloms en de Moors. Bovendien is de steen
van een nieuw voetstuk voorzien.
De kosten zgn gedragen door den heer Mespelblom
Bejjen te Zutfen, afstammeling van genoemde familie,
terwgl de restauratie te danken is aan het initiatief
van den heer J. de Kruijterdiaken bg deze
gemeente. Genoemde heer stelt veel belang in de
oudheden van deze schoone kerk.
O H P K B W 1J
Goes. 10 April. Omdat het verzoek van den
gemeenteraad aan den Min. van Binnenl. Zaken,
om de hier bestaande gemeentelijke Hoogere Burger
school met 5-jarigen cursus, tot een rjjks Hoogere
Burgerschool te maken, is van de hand gewezen,
wordt door de burgerjj een poging in geljjken geest
bg Z.Ex. gewaagd.
In het adres wordt o. a. gezegd
Steeds bezocht door een flink aantal leerlingen,
thans 96, bleek het, dat die school voldoet aan de
behoefte van zeer velen, die door het middelbaar
onderwjji algemeene ontwikkeling, en tevens voor
bereiding tot een eervollen en nuttigen werkkring
in de maatschappij zoeken.
Maar de ondervinding leerde bovendien, dat die
behoefte zich niet alleen deed gevoelen bg ingezetenen
van Goes, maar ook bg zeer vele ingezetenen van
andere gemeenten in Noord- en Zuid-Beveland.
Noch het betrekkelijk hooge schoolgeld, noch de
werkeljjk niet onbelangrijke uitgaven voor reis- en
ver blijf kosten, weerhielden de ouders hunne kinderen
te Goes het middelbaar onderwjjs te doen volgen,
en zoo was steeds een aanzienljjk deel der leerlingen,
thans 49 buiten de gemeente Goes woonachtig,
en het bezoek dezer leerlingen geschiedt niet, zooals
bg zoovele andere scholen het geval is, omdat men
zelf geen toezicht op de studie der leerlingen kan
houden, of omdat men de jongelui in een andere
omgeving dan eigen woonplaats wenscht te zien,
maar alleen uit behoefte aan middelbaar onderwjjs.
Uit een en ander volgt, dat de school te Goes
niet alleen goed recht van bestaan heeft, maar dat
zjj in een werkeljjke behoefte van zeer vele inwoners
van Noord- en Zuid-Beveland voorziet.
Omdat echter slechts één gemeente en wel Goes
de kosten betaalt, gesteund door een rjjknubsidie,
is er alle grond om de school te veranderen in een
Rjjks Hoogere Burgerschooldie verandering is te
meer noodig, wanneer men den financieelen toestand
der gemeente Goes nagaat, een toestand, zóó ellendig,
dat verhooging van de reeds zoo hooge belastingen
onmogeljjk is, dat verschillende werken, die dringend
noodzakeljjk zgn, niet kunnen uitgevoerd worden,
en dat een vermindering van schoolgeld tot de
vrome wenschen bljjft behooren.
Tot tjjdeljjk onderwijzeres aan de openbare
school te Oostburg is benoemd mej. E. Contant te
Aardenburg.
Post en Telegrafie.
Benoemd tot brievengaarder te Buurmalsem de
heer W. Kooiman, voorheen brievenbesteller en
hulp-conducteur te Vlissingen.
Verslag van de vergadering van het
Departement Zierikzee der Maat
schappij van Nijverheid.
In de zaal van mej. de wed. Kanaar alhier
werd Maandagavond de reeds aangekondigde ver
gadering van het Departement Zierikzee der Ned.
Maatsch. ter bevordering van Njjverheid gebonden.
Ten acht ure opende de voorzitter, den heer
A. H. W. van der Vegt, de vergadering, en stelde,
nadat door haar de door den secretaris, de heer
de Klerck, voorgelezene notulen waren goedgekeurd,
aan de orde het rapport, dat door de Commissie
van Algemoene Zaken en door die van Kunsten,
Handwerken en Fabrieken in zake het wetsontwerp
op de arbeids- en ruittjjden was ingediend. Dit
omvangrjjk rapport, waarvan door den heer De
Bruyne, voorzitter van één dezer Commissies, werd
voorlezing gedaan, keurde de algemeene vergadering
goed, zoodat besloten werd het aan het Hoofdbestuur
op te zenden. Aan de beide CommissieB werd,
onder toejuiching der vergadering, door den voor
zitter welverdiende dank gebracht.
