ZIEEIKZEESCIIE NIEUWSBODE. Zaterdag 4 Maart 1893. VERGETEN? Directeur-Uitgever J. WA, ALE. BEKENDMAKING. kennisgeving] Algemeen Overzicht NIEUWSTIJDINGEN. FEUILLETON. Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prijs per 3 maanden is f 1,30, franco per post f 1,60. Noord-Amerika, Transvaal, Indië enz. verzending eens per week, f 10,per jaar. ♦9ste JAARGANG. No. 6279. Advertentiën, van 13 regels 30 Cts. meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des Maandags, Woensdags en Vrijdags middags 12 ure bezorgd worden. Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend. Betalingen van AbonnemenU- of Advertentie-gelden gelieve men te zenden aan de „Administratie ZieriJtzeesche Nieuwsbode" Ds BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zibrikzee maken bekend, dat de jaarlijksche Halfvasten- markt op Donderdag den 9 Maart e.k. alhier zal gehouden worden, en dat de standplaats voor kramen zal zijn op het Kraanplein. Zif.rik7.ee, den 2 Maart 1893. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, C h. W. V E R M E IJ SBurgemeester. J. G. BET HE, l.o Secretaris. De BURGEMEESTER van Zierikzee brengt ter kennis van de Ingezetenen, dat er op Mmiudno; «leu O Maart e.k., des namiddags te 1% nm., op het Raadhuis, eene openbare Vergadering van den Gemeenteraad zal gehouden worden. ZiERrK7.EE, den 3 Maart 1893. De Burgemeester, Cu. W. VERMEIJS. ZAKEN TER TAFEL TE BRENGEN: Mededeeling van ingekomen stukken. Voorstel van Burgem. en Weth. om aan de op te richten Stoomtram- maatschappij BrouwershavenSteenbergen voor den tijd van 20 jaren eene jaarlijksche subsidie van f 500 te verleenen. Behandeling van het voorstel tot opheffing van het bezwaar tegen de richting van den aan te leggen tramweg bij de Nobelpoort. Behandeling der ontwerp verordeningen op de heffing en invoering eener belasting op de honden, enz. der vorige week. Dat men zich vooral in de politiek over niets moet verwonderen is al lang bekend. Maar toch, wie eenige weken geleden den moed zou gehad hebben om te voorspellen, dat de Tonkinees Ferry binnen kort uit zjjne vergetelheid zou gerukt worden en geroepen zou zijn om de tweede plaats in de Republiek in te nemen, hem had men waar lijk niet geloofd. En toch is ook dit weer gebeurd. Zooals men zich herinneren zal, haalde Ferry zich den haat der clericalen met zijn schoolwet op den hals, en ondervond hij in zoo hevige mate de woede der radicalen, die hem de nederlaag in Tonkin niet konden vergeven, dat hij toen moest aftreden, bij de Presidents-verkiezing het onderspit moest delven en hij de algemeene verkiezingen niet eens herkozen werd. En thans, na een poos van bijna vergeten-zijn, wordt diezelfde verguisde Jules Ferry gekozen tot President van den Senaat in jFrankrijk. De vorige Voorzitter, de heer le Royer, had om gezondheidsredenen bedankt en de Tonkinees werd met 148 van de 229 geldige stemmen (20 waren in blanco) tot Voorzitter van den Senaat geproclameerd. Schitterend is deze uitslag voor de gekozene niet, maar toch is de keuze uit tweeërlei oogpunt zeer belangrijk. Vooreerst voor den persoon van Jules Ferry zelf, die in deze (,benoeming eene poging kon zien, van het veel te strenge vonnis over hem in dien tijd geveld, te verzachten, maar ten andere ook voor de republiek. Wanneer de radicalen en hunne aanhangers gemeend hebben, de Panama-gebeuvtenis9en te kunnen benutten, ten einde hunne staatkundige inzichten te verwezen lijken, dan zullen zij door de voorvallen in de laatste weken wel ontnuchterd zijn. Het schjjnt of in Frankrijk meer en meer de overtuiging zich gaat vestigen, dat er gebroken moet worden met de halfslachtigheid, die de op volgende Ministeriën steeds vertoondenmet de zncht om te schipperen en te modderen, een zucht, die bleek uit de samenstelling van bijna elk Ministerie der laatste jaren. En zooals altijd, zoo ging het ook hier: Vielen gefallen ist schlimm. Die politiek van schipperen leidde slechts tot in wendige verzwakking en thans heeft het volk er genoeg van en eischt eene krachtige hand aan de ls. De verkiezing van de heer Casimir Perier tot Voorzitter der Kamer, de aanneming der door I Godefroy Cavaignac voorgestelde motie en niet het minst het weder optreden van Jules Ferry als politiek leider, zijn daarvoor bewijzen. Deze drie mannen zijn ongetwijfeld de drie mannen voor de naaste toekomst in Frankrijk; en zij hebben allen dit groote voordeel, dat geen der drie genoemden rechtstreeks of zijdelings iets met de jammerlijke Panama-schandalen te maken heeft. Wanneer dan ook, zooals te verwachten is, binnen niet al te langen tijd, het Fransche volk geroepen zal worden, om te verklaren of het zich aan de leiding dezer drie mannen wil toevertrouwen, d. w. z. hun in eene nieuwe Kamer eene meerderheid wil bezorgen, dan gelooven wij, dat de uitslag hen niet zal teleurstellen. Moeilijk is het denkbaar, dat na al het gebeurde de Kamer zal blijven tot haar man daat is geëindigd, en dat eene eventuëele kamer ontbinding niet zou gevolgd worden door eene nieuwe Presidentskeuzewaarbij Cavaignac als candidaat zal optreden. Er staan dus belangrijke gebeurtenissen te wachtengebeurtenissendie, wanneer zij loopen zooals wij verwachten, er toe zullen leiden om den bloei en de rust in de Republiek weder te bevestigen. Ziet men dus in Frankrijk reeds het begin van het einde der moeilijkbeden door de Panama geschiedenis ontstaan, in Italië is men zoo gelukkig nog niet. Terwijl gansch Italië en de gansche Katholieke wereld met baar feest vierde ter herinnering van bet vijftigjarig bisschops jubileum van Paus Leo XIII, hield de Kamer zich nog altijd bezig met het onderzoek der knoeierijen der banken of meer direct met het aandeel, dat enkele regeeringspersonen in die onregelmatig heden hadden. Steeds heftiger worden de beschuldi gingen tegen het Ministerie Gioletti en zijne vrienden, en openlijk trad thans ook Crispi als beschuldiger daarvan op. Toen de tegenwoordige Minister-President Gioletti in 1890 Minister van de Schatkist was, was hij zooals Crispi verklaart, reeds ingelicht omtrent het door de Banca Romana gepleegde bedrog, maar heeft hij daarover gezwegen. Wel heeft de Minister-President getracht dit beweren in de Kamer te niet te doen door vele woorden, maar aan stukboudende bewijzen ontbrak het. De positie van het Ministerie wordt zwakker en zwakker en zijne dagen schijