/Hlllk/IIMIII NIEUWSBODE.
Zaterdag 1 December 1894.
Eerste Blad.
Algemeen Overzicht.
NIEUWSTIJDINGEN.
Saimenspraike tusschen
Jilles Krukel en Stoffel Bieze.
V.
Coöperatieve Suikerfabriek.
MIDDEL BURG-ZIERIKZEE.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is ƒ1,30, franco per post
1,60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending
eens per week, 10,per jaar.
51ste JAARGANG. No. 6545.
Directeur-Uitgever J. WAALE.
Advertentiënvan 13 regels 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts., kunnen 'uiterlijk tot des
Maandags, Woensdags en Vrijdags middags
12 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend
Betalingen van Abonnement»- of Advertentie-gelden gelieve men te zenden aan de Administratie Zierikzeesche Nieuwsbode"
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
Van de twee zonen, die de Hongaarscbe vrijheids
held Lajos Kossuth bij zijn dood achterliet, heeft
de oudste, Frans Kossuth, zich in Hongarije
gevestigd. Onmiddellijk na den dood zijns vaders
heeft hij twee industriëele betrekkingen te Budapest
aangenomen en zijn verblijf naar Hongarije over
gebracht. Zijn terugkeer naar het vaderland werd
door de Hongaarsche nationalisten zeer luide
toegejuicht en in menige stad, waar hij doortrok,
werd hij feestelijk ontvangen. In antwoord op die
feestelijke ontvangst hield Frans Kossuth dan eene
redevoering, die steeds luide werd toegejuicht en
waarin hij verklaarde den door zijn vader gevolgden
weg niet te zullen volgen, doch den Souveroin te
zullen erkennen, omdat deze getoond heeft een
constitutioneel Vorst te zijn en zich daardoor gunstig
onderscheidt van zijne voorgangers. Hjj zal dus
Franz Jozef I als Koning van Hongarije erkennen,
maar slechts onder enkele voorwaardende herziening
der overeenkomst van 1867 en het ontbinden der
Unie met Oostenrijk om te komen tot een zuiver
persoonlijke Unie. En zoodra Frans Kossuth dit
programma ontwikkeld had, begon hij een reis te
ondernemen door de Transleithaansche landen, om
dit programma te verkondigen, alsof Hongarjje, de
Koning en de rest der monarchie slechts hadden
gewacht op zijne uitnoodiging om de wenschen
van den ex-banneling te verwezenlijken. In den
aanvang maakte het optreden van Kossuth veel
indruk; docb zoodra hij voortging met het ont
wikkelen zijner denkbeelden, kwam er oppositie en
onder die was niemand minder dan de oude volks
dichter Maurus Jokal, die een oud vriend is van
Lajos Kossuth en als politicus eeu groote rol speelt.
Hij schreef een hartelijken open brief aan Frans
Kossuth, waarin hij de noodzakelijkheid voor
Hongarije om de tegenwoordige Unie te laten voort
bestaan aantoonde en tevens dat de regeling van
eene nieuwe verhouding tot Oostenrijk niet afhing
van het Hongaarsche volk, maar dat de bevolking
van de andere deelen der monarchie in deze quaestie
ook een woordje hebben mede te spreken. Hg
besluit zijn brief met de opmerking, dat Lajos
Kossuth in 1849 op ditzelfde punt gestruikeld is
eu hij smeekt den zoon met den eerbied voor een
patriot die veel ondervinding opdeed, de politieke
«leugden van Lajos Kossuth voort te zetten en zjjn
«•enige politieke fout te vergeten. De jonge Kossuth
stoort zich echter niet aan den goeden raad. Hij gaat
voort met zijne theorieën te verkondigen en het
gevolg is, dat er reeds eeno interpellatie in de
Kamer over deze beweging heeft plaats gehad.
Velen zijn zeer ontstemd, dat de Regeering niet
krachtiger optreedt tegen den zoon van den banneling
en verschillende bladen eischen, dat de Regeering
dadelijk maatregelen zal nemen, om de schandalen,
die het gevolg zijn van Kossuth's reis, voor het
vervolg te voorkomen. Eu dat zal de Regeering niet
moeilijk vallen. Kossuth toch is ingevolge de wet
van 1879 een vreemdeling. Deze wet toch bepaalt,
dat een Hongaar, die meer dan tien jaar in den
vreemde heeft doorgebracht, zonder rechten op zjjn
nationaliteit te hebben doeu gelden, zijn burgerschaps
rechten in Hongarije heeft verloren. Kossnth is dus
Italiaan en geen Hongaar meer en hij moet dus
beginnen met zijne naturalisatie te vragen, vóór hjj
in aanmerking kan komen eenige politieke functie
uit te oefenen. Nog eene andere interpellatie in de
Hongaarsche Kamer verdient de aandacht. Men
heeft namelijk de Regeering geïnterpelleerd over
het lang uitblijven der Keizerlijke goedkeuring op
de nieuwe kerkelijke wetten. De Minister-President
Weckerle antwoordde overtuigd te wezen, dat de
goedkeuring wel komen zou en he* *"gnnblik nog
niet gekomen te achten om met verzoeken of aan
sporingen aan te komen bij een Souverein, die, als
hij het oogenblik gekomen acht, zjjn plicht zal
weten te doen. Nn, aan de niet-onderteekening
gelooft dan ook niemand, maar men vermoedt, dat
de Keizer Weckerle door het lange wachten toonen
wil, dat hjj niet erg is ingenomen met de door
hem gevolgde staatkunde en inderdaad reeds komt
het bericht dat de Minister-President zich naar
Weenen heeft begeven óf om de onderteekening óf
zjjn ontslag te vragen.
In Italië zijn koninkljjke besluiten afgekondigd,
waarbij een aantal hervormingen en bezuinigingen
ten bedrage van drie millioen lire worden goed
gekeurd, meest bij de administratie van het
Ministerie van Financiën. De Kamers zijn bjjeen-
geroepen tegen 3 December en den lOeu is al
vastgesteld voor de millioenenspeech. Deze zal
waarschijnlijk wijzen op een tekort van 50 60
millioen lire. Hierin zal men trachten te voorzien
door 20 millioen te bezuinigen en het overige te
vinden door schatkistoperatiën en belastingver
schuivingen. De hinnenlandscbe toestand is aller
ellendigst. Bet afbreken der handelsrelatiën met
Frankrijk heeft den handel in wjjnhout en
olijf-olie op Sardinië den nekslag gegeven, terwijl
ook de wjjnbouw door de verwoestingen derdruifluis
zeer groote schade heeft geleden. Vele land-eigenaars
en landbouwers geraakten dus aan den bedelstaf.
Ze kunnen de hoogere belastingen niet betalen en
uitzettingen op groote schaal wegens wanbetaling
zjjn aanstaande.
In de JFraniche Kamer van afgevaardigden
heeft men eindeljjk eens iets anders behandeld dan
eene interpellatie. Door de Regeering was n.l. voor
gesteld eeu crediet te verleenen van 65 millioen frs.
voor eene expeditie naar Madagascar. De commissie,
belast om dit voorstel te onderzoeken, was gunstig
gezind. Maar de Kamer verloochende haar verleden
niet en naar aanleiding van dit bij uitstek practische
voorstel werd een akelige breedsprakigheid ont
wikkeld. Verscheidene afgevaardigden voerden vóór
en tegen het woord, en Zaterdag was men nog
maar zoover, dat Maandag met de artikelsgewjjze
behandeling zou kunnen worden begonnen.
Bij de neeniche Folketbiag is door den
Minister van Financiën eeu ontwerp ingediend
betreffende de reeds aangekondigde uitgifte van
25 millioen kronen drie percents onopzegbare
Staats-schuldbrieven, ter conversie der tegenwoordige
3l/2 percents schuld en een van 3 percent. De
koers van uitgifte is 93.
Van het oorlogstooneel is het belangrijke bericht
gekomen dat Port Arthur door de Japanners is
veroverd. Van de tusschenkomst van den President
der Vereenigde Staten in dezen krjjg zal niets
komen, daar de Japansche Regeering te kennen heeft
gegeven, de goede bedoelingen van Amerika te
waardeeren, maar te eischen, dat China zelf voor
stellen doen zal. In verband met den eisch moet
een hoog Chineesch tolbeambte naar Japan ver
trokken zjjn.
Engeland.
Loilllcu, 28 Nov. Nadere berichten aan de
Times uit Tjsifoe en Tientsin bevestigen in hoofd
zaak, dat het den Japanners niet is gelukt, aan het
gros van het Chineesdie leger te beletten Port Arthur
te verlaten. De Ohineezen trokken zich terug op de
Oosteljjke heuvels en hielden deze met de forten
aan de kust tot Zaterdag bezet. Toen noodzaakten
gebrek aan munitie en hunne nnmerieke minderheid
hen hunne positiën prjjs te geven on naar een punt
van de baai, twaalf mjjlen ten Oosten van Port
Arthur te trekken, met het idee zich daar in te
schepen. Andere legerbenden ontsnapten in Westeljjke
richting op jonken, waaronder de Taotai Koeng,
terwjjl weer anderen zich aansloten aan generaal
Soeng's strijdkrachten, die reeds Woensdag Talien-
hoan hebben aangevallen, maar toen waarscbjjnljjk
teruggeslagen zijn. Overigens seint de correspondent
der Times uit Tsjifoe dat de aanvallen der Japanners
op Port Arthur tot Woensdagavond zjjn mislukt.
Toen landden zjj in de Duivenbaai en Donderdag
werden de Chineezen verdreven. Twee honderd
Chineozen zonden aan het einde van den strjjd
koelbloedig door de Japanners zjjn vermoord, die
dit aanmerkten als een weerwraak voor de mis
handeling van Japansche krjjgsgevangenen door de
Chineezen. De Japanners vonden in Port Arthur
o. a. vjjftien duizend ton kolen en vier dnizend ton
rails, voor den aanleg van spoorwegen bestemd.
Admiraal Ito bevindt zich te Port Arthur. Eenigo
Japansche officieren keerden naar Talienhoan terug,
anderen naar Japan. Port Arthur is weinig be
schadigd. De Chineezen haddon bjjna onneembare
stellingen, waarvan de versterking bijna vjjftien
millioen taels heeft gekost, maar zjj wisten zo niet
te verdedigen, ofschoon een voortreffelijk geschut,
o. a. Krupp's veolsoortigo achterladers, ton diensto
van geoefende soldaten waren.
In Mantsjoerjje heerscht ware anarchie. Roovor-
benden trekken door het land, deserteurs voegen
zich bij hen. Het verkeer is overal gestremd.
Te Londen, in de wjjk Kensington, is weer
een moord gepleegd die aan Jack the Ripper's
misdrijven herinnert. Een jongo vrouw is gevonden
met afgesneden hals; van den dader gocn spoor.
Oostenrijk.
Het voor de gezondheid zoo nadeelige bevochtigen
van de vingers aan de lippen bjj het tellen van
bankpapier heeft aan een 28-jarigen beambte van
een Weener bankiershuis het leven gekost. Hjj
moest een groot aantal pakjes klein bankpapier
natoliën, waarbij hg telkens den vinger aan de
onderlip bevochtigde. Des avonds voelde hij een
stekende pijn aan de lip, maar sloeg daar geen
acht op, voordat er op die plaats een gezwel ont
stond. Op aansporing van zjjn familieleden consul
teerde hjj een geneesheer, die het goval zeer bo-
denkelijk noemde en een onmiddellijke operatieve
verwijdering van het gezwel voorschreef. Do operatie
had plaats, de pijn verdween, maar drie dagen later
stierf de patiënt.
Rusland.
Petersburg, 26 Nov. Heden is een keizer
lijk manifest, verschenen, waarin de volgende genade
bewijzen worden verleend: Verlichting in de betaling
van verschillende schulden aan de kroon, delging
van leeningen aan de kroon, kwijtschelding van
achterstallige belastingschuld en geldboete; verzach
ting en verkorting van de veroordeelingen tot ge
vangenis- en vestingstraf, politietoezicht, deportatie
en dwangarbeid. Alle staatsmisdadende laatste
vjjftien jaar gepleegd en waarvan do daders niet
zjjn ontdekt, worden aan de vergetelheid prijsgegeven.
Van de staatsmisdadigers, die toegevendheid ver
dienen, zal de Minister van Binnenlandsche Zaken
een lijst opmaken. De interdictie van verblijfplaats
wordt opgeheven voor ben, die aan den Poolschen
opstand van 1863 hebben deelgenomen, zoodat zjj
verlof krijgen, zich overal in bet Rijk op te houden;
zjj worden weder in het genot gesteld hunner
burgerschapsrechten, maar kunnen geen aanspraak
maken op in beslag genomen eigendommen of door
dienst verkregen rechten.
België.
Antwerpen, 28 Nov. Heden namiddag om
streeks 4 uur ontstond er braud in de zeer aanzienlijke
kaarsenfabriek De Roubaix Oedenhoven teBorgerhout,
voorstad van Antwerpen, men zegt ten gevolge
eener gasontploffing in de kaarsengieterij. Al spoedig
was heel bet gebouw een prooi der vlammen.
Ontzaglijke massa's vetstoffen stonden in brand en
vormden eene blakende vuurzee. Aan blusschen
valt niet te denken. Men redt wat te redden is en
brengt den inhoud der bureau's en van het woon
huis van den eigenaar in veiligheid. De fabriek
staat afgezonderd op een uitgestrekt terrein.
Men zegt, dat hierdoor 800 werklieden zonder
werk zjjn.
Vervolg der Nieuwstijdingen in het Tweede Blad.
IübK!KOHDEIl STUK. RA EN.
Jilles. Ik komme weer is praite buurt, want ik oirde
dat je d'r zoa nair an toe bint; wat mankeert er an?
Stoffel. Mien eigenlik niks, mar dat geval met m'n
neef Piet, dair bin ik kapot van.
Jilles. Wat is dat mit je neef Piet
Stoffel. Je weet toch dat ie doad is? Wel uoe, deur
et ongeluk dat de groate koaprnan overkomrnen is, ver-
onderstelle m'n dat neef, die oak mit '11 andeeltje in dat
ongeluk lit, van schrik esturven is.
Wie aode oak too iets van de groate koapman kunne
dienke 7
Jilles. Buurt, buurt, meer dan vuuftig mail ek je je
kortzichtigeid al onder et oage brocht, meer dan vuuftig mail
ek je eweie op et schraole vertrouwen dat je de menseid
geve kan, in noe zie je^veer bevestigd oe groate bresse of
je mit 'n klein knikkertje in de portemené van anderen
schiete kan.
Stoffel, 't Is 'n groat ongeluk man; de man wordt
zwair beproefd. Gelukkig voor urn dat ie 'n geloaf eit as
'n mosterdzaidje, in de waire leere van onze kerke um moed
en kracht zal geve in et ongeluk.
Jilles. Jammer rnair, dat ie z'n lichtgeloavige broers
zoa in dat ongeluk meesleept; 'tis wair, ie is mit 'n mos
terdzaidje begonnen, en z n r.eloaf is versterkt dat zoo'n
zaidje tot 'n groaten boatn ion opgroeien, onder walks
schaiduwen aol z'n schuldeiy hers op d'r gemak kunnen
gai zitte om uut te blaizen, en varder te bepeinzen op
welke wieze die koapman rekenschap zal geve van z'n
rentmeesterschap. Wairschienlik eit ie de geleende talenten
wel begraive, en is ie et plekje vergeten wair ze legge.