De voorzitter opende alsnu de gelegenheid tot
debat over hetgeen door den heer Mr. Cau in de
vorige vergadering over de pensioneering van werk
lieden gesproken was, voornameljjk over zgn denk
beeld: >de oprichting van een pensioenfonds voor
werklieden".
Van die gelegenheid werd allereerst gebruik
gemaakt door den heer Oh. W. Vermeys, die,
hoewel hjj den heer Mr. Cau in warme bewoordingen
hulde bracht een zóó belangrjjk onderwerp op een
zóó zaakrjjke wjjze te hebben ingeleid, met desen
in gevoelen aan merkel jjk verschilde. Volgens
spreker moest aan elke pensioeniregeling een wis
kunstige zekerheid ten grondslag liggen. En deze
wordt in het stelsel van Mr. Can gemist, waar dit
gedeelteljjk steunt op liefdadigheid. Pensioen moet
zgn een recht, waarop iemand aanspraak heeft. Op
armenzorg of liefdadigheid kan niemand eenig recht
doen gelden. Van beide is gunstbetoon het kenmerk.
Spreker is een voorstander van een verplichte ver
zekering, die trouwens voor de ambtenaren reeds
bestaat. Van hun tractement toch wordt een zeker
bedrag voor het pensioen afgehouden. Op die voor
waarde worden zjj benoemd en aanvaarden zjj hun
betrekking. Dit in ons staatsrecht opgenomen
beginsel wenscht Bpreker te zien uitgebreid tot den
werkman. Van vrjjwillige verzekering verwacht hjj
weinig succes. Want wordt de werkman vrjjgelaten
zich voor den ouden dag te verzekeren, dan zal er
niet veel van terecht komen. Men beschouwe dan
ook de verplichte verzekering niet als een druk-
kenden dwang, maar als een gezegende weldaad,
die men den verzekerde bewjjst, die het anders uit
eigen bewegiDg niet zou doen.
De fout in het stelsel van Mr. Cau schuilt
hierin, dat het is een combinatie van pensioen en
liefdadigheid (aanwjjzing van donateurs). Nu heeft
de verzekerde werkman recht op hetgeen hg zelf
heeft bijeengebracht door zgn jarenlange contributie,
maar niet op hetgeen hjj verkrjjgt door een donateur,
die uitvallen kan en niet altjjd aan te vullen is.
Een pensioenfonds moet tot basis hebben absolute
zekerheid, niet wisselvallige goedgunstigheid.
Ook wat de Spaarbank te dezer stede doet, is
liefdadigheid, niet pensioneering. De persoon, die
van den Spaarbank zoogenaamd pensioen verkrjjgt,
heeft daarop geen recht. Ook zal het peil van den
werkman door de toepassing van het stelsel van
Mr. Cau niet verhoogd worden, daar hg te veel
zal gaan vertrouwen op de hulp van anderen.
Ten slotte verklaart spreker, dat, zoolang er geen
wet is, die in deze materie regelend optreedt, hjj
bereid is met den heer Mr. Cau mede te werken
tot het in het leven roepen van een pensioenfonds
voor werklieden.
De heer De Bruyne constateert, dat allen een
stemmig zgn in hun gevoelen, dat pensioneering
van den werkman wenicheljjk is. Deze immers, oud
geworden, valt in één van de volgende drie
rubrieken
I. óf hjj wordt in het gunstigste'geval door zgn
patroon in het werk gehouden, waartoe bg niet
meer in staat is;
II. óf hg komt op een hofje of in een stichting,
wat ook nog een buitenkansje voor hem is;
III. óf hjj vervalt ten laste van de armenzorg.'
Daarin hulp te verschaffon is noodig.
Evenals de vorige spreker, is ook bg een voor
stander van verplichte pensioensverzekering, daar
vrjjwillige verzekering niet zal leiden tot het be
oogde doel. Mr. Cau gaat van het denkbeeld uit, dat de
werklieden uit eigen beweging zich zullen verzekeren,
dn staaft zgn bewering met een beroep op de vele
bestaande zieken- en begrafenisfondsen. Maar dit
beroep gaat niet op, want bg deze fondsen zorgt
de werkman meer voor zgn gezin dan voor.zich-
zelven. Hg zal er niet licht toe overgaan, om van
zgn schamele wekeljjkscho verdiensten iets af te
zonderen, en aan zgn vrouw en kinderen te ont
houden, opdat hjj zelf een eenigszins onbezorgden
ouden dag zal hebben.
Evenals verplichte verzekering reeds voor de
gegoeden (ambtenaren) bestaat, evenzoo wenscht
hjj die ook voor de mindergegoeden. Maar de
werkman is niet in staat de geheele premie te
betalen, die van zgn nooddruft moet afgenomen
worden. Dat hg iets bjjd raagt, acht spreker
wenicheljjk. Maar een deel worde door den werk
gever betaald, in wiens belang het is, dat de
werkman op zgn ouden dag rustig en onbezorgd
kan leven. Op sommige fabrieken, zooals die van
Stork en van Marken, bestaat de verplichte ver
zekering, daaraan betaalt de fabrikant ook. Maar
daar niet alle werkbazen in staat zullen zgn de
halve premie te betalen, zoo moet ook de Staat
helpen, en een gedeelte mede betalen. In Duitschland
heeft men de verplichte verzekering.
Zoolang verplichte pensioensverzekering niet
bestaat, zou tgdelgk een stelsel, zooals Mr. Cau
dat aangeeft, dienstig kunnen zgn. Het ware dan
wenicheljjk, dat zooveel mogelgk alle gegoed^
ingezetenen aan Onderling Hulpbetoon een jaar-
ljjkiche bjjdrage geven.
Mr. Cau, de beide sprekers beantwoordend, voert
aan, dat Onderling Hulpbetoon een bljjrende
uitkeering geeft, wat dus is een invaliditeitsver
zekering. Maar die vereeniging kan het niet
bolwerken. Vandaar dat do Spaarbank is te hulj
gekomen. Spreker geeft toe, dat zooals de heer
Vermeys heeft opgemerkt, die hulp liefdadigheid
is, maar men bedenke, dat al is die hulp in wezen
bedeeling, zjj in den vorm dat niet is.
Wat betreft de opmerking van den eersten spreker,
dat armenzorg en pensioen van elkander streng
moeten gescheiden worden, wjjst Mr. Cau op het
feit, dat eeuwenlang oude en gebrekkige werklieden
aan de liefdadigheid werden overgelaten, en dat
toen de sociale kwestie ontstond, men dezen staat
van zaken een ergernis vond. Nu kan men dien
eeuwenouden toestand niet in eens veranderen.
Een geleidelijke hervorming is noodig. In het
tjjdperk van overgang, waarin wjj leven, geeft
spreker een combineering van twee stelsels aan de
hand: bjjdrage te eischen van den werkman, en
daarnaast vrjjwillige bjjdrage van anderen.
In de laatste jaren is staatsdwang voor de
pensioensverzekering van den werkman op het tapjjt
gebracht. Men spiegelde zich aan Duitschland, waar
de verplichte verzekering bestaat, maar waarvan
men de uitkomsten nog niet kont. Bg onze oostelgke
naburen heerscht dus dwang op dat gebied. Maar
volgens spreker mag men ten onzent dien dwang
niet aanwenden, voordat de noodzakelijkheid daarvan
gebleken is. Bjj ons zou bjj verplichte verzekering
1,200,000 menschen betrokken worden.
Bjj verplichte verzekering kan de verzekerde, als
hjj geen verdienste heeft, niet betalen de premie.
En tot het verkrjjgen van pensioen is toch een
geregelde premiestorting noodig. En laat men nu bg
een eventueele pensioeniregeling voor den werkman
de categorie van die werklieden weg, die tot de
armsten gerekend worden, dan gaat het natuurljjk
niet aan, dat de Staat aan andere werklieden, die
in gunstiger positie verkeeren, een bjjdrage geeft.
De Staatsbjjdrage is juist de klip, waarop de
verplichte verzekering strandt. En nu wil spreker
in de plaats van den Staat de liefdadigheid, geleid
in een betere richting. De éóne bjjdrage worde
betaald door den werkman, de andore door den
begunstiger. Men moet gebruik maken van de
persoonljjke betrekkingen tusschen de gegoeden en
mindergegoeden. Men neme een proef met het
stelsel van begunstigers.
Spreker is afkeerig van dwang, die wel past in
Duitschland, maar niet in vrjje Staten. In Engeland
en Amerika bestaat dan ook niet de verplichte
verzekering. Hjj is een voorstander van de geleideljjke
vrjje ontwikkeling. En wie om zich heen ziet,
moet erkennen, dat de werklieden zich in de laatste
jaren beginnen te ontwikkelen. Tal van werklieden
verenigingen, vakvereenigingen, coöperatieve ver-
eenigingen zgn in het leven geroepen.
De heer Olivier verklaart te zgn een voorstander
van verplichte verzekering. Hg gelooft niet, dat
zonder dwang veel verkregen kan worden. Men
moet echter praktisch te werk gaan. De wet is
er nog niet, en zoolang er die niet is, moeten wjj
trachten in de leemte daarvan te voorzien. Hjj
meent, dat Onderling Hulpbetoon zich moet losmaken
van pensioensverzekering, en in de plaats daarvan
een aparte instelling in het loven roepen, waaraan
herverzekering ten grondslag ligt. In verhouding
van wat men later te goed krjjgt worde de contri-
butio bepaald.
De heer de Bruyne is het met Mr. Cau eens,
dat men voor alle verbeteringen den historischen
weg moet bewandelen, dien van geleideljjken,
kalmen vooruitgang. Maar juist daarom ook is hg
tegen het stelsel van Mr. Cau, omdat vrjjwillige
verzekering nog niet bestaat, maar in het leven
moet geroepen worden. De begrafenis- en zieken
fondsen zgn met de verzekering, waarvan hier
sprake is, niet te vergeljjken, zoodat een beroep op
deze niet opgaat. Daarentegen bestaat wel verplichte
rgks-verzekering voor ambtenaren. Geleideljjke uit
breiding daarvan tot den werkman is gewenscht.
Zjj ligt op de historische ljjn.
Tgdelgk wil bg, zoolang geen wet het onderwerp
regolt, met Mr. Cau in de door dezen aangewezene
richting medegaan.
De heer Vermeys verklaart zich bjj wjjze van
tjjdeljjken maatregel vóór de stichting van een
pensioenfonds voor werklieden.
Mr. Cau bespeurt met genoegen, dat zgn beide
bestrgders bereid zgn met hem samen te werken,
zoolang geen verplichte verzekering bestaat. Op
het beginsel, neérgelegd in art. 8 der statuten
van Onderling Hulpbetoon, moet worden voort
gebouwd. De vorming van een Commissie is hiertoe
noodig.
De heer A. Anker Wz. vraagt, of het doel is
den werkman te helpen, die er niet om vraagt, of
armenzorg te ontlasten?
De voorzitter, beantwoordend deze vraag, zegt,
dat men den werkman wenscht te helpenen al
vraagt ook deze geen hulp, dan kan die toch heil
zaam voor hem zgn.
Namens het Bestuur verklaart de voorzitter, dat
dit de volgende motie voorstelt
Het Departement Zierikzee van de Nederlandsche
Maatschappij ter bevordering van Njjverheid;
gehoord de voordracht van Mr. Can en de
daarop gevolgde discussie;
overwegende, dat verplichte pensioneering van
staatswege, hoewel gewenscht, nog in de toekomst ligt;
overwegende dat zoolang deze niet bestaat, bjj wjjze
van overgangsmaatregel wellicht mogelgk is met
behulp van derden een pensioneering voor werk
lieden in het leven te roepen;
verzoekt bet Bestuur eenige heeren uit te
noodigen om te onderzoeken:
1°. of het oprichten van een pensioenfonds voor
werklieden in Zierikzee met of zonder medewerking
van de bestaande vereenigingen, die in deze richting
werkzaam zgn, mogelgk zoude zgn;
2°. welke bgdragen van werklieden en anderen
daarvoor noodig zouden zgn, om de contribuanten
zekerheid te geven, dat zjj het pensioen op een
vastgestelden leeftjjd of in bepaalde omstandigheden
krjjgen
3°. op welke wjjze in de pensioneering bjj
verandering van woonplaats kan worden voorzien;
en hieromtrent nader rapport aan het Departement
uit te brengen.
