ZIEBIKZEESCHE NIEUWSBODE.
Zaterdag 23 Februari 1895.
Eerste Blad.
Verkeerd gezien.
v
NIEUWSTIJDINGEN.
APVERTENTIEN.
Oog- en OoHijders
AANBESTEDING.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is ƒ1,30, franco per post
f 1,60.
Noord-Amerika, Transvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
51ste JAARGANG. No. 6580.
Directeur-Uitgever J. WAALE.
Advertentiënvan 13 regels 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags, "Woensdags en Vrijdags middags
12 «re bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Betalingen van Abonnements- of Advertentie-gelden gelieve men te zenden aan de ttAdministratie Zierikzeesche Nieuwsbode"
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
Tegen het pogen van het bestuur der «Liberale
Unie" om tot de samenstelling van een nieuw
program te komen, is eene bedenking ingebracht,
die iets verleidelijks heeft en daarom gevaarlijk is.
Op een betoog van Het Vaderlanddat de democratie
leiding behoeft en vooral het intellect de roeping
heeft, die leiding te geven, antwoordt de üaagsche
Crt..- «Men kan de juistheid dezer beschouwing
«erkennen, eu toch van meening zijn, dat 't wen-
«schelijk is, dat het intellect de democratie bij die
«leiding hoore en niet, buiten haar om, de recepten
«voorschrijve en gereedmake.
«Want vooreerst leven er in het tegenwoordige
««volk achter de kiezers" misschien ook wel menschen,
«waaromtrent bet intellect, nog 't een en ander van
«dat volk zou kunnen leeren.
«Maar gesteld dat wat we gaarne als waar-
«schjjnlijk en wenschelijk erkennen ten slotte
«het intellect bij het uitbakenen van de nieuwe
«banen de moreele overmacht behoudt, dan blijft
«het toch voor den indruk op het volk geenszins
onverschillig of dit bjj die uitbakening gehoord is
«of niet".
Het verleidelijke dezer bedenking zit hierin
vooreerst, dat er, naar de mode van den tjjd, aan
het intellect zekere aanmatiging, een zucht om den
baas te spelen, wordt aangewreven. Maar ten tweede
en vooral omdat men er op aandringt om aan het
«volk achter de kiezers", welks belangen in het
ontwerp-programma eene groote plaats innemen,
ook stem in het kapittel te geven. En daar nu het
verleideljjke der voorstelling aanleiding zou kunnen
geven om aan de bedenking meer ingang te ver
schaffen dan zjj verdient, komt het ons wenscheljjk
voor, daaromtrent enkele opmerkingen in het midden
te brengen.
In de eerste plaats mag de vraag gedaan worden,
hoe men zich toch wel het «volk achter de kiezers",
die «komende democratie", in één woord, den toe
stand na de uitbreiding van het kiesrecht, voor
stelt? Het heeft er dikwijls eu ook in het geval,
dat wij nu behandelen, veel van, alsof er met de
uitbreiding van het kiesrecht een soort van open
baring zal plaats hebben, alsof degenen, die tot nu
toe van het kiesrecht uitgesloten zijn, met hunne
wenschen en verlangens, met hunne behoeften en
nooden, gereed staan, om die dón mede te deelen,
maar dat men lot zoo lang niets daarvan merkt of
ontwaart! Het is alsof dat «folk achter de kiezers"
een vaste massa is, met dezelfde denkbeelden, ge
neigd eenen zelfden weg in te slaan, gereed althans
om de maatschappelijke kwalen naar één recept,
naar ééne geneeswijze tenminste, te behandelen.
Maar, eilieve! Laat ons dan toch om ons heen
zien en de dingen beschouwen zooals zij zijn. De
werkelijkheid heeft immers niets van het beeld, dat
men zich schept. Zeker, als de nieuwe kiezers mee
spreken, zullen de maatschappelijke belangen meer
op den voorgrond treden. Terwijl wij ons bezig
hielden met theoretische onderzoekingen naar de
beste regelingen voor de toekomst, hebben zjj prac-
tisch de ervaring opgedaan van het onvoldoende
der bestaande toestanden. Ea terwijl wjj dus nog
aarzelen een keuze te doen, omdat wij, in hetgeen
ons aangeprezen wordt, nog niet dadelijk het beste
weten te onderscheiden, zullen zjj dringen tot spoed
en tot doortastendheid, omdat zij gevoeld hebben
en nog gevoelen, dat er in ieder geval verbetering
komen moet!