Wairschienlik dat in laiter daigen de Eere um 'n elderziend
oage geeft, en z'n dienkvermogen zoa gait werke dat ie de
begraive schatten weer riadt, wair bloed, trainen en zuchten
van z'n medebroers nog anangt, en dat de moed en de
kracht dan weer vairdig over um wordt om die vlekjes
weg te nemen oin dezelfde schatten weer in den andel te
briengen, om op z'n begonnen dolzinnige andelsvurm weer
voort te gain, en om geen ouwe wonden opeu te krauwen,
et verledene in et boek der vergeteleid mit waiterinkt op
zal schrieven.
Stoffel. Zou jie dan dienke, dat ie de heilige schrifture
zoa zal toepassen? Dienk je dat ie den Eere niet vreest?
Dair voor was ie 'n te trouw kerkganger en 'n te stipt
Zondagvierder, dan om dairan te twuufelen. De Zondag
was um zoa eilig, dat ie nie gairn 'n brief ope ed&i zou
of eenige zaiken verandelde.
Jilles. Ie eit volkomen de schrift evolgt en laite zie
dat de vreeze des Eeren et beginsel der wieseid is. Die
wieseld eit ie op 'n ongepermiteerde maniere toeëpast; ik
wil annerne dat ie dat nie eweten eit, en aoltied te goeier
trouw andelde. Te ineer dair ie zag dat groat en klein
veel mit um op aode en um 'n onbepaild vertrouwen
schonke. Dat vertrouwen eit ie, nair m'n zeit, wel is mit
bedreigingen ofeperst, b.v. bie 'n burgsteller, wairdcur die
man totaal is gerinneweerd.
Stoffel. Ik geloave nie, dat de koapman dat op z'n
geweten eit. De groate geldmannen mien inzieos dairvan
de schuld. Deur et groate vertrouwen, dat ie genoot, vreesde
ie voor geen val, te meer, dair ie nooit bieronder onderwies
genoten aode en veur tien jair «^rst onder de mensen
ekommen is, sloeg ie, noe ie zoo'n groate koapman wier,
as 'n blinde vienke overal deur. Geen berg was veur um
te hoage, geen zee veur um to diepe, geen enkele inderpaile
op z'n weg die z'n loap kon belette. Was ie eleerd oweest,
dan zou ik zegge dat ie de mensen betoaverd of cbilogecrd
aode. Et schient dat z'n geest vele mensen eit begeesterd,
wairdeur ie de stumpers as schaipjes ter slachtbank cleit eit.
Jilles. 't Is wair buurt, zooas je zeit. De flenc streken,
wairdeur ie zoavcel tobbcra in de kokende olie eleid eit,
zou ja veur onderd jair kunne brandmerken c, mar in 'n
verlichte eeuwe as deze mot je die man nie zwair vaolon;
ie eit cstree veur de eere en veur z'n broadjr, en ik oirde
dat ie z'n schuldeischors oak nog wel pailink present gaf.
Stoffel. Jao kiek dat was z'n goed arte, cn ik twuu-
fele nie of as ie weer wat opespairt eit, net zoa royaol zal
weze as vroeger.
Jilles. Mit Sinte-Mairth ek in de stad eweest en dair
meende ze dat er mensen waire, die dat been in 't lid
zouwe zette as de schuldcischcrs mar is achter do rik waire.
Stoffel. Dat zal toch nog wel 'n stuitje dure.
Jilles. Och noe, in deze ticden eit aoles al gauw z'n
beslag; ik oirde in de stad dat dair 'n man eleeft uit, die
driemail deur z'n oed cspronge is (zoa noeinde ze dat dair)
en ten slotte ieuw ie nog 'u mooion oed over mit 'n kulotje
d'r bie, gieng toe van z'n renten leve en as er ianderiën
verkocht wiere, zat ie op 't voorste baukjo om te micncn
en te koapen.
Stoffel. Mar buurt, et schient dat zoo'n opperaotio nog
al makkelik gait. Is dair geen wet voor, om dat tegen
to gain?
Jilles. Dat ek in de stad oak al cvraigt; men zeide
dat de wetgeleerden die gelcgcneid openliete voor
Stoffel. Oudt opl cn geloaft aoles nie, want in de
stad vertelle ze soms meer as ze goed kunne maike,
Jilles. Dat is zoa, je spreekt noe op dat lid van den
raid, dat zoa zwart eschildcrt is, je weet die man cit z'n
ontslag enome.
Stoffel. Dair aode ie gclick in, want ie zat op zoo'n
maniere al of ie in de boeien zat.
Jilles. Ik oirde, dat die meneer weer as lid van den
raid ekozc zal worre, omdat de burgcrie vertegenwoordigd
wil weze deur 'n volksman.
Stoffel. Och buurt, lait ze in de stad d'r eige potje
mar koken, as ze op Aimstie mar rustig bluuve, dan
willie geen kommer.