De heer Mr. Cau zal vóór de motie stemmen,
hoewel de considerans er van niet strookt met zgn
opvatting.
De motie wordt zonder hoofdeljjke stemming
aangenomen.
Na een harteljjk woord van dank aan Mr. Cau
voor zgn voortreffeljjko inleiding van een zóó
gewichtig onderwerp en het Bestuur van Onderling
Hulpbetoon voor zgn aanwezigheid, sluit de Voor
zitter deze belangrijke vergadering.
Stoffel. Ik komine je weer is opzoeke Jilles, nood-
zaikelik most ik in de stad weze. Griete kon nie meekomme,
want die is erg verkouwerd, dairbie eit ze an de llense-
ziekte elee, In dat gait er nie gauw uut.
Jilles. 't Is angenaira as ik je weer zie, want ouwe
kennisse trekt, ik ao je rait de Alfvastemart ewacht.
Stoffel. Och nee, dat is 'ii dag voor 't jonge volk, in
ze zouwe dienke, dat ik dat jonge goedje op d'r viengers
kwam kieke.
Jilles. Dair trekke ze d'r eige niks van an in den
tegenwoordigen tied, et menschdora is wat veranderd sedert
willie jong ewist ieder gait z'n 's weegs, alsof er niks
kon inderen, vrieeid, geliekeid, is de leuze, dat is noe zoa
kwaid nie, mar aoles mot z'n grenzen toch
Stoffel. Dat is wair, mar vertel m'n is dat stikje,
dat in de Nieuwsbode stieng over de eierraart, wat is dat
noe eigenlik7
Jilles. Wel, verbeel je dat IC., za'k mar is zegge,
kleine eitjes in z'n wienkel of in uus eit, dan zoekt ie de
aolerkleinste uut, in gait er mee nair de mart; je begriept
dat et begeerig mensenoage de kleintjes al gauw ziet, mar
dan voelt ie an z'n bosse, in dienkt, as ik die kleintjes voor
één of anderaolve cent kan koape, dan kan ik goedkoap
eiers ete, 'n ei is toch 'n ei, in as ze aoleraaile evengroat
bin, dan vechte m'n guzen toch nie om 't groatste. Noe
komt L. oak mit eiers, mar dat bin kapitaole groate, die
wil b.v. 75 of 80 cent voor de 25 mar dair is 'n zwaire
wieze op, om den elft meer te kriegen, afijn eindelik motte
ze toegeve, want in olland bin de eiers 3'/, cent per stik,
zoadoende wordt de raiddelmart 'n klein bitje. Mit de butter
doe ze precies eender, dairdeur die groate verschillen van
pries. (Mit de butter werke ze mit de kleure).
in onderstaande Gemeenten van f
Goede Vrijdag
De Gerei. Kerk te Zierikzee:
's Avonds zes ure ds. Esselink.
Herv. Kerk te Kerkwerve:
's Avonds half zeven ureds. Blankert. (Bed. H. Avondm.)
Herv. Kerk te Serooskerke:
Geen opgaaf ontvangen.
Herv. Kerk te Burgh:
Geen dienst.
Herv. Kerk te Renesse:
Geen opgaaf ontvangen.
Herv. Kerk te Noordwelle
Geen opgaaf witvangen.
Herv. Kerk te Haamstede:
's Avonds zes oreds. v. Krevelen.
Geref. Kerk te Haamstede:
's Avonds zes ureds. Koolstra.
Herv. Kerk te Eikerzee:
's Voorm. half tien ure: ds. Couvée. (Bevestiging van
nieuwe lidmaten) 's avonds zeven ure: Idem. (Bediening
H. Avondmaal).
Geref. Kerk te Eikerzee:
's Avonds half zeven ureds. Ranutti.
Herv. Kerk te Brouwershaven:
's Voorm. tien ure: ds. v. d. Broek. (Bevestiging van nieuwe
lidmaten); 's avonds vyf ure: Idem. (Bed. H. Avondmaal).
Geref. Kerk te Brouwershaven:
's Avonds zeven ureds. Geerling.
Herv. Kerk te Noordgouwe:
's Voorm. half tien ureds. Nauta, (Bed. H. Avondmaal).