Maar langs welken weg de verbetering te krijgen
is, daaromtrent tasten velen der aanstaande kiezers
nu nog in het duister rond.
En als zij dat nu nog doen, zullen zij het ook
doen, als de nieuwe-kieswet er zijn zal, want die
zal hun wel een nieuwe bevoegdheid, maar niet
meer verstand, niet meer kennis, niet meer inzicht
geven. Zij zullen wel genoodzaakt zijn, niet om licht
te geven, maar om licht te zoeken.
Bij wie zullen zij dat zoeken
Natuurlijk bij hen, tot wie zij zich het meest
aangetrokken gevoelen.
Daarnevens zijn er onder de aanstaande kiezers,
die daarentegen zeer zeker hunne gevestigde meening
over de middelen tot verbetering hebben, maar
hunne denkbeelden daaromtrent zijn in geenen deele
geheim, zoodat ieder die wil, ook nu reeds alle
mogelijke licht daaruit putten kan.
Bij ben intusschen bestaat ook niet altijd over
eenstemming van zienswijze, integendeel, belangrijk
verschil van meening over verschillende en daar
onder hoofdpunten, ja, verschil van beginsel on van
richting.
Zij weten wat zij willen, maar zullen daarom
ook ieder hun eigen weg gaan. Geheel alleen?
Misschien wel. Misschien niet. Dat zal van ver
schillende omstandigheden afhangen. In de eerste
plaats daarvan, of zij al of niet gelegenheid vinden
zich bij een bestaande partij, richting, groep aan te
sluiten, of zij bij deze steun kunnen vinden voor
de verwezenlijking van hunne denkbeelden, voor de
voorziening in hunne behoeften, voor de vervulling
van hunne wenschen. Zoo zullen er de vaan volgen
der Soc. Dem. Arbeiderspartij, zoo zullen er zich
voegen bij R. Kath., bij Anti-Rev. Kiesverenigingen
Ook bij vrijzinnige?
Het beantwoorden dier laatste vraag geeft o. i.
tevens de reden aan, waarom nu het bestuur der
«Liberale Unie" eene groote plaats op het te ont
werpen programma aan het maatschappelijk vraag
stuk wenscht in te ruimen.
Of van het volk achter de kiezers er zich, zoodra
zjj kiezers worden, zullen voegen bij de vrijzinnige
kiesverenigingen of in zelfstandige verenigingen
met dezen zullen samenwerken, is eene vraag, waarop
het antwoord afhangt van het antwoord op deze
andere: wat men van de vrijzinnige richting op
maatschappelijk gebied te wachten heeft.
Niet om aan het «volk achter de kiezers" voor
te schrjjven,' welken weg het te gaan heeft, niet
om te beslissen over hun belangen buiten hen om,
is een programma noodigwel om niet alleen voor
ons zeiven den door ons te volgen weg af te bakenen,
maar ook om den nieuwen kiezers te doen zien,
welken weg wij, vrijzinnigen, gaan zullen, om hen
in staat te stellen te beslissen, of zjj al dan niet,
geheel of ten deele met ons kannen en zullen mee
gaan. Wij willen niet hun de wet voorschrijven
omtrent hetgeen zij te doen hebben, maar hen in
lichten omtrent hetgeen wij van plan zijn te doen.
En wanneer wjj daartoe willen overgaan, doet
zich tweeërlei vraag voor
1°. Wat het eerst aan de orde moet komen en
het best tot oplossing kan worden gebracht.
Op die vraag een vraag van practijk en er
varing grootendeels geeft al wat in en buiten
de werkmanskringen over maatschappelijke belangen
in den laatsten tijd gesproken en geschreven is, een
voldoend antwoord.