Jilles. Dat is zoa, mar praite doet praite, in asje dan
in lange niet in stad ewecst eit, dan oir je aolerlei nieuw
tjes, in soms in je voordeel. Zoa liet ik bie den ouwen eer
Wansienk m'n orlogekasje rippereerc, in zou dair op wachte;
de jiftrouw, die nog al gairn prait, vroeg men op 'n bakje
koffie. Noe mot je die beschuutjcs is proeve, zeit ze, die bin
van zwaiger Piet op den Dam, dat is 'n nieuwe uutvindinge
van z'n. Nai dat te onderd uuterammcld aode, was men kasse
klair, in ik gieng er van deur. De beschuut was zoa nair
m'n smaike, dat ik besloot 'n goejjen inslag dairvan te doen,
ik kocht voor 3 cent beschuut, dair men Saore lekker in
esmult eit; as ik weer in de stad komme, gai 'k er weerom.
Stoffel. Was 'r nog niks van Sinterklaos te zien?
Jilles. Dair eije geen idee van wat dair van uuteslalt
was. Je begriept dat den Dam weer uutmunte; van Schaik
z'n wienkcl alleen kan aol «1c Schouwenairs wel van 'n
Sinterklaospersentje voorzie. Kristientje eit oak veel moois
in d'r wienkcl; bie Euzlin zag ik brillen dair je Sinterklaos
in levendelieve deur zie kunt.
Bie Roel stai van die groate flesschen, ze zegge dat je
dair slaipmusten uut kunt sebienke. Bie de Vos zie je ge-
legenheidskoflie en thee. Tumtnermanse stait oak niet op
't achterste bankje, dair Is van aoles te koap, dat ziet er zoa
solide uut. Bie l'lomp zou je acht daigen motte weze veur
je lende ekeeke was. Op 't oekje bie meneer Ochlman, wel,
wel, dat is dair 'n eele geschiedenlsse, dair zie je diengen
uut de grieze oudeid, in oak die nog in de verre toekomste
HVfi-
Ik most dair m'n inslag van papier doe, voor 4 cent,
't is wat veel gelieke, mar as je zoavcel moois ziet, dan
wor je rejaal. De mensen waire erg vriendelik. De ouwe
jiffrouw kwam nair m'n toe, in zei: wel baos, wil je m'n
eerletage is zie voor de Sintniklaos Je begriept ik bekeek
dat mar ik zegge ronduut, die dat niet ezien eit, die eit
niks ezie. Jammer, zei ik, oat ik al zoaveel geld uutcgeve
anders zou ik wat voor men Saore meenerne, mar as m'n
Saore wil, za'k mit Sinterklaos is saime komme.
Gut man, zei de jiirrouw, dat mot je is doe. Komt dan
mar eerst ier mit 'r kieken.
Stoffel. Dat was nog al leep van die jifTrouw, dan eit
ze kanse dat je nog wat in je benze eit.
Jilles. Jao buurt, dat is 'n lastig geval as je 7.0a be-
krompe in de beuze bint. 't Is raor dat iedereen dair over
klaigt, zeis mensen, die wel 'n inkommen van eenduuzend
vuulonderd gulden meene dat ze scliraol motte leve,
wilder 't mit ons beijen niet. Noe kan ik nie begrieppe,
dat znkke mensen geen oap overlegge. Wat kost 't broad?
Spekj in vleis is oak niet diere, de juun yi andere biekost
voor 'n zuur gezicht, in de butter zag ik op de mart voor
acht stuuvers 't pond verkoape, de kunsteyors koste mar
3 cent 't stik. In wat de kleeren angait, kujje bie de Graof
in bie Oostineijer je eige inspanne as 'n eer, voor twintig
gulden, dan e\je nog 'n mooie vriezc jas der bie.
Stoffel. Lest zeide je buurt, dat as 't nie veel geld
kost, de mensen in de tegenwoordige tied niet tevree stolt.
Ik wil dienke dat dair de knoape zit, want noe mot ik joe
is in gemoede afvraige, wairom mot jie je geld an beschuut
wegbrienge, wat mot jie zoaveel papier gelieke koape. Je
mot niet kaope wat je niet noadig eit. As jie geld bie je
ad aode dan zou je nog aolerlei moois ekocht in zoa
raike de mensen in 't aolgerneen van d'r geld of. De meeste
zette d'r terienge boven d'r nerienge. As ze geld dan
dienke ze niet over de maigere tieden die komme zulle, niet
over d'r ouwen dag, as ze niet meer verdiene kunne. Ik
wou wel dat ik jairliks duuzend gulden inkoinrneu aode,
dan zou je is zie wat ik zou overboere, mar, dau dee ik
m'n boerderietje an de kant, anders zou ik er niks van
overouwe.
Jilles. Mar kuije dan noe van je boerderie leve, hoe
steek je dat noe anT
Stoffel. Dat za'k je zegge. Ik leve zoa zuunig as ik
kan, in wat er overschiet brieng ik bie meneer, dan kom
ik natuurlik te kort. Meneer foetert dan wel, mar ie ziet
geen kanse om van 'n andere meer te botten. As 'k dan
wat geld ebroclit dan krieg ik- van meneer nog 'n groaten
bokkink op m'n reize mee. Noe begriep je wel as ik duuzend
gulden inkommen aode, dat dan 't geld er komme most.
Jilles. Mar noe begriep ik nie, dat jie nog andeel in
de suukerfabriek enome eit, oe mot dat uutkomrne?
Stof tel. Je mot aoles nie begrieppe, je weet, et ver
stand komt mit de jairen. Geen geld in geen moed, dan
eije niks. Deur dat ik 'n andeel op de lieste zette, toon ik
moed te bezitten. Ik laite as de anderen, die fabriek bouwe,
brienge m'n peèn as meneer et toestait, in dat zal wel,
want ie eit liever geld as peén in bie de ofrekenienge wordt
er uutebeerd dat ik toekomine, bezitte dairdeur andeel in
de fabriek, kan meneer dairdeur iets meer betaile as vroeger,
in legge zoadoende, bie men tekortkommen jairliks geld
over. Rai, rai, wat is dat?
Jilles. Dat is bluf.
Stoffel. Ik docht dat je wiezer was. Da's geen bluf,
mar vooruutgank. Dat andeel stait vast, in men opbriengste
is nie minder; kom ik jairliks nog wat te kort bie meneer,
dan bluuft dat andeel nog tot burge, 't is toch nie te
dieuken, dat de tieden zoa m&iger zulle bluuve. Nai regen
volgt toch zonneschien.
Jilles. Zou jie dienke dat er 'n fabriek zal komme?
StoffeL As die meneer de pretendent van de Zeeu wsche
Landbouwmaitschappie an 't roer bluuft, dan kun je dairop
gerust gai slaipe, dat er 'n flienke fabriek komt, in dat
m'n meer geld van onze peên zulle kriege dan eenige andere
fabriek uutleiL
Jilles. As dat soa loapt buurt, dan m'n 'n betere
Sinterklaos dan je in de mooiste wienkel in Zurkzee be-
komme kunt. Ik oope dat je profesie goed uutkotnt M'n
zulle dus mar moed ouwe tn mee werke om de kroane op
't werk te kriegen.
Noe gai 'k nair m'n Saore om se dit te vertellen. Ge
groet oir.
Dm heer WITTE BAGE, Wiuenkerke.
Amicel
Er zijn altyd gaten om door te kruipen voor hen
die rich gaarne bukken.
Ik laat je weten, als dat ik nog Irisch en gezond ben
en hoop hetzelfde van je te vernemen; m'n kraai heeft
een poosje ongesteld geweest, doch is nu weer aan de
beterhand, zoodat hy mjj kon melden, dat je van WolÉrrtadyk
weer voor goed was thuis gekomen.
Dat ik je nogal nieuws te vertellen heb, dat zul je
kunnen begrijpen, er is veel gebeurd sinds je vertrokken zyt.
Ten oerste zult je in de verschillende bladen wel gelezen
hebben dat meneer Vader eervol ontslag heeft gevraagd
en gekregen, als burgemeester van Wissenkerke; daar zal
je, vriend W tte, ook over staan kijken, zei m'n kraai,
toen hij my 't bericht bracht; 'tzal ine benieuwen of ie
nu nog de raadszittingen zal bijwonen, zooals vroeger. Ik
antwoordde, dat hy (m'n kraai) een domkop was. Waarom
niet, vroeg ik. Denk je dat meneer Vader de persoon was,
waarvoor mijn vriend naar 't gemeentehuis ging, dat kan
ik niet denken, want toen Z.Ed.Achtb. nog voorzitter was,
sprak er ten minste nog ééo, doch nu zou 't kunnen zyn
dat allen in slaap vallen, net zooals vele vrome kerkgangers
in de kerk doen. Maar m'n hoestje wist me te vertellen,
dat meneer V. toch nog raadslid bleef endot verandert
de zaak.
Zonderlinge denkbeelden, zonderlinge gewoonten tegen
woordig, Witte. De burgemeester van Wissenkerke treed
als zoodanig af endadeljjk worden ingezetenen oen
lijst aangeboden, waarop men kan inteekenen voor 'n
geschenk, om Z.Ed.Achtb. te geven bij zijne aftreding,
'l Zal zeker niet in dc bedoeling liggen van hen, van wie
de lijst uitging, om zoo iets tc doen omdat meneer aftreedt
cn 'tgros der inteekenaren zyn dcnkelyk menschcn, die
te verdeelen zijn als volgt: pachters, dykgraven, gezworenen
cn ondergeschikten, die niet weigerden omdat dit voor
hen soms voordeelig zou kunnen werken. Om het doel
zelf heeft zich bepaald niemand bekommerd, men heeft
gegeven omdat men niet wel anders kon men heeft gegeven
(niettegenstaande men 't zelf toch vooral met dit jaar ook
zeer hard heeft te verantwoorden), want 't moest eens
kwalijk genomen worden door derden. In één woord, men
heeft gegeven meer misschien dan men een armen drommel
dezen winter geven zal, die geen brood in huis heeft.
Wel zeker, immers die gebrcklylende kan niets zeggen,
kan niets doen, docb de proselieten van 'n rykewel.
