ZllltlkZIISIIII NIEUWSBODE. Zaterdag 12 Augustus 1893. Directeur-Uitgever J. WAALE. BEKENDMAKING. AFKONDIGING. Uitzichten voor de gemeenten. NIEUWSTIJDINGEN. Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco per post f 1,60. Noord-Amerika, Transvaal, Indiê enz. verzending eens per week, f 10,per jaar. 49ste JAARGANG. No. 6345. Advertentiën, van 13 regels 30 Cts. meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des Maandags, Woensdags en Vrijdags middags 12 ure bezorgd worden. Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend. Betalingen van Abonnements- of Advertentie-gelden gelieve men te zenden aan de „Administratie Zierïkzeesche Nieuwsbode" De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzbe brengen bij deze ter openbare kennis, dat de heer J. H. C. VAIN KAAMD de betrekking van Gemeentebouwmeester alhier heeft aan vaard en van af Maandag den 14 Augustus a.s. zijn kantoor voorloopig zal gevestigd zijn in de Poststraat, in het lokaal vroeger Latijnsche School. Ziebikzee, den 11 Augustus 1893. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, Ch. W. VERMEIJS, Burgemeester. JAN SNELLEN, Secretaris. Het HOOPD van het Gemeentebestuur te Ziekikzee maakt bekend, dat door den heer Provincialen Inspec teur der Directe Belastingen te Middelburg zjjn execu toir verklaard de kohieren van het Patentrecht dezer gemeente, over het dienstjaar 1893/94, (Wjjken C en D), die op heden aan den heer Ontvanger der Directe Belastingen alhier worden ter hand gesteld ter invorde ring, on dat ieder verplicht is zjjn aanslag op den by de wet bepaalden voet te voldoen. Zierikzbe, den 9 Augustus 1893. ch. W. VERMEIJS. Bjj de ontwikkeling zijner denkbeelden over be lastinghervorming beeft de Minister van Financiën o. a. te kennen gegeven, dat by van de bedrijfs belasting gebruik wilde maken om de gemeenten in staat te stellen, door de beffing van opcenten ben die in eene gemeente bun bedrijf uitoefenen zonder er te wonen, toch in de algemeene lasten te doen bijdragen. De toepassing van dit denkbeeld zoekt men in de nu door de Tweede Kamer aangenomen wet op >de bedrijfsbelasting" vergeefs. Is de Minister dus ontrouw geworden aan zijne belofte, en beeft hij dit zoo aanbevelenswaardig voornemen laten varen Zie bier de zaak. De Minister bad bij het ontwerpen der bedrijfs belasting inderdaad getracht in het ontwerp alles te regelen, wat dienen moet om haar te maken tot een voorwerp van heffing van opcenten voor de gemeenten, ook wat betreft de naamlooze vennoot schappen. Dit bad reeds een omvangrijke arbeid gevorderd en zou nog meer studie en onderzoek noodig maken. Toen kwam inmiddels de vermogensbelasting aan de orde en bij de regeling van de plaats van aanslag gaf de beer Van der Kaay den raad dit onderwerp te laten rusten. Hij wees er op, dat de regeling, die thans gemaakt werd, toch weer on voldoende kon blijken als het tot beffen van op centen kwam, zoodat dan toch nadere wettelijke regeling noodig zou zijn. Hij oordeelde, dat ieder wets-ontwerp genoeg beeft aan zijn eigen moeilijk heden en dat men ze dus niet behoeft op te zoeken. Hij deed een voorstel om de laatste zin snede van art. 12, waarin dat onderwerp geregeld was, te schrappen, en, niet alleen de. Minister stemde daarmee in, maar de Kamer nam het met groote meerderheid aan. Slechts 6 stemmen waren er tegen. Het spreekt van zelf, dat nu bij de bedrijfs belasting dezelfde weg gevolgd werd. Inderdaad is daardoor vooral de regeling der bedrijfsbelasting zeer vereenvoudigd en is veel van het ingewikkelde, waartegen men bij het eerste ontwerp bezwaar had, vervallen. Een groot voordeel van den nu gevolgden weg is, dat, wanneer de heffing der opcenten bij afzon derlijke wet geregeld wordt, men niet alleen de wetten op de vermogens- en de bedrijfsbelasting voor zich beeft, maar ook reeds met de toepassing een aanvang is gemaakt, wat zonder eenigen twijfel dan het doelmatige der te treffen regeling bevorderen zal. Ook voor de belastingschuldigen wordt op deze wijze de zaak gemakkelijker, daar nu niet alleen de wet eenvoudiger is, maar ook al wat op den aanslag en de betaling der belasting betrekking beeft, voor ban met minder omslag behoeft ge paard te gaan. Het eenige, wat van hen wellicht gevorderd zal moeten worden is het doen van eenige opgaven, die de administratie in staat moeten stellen aan iedere gemeente het haar toekomende bedrag der opcenten te doen toekomen, en die te bereidwilliger verstrekt zullen worden omdat zij op het bedrag en de wijze van aanslag geen invloed meer hebben. Voor de gemeenten levert de zaak volstrekt geen bezwaar op. De opcenten worden door bet Rijk geheven en aan de gemeenten uitgekeerd. Op de regelen, waarnaar dat geschiedt, in de belasting wetten zelve opgenomen of afzonderlijk vastgesteld worden, maakt geen onderscheid. Alleen zou men, als de regeling bij de belastingwetten zelve had plaats gehad, met de heffing spoediger een aan vang hebben kunnen maken. Doch ook die beden king komt ons niet zeer gewichtig voor. Aan de gemeenten zou toch wei nooit verlof gegeven zijn opcenten te heffen, zoolang men niet over de wer king der wetten zich eenigermate een denkbeeld had kunnen maken, en dus de eerste kohieren waren vastgesteld. Welnu tegen dien tijd weet men waarschijnlyk wel iets meer over den te verwachten verderen loop van zaken: of er al dan niet uit zicht bestaat een herziening der gemeentewet te ondernemen en spoedig tot stand te brengen, dan wel, of het de voorkeur verdient, in afwachting dier herziening, de gemeenten voorloopig te gemoet te komen door tot de heffing van opcenten, zij het dan ook wellicht tijdelijk, verlof te geven. Het bezwaar is gemaakt, dat bij de bedrijfs belasting de belastingplichtigheid pas by 650 begint, terwjjl er gemeenten zijn, die reeds veel lagere inkomens aanslaan. De Minister beeft aangetoond, dat dit geen bezwaar is, omdat men het gemakke lijk uit den weg kan ruimen. In Pruisen is de bevoegdheid gegeven om van de vrijgestelde in komens eene afzonderlijke gemeentebelasting te beffen. Dat gaat in Pruisen evenwel beter dan hier, omdat daar de laagste aanslag 6 mark be draagt. Hier bedraagt die slechts 1 en minder dan f 1 kan men toch niet wel heffen. Daarom gaf de Minister een voorbeeld van eene andere op lossing aan de hand. Wy achten de zaak van ge noegzaam belang om dit voorbeeld in zijn eigen woorden mede te deelen. »Neem bijvoorbeeld aan aldus sprak de Minister dat men wil heffen ik wys er met nadruk op, dat het een rekenkunstig voorbeeld is en niets anders van het inkomen boven f 200 en dat men het voorts noodig oordeelt om 80 plaatselijke opcenten te heffen. Dan zou men kunnen beginnen met al degenen, die van 200600 inkomen hebben, boven welk laatste cijfer de Rjjks- bedryfebelasting begint, te onderwerpen aan eene belasting van 80 percent van het tarief, dat ge heven wordt door het Rijk. Het tarief van het Rijk is 2 percent, dat wordt dus 1.6 percent van de kleine inkomens. Men wil hij voorbeeld f 200 vrij laten, dan belast men: 300 met 1,60, 400 j> 3,20, 500 4,80, j> 600 6,40. Wat heeft men nu gedaan? Men heeft de on belast gelaten inkomens belast, na aftrek van f 200. Dat heeft men gedaan voor hen, die niet aange slagen waren, en men moet dus hetzelfde doen voor degenen, die wèl zijn aangeslagen. Men heft van hen, die in de bedrijfsbelasting zijn aange slagen, ten eerste opcenten, ten tweede eene vaste som, welke bedragen zal 1.6 percent van f 400 (het verschil tusschen f 600 en f 200), dus 6.40. »Ik wenscbte biermede slechts aan te toonen dat het stelsel, in dit ontwerp voorgedragen, vol strekt niet uitsluit de beffing van plaatselijke opcenten, en dat, al stelt men het bestaans minimum op 600, f 700 of f 800, of welk cijfer men maar wil, men nog geenszins in moeilijk beden zou komen, wanneer men deze belasting wilde maken tot een voorwerp van plaatselijke opcenten. Nogmaals wil ik er nadrukkelijk op wijzen; dat bet hier eenvoudig geldt een rekenkunstig voorbeeld. Ik zou het toch waarlijk niet in bescherming durven nemen, dat men als bestaans-minimum geen hooger bedrag wilde erkennen dan 200". Het is duidelijk, dat dit voorbeeld voldoende is om aan te toonen, op welke wijze het bedoelde bezwaar is uit den weg te ruimen en dat dit evenzeer toepasselijk is op een ander bezwaar de vrijstelling van den landbouw. Men kan n.l. van de vrijgestelde inkomsten eene afzonderlijke ge meente-belasting heffen, naar denzelfden maatstaf, als waarnaar van de niet vrijgestelde opcenten worden geheven. Zeker zullen bij de uitwerking van deze denk beelden moeieljjkheden ondervonden en bezwaren ontmoet worden, maar welke belastingregeling zonder moeielijkheden en zonder bezwaren is er denkbaar? Wij meenen uit het aangevoerde de gevolgtrekking te mogen maken, dat de herziene rijksbelastingen een deugdelijken grondslag opleveren voor de ver betering der gemeente-financiën en dat de Minister door dien grondslag te leggen getrouw is gebleven aan zijne daaromtrent in den aanvang ontwikkelde denkbeelden, al moge dan ook de uitwerking daarvan afwijken van wat hij daaromtrent zicbzelven in den beginne had voorgesteld. Amerika. In de zoogenaamde goede kringen van Toronto, in Noord-Amerita, heersoht groote opschudding. Zekere heer Eglinton, die, ingevolge opdracht van zyn vader, een bezoek had gebracht aan de Sioux-Iudianen om handelszaken met hen af te BluiteD, is met eene Indiaansche schoone als zjjne wettige vrouw te huis gekomen. De geschiedenis is heel eenvoudig, al is ze ook hoogst romantisch. Terwjjl de Engelschman in het IndiaanBche kamp verblyf hield, kwam op zekeren dag de dochter van het opperhoofd in zyn tent, kuste hem heel teeder, hjj kuste haar en onmiddellijk hoorde h|j, tot zyn niet geringe ontsteltenis, dat die kussen de huwelijksplechtigheid bjj den stam zyn en hjj de gelukkige echtgenoot van de jonge juffer was geworden. In 't begin wilde onze vriend terug-Bporrelen, maar schoonpapa trad met zyn krjjgers zóó krachtig voor de rechten van zyn volk en zyn dochter op, dat hjj van den nood een deugd maakte; hjj erkende het huwelyk en verliet met zyn vrouwtje het kamp. Op de tehuis-reis raakte hjj hoe langer hoe meer met zyn lot verzoend en toen hjj eindelyk weder bjj pa was, stelde hjj zjjn jonge echtgenoote zelfs met heel veel trotsch voor. De dames en heeren van Toronto zitten nu echter met de haoden in het haar, want ze weten niet, welke houding zjj tegenover het »wilde mensch" moeten aannemen. De Grondwet (Michigan) van 25 Juli schryft: Ook een tweede poging der Utreohtsche Maatschappij om eene Bollandsche kolonie in Colorado en wel te Crook in Logan County, te vestigen, schjjnt mislukt te zyn. Aldus te