2°. Welke de beste oplossing voor ieder vraag
stuk zjjn zal.
Dat is een vraag, hoofdzakeljjk van beginsel en
van richting. Daarop moet het antwoord gegeven
worden nit onze eigen boezem. Daaromtrent kannen
wij ons later zoo min als nu iets laten opdringen
of opleggen, ook niet door nienwe kiezers.
En aangezien wij ods tjaarover dns nu even goed
kunnen uitspreken als later, is het wenschelijk dat
wij het nu doen. Niet alleen om aan hen, die met
ons éónen weg willen gaan, de gelegenheid te geven
zich bjj ons te voegen, maar ook om hun, die iets
anders willen, duidelijk te maken, dat zij van ons
niets te wachten hebben, en eindeljjk ook, omdat,
geheel afgezien van de nieuwe kiezers, met het oog
op de omstandigheid, dat onvermijdelijk de maat
schappelijke vraagstukken aan de orde zullen komen,
wij voor ons zeiven tot klaarheid dienen te komen,
wat wjj op dit gebied gemeenschappelijk willen en
kunnen bereiken.
Japan en China.
Kung en generaal Jeh-Cicao zjjn tot gevangenis
straf veroordeeld tot den herfst en zullen dan ter
dood gebracht worden, omdat zjj het innemen van
Port-Arthur niet hebben belet.
Op 17 Februari deden do Chineesche troepen
een aanval op Kumo-Cbeng. Zjj werden teruggeslagen.
Transvaal.
Een professor teBuluwayo, die onlangs zjjn claims
voordeelig verkocht, besteedde dien dag 400 pond
sterling (ongeveer f 4800) aan champagne om te
eindigen met een bad te nemen ia dat edele
vocht
Amerika.
Hoe de toestand van den landbouwer in Amerika
thans is, leert het volgende:
Vóór 25 of 28 jaar maakte een boer in het Zuiden
bijna 500 dollars voor een baal katoentegenwoordig
moet hij voor die som er 17 geven. Een boer in
het Noorden maakte 5 dollars voor een zak tarwe,
nu moet hjj er 6 zakken voor gevon.
Engeland.
Een schrikkeljjk drama in de koude wordt nit
Belfast bericht.
Het stoom-visschersvaartuig «Chindwin" leed den
7den dezer schipbreuk op de kust van Wigtowns
hire (Zaid-West-Schotland). Het schoepsvolk klom,
daar het schip, op een rots gestooten, begon te
zinken, in het want; maar de koude was zoo
vinnig, dat zij besloten met het krieken van den
morgen te beproeven aan land te komen. De rotsen
hadden den vorm van pinakels, en om een van
deze uitstekende punten werd een touw geworpen,
waaraan allen behouden aan land kwamen. Daarna
klom men tegen eon steilte van 50 voet op, niet
tegenstaande deze door vorst en sneeuw zeer glad was
geworden. Boven gekomen, hadden do schipbreuke
lingen een eenzaam, met sneenw bedekt moeras
voor zich, waar niet het minste teeken van een
menschelijke woning viel te bekennen.
Ofschoon zij nauwelijks bij machte waren om te
kruipen, zochten zjj ongeveer vijf nur lang naar
de een of andere schuilplaats en groeven teu slotte,
ten oinde raad, met hun vingers een kuil in de
sneeuw en zaten daar nog drie uur bijoengehurkt.
Daarna zagen zjj tot hun verbazing, dat zij aan
elkander vastgevroren waren. Zij bogonnen wederom
voort te kruipen, en bij een mestvaalt gekomen,
die zij van verre voor een schaapherdershut aan
zagen, namen zij wat droog stroo en stukjes hout
en konden een vunrtje aansteken, waaromheen zij
bleven zitten tot den volgenden Vrijdagmorgen.
Zij werden toen door een schaapherder ontdekt.
