ZIERIKZEESCIIE NIEUWSBODE. Donderdag 28 Maart 1895. Directeur-Uitgever J. WAALE. RECLAMES. j7 de graaf cz., KENNISGEVING. BEKENDMAKING. DRANKWET. BEKENDMAKING. NIEUWSTIJDINGEN. FEUILLETON. Uit Schouwen en Duivelands verleden. B0MENDAMME, Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco per post f 1,60. Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending eens per wreek, f 10,— per jaar. 51ste JAARGANG. No. 6594. Advertentiënvan 13 regels 30 Cti. meerdere regels 10 Cta.kunnen uiterlijk tot des Maandags, "Woensdags en Vrijdags middags 12 ure bezorgd worden. Groote Utter wordt naar jAaattruimle berekend. Betalingen van Abonnements- of Advertentie-gelden gelieve men te zenden aan de Administratie Zierikzeesche Nieuwsbode" 15 regels 75 Cts. Elke regel meer 15 Cts. Mr. KLEEBMlUEtt POSTSTRAAT C 103, Zierikzee. De BURGEMEESTER vaa Zierikzee brengt ter kennis van de Ingezetenen, dat er op Zaterdag den 30 Haart o.kM des namiddags te 1ÖJ/, uur, op het Raadhuis, eene openbare Vergadering van den Gemeenteraad zal gehouden worden. Zierkire, den 26 Maart 1895. De Burgemeester voornoemd, CH. W. VEBMELJS. ZAKEN TER TAFEL TE BRENGEN: Mededeeling van ingekomen stukken, enz. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee maken bekend, dat by hen een verzoekschrift is ingekomen om vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein, vanLeendert van Dam me, voor den winkel van het huis, staande op den hoek der Breedstraat en de Hoofdpoortstraat, wyk C, No. 574. Zikrikzes, den 27 Maart 1895. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, CH. W. VERMEIJS, Burgemeester. JAN SNELLEN, Secretaris. De BURGEMEESTER van Zierikzee; Gelet op de circulaire van den Commissaris der Koningin in deze provincie van 25 Maart 1895, A No. 779, 3e afdeeling (Provinciaal blad No. 34); Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat, blijkens in den Belgischen Moniteur van 22 dezer opgenomen bekend making, de beschikkingen van den Belgischen Minister van Landbouw enz., waarvan melding is gemaakt in de Neder- landsche Staatscourant van 21 Juli 1894, No. 108 en 8 dezer, No. 57, zjjn ingetrokken en dat met iujftmtr van dezer de in- en doorvoer van rundvee en schapen, herkomstig uit Nederland, is toegestaan langs de volgende tolkantoren, op de dagen en uren daarby vermeld: Euchen (station), iederen dag van zonsopgang tot zons ondergang Vise (station), eiken Dinsdagvoormiddag en eiken Zaterdag namiddag op de uren van voorbykomst der veetreinen uit Nederland Hamont (station), eiken Woensdag op het uur van voorbij komst van den eersten trein, des morgens; Achel, per spoor en langs den straatweg, eiken Woensdag en eiken Zaterdag tot 10 ure 's morgens; Selzate (station), eiken Dinsdagmiddag van 2 tot 4 ure; Westcapelle, eiken Dinsdagmorgen op het uur van voorbijkomst van den eersten lokaaltrein. Bij hunne aankomst aan het tolkantoor worden de dieren op kosten der invoerders door een Belgischen veeart3 onderzocht. Wanneer deze bevindt, dat het vee gezond is, geeft hij daarvan een schriftelijk bewijs aI en verklaart hij, dat dieren naai- de plaats hunner bestemming mogen worden vervoerd. Zierjkzse, den 27 Maart 1895. De Burgemeester voornoemd, CH. W. VERMEIJS. Algemeen Overzicht. Het zal wel niet voor de eerste maal zijns levens zijn, dat Bismarck hot op zijn 80en jaardag zal ondervindendat er zelden onvermengd genot gesmaakt wordt, en dat vlak bij de bloemen distels groeien; maar al heeft bjj dit ook geweten en herhaaldelijk ondervonden, toch moet het hem pjjn doen, dat de Rijksdag het niet heeft kunnen good- keuren, officieel, als lichaam, als vertegenwoordiger van het gehcele volk, aan zijn feest doel te nemen. Hij, de stichter van den Rijksdag, de grondlegger van het Duitsche Rijk, had recht op die hulde gehad, en, wanneer hjj evenals dit het geval was bij zijn 70en jaardag, nog Rijkskanselier was, men had het niet gewaagd hem eene dergelijke beleediging aan te doen, en het voorbeeld te volgen van den Berlijnschen gemeenteraad, die ook besloot om geen deputatie, geen adres zelfs to zendon aan zjjn «ere burger Vou Bismarck. Het was een rumoerige zitting van den Rjjksdag, waarin het voorstel van den President Von Levetzow werd verworpen, tot het zeuden van eene deputatie naar Friedrichgruhe, ten einde Prins Bismarck met zijn 80en verjaardag geluk te wenschen. Vóór- en tegenstanders putten zich nit in het bedenken van motieven; de harts tochten werden soms opgewekt; op de publieke tribune was het zeer rumoerig, daar de daar aan wezigen hunne teekenen van goed- of afkeuring niet terughielden. Alleen toen na een uur de uitslag der stemming door den President werd voorgelezen, heerschte er ademlooze stilte, verbroken plotseling toen het woord »verworpen" over zijn lippen kwam, door kreten van verontwaardiging eener-, van in stemming anderzijds. De President van den Rijksdag, Von Levetzow, verklaarde zich door dit besluit genoodzaakt te zien, het presidium neer te leggen, en onmiddellijk de daad bjj het woord voegende, gaf hij zjjn waardigheid aan den aanwezigen onder- Voorzitter over. Do Rijksdag staat dus voor eene nieuwe Presidentskeuze, die waarschgnhjk Dinsdag gehouden worden zalwie de uitverkorene zjjn zal, valt nog niet te zeggen, maar te wenschen is het voor hem, die gekozen wordt, dat hjj meer genoegen van zijn inspannende betrekking zal ondervindea dan Von Levetzow dat in de laatste tijden heeft gedaan. Zijn heengaan zal hem niet veel hebben gekost, maar toch doet zjjn besluit aangenaam aan, omdat wij er uit zien, dat hij hulde brengen wilde, waar zij behoorde, en niet ljjden kon dat het lichaam, waarvan hjj Voorzittor was, zich schuldig maakte aan grove ondankbaarheid. Men moge over Bismarck als persoon oordeelen zooals men wil, erkennen moet iederen Duitscher het, dat hjj met zjjn machtigo geest de Duitsche eenheid heeft gevormd; het Duitsche volk hoeft geleid tot roem en eer; medegewerkt heeft om dat volk te ontwikkelen en te beschaven, en het eeno eerste plaats te doen innemen onder de Europeesche volkeren. Zulk eon man niet algemeen te willen achten, omdat bjj bjj het volvoeren zijner plannen het niet allen naar don zin maken kan, is eeno ondankbaarheid, waartegen de Koizer o. i. mot recht in een telegram aan Bismarck protesteerde. In Spanje is wederom eens een ministeriele crisis ontstaan. Sagastade liberale Minister- President, die zich ondanks alle moeilijkheden wist te handhaven, heeft zjjn ontslag ingediend. Ver schillende oorzaken hebben tot dit besluit mede gewerkt. In de eerste plaats was er verdeeldheid ontstaan onder de leden van het Kabinet, tengevolge van de baldadigheden, gepleegd door de officieren tegen de redacteurs der dagbladen, die zich, naar aanleiding van den opstand van Cuba, ongunstig ovor de officieren hadden uitgelaten. Bovendien werd het Kabinot verantwoordeljjk gosteld voor den ongunstigen toestand op Cuba en daarbij kwam nog het geschil met de Regeering der Vereenigde i Staten over den aanval van een Spaansch oorlogs- I schip tegen de Amerikoausche boot Alliance", waardoor de Minister van Bnitenlandsche Zaken te Washington, Greibam, tot een krachtig protest werd genoodzaakt. Naar aanleiding van den aanval der officieren tegen dagbladbureau! werden in de Kamer heftige woorden gewisseld en waarschjjnljjk zal de Spaansche Regeering ook wel genoodzaakt worden voor de Noord-Amerikaansche bakzeil te trekken. De slotsom van een en ander was, dat de heer Sagasta, die wegens den aanhangigen strjjd over de handelstractaten toch reeds wrak stond, besloot zjjn post te verlaten. Na veel loven en bieden is nu de heer Canovas de Castello, de leider der conservatieven, er in geslaagd een Ministerie sauoen te stellen, terwjjl, met het oog op de spanning, die nog steeds te Madrid bljjft bestaan naar aan leiding van den strijd tusschen de officieren en de redacteurs der bladen, de Maarschalk Martiner- Cstnpos tot Gouverneur van Madrid is benoemd. Hjj heeft der Koningin verzekerd, dat hjj instaat voor de handhaving der orde en rust in de hoofd stad, maar voor het vormen van een Ministerie had hjj geen lust. Koning Oscar heeft nog geen beslissing genomen over de wjjze, waarop hjj voornemens is de ministerieels crisis in N'oortcegen op te lossen. De Koning had na zjjn terugkeer te Stockholm een onderhoud met een deputatie uit den Zweedschen Rjjksraad, bljjkbaar over den aanhangigen strjjd tusschen Zweden en Noorwegen. De Noorsche radicalen laten zich zeer heftig nit tegen den Koning en keuren het sterk af, dat hjj, in plaats van eene schikking te treden met de Noren, de bemiddeling van den Zweedschen Rjjksraad inroept. De Eerste en de Tweede Kamer van den Rjjksdag hebben eene commissie benoemd van 1*2 leden, bestaande nit zes leden van de Eerste en zes leden van de Tweede Kamer. Deze commissie zal met den Koning in overleg treden en de middelen beramen, waardoor de strjjd, zoo mogeljjk, in der minne kan worden bjjgelegd. Men gelooft, dat er nog wel eene schikking kau worden getroffen, maar voorloopig bljjft die kans toch zeer gering. Do radicalen en geavanceerd liberalen in Noorwegen hebben voldoende getoond, dat van hou geen toenadering is te verwachten; derhalve zal Koning Oscar zjjn standpunt moeten verlaten, of zich op eene volkomen break tusschen Zweden en Noorwegen moeten voorbereiden. De 6trjjd over de beide nog niet afgedane kerkeljjke wetten in de liongaarsvhe Magnatenkamer is begonnen. De eerste stemming werd ongeldig ver klaard, daar er tegen de geldigheid werd geprotesteerd. Bjj tweede stemming werden er 119 vóór en 119 tegen bet ontwerp uitgebracht en moest volgons het reglement nu Baron Slavy, de Voorzitter, heslissen. Deze stemde vóór de wet, zoodat de voordracht nu bjj tweede stemming is aangenomen en de artikelsgewjjze behandeling is bogonnon. Engeland. ■jonden, 25 Maart. Uit het Oosten is bet ernstig bericht ontvangen, dat de Cbineosche onder koning Li-Hung-Tsjanggisterenmorgcn hetslachtoffor geworden is van oen aanslag van den kant der Japaneezen, bij wie hjj over den vrede ondor- handelde. In strijd met de krijgswetten, die de onschendbaarheid verzekoren aan iederen diplomaat of ieder ander persoon, die de witte vlag zwaait, heeft oen Jopanees een aanslag gewaagd op hot leven van den Cbineescben gemachtigde en daardoor den toestand zeer gocompliceerd gemaakt. Op het oogenblik dat deze van conferentie met de Japan- sche afgevaardigdon terugkwam, schoot een 21-jarige dweeper op Li en wondde hem vrjj ernstig in het gelaat. De jonge man, die zyn vaderland een dienst meende te bewijzen, door op den afgevaardigde van den vjjaud te schieten, zal onmiddellijk voor den krjjgsraad gebracht worden. De aandeelhouders van een levensverzekering maatschappij te Londen waren niet weinig verrast, toen zjj op de algemeens vergadering hoorden dat de influenza der maatschappij in het afgeloopen jaar bjjna 300,000 pd. st. heeft gekost. De secretaris voegde in zijn rapport hieraan toe, dat de influenza der maatschappij in twee jaren duurder te staan was gekomen dan de cholera in 43 jaren. Men houde hierbjj echter in het oog, dat zjj onder wie de cholera de meeste slachtoffers maakt, niet bebooren tot de kringen, waarin de meeste levens verzekeringen worden gesloten. Duitscnland. 