Niet uit liefde, niet uit hoogachting dus gaf men, doch
slechts omdat men niet durfde te weigeren. Waarom
Witte dit niet anders in 'tvat gegooid? Waarom niet
't maz<mum der gift op een dubbeltje gesteld b.v., dan
had dat m. i. beter geweest Zelfs een arme arbeider, die
eventueel een geschenk aan uwen afgetreden burgemeester
had tocgcwenscnt, had gelyk gestaan met 'n rijke en al
was dan zoo'n geschenk niet zoo kostbaar geweest, dan
ken ik uw burgemeester te goed, dan dat hy naar de
waarde zon oordcelen in hoeverre 't gemeend was en 'tzou
ook veel prettiger geweest zijn 100 van een dubbeltje dan
50 van een gulden. Mijn kraai zit tne maar aan te
kijken, terwijl ik dit schrijf, en leest en knikt en pikt: nu
over den Camperlandschen en Geersdijkschen grindweg meester
cn 'k geef hem gelyk, daar moet over gesproken worden,
die toestand schreit ten hemel, dat is bar Witte en 'tis
schande dat ge daar maar over zwijgt; meteen mikroskoop
zijn de keitjes op die wegen te zoeken; minstens 35 c.M.
hoog ligt de dikke modder op verschillende plaatsen en
waar een bestorting tiiet noodig is daar is men bezig;
waar ze broodnoodig is bestort men niet; en dan te weten
dat CamperUnd en Geersdijk zoowel hun hoofdelijken
omslag opbrengen, als de dorpenarenen dan te zien
dat opzettelijk wegen, zooals de weg van lloveijn en de
weg naar Camperland worden begrint (wegen die volkomen
in orde liggen), dan zeg ik Witte, dat ik niet weet wie
meer te beklagen zijn: óf de betrokkenen, die dit Hjdelyk
verduren zonder cenig protest, óf het bestuur, dat gezworen
heelt de belangen der gemeentcnaren te zullen behartigen.
De Camperlanders hebben over een paar jaar gevraagd
om een voetpad en met veel moeite hebben ze 'tgekregen,
'n heele verbetering voorzeker, doch als nu een boerenknecht
geen consideratie gebruikt als hij van do kaai afkomt, dan
is 't pak dat je aan hebt, genommerd met modderspatten.
Wittel door 'toverlyden van je vriend, meneer Kluyt,
komt er een vacature voor een raadslid en naar ik van
m'n beestje vernam, zal de verkiezing plaats hebben op
4 December e.k., kiest dan een man die niet alleen durft,
doch zal zeggen wat onbillyk is; doe je best een goede
candid aat te vinden. Zorgt dat er ban den ineengeslagen
worden en geen verbrokkeling kan plaats hebben. Stelt
één candidaat, als die ééne maar goed is; denkt niet om
rang, stand, godsdienst of wat dan ook; denkt om de laatste
verkiezing, toen «geen knikkebollen" nog van 60 tot 70
stemmen verwierven; denkt er om dat het toen eene gewone
verkiezing was en er nu een vrye stemming zal plaats
hebben en, hoop met. mij Witte, dat men nu zal merken
dat het hek eenigszins van den dam is en dat de mogelijkheid
bestaat dat iemand gekozen wordt, die onpartijdig durft
en zal spreken; durvers, Witte, hebben we genoeg, maar
velen willen niet durven.
Noord-Bevei.and, 28 November 1894.
CARAMBOL.
Een praatje te houden over suikerbieten is mjjn
doel en wil ik even een blik terugwerpen op de hou
ding der landbouwers voor eenige jaren geleden,
wat betreft bet verbouwen van suikerbieten.
Die wortelvrucht had niets te beteekenen, 't was
de pest voor den grond, die geheel werd uitgeput
enz.'t was dan ook den agenten verre van ge
makkelijk om in 't vooijaar een zieltje te winnen,
en slechts enkelen waren er die óf om 't voorschot,
óf omdat ze in gemoede overtuigd van 't voordeel
dat de suikerbieten-cultuur opleverde, zich lieten
vinden om eenige gemeten te contracteeren.
Zooals men weet is die houding in de laatste
jaren veranderd; de graanprijzen werden lager en
in plaats van slechts ter sluiks (en liefst onder vier
oogen) een contract af te sluiten, ziet men er nu niet
meer tegen op om in 't publiek te 2eggen hoeveel
gemeten men denkt te contracteeren't is dan ook
de eenigste cultuur die nog iets oplevert, en de
hoogste pacht wordt nog gemaakt door bet uitzaaien
van suikerbieten, al is 't ook in 't najaar modderen
om ze aan de haven te krijgen.
En ieder jaar, wanneer de prijs der bieten be
kend wordt» is de landbouwer ontevreden, en ieder
jaar contracteert hij meer oppervlakte. Wonderlijk
voorzeker
Altijd geeft de fabrikant te weinig, terwijl men
niet de minste rekening houdt met de suikerprijzen.