Terwijl een der mannen zich warmde, ontdekte hij,
dat de groote eu de tweede toon van een der ma
chinisten afgebrand waren en zijn voet vuur had
gevat. De ongelukkige man had dit zelf niet eens
bemerkt; zoo gevoelloos waren zijn uiterste lede
maten tengevolge van de verduurde koude.
De schaapherder stelde den schipbreukelingen
voor, hen naar Garnock te brengen, maar de ver
minkte machinist was zoo uitgeput, dat liij de
anderen verzocht hem maar te laten liggen. Deze
weigerden natuurlijk en droegen hem naar eene
hofstede, waar bleek, dat allen min of meer be
vroren ledematen hadden. Tengevolge van de sneeuw
kon men niet naar een nabijliggend dorp om een
geneeskundige zenden; toen deze ten slotte toch
kwam, waren de ongelukkigen over het geheele
lichaam ontveld. Bjjna allen zullen zich het afzetten
van ledematen moeten getroosten, en aan het herstel
van den machinist wordt gewanhoopt.
De mannen zjjn te zwak om vervoerd te worden.
De strenge winter eischte tal van slachtoffers.
Zoo zijn door de coroners te London de laatste
vier dagen 103 lijkschouwingen gehouden, waarvan
de uitspraak dezer deskundigen luidde: niet minder
dan 80 der gestorvenen zijn van koude
Duitschland.
HcrlHn, 20 Febr. De rijksdag nam bjj derde
lezing het voorstel tot intrekking der JezuYtenwet aan.
Omtrent het lijden van de bemanning van
het verongelukte Dnitsche stooita9chip Fannie zjjn
de volgende bijzonderheden te melden:
De bemanning bestond uit kapitein Sulir, diens
vrouw en 21 schepelingen.
Onmiddelljjk werden de booten te water gebracht,
waarin allen plaats namen, na wat water en proviand
te hebben ingescheept. Hoewel de kust rotsig was,
vond men gelegenheid veilig te landen. Nog een
paar malen gingen eenigen hunner naar het schip
om nog wat levensmiddelen en kleeren, waarna zij
op een zandheuvel gingen en daar 24 nren ver
toefden. De kaart was ongelukkigerwijze in zee
gevallen en moest naar gissing koers gezet worden
naar Angra Pequina, doch de streek was onbewoond,
zonder wegen, alleen zandheuvels, bergen en rotsen.
Des nachts richtte men zich naar het Zuider Kruis.
Weinig rust werd genomen, tot eindelijk hunne
voeten gingen zwellen, zoodat men geen schoenen
meer kon aanhouden en alle overtollige kleeding
moest worden weggeworpen om hen te verlichten.
Weldra konden sommige hunner niet verder gaan,
dooh werden dan geholpen door ue audereu. Nergens
vond men drinkwater en de medegenomen voorraad
geraakte uitgeput. Nu werd zout water goconden-
ceerd in een koffie- en theepot, over een vuur,
gemaakt van stukken hout, die zij aan het strand
vonden, doch dit gaf slechts een eetlepel, tweemaal
per dag, des morgens zeven en des avonds negen
uur. Om verder hun doret te lesschen werden wilde
duikers met den bjjl gedood, waarvan het bloed
werd uitgezogen, eveDzoo nit kleine haaien.
Na vjjf dagen roizens, toen zjj de Hottentotbaai
bereiktenontmoetten zjj bet eerste men6cheljjk
wezen, dat hen, voor Duitsche soldaten aanziende,
op den loop ging, een vuur, waarover een pot met
een wilde hond er in en een anderen wilden hond
gereed om te koken, zoomede een vat halfvol water,
achterlatende.
Van dit maal maakten zjj gebruik, ovenals van
het water en vertoefden daar den nacht, gewapend
met bjjlen en messen.
Den volgenden dag word de tooht voortgezet,
totdat zjj na zes en een halven dag, nadat het wrak
was verlaten, Post Bay bereikten, alwaar vier blanken
werden aangetroffen, bezig zeehonden te vangen en
guano te verzamelen. Zjj waren heel vriendelijk
en voorzagen hen van voedsel, water en gelegenheid
tot uitrusten, zelfs gaven zjj hun hun laatste koffie.