Stoffel. Noe verstai ik je man, ik kon mar nie be-
griepe, dat er zukke stoute menschen in de wereld waire,
hoe verzinne ze et? Op zukke eenvoudige durpjes merk je
zoo iets nie, mar 't is goed van den schriever, dat ie et
bekend roaikte.
Jilles. Jao, want dair konne wel is buutemensen weze,
die um zeis verdochte; de man is waird, dat ie deur
et publiek op pries esteld wordt. M'n zie et in de Nieuws
bode al bevestigd, dat ie noe de kais egete eit, omdat ie et
gordiene opeligt eit, dat is noe z'n loon.
Stoffel. Ik gai m'n boadschappen bie Merlie aile oir,
dat is 'n man, die voor de buutemensen wat over eit, in
dan zeg ik net as m'n Griete: Leve in laite leve.
Jilles. Dat is goed oak, veelal winkeliers bin benauwd
voor de konkerensie deur den tram, mar as ze in de stad
pries stelle op de buutemensen, in ze zurge dairbie, dat ze
goeie wair levere, dan ze niks te vreezen, want o zoa
weinig zal m'n uut den vrimde betrekke.
Stoffel. Mit condisie, dat ze mit de eiers in butter-
marten zoa niet bluuve knoeien, want anders gai die
producten mit den tram mee, natuurljjk in ruil tegen bood
schappen van aolerlei aird.
Jilles. Oir je op Aimstie nog over de badplaise praite?
Stoffel, 'tls op 't oagenblik weer stille, ik geloave
wel, dat er nog ietwat broeit, ik al ezeit, as ze dat
wairlik meene, dan motte ze deurwerke en er wat geld voor
over want 't is tegenwoordig 'n beoefte voar de menseid
om de baoien te gebruuken, je ziet overaol badplaisen ver-
riezen, in wairora most et Westelijk Schouwen dan achter-
bluuve; je kunt geen mooier plekje vinden as Westen-
Schouwen, in wat mankeert er an de erreberge in an de
bedieninge, as ze vooreerst anders niet ao.
Jilles. Dat is recht landelik, in ik geloave, dat de
badgasten dairmee erg inenome zouwe weze, want ze zouwe
meer plezier as in de fienste zailen mit gerokte bedienden.
Stoffel. Ik zou dienke, as dat plan gauw uutevoert
wier, dat de tram al spoedig rond Schouwen zou rie, en ik
geloave, dat zoowel et een as et ander aordig geld op zou
brienge.
Jilles. Je mot er nog is mit de Aimsteesche eeren
over praite, meugelik wete ze d'r wel wat op te prakke-
zeeren, waig jie je spairpot er oak is an3 je eit kind noch
kraoie dair je voor te zurgen eit, in as je zoo iets in et
leven kon roepe, dan zou eel de streeke er deur gebait
weze, dan oef je ten minsten mit geen butter of eiers meer
nair de mart.
Stoffel. Noe, dat is zoo'n baintje nie, je weet, aol
wat uut de mode is dat dair geen antrekkelikeid meer
anzit. Maar Jilles, zou er dan geen post méér komme daige-
liks, oak mit et oage op de vele badgasten
Jilles. Wel wis in drie, men zeit, dat in iedere
gemeente, die 'n kwartier in de ronde gains is, de brieven
bestellers op de fiets de brieven motte bezurge, al komme
d'r 10 posten op een dag, toch bezurge.
Stoffel. Dat is al 'n eele groote stap vooruut, want
de meeste buutengemeinten ontvangen, buuten de komme
gelegen, mar eens daigs de brieven, of beter gezeid de post.
Jilles. Jao man, zoa zie je, dat de mens zich mar
onderwerpen mot an et lot, as je noodlot je op 'n ofgelegen
plekje neerzet, dan is 't mar 't best veel geduld an te kweeken,
want je wordt overal voor lest geouwen.
Stoffel. Mar de beuze spikkelasie kent geen ofgelege
oekjes, dan weet m'n ieder te vinden; dat is toch goed
oak, anders wier je glad vergete.