Dat bij zoo een handeling of houding veel egoïsme
doorstraalt, behoeft geen betoog, en dat egoïsme
komt nog duidelijker aan den dag door de pogingen
die men aanwendt tot oprichting eener coöperatieve
j suikerfabriek. Het winstje of de winst, die fabrikanten
1 door het wagen van een groot kapitaal behaalden,
wil men zelf inpakken door de stichting van een
fabriek als bovengenoemd, terwijl een eventueel
verliesjo of verlies geheel op den achtergrond wordt
geplaatst; men moet wel verdienen en veel ook op
zoo'n manier.
Is coöperatie gewenscht?
Neen, zeg ik, het is een nekslag toegebracht aan
den handel, alleen in sommige gevallen zou coöpe
ratie mg gewenscht voorkomen, zooals het voor
gezamenlijke rekening aankoopen van kunstmest
stoffen of zaden, waarbij de party eenigszins be
langrijk kan worden en door bet onderzoek aan
het Rijks-landbouwproefstation kan weten of men
waar gekregen heeft die aan de gestelde eischen
voldoet.
Onlangs las ik een ingezonden stuk tegen de op
richting eener coöperatieve suikerfabriek in de
G. Crt., geteekend door »Ik", die dadelijk door den
heer E. v. d. Bosch werd bestreden in zijn meeningen
(wat natuurlijk is), doch 't viel me op dat de G. Crt.
niet meer genegen was een tegenschrijven van »Ik"
te plaatsen. Die weigering was wellicht oorzaak
dat onverhinderd triumfantelijk (haast op kerinis-
manier) de eventueele uitkomsten, die een coöpera
tieve suikerfabriek hebben zou, de goegemeente
j werd aangepreveld.
Weldra verscheen een overdruk van het ingezonden
I stuk van >Ik" met. bet antwoord van den heer Van
i den Bosch, misschien bij duizenden verzonden,
J terwijl de arme »Ik" door de G. Crt. belet werd
repliek te leveren.
Wat hebben toen sommigen niet gejubeld en hoe-
velen zijn niet door een stroom van welsprekend
heid meögesleept, want nu was do verlossing
Zou 't waar zijn? 'k Geloof het niet.
Al is het dat de onderneming slaagt naar wensch,
iets dat m. i. veel kans heeft om te mislukken,
omdat men begint nu de suikermarkt ongekend
laag is, dan nog moet ik twijfelen aan een uitslag
zoo als gedroomd wordt. De heer Van den Bosch
zegt 0. a. in zjjn antwoord aan >Ik", dat in
Duitschland van de 401 suikerfabrieken, de helft
door de bieten verbouwers zelf zijn opgericht, welnu,
dan zeg ik dat bet noch bij Duitschers, noch bij
wie dan ook (behalve bij de landbouwers uit Zeeland
en Noord-Brabant) do gedachte zal opkomen om een
coöperatieve suikerfabriek nu op te richten.
Voordeel voor den landbouwer?!!!
't Kan zijn, doch in ieder geval voor den rijken
landbouwer, daar eeu arme wel geen f 50 per
bunder jaarlijks zal te missen hebben.
Arme rijke boerenMet wat woorden, die door
sommigen voor vol, door anderen voor hol worden
aangehoord, welke woorden veel waars mogen be
vatten. 't. Zij U aanbevolen te bedenken dat de
schaduwzijde verborgen werd. Denk aan de ver
schillende meestoven hier te lande, die opgericht
werden toen de goede tijd daarvoor voorbij was,
en eenige jaren nadien moesten verkocht worden
voor een appel of een ei. (Ook coöperatief.) Even
als »Ik'\ zal ik nu gedoodverfd worden voor een
die 't niet goed meent met den landbouwer; in
Gods naam daD, ik ben geheel te goeder trouw en
dat zal in zake de oprichting eener coöperatieve
suikerfabriek wellicht niet iedereen kunnen beweren.
Een Vriend van »Ik".
Weekmarkt te Zierikzee, 29 November 1894.
Boterprijzen: De Boter is verkocht voor
50, 55 en 57% Ct. de 5 Hectogram.
K i p - e i e r e n De Kip-eieren zijn verkocht
voor f 0,90, f l,121/s, ƒ1,25 en f lf50 per 25 stuks.
STOOM BOOTMB1UST
Dec. 1894.
Amsterdamsche tijd.
Van MIDDELBURG:
Van ZIERIKZEE:
's
morg.
's inidd.
's morg.
's midd.
Zaterd.
1
7,40
1,—
Zaterd.
1
7,50
1,30
Zondag
2
7,40
Zondag
2
7,50
Maand.
3
7,40
1,—
Maand.
3
7,50
1,30
Dinsdag
4
7,40
1,—
Dinsdag 4
7,50
1,30
Woensa.
5
7,40
1,—
Woensd.
5
7,50
1,30
Dond.
6
7,40
1,30
Dond.
6
6,30
2,—
Vrijdag
7
7,40
1,—
Vrijdag
7
7,50
1,—
Indien reizigers van Zierikzee naar Goes, bij den
Agent te Zierikzee, vóór het vertrek der Boot,
(tijdig voor de ochtendreizen op den voorafgaanden
avond, vóór 8 uur) plaats ncmon voor den wagen
van Catsche veer, zal om een bijwagen zoo noodig
naar Goes worden getelegrafeerd.