25 Maart. De opgewondenheid over de gebeurtenissen van Zaterdag en het telegram des keizers neemt meer en meer toe. De keizer heeft reeds uit verschillende steden geestdriftige telegrammen van instemming ontvangen, o. a. uit Leipzig een telegram van de 12000 leden van den daar gevestigden Krieger-verein", waarin wordt inge stemd met het brandmerken van het »6chimpfliche" besluit van den Rjjksdag. Men hoort evenwel ook van protesten. De Wurtemburgsche volkspartij hield gisteren een bijeen komst, welke door 1500 personen werd bjjgewoond en waar onder groote geestdrift een besluit werd genomen, waarin adhaesie werd betuigd met het besluit van deu Rjjksdag en de afkeuring werd uitgesproken over de dépêche des keizers. fn de omgeving van den Bondsraad wordt ver klaard, dat eene aanleiding tot ontbinding van den Rjjksdag ontbreekt, ofschoon men ook daar de plaats gehad hebbende voorvallen ten zeerste betreurt. Fried rlchsrulie, 26 Maart. De Keizer kwam om 12 uur te Aumtlhle aan, waar hjj to paard is gestegen en zich aan het hoofd heeft gesteld der aldaar verzamelde troepen. Hierop liet Z. M. den troep naar het Slot-park marcheeron on daar in parade opstellen. Von Bismarck in knrassiers-uniform kwam hier in een open rjjtuig, en terwjjl de muziek spoelde presenteerden de troepen het wapen. De Keizer wenschto alsnu den Vorst, namens het leger, geluk, overhandigde hem een gouden eere- pallasck (lang kurassierezwaard) en reed vervolgens met hem bot front langs. Voor bet elot liet Z. M. de kurassiors nogmaals defileeren. De Keizer dejeuneerde vervolgens bjj Von Bism&rck en bracht oen dronk op hem uit, waarbjj door de militairen buiten saluutschoten werden gelost. Aan tafel overhandigde de Keizer von Bismarck als geschenk den zegelring van de schrijftafel van Wilhelm L Voor het Maritieme Gerechtshof te Bremer- havon zjjn Zaterdag de verhooren betreffende het vergaan van de >Elbe" begonnen. De beer Romberg, directeur der Zeevaartschool, vertegenwoordigde de Regeering. Onder de getuigen waren 13 geredden van de »Elbo". Een van dezen, die de wacht had tijdens do aanvaring, xeide, dat bij de »Cratbie" volstrekt niet gezien had. Een ander had do lichten van dat schip gezien. De »Elbe" had ruimschoots booten genoeg voor het vervoer van alle passagiers aan boord. De betaalmeester Werner verklaarde, dat hjj na bet zinken ran de »Elbe" nog een boot zag varen. Hij hoorde hulpgeroep cn meende, dat de bemanning van die boot de aandacht van een voorbjjvarend visscbersvaartuig trachtte te trekken. Zoo dikwijls we, de haven van Zierikzee ver latende, het genot smaken bij helder zonnig weör op de kabbelende blauwe golfjes der Ooster-Schelde te dobberen en daar het mime watervlak overzien, dat zich ver in 't Westen in de Noordzee verliest, komt ons telkens het aangrijpende visioen van Heine voor oogen, waar hjj onze verzonken steden uit de diepte der wateren doet rijzen met bare kerken en torens, haar menschengewoel en handelsdrukte, haar levendige markten en middeleeuwsche raadhuizen. Dan denken we eraan, dat onder de kalme, lachende, stralende oppervlakte dezer breede rivier menig vlek, menig dorp, menige hoeve slaapt en de belangstelling in hetgeen eenmaal was, wil beloond worden met het verhaal van het worden en vergaan dier plaatsen. Schouwen, dat wellicht meer dan eeuig deel van den vaderlandschen bodem gedurende eeuwen schier onafgebroken door het geweld der golven en vooral door dat der stroomen is geteisterd geworden, heeft aan zjjne Zuidzjjde ontzettend voel land ver loren. In het tjjdvak 14751559 alleen 3100 gemeten 1 Yan het Westbavenhoofd beginnende en eindigende bjj de duinstreek, omvat Schouwens halve maan eene reeks van verzonken dorpen. Het dichtst bjj het Hoofd lag Borrendamme en van deze plaats volgt hier een en ander, dat onze weetgierigheid zal trachten tevreden te stellen. De naam der plaats verschjjnt voor 't eerst in 1297 als