oordeelen naar de volgende berichten: Uit het Sioux Center Nieuwsblad van 19 Juli: Verleden Donderdag arriveerde alhier uit Colorado A. Gunst met zyn gezin en 2 andere jongelingen. Allen zyn reeds aan het werk en verheugen zich dat zjj hier zyn. Aanstaanden Vrjjdag worden nog een aantal gezinnen van daar hier verwacht. Men zal zich her inneren hoe die lieden een tyd geleden uit het oude vaderland naar Colorado gelokt werden. Sinds zjj daar geweest zyn hebben zy daar als het ware geen pleizierigen dag meer gehad. Na is Rev. Bode als binnenlandech zendeling daarheen getrokken om de toestanden aldaar te onderzoeken en het is op zjjn aanraden, dat een aantal zich herwaarts zullen begeven. Al deze echter moeten voorloopig onderdak hebben en nu rekent men in dezen op do gaatvrjjhoid en Christelijke gezindheid van Sioux Center's burgers. Sommigen hebben zich bereid verklaard om onderdak te verleenen aan een gezin, o. a. G. H. Schoep, D. Djjkstra, J. Zoe- rink en A. Gunst, welke laatste met zyn gezin maar één kamer bewoont. Wie zjjn er nu bereid om hun voor beeld te volgen De gelegenheid hiertoe bestaat a.s. Vrjjdag of Zaterdagavond, wanneer zy hier verwacht worden. Uit de Orange City Volksvriend van 29 Juli: Onze stamgenooten in Colorado verkeeren in nood, moeten en worden geholpen. Wjj verbljjden ons dat ds. Lepeltak een class, vergadering tot dat doel saam- roept. Engeland. Betreffende de vreeseljjke ramp nabjj Aberaven (WaleB) wordt nader gemeld: Een pleizierjocht was met verscheidene personen, badgasten en toeristen. Uitgezeild, toen plotseling het vaartuig, in zee gekomen, omsloeg en binnen een paar minuten geheel vol water was. Een groote menigte stond op den wal toen het ongeluk plaats had en onmiddellijk staken twee booten in zee, die er in slaagden 6 der drenkelingen te redden, die allen van uitputting haast bezweken. Negentien lyken spoelden aan 't strand, alles ten aanschouwe van duizenden menschen. Een der ooggetuigen zag, dat men juist de boot wilde draaien en een hooge golf op zy aanrolde en het vaartuig om wierp. Een ander ooggetuige was van meening, dat het ongeluk te wjjten is aan de vrouwen, die zich in de boot bevonden en die vreeseljjk te keer gingen toen een hooge golf aankwam. Gezeten aan bakboord, met het gelaat naar den wal, liepen zy allen in haar angst naar Btuurboord, zoodat het vaartuig daardoor omsloeg. Later spoelde het lyk van een meisje aan, waardoor het aantal slachtoffers, tot heden gevischt, 20 bedraagt. Op den wal stonden bloedverwanten en vrienden van vorscheidenen der ongelukkige pleizierreizigers. Hartverscheurende kreten drongen tot in merg en been en vreeseljjke tooneelen werden te aanschouwen gegeven. Rusland. Tal van Polen worden thans weer in de gevangenis geworpen onder beschuldiging van politieke misdrjjven. Hoe die arrestatiën geschieden, toont het volgend voorbeeld In het begin van Juni verloor een spoorweg-beambte, zekere Mettler, een Rus, een door de censuur verboden boek, dat door een gendarme werd opgeraapt. Gevraagd hoe bjj aan dit boek kwam, zeide Mettler, dat zyn collega Jakubowski (een Pool) het hem had gegeven. De arme Pool, die niet eens wist, dat er zulk een boek op de wereld bestond, werd opgepakt en in Paviljoen X (huis van voorloopig arrest voor politieke gevangenen) opgesloten. Hjj zit er nog, terwyl Mettler steeds op vrjje voeten rond loopt. De zeven geestelijken uit het Kieler seminarie zitten sedert April reeds »voorloopig" in Paviljoen X, zonder dat hun een proces wordt aangedaan. Anderen zuohten er reeds meer dan een