Jilles. Dair wordt tegenwoordig nog al veel geërgeweerd
over de suukerpeen, in ofschoan de suukerpriezen nair bove
gai, bluuve de fabrikanten mar laiger, noe ze de kolen-
priezen as de oirzaike anenome. Mar oir je noe niks meer
over de suukerfabriek
S t o f f e L Van 't naijair was er in 't westende spraike
van, dat 'n rieke ondernemer an Burgsluus 'n fabriek zou
plaise, in et duunwaiter dairvoor zoa gunstig achtte, mar
laiter ek dair nie meer van g'oire.
Jilles. Mit et oage op de tram zou dat zoa kwaid
nie verzonne weze; want as Schouwen in Duuveland z'n
peen dair brocht, dan zou er nie veel van buuten de
eilanden meer benoodigd weze, van aole kanten konne ze
anevoerd worre, in wel op veel goedkoaper maniere as
tegenwoordig, in as dan iedere verbouwer andeel in de
fabriek oade, zouwe de groate tegenstellingen oak wel
eenigermaite verbeteren, geëel wegneme kan men die nooit,
omdat er altied mensen bin, die gairn knoeie, in meene
zich dairdeur te vergroaten.
Stoffel. Dat is wair, mar dair stait oak tegenover,
dat er agenten anesteld worre, die onbekookt andele, in as
ze voor vuuftien procent tarreerde, deur de redeneering
van den leverancier dezelfde peen op acht procent stellen.
Wat mot de leverancier noe van zoo iets dienke?
Jilles. Niks anders man, as dat je rait onkundige
mensen of mit schelmen te doen eit. Mar toch geloaf ik,
as je mit mekaore 'n fa&iek aode, dat et veel beter zou
gai, in ieder geregeld jairlilis z'n andeel bie zou brienge.
Stoffel. Ik zal er mit de schippers nog is over praite,
die kent die mensen beter dan ik, in je begriept, die zou
er oak goed mee kunne weze. Noe gai 'k eerst m'n
zaikjes ofdoe, in dairnai zie dat ik tuus komme. Groet je
Saore, in ou je mar goed. Gegroet oir!
TELEGRAMMEN.
Middelburg;, 11 April.
De examens ter verkrjjging der akte lager onder
wjjs zgn aangevangen. Geëxamineerd zgn zes
mannelijke candidaten. Geslaagd zgn de heeren
A. Verhage en N. Zandee, beide van Goes; L. Pie-
terse, van Schore.
Woensdag voortzetting.
'0-Gravenhage, 11 April.
Op de aanbsvelingilgit yoor kantonrechter te
Tholen staanmr. Baitert, griffier van het kanton
gerecht te Brenkelenmr. Brevet, advokaat te
Middelburg; mr. F. Koksma, griffier van bet
kantongerecht te Hnlst.
Bg Kon. Besl. is benoemd tot burgemeester
van Hoofdplaat de heer H. S. Gratema.
Londen, 11 April.
De Boeren hebben een groote overwinning te
Meerkatfontein behaald: 600 Eigelschen zgn gedood
en gewond, en 900 gevangen genomen. De Boeren-
verliezen bedragen 5 dooden en 9 gewond.
chouwen en Duiveland.
13 April ÏOOO.
Chr. Geref. Kerk te Zierikzee:
's Avonds zes ure: ds. Wessels.
Herv. Kerk te Zonnemaire:
's Avonds zeven ureds. Zeeman.
Geref. Kerk te Zonnemaire:
's Avonds half zeven ure: Leeskerk.
Herv. Kerk te Dreischor:
's Avonds zes ureds. Burger.
Herv. Kerk te Ouwerkerk:
's Avonds half zes ure: ds. Kunst. (Voorber. H. Avondm.)
Herv. Kerk te Nieuwerkerk:
's Avonds zeven ureds. v. d. Linden. (Bed. H. Avondm.
Geref. Kerk te Nieuwerkerk:
's Avonds half.zeven ure: Leeskerk.
Oud-Geref. Kerk te Nieuwerkerk:
Geen dienst.
Herv. Kerk te Oosterland:
's Avonds zeven uredr. Smit.
Geref. Kerk te Oosterland:
Geen dienst.
Herv. Kerk te Sirjansland:
Geen opgaaf ontvangen.
Herv. Kerk te Bruinisse:
's Avonds half zes ure: Leeskerk.
Geref. Kerk te Bruinisse:
's Avonds half zes ureds. v. Bueren.
Oud-Geref. Kerk te Bruinisse:
Geen dienst.