Het waren een Hollander, een Eogelscbman, een
Dnitscher en een Zweed. Zjj deelden hun mede dat
zjj nabjj Angra Pequina waren en wezen hun don
wog, terwjjl een hunner vooruit ging om kennis te
geven van hunnen toestand. Op vjjf mjjlen afstand
kwamen luitenant Hermann en vier soldaten hen
tegemoet on brachten water, wjjn on brandy, zoowel
als voedsel mede, waarvan allen iets genoten, waarna
do wandeling werd voortgezet.
De plaats bestond slechts nit vier huizen en een
pakhuis. Zij kregen daar huisvesting en overvloedig
to eten en te drinken. Na aldaar twee dagen en
nachten te hebben vertoefd, scheepten zjj zich in
op do Nautilns, kapt. Henson, waar aan boord zjj
alle noodige zorgen ondervonden, tot zjj eindeljjk
te Port Nolloth arriveerden, alwaar kapt. Suhr zjjn
wedervaren aan zijn reeders kon seinen.
De schipbreukelingen waren allen vol lof over de
moedige houding van de vrouw van kapt. Suhr.
Vervolg der Nieuwstijdingen in het Tweede Blad.
Ci n .1 .1 m n E II T E M.
Do heer Holdt, lid der Tweede Kamer, opende
Zondag te Delfzijl de reeks zjjner voordrachten,
#elke hjj in de provincie Groningen zal houden
over de vraag: «zijn beschormende rechten in het
algemeen belang?"
Deze lezing werd èn om de zorgvuldige be
handeling én ook omdat zich in Groningen slechts
zelden in het openbaar eene stem doet hooren
tegen het protectionisme met groote belang
stelling aangehoord. Onder de aanwezigen was ook
de bekende strjjder voor protectionisme, de heer
Doornbosch, te Baflo, aan wiens werkje Beschermende
Rechten" do heer Heldt zjjne beschouwingen om
trent de argumenten der voorstanders van do
protectie vastknoopte en van welks inhoud zijne
rede een doorlooponde bestrjjding was.
In den breede betoogde de heer Heldt, aan de
hand van statistieke gegevens, dat verhooging der
graan- en meelprijzen, tengevolge van een te heffen
invoerrecht, een arbeidersgezin van vijf personen
op 72 per jaar zou te staan komeneen nadeel,
dat niet opgewogen wordt door de voorgespiegelde
verlaging van accijns op suiker, zout, vleesck en
bier, noch door eene in het uitzicht gestelde
pensioenwet voor den werkman, die op andere
wjjze doelmatiger te verkrijgen zijn, en evenmin
door de voorspelde verhooging van den loonstandaard,
wijl de vermeerderde opbrengst grootendeels zou te
recht komen in de brandkast der landeigenaren,
en ook gedeeltelijk ter bestrijding van de kosten
van een uitgebreid personeel van toezicht zoude
noodig zijn.
Vooral stelde de spreker in het licht, dat bij
heffing van graanrechten, slechts in naam ver
schillende van de accijnzen, waartegen vele
protectionisten zeiven zulk een grief hebben, in
werkelijkheid het grootste gedeelte zou worden
betaald door den arbeider, bij wien het verbruik
van brood en meelspijzen ruim dubbel zoo groot
is als bij den meergegoede.
Den protectionisten verwijt hjj, dat zij, bestrijding
vau armoede in hunne geschriften op don voorgrond
stellende, de statistieke gegevens niet in het juiste
licht plaatseu. Zoo wordt gedurig gewezen op
Duitschland, waar hot aantal bedeelden 1000 minder
bedraagt dan bij ons. Maar men vergeet, dat
Duitschland heeft eene «ziekenwet", een invaliditeits-
en verzekeringswet. Waren in ons land dezelfde
instellingen, dan zou het cijfer van 53 bedeelden
per 1000 belangrijk dalen en lager worden dan in
Duitschland.
Uitvoerig bestreed de spreker een der voor
naamste argumenten dor protectionisten, namelijk
omzetting van groen- in bouwland en daardoor
vermeerderde vraag naar werk en verhuizing van
een deel der arbeidersbevolking uit de groote
steden naar het platteland.
«Gelukkig" aldus eindigt de spreker zijne
rede «hebben wjj nog niets te vreezen. Al werd,
wat niet waarscbijnljjk is,, de motie-Dobbelman
aangenomen, van doze Regeering is voor beschermende
rechten niets te wachten. Maar toch moeten wij op
onze hoede zjjn. De protectionisten hebben al hunne
hoop gevestigd op de Kamer der toekomst. Daarom
spoor ik de arbeiders aan niet op to houden te
bestrjjden wat, naar mijne overtuiging, een ramp
voor het land en een struikelblok voor den vooruitgang
zou .zijn".
Na de lezing volgde een uitvoerig debat met den
heer Doornbosch, die de argumenten van den heer
Heldt grootendeels buiten beschouwing liet, doch
vooral wee6 op het wenschen en streven der
protectionisten, dat niet het belang van de land
bouwende bevolking, maar het belang van het
volk tot doel heeft.
Koude winters.
Dat op de landbouw-tentoonBtelling te Nevers
(Frankrijk) de wijnen bevroren waren, zoodat de
jury ze niet kon proeven en daarom aan alle in
zenders maar een medaille gaf, stempelt onzen
winter tot 'n ouderwetschen, maar teekent
ook de kwaliteit van dieu wjjn.
Eofin over de ouderwetsche winters wilden
we het nu hebben. De courantenschrijvers, die
altjjd gaarne vergelijking houden tusschen het
«voorheen en thans", komen weer met eenigejaar
tallen, waarvan enkele verleden week wel geschikt
waren, ons bij de toen heerschende koude een
dubbele rilling door de leden te jagen.
Zie hier:
In 1234 lag de Middellandsche zee dicht, wagens
bereikten Venetië over de Adriatische zee. In 1236
en 1405 vroor de Donau tot op den bodem toe dicht.
In 1468 moest in Vlaanderen eerst wijn worden
gehakt, voor hjj gedronken kon worden. In 1621
en 1622 waren alle rivieren van Europa bevroren
en was de Zuiderzee berijdbaar. In 1789 waren
rivieren en meren overal dicht, de tarweprijzen
verdubbeld. 1716 en 1740 kermis op de Theems.
1814 strenge winter van 26 December tot 21 Maart.
In 1716 vroor het te Londen 38 in den winter
van '37 op '38 36 De «Royal Exchange" brandde af.
Zoo fel was de koude, dat waar de brandweer
spoot, het water tegen het gebouw aan, onder het
afdroppelen zelfs onmiddellijk in ijs veranderde.
Streng was ook de winter van 1854—55, toen de
Krim-oorlog woedde en de soldaten letterljjk om
kwamen van do koude.
Ook in den winter van 187071 hebben de
legers van Duitschland en Frankrjjk veel van de
koude te ljjden gehad.
«Maar", voegt de Engelsche Standard toe aan
zjjn verhaal, «de koude, die wjj nu meemaken, kan,
wat strengheid betreft, gerust met die der vorige
jaren vergeleken worden.
i7 a n h o r w.
K«'n nieuw contract voor bet leveren
van beetwortelen.
Men schrijft ons:
Nu het ernst schjjnt te worden dat de boeren
hun bieten in een of meer onderlinge fabrieken
tot suiker willen gaan verwerken, beginnen sommige
fabrikanten wijzigingen te brengen in de gewone
contracten, waartegen de leveranciers tot nu toe
zonder noemenswaardig gevolg hun bezwaren hadden
kenbaar gemaakt. Van geheel bijzonderen aard is
het nieuwe contract, aangeboden door de Gastelsche
Beetwortel-suikerfabriek, op den grondslag van
betaling der beetwortelen naar het gehalte aan
suiker en volgens den prijs der 6uiker op het
tjjdstip der levering, benevens deelname van de
bieten-levoranciers in de winst der fabriek. Waarljjk
van een algemeen standpunt beschouwd zou niemand
meer kunnen verlangenjammer dat al die fraaie
aanhiedingen op de keper nagegaan in het niet
verdwijnen en het gewone contract der andere
$uikerfabrikanten, waarbij dit jaar f 9 per 1000 kil.
bieten wordt betaald, de voorkeur verdient.