jaar. De Russische justitie haast zich niet, als het Polen geldt. In de beide laatste maanden zyn meer dan 30 per sonen in het tiende Paviljoen opgesloten. Sommige ongelukkigen geven er de voorkeur aan, zich te zelfmoorden door vergif, boven het onbepaald verbljjf in die gevangenis. Frankrijk. Het departement van oorlog maakt zich ongerust, dat Duitschland door de nieuwe legerwet een veel sterker leger heeft gekregen dan Frankrjjk. Het Fransche leger staat nu 2138 officieren, 11,857 onder officieren en 84,000 soldaten by het Duitsche ten achter. Di'ajjuignaii, 9 Aug. Clémenceau heeft in eene open bare] vergadering het stelsel der lasteraars van zjjne tegenstanders hevig aangevallen en de valschheid der tegen hem ingebrachte beschuldigingen aangetoond, volgens welke hjj bezoldigd werd door Cornelius Herz. Deze was eenvoudig aandeelhouder in zyn blad la Justice. Sprekende van de Panama-zaak, verklaarde hjj dat de monarchalen den veldtocht te dier zake gaande ge maakt hebben. Hy viel ook de »ralliés" aan. Duitschland. Berlijn, 10 Aug. Eene vergadering om te protesteeren tegen het congres te Züricb, welke zeer rumoerig was en door ongeveer dnizend personen bjj- gewoond werd, heeft de volgende resolutie aangenomen, waartegen zich slechts de ongeveer 150 aanwezige »officiëele" sociaal-democraten verklaarden »De te Berljjn in de Ressource-zaal vergaderde revolutionaire Booialisten en anarchisten ontzeggen aan het Züricher congres het recht, zioh het internationaal congres der socialistische arbeiders te noemen, omdat het op schandeljjke wjjze georganiseerde arbeiders uitstoot, die niet alleen de bestaande maatschappelijke orde ten krachtigste hestryden, maar daarbjj bet on geluk hebben vrjj te willen zyn, zoowel van het kapitalistische juk, alsook van de heerschzucht van ydele demagogen. >De vergadering verzoekt den makker Genossen Domela Nieuwenhuis dit protest onmiddellyk ter kennis van het congres te brengen". Met die ydele demagogen worden Siüger, Bebel en alle sociaal-democratische leden van den Rjjksdag bedoeld. Tegen hen trokken de heftigste anarchistische woordvoeders met grof geschut los. De sociaal-demo cratische leiders, zoo heette het, stryden niet voor het proletariaat, maar alleen om zich zei ven een bestaan te verzekeren; zy zyn niet alleen demagogen, maar ook schurken. Singer was rjjk geworden door het uit zuigen zjjner arbeidsters en Bebel door de penningen der arbeiders, welke hy zich voor zjjne geschriften liet betalen. Nederland. TJtreclit, 10 Aug. In de ZwaanBteeg alhier geraakten een paar kleine kinderen aan het twisten, sloegen elkaar en begonnen daarna, zooals in dergeljjke omstandigheden meestal gebeurt, erbarmelyk te schreeuwen. Nauwelyks hadden echter de moeders der kleinen dit hun welbekende geluid vernomen, of zy stoven naar buiten en begonnen elkander uit te maken voor al wat denkbaar is, totdat langzamerhand ook de overige familieleden zich in den twist mengden en men einde lyk handgemeen werd. Gelukkig kwam op dat oogenblik de man van een der vrouwen thuis en wist door een paar krachtige stooten en duwen aan de vechtpartij een einde te maken, waarbjj hy echter van de tegenpartij zjjner vrouw een diepe snede over de hand ontving, die onmiddelljjke geneeskundige hulp noodzakelijk maakte. Ook anderen waren verwond geworden, zoodat ook zy zich onder geneeskundige behandeliog moesten stellen, terwyl, om het spel te voltooien, door de betrokken partyen wegens de ondergane mishandeling, eene klacht bjj de politie werd ingediend, zoodat het laatste bedrjjf van dit