Bordendamme, toen in Mei van dat jaar Graaf Jan I aan zijn getrouwen Hildecope Hobnxsone het veer van Bordendamme gaf, onder voorwaarde, dat alle lieden nit 's Graven dienst zonder veergeld zouden overvaren; hierbjj verdient opgemerkt te worden, dat nog heden ten Westen van Zierikzee de Hellecops- of Krengeweg te vinden is. In de Vlaamsche oorlogen werd hier meermalen gestreden en toen gedurende het beleg van Zierikzee door de Vlamingen in 1304, de Zierikzeeünaars een uitval dedenwerd het bjj Borrendamme liggende slot Blodenburg door hen genomen en verwoest, zoodat de toenmalige heer Hobuck, die vroeger veel goeds van den Hollandschon Graaf had genoten, maar nu do partjj der Vlamingen was toegedaan, loon naar werken ontving. Toen Graaf Willem III kort daarna Zierikzee bezocht had, voer hij »ten Bordendamme over" naar Noord-Bevoland. Was de plaats in 't begin der 1-le eeuw door het oorlogsgeweld zeer geteisterd, gedurende den loop dier eouw schjjnt Borrendamme door geen groote rampen getroffen te zjjn; althans de kroniek schrijvers melden het niet. Men mag evenwel aannemen, dat de Jotgevallon van het dorp veel overeenkomst zullen gehad hebben met die van het nabjjliggende Zierikzee, waarmede het door don Borrendamschen weg (nu Miereweg gebeeten) verbonden was, terwijl het door het bezit van eon overzetveer, steeds een bezochte plaats moest blijven. Vlak voor Borrendamme, in de Schelde, vond men een gors, later Oriezand genoemd, dat in 1361 onder den naam Worigezand" ter hedjjking werd uitgegeven. Dit smalle eiland, dat door do Vysekreek nog in twee deelen was gescheiden, had 6teeds veel van hot water te lijden. Omstreeks 1580 was het door het wegslaan der dijken een begroeid schor, aan den West- en Noord- westkant met onkele duinen voorzien en had toen eene lengte van vier-en-twintig honderd roeden, bij eene breedte van tweehonderd roeden. In 1602 opnieuw bedijkt, heeft het echter niet lang meer het hoofd kunnen bovenhouden. Omstreeks 1640 was het door de bewoners verlaten en slechts een stelleman met eenige schapen was de laatste bewoner van deze eenzame plaats, die spoedig daarna ver dween en waarvan de zandplaat Vuilbaard, voor de haven van Zierikzee liggende, nog een overblijfsel vormt. Door het langzaam afnemen van dezen voormuur werd Borrendamme met de geheele Zuidkust van Schouwen meer en meer aan het geweld der wateren en stroomen blootgesteld en tengevolge van den Cosmus- en Damianus-vloed van 27 September 1477 werd hier reeds veel land buitengedjjkt. Kort vóór dezen stormvloed, in 1468, bad op den dijk van Borrendamme eene belangrijke plechtig heid plaats. Tood n.l. werd daar Hertog Karei ae Stoute wegens Zierikzee als Graaf van Zeeland gehuldigd, omdat de Vorst het niet geraden achtte onze stad te bezoeken, waar toen door de pest eene groote sterfte heerschte. Op oen schoonon zomerdag, den 24 Juli 1529, had men voor Borrendamme weer eene grondbraak tor lengte van 13 roedon, op eene plaats waar men daags te voren nog 10 a 11 vademen vooroever vond. Door den St-Felixvloed van 5 November 1530 had bjj dit dorp eeno doorbraak plaats, waardoor het ingeloopen land achttien dagen lang met bet water is bedekt geweest. Het gevaar, waaraan dit bedreigde deel blootstond en dat opnieuw bij den Btormvloed van 2 November 1532 bleek, gaf Keizer Karei V aanleiding, om op 20 Augustus 1533 te bevelen, dat de dijk bjj Borrendamme met 3 voet verhoogd zou worden, terwjjl de nood aldaar zoo groot werd geacht, dat hjj, de erkende vrome katholiek, verbood eenige giften voor missen, kerken of kloosters te bestemmen, maar die aan te wenden tot het versterken der zeewering op dit punt. Al deze krachtsinspanning kon evenwel niet ver hinderen, dat zich op 25 October 1537 weder een val bjj Borrendamme voordeed ter leDgte van 