Wel wordt volgens het contract f 10 geboden,
doch bjj franco levering; slechts de niet te ver
afwonenden, voor wie de scheepsvracbt minder dan
f 1 bedraagt, kunnen er dus van profiteeren.
Daarbij moet het suikergehalte 14 pet. bedragen,
terwjjl het gemiddelde gehalte, zooals bekend is,
niet hooger mag worden gesteld dan 13 pet.;
beetwortelen van deze qualiteit ondergaan echter
reeds een vermindering van f 1
Bovendien moet de marktprijs der suiker, than9
ongeveer 11, tot f 12 stijgen; zóó niet, dan
wordt ook daarom de prijs der 1000 kil. bieten
mot f 1 verminderd.
Met het oog b.v. op Zeeland, waar dit nieuwe
contract druk verspreid en op sommige plaatsen
door den directeur zelf toegelicht werd, mag men
daarom de volgende berekening aannemenf 10 f 1
(vracht) ƒ1 (wegens 13 8uiker) ƒ1
(volgens tegenwoordige suikermarkt) ƒ7;
derhalve bijna met zekerheid 1, en blijven de
tegenwoordige suikerprijzen voortduren, 2 beneden
den prijs door de andere fabrieken vastgesteld.
Hiervoor echter wordt de raogoljjkheid aangeboden
om te deelen in de winst door deze fabriek behaald.
De kans daarvoor schjjnt echter niet bijster groot.
Zonder eenige medewerking van de buitenleveranciers
wordt de balans door de directie opgemaakt; of
daarop ook in de eerste plaats een vaste rente
wordt gebracht voor het aandeelenkapitaal kan niet
blijken«de fabriek is niet verplicht, gedetailleerde
opgaven te verstrekken". Daarna wordt 18000
winst aan de fabriek toegekend en eerst daarna
zullen de bietenleveranciers voor de helft meedeelen.
De hier genoemde fabriek rekent dit jaar op een
campagne van 40 millioen bietenalleen om per
1000 kil. minstens do 1 prijsvermindering, die de
leveranciers zich hebben getroost, uit deze winst
terug te verkrijgen, zal dus de fabriek, behalve
het reeds afgetrokken bedrag, eeu winst moeten
behalen van 2 X 40,000. Eerst daarna biedt het
nieuwe contract hun misschien voordeel aan. Of
er velen die kans zullen wagen, valt te betwjjfelen.
(N. R. Gt.)
Ingezonden stukkeu.
AAN DE
Brouwershavensche IJsvereeniging
„Eendracht".
Moogt ge als in vroeger jaren
Dankbaar in 't verleden staren,
Yondt ge uw zeiven hoogst voldaan,
Toen ge bjj uw ijverig streven,
Honderden dooreen zag zweven
Op do spiegelgladde baan.
Mocht uw hart van vreugde blaken,
Toen ge daar die stoere knapen
Zaagt vereenigd op het ijs;
Die bij een, twee, drie, te tellen,
Als een pijl daarhenen snellen,
Kampend om den hoogsten prijs.
Zaagt ge bij de prikkelsleden,
Oud en jong in 't strijdperk treden,
Hetzjj vader of den zoon;
Die tot overmaat van rampen
Tegen sneeuwbuien moesten kampen,
IJveren om het hoogste loon.
Zag men bjj het tonnebrollen
Meen'ge jongen suizebollen,
Haasten zonder wederga;
Die bjj sluren, vallen, strnik'len,
Dikwerf over 't tonnetje du'k'len,
Jagen de hoogste prijzen na.
Zoo deedt gij ons menigmalen
Op een waar genot onthalen,
Op de jjsbaan steeds vermaard;
Weer of wind kon 'tniet verhind'ren,
Gij trok grijsaards zelf6 en kind'ren
Henen van den warmen haard.
Mocht ge bij uw edel pogen
Op geen milden bijstand bogen,
Wat u zeker grievend smart;
Toch vondt gij tot uw belooning,
In zoo menige schaamTe woning
Wis een vriend'lijk, dankbaar hart.
Laat dan 't hoofd niet moedeloos hangen,
Als weer barre dagen prangen,
Zijt kloekmoedig, voelt u sterk;
Zachtkens voortgaan, zonder haasten,
Tot verzachting van uw Daasten,
Doet ge wis een God'lijk werk.
Brouwershavbn, 22 Februari 1895. X.
Weekmarkt te Zierikzee, 21 Februari 1895.
Boterprijzen: De Boter is verkocht voor
50, 61, 62'/, en 65 Ct. de 5 Hectogram.
Kip-eieren: De Kip-eieren zjjn verkocht
voor 0,65, 0,75, 0,80 en 0,85 per 25 stuks.
Engelsche Granen- en Vleeschmarkt.
Wegens de koude bleef de handel op de granen-
markt binnen de engste grenzen. Het vervoer ging
met groote moeite en kosten gepaard en dit deed
de vraag bijna geheel stilstaan. De prijzen bleven
grootendeels nominaal onveranderd.
Op de markt van geslacht vee was de handel
wegens de vorst zeer stiler moest onder noteering
afgegeven worden, om de markt te kunnen ruimen.
m Voorspoedig bevallen van een Xoon,
J. J. GAAKEER-Pot.
St. Maartensdijk, 21 Februari 1895.
Heden morgen om 6 uur overleed tot
onze diepe droefheid, onze innig geliefde Echtge-
noote, Moeder, Behuwd- en Grootmoeder mejuffrouw
Johanna Jaco lm lerscpnt,
in den gezegenden ouderdom van 79 jaren en bijna
6 maanden.
Haamstede, 17 Februari 1895.
Namens Kinderen en Behuwdkinderen,
JOH. DE BAKKER.
Heden ontvingen wij het treurig bericht,
dat onzen geliefden Zoon en Broeder
nubrecht Bcrrevoets Az.,
is overleden, na een ljjden van 3 maanden, in den
ouderdom van 26 jaar en 5 maanden, te Breda in
het Militaire Hospitaal.
Kbrkwerve, 19 Februari 1895.
Namens onze Kinderen en Behuwdkinderen,
A. BERREVOETS en Vrouw.
De ondergeteekende betuigt haren dank.
voor de betoonde belangstelling op 20 dezer, zoowel
van binnen als buiten de stad.
Douairière SCHUURBEQUE BOEI JE
van Dongen.
E^LIJNTIEIZS.
voor
van Dr. BIJLSMA te Middelburg.
Spreekurendagelijks - uitgezonderd Maandag -
van IO - tot 3 uur. Zitdag te CwOCS (hotel «De
Zoutkeet"), den len en 3en Maandag van iedere
maand van II - tot 2 uur.
Op Donderdag 7 Maart 1895,
te 1 uur, zal door het DAGELÏJKSCH BESTUUR
van hot Waterschap SC OUWKW, op 'sLand9-
kamer worden aanbesteed
Het verrichten van Aardewerk
tot herstel van stormschade,
ontstaan aan de Zeedijken
van de districten Borren-
damme en Brouwershaven,
volgens Bestek No. 196, in
3 perceelen.
Het Bestek ligt ter inzage in de Directielocalen
en is tegen betaling van O.IO te verkrijgen bij
den Boekhandelaar A. M. E. VAN DISHOECK te
Zierikzee. Aanwjjzing in loco op 4 en 5 Maart te
2'/, uur, terwjjl inlichtingen worden verstrekt ten
Kantore vau den Ingenieur.
Het Dageljjksch Bestuur voornoemd,
A. J. F. FOKKER, Voorzitter.
D. VAN DER VLIET, Ontv.-Griffier.