minder verkwikkelijke tooneeltjo voor do rechtbank aldaar zal worden afgespeeld. *S Gravenliage9 Aug. Tweede Kamer). De rede van den Minister van Binnenlandeche Zakeu werd met groote belangstelling door een overtalryk. publiek op de tribunes verbeid. De quaestiën van de taak der Provinciale Staten en van bet verkiezingsstelsel voor de gemeenteraden stelde de Minister al dadelyk buiten debat. Allereerst rechtvaardigde hjj de indiening der Kiea- rechtontwerpen door de herinnering, dat de liberalen in 1891 kiesrechthervorming hebben aanvaard; dat de regeling van het kiesrecht steeds op den voorgrond heeft gestaan en dat het tegenwoordige Ministerie dit als zyn hoofdtaak beschouwde. Allerminst heeft het Kabinet de Kamer verrast. Trouwens allen aanvaarden uitbreiding van Kiesrecht. Eenmaal aan de orde is de oplossing van het vraagstuk een onafwijsbare eisch van het oogenblik en de Minister- hoopte hiervoor op de medewerking der Kamer, zich tevens verheugende over den stenn dien het voorstel in den lande vindt. Ten tweede de grondwettige quaestie breedvoerig behandelende, ontkent hy ten stelligste, dat dezo regeliog algemeen Btemrecht beoogt, constateerde hjj, dat het geBchiktheidskenteeken met veler wensch over eenstemt en de overgangsbepaling de schryfproef niet te drnkkend maakt voor de tegenwoordige kiezers. De bezwaren tegen de aanvraag zyn niet overwegend. Yan de zyde der werklieden zyn ze niet vernomen. Ten aanzien van het welstandsteeken zal de Minister daarover afzonderlyk laten beslissen, afgescheiden van de bewijsmiddelen, maar reeds nu verklaarde hy het voorgestelde welstandsteeken: voorzien in eigen onder houd en dat van het gemis niet te kunnen loslaten. De maatsohappeljjke welstand wordt voldoende bewezen door de vaste woning, blykende uit de bevolkings registers en door de financieele onafhankelijkheid. Aan eeDige bezwaren is wel tegemoet te komen. Meer waarborgen wil hy wel geven, maar men bedenke wel, dat de bezwaren omtrent de bedeeling voortvloeien uit de Grondwet. De uitsluiting der bedeelden moet dna gehandhaafd worden. Wat de aangekondigde wyzigingen betreft, heeft de Regeeriog geen verdere voornemens om de wet te wyzigen. Zjj zal elk voorstel tot ver betering erkentelijk en nauwgezet overwegen. Dan zal de aannemelijkheid bljjken. Amendementen die de kern of het beginsel aantasten, wjjst de Regeering zeer stellig af. Kortom de Regeering zal een afwachtende houding aannemen tegenover alle vriendschappelijke amendementen. De Minister verdedigde vervolgens de beginselen van zyn ontwerp met het oog op de maatschappelijke behoeften en de verzorging der sociale belangen. Zonder het staatsbelang en de rechtvaardigheid te mis kennen kan ruime uitbreiding van stemrecht niet langer uitstel ljjden. De opgesomde gevaren dacht hy niet. By vorige kiesrechtuitbreidingen bleek niet van over stemming van de eene door de andere klasse. Onze staats- en maatschappelijke instellingen staan vast genoeg om niet te worden omvergeworpen door een uitgebreid kiezerstal, trouwens het beste middel om socialistische propaganda tegen te gaan. Hoe meer volksinvloed hoe sterker de monarchie, waaraan ons volk gehecht is. Wil men later geen storing, men werke mede tot instandhouding en versterking van het geheel. Daarom rekent de Regeering op de medewerking van de vertegenwoordiging. (Bravo's). 10 Ang. De replieken werden voortgezet. Mr. Levy trad in eene weerlegging van de hoofd argumenten van den heer van Houten tegen deze wet in eene bestryding van zjjne loyale oppositie. Tegen over dat lid, meent by, dat iemand, die kan rond komen, in eigen onderhond voorziet, mits de noodige zelfstandigheid iB gewaarborgd; dat de vierde stand wel iets moet zyn en bljjven en dat het stembiljet ook aan den arme kan worden gegeven. Ten sterkste kwam hy op tegen den eisch van mr. van Houten, dat het stemrecht moet worden vastgeknoopt aan bezit m. a. w. tegen de stelling, dat belastingbetaling noodig is als grond voor kiesrecht. Door den eisch van een klein, blyvend bezit, stoot men de arbeiders voor het hoofd. Dat deze minder of meer vatbaar voor om- kooping zouden zyn dan de bestaande kiezers, ook toch niet brave Hendrikken, ontkende hy. Maar vooral wraakte hy de geringschatting van de kleine lieden door den heer van Houten, wiens kenteeken, gegrond op bezit, hy ten eenenmale af wyst. Hy hoopte dat de Kamer bjj al hare hartelyke sympathie voor het volk, ook oog zon hebben voor de minbedeelden en de staatsleer van mr. van Houten zon verwerpen. De heer van Karnebeek ziet in de invulling van het formulier van kiesrechtaanvragq geen kennis van lezen en schrjjven en betwistte dat de bevolkings registers een bewjjs van voortdurend verblyf opleveren. Spreker bleef bereid mede te werken tot een gematigde uitbreiding, binnen de perken der Grondwet en met aanneming van wezenlyke kenteekenen van welstand en geschiktheid. De heer Bool blyft ook voor een gematigde uit breiding van het kiesrecht. Door de heeren Vermeulen, Harte, Haffmans, Mutsaers en Travaglino is een voorstel gedaan tot in voering van meervoudig kiesrecht, het toekennen van een extra-stem aan zekere categorieën van personen. Door de heeren Vermeulen, Travaglino, Mutsaers, Dobbelman en Van Vlymen is voorgesteld de uit oefening van het kiesreoht verplicht te stellen. Indien van geen wettig beletsel blykt, worde verzuim gestraft met eene geldboete van ten hoogste f 2; bjj tweede veroordeeling binnen den tyd van een jaar van ten hoogste 10, en by derde veroordeeling binnen den zelfden tyd met hechtenis van ten hoogste drie dagen. Botterdam, 9 Aug. In den afgeloopen nacht is de houder van een zeemanslogement aan den Schie damschen Djjk op brutale wjjze bestolen. De dief heeft zich toegang tot het logement verschaft, gebruik makende van eene gebroken ruit in de straatdeur, waarvoor tydelyk gaas was gespannen. Door dat gaas op zjjde te doen, was het hem gemakkelijk, van de straat af de deur aan de binnenzjjde te ontsluiten. Op deze wyze binnen gekomen, heeft bjj zich onmiddellyk naar het vertrek, achter de gelagkamer gelegen, begeven. In dit vertrek slapen de logementhouder en zjjne vrouw, die, om toch zooveel mogeljjk hun eigendom te kunnen bewaken, zich een ijzeren kistje hadden aangeschaft en dit aan het voeteneinde in hunne bedstede plaatsten. In dit kistje was geborgen een bedrag van 150 aan geld, een 15-tal horlogeB, aan zeelieden toebehoord hebbende en andere zaken van waarde. Heden oohtend bjj het ontwaken bemerkten zy eerst bestolen te zyn. Eene buurvrouw, die te ruim 1 uur in den afgeloopen nacht tehuis kwam, had toen eenen man ijlings het logement zien verlaten, iets in zyn voorschoot dragende, waar mede hy in de Bleekersteeg verdween. Terneuzen, 9 Aug. De heer A. van den Oever, Belgisch consul alhier, is tevens benoemd tot consul van den onafhankelyken Kongostaat. Vlissingeu, 9 Aug. In de heden gehouden zitting van den gemeenteraad is goedgevonden zich tot H. M. de Koningin-Weduwe-Regentes te wenden met verzoek om verlenging der concessie tot tolbi-ffing

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1893 | | pagina 1