63 roedon, waardoor 8 gemeten lands verloren gingen. Ongetwijfeld heeft Karei V, toen hjj in Juli 1540 te Zierikzee in »de Mossel" logeerde bjj Lieven Jacobszoon de Huybert en de dijkages van 8chouwen ging bezichtigen, ook Borrendamme bezocht. Een inlaag van 198 roeden lengte, in 1554 gelegd, die aan den boek van Borrendamme aansloot, werd spoedig gevolgd door een nieuwen inlaagdjjk, waar aan men in 1568 begon en die, in zjjne kolossale lengte van Borrendamme tot Bnrgbsluis (de geheele Zuidknst van Schouwen), eene afmeting had van 4200 Schouwsche roeden. De Allerheiligen-vloed van 1570 deed met de bovengenoemde rampen het dorp snel vervallen. De parochie was niet meer in staat uit eigen middelen hare armen te onderhouden en in 1578 moest Zierikzee hierin te hulp komen en werden de Heilige-Geest-goederen van Borrendamme met die onzer stad vereenigd. 't Spreekt van zelf dat door het grondverlies de kerke-inkomsten ook zeer afnamenwaarom het kapittel van Sint-Liovens-Monster to Zierikzee op 30 September 1573 besloot den laatstou pastoor van Borrendamme, Cornelis Rute, 12 's jaars toe te leggen. Het kort hierop gevolgde beleg van Zierikzee in 1575 en 1576 bracht Borrendamme weer een schrede nader tot zjjn ondergang, vooral toen men hier de djjken doorstak. Uit gebrek aan tijd kon dit echter niet volkomen geschieden en liet men een dorpel van oen voet of drie boven het meiland staan. Ook is dicht bij Borrendamme in Februari 1576 nog een bolwerk opgeworpen. Het graven der nieuwe haven van Zierikzee, in 1597, waarvan het Westerboofd met de aldaar in 1602 gestichte woning niet ver van Borrendamme te liggen kwam, bracht aan dezen kant eene groote verandering te weeg, maar kon toch den ondergang van het dorp niet verhoeden. In 1613 lag de kerk reeds in puin en in Januari van dat jaar werd die bouwval met den toren en eene hoogte in de buurt (waarop wellicht vroeger het kasteel gestaan had) grootendeels vergraven om ▼oor den schier vernielden zeedijk te worden ge bezigd. Dit hielp echter slechts tjjdelijk, want zestien jaren later moest hier weder opnieuw worden gedijkt. Door al dit grondverlies geraakte Borrendamme langzamerhand ontvolkt en de meeste inwoners verplaatsten zich naar het naburige Zierikzee. Som migen hunner, dio naar hunne af komst van Borren damme werden gebeeten, geraakten in hunne nieuwe woonplaats tot welstandwerden door huwelijk vermaagschapt aan de geslachten Mogge en de Jonge en zjjn de stamvaders geweest van de nog heden bestaande familie van Borrendamme. Toen ten jare 1822 de zeedijk bjj Borrendamme werd overgehaald, zjjn de grondslagen met op&taande stukken muur van kerk en toren en in de nabjjheid er van vele doodkisten ontdekt geworden. Voorts werd toen ook niet ver van die puinhoopen eene partij stroo gevonden, die, hoewel zwart geworden en bjj aanraking uiteenvallende, zijn oorspronkelijke gedaante nog bezat en daaronder eenige tarwe, welke, hoewel mede zwart geworden, na ruim 200 jaren nog volkomen hard was en waarvan nog heden een monster in het museum van het Zeeuwsch Genootschap te Middelburg bewaard wordt. Nadat de in 1642 nog aanwezige twee of drie buizen van het voormalige dorp naderhand zjjn opgeruimd, was alles verdwenen, wat aan deze een maal niet onbelangrjjke plaats herinnerde. Dat was het einde van Borrendamme. Voor dit dorp faalde het Zeeuwscbe devies. Het heeft gewor steld met de wateren, maar is bezweken. En wanneer, nog korte jaren geledon, bij zoor lage ebbe do oude grondslag droog viel, zag men aldaar de fondamenten der weggespoelde buizen en den loop der uitgewisebte stratenontroerende sporen van ondergegaan leven, als de voetstappen dier voorwereldlijke vogelen, voor immer afgedrukt in het sljjk.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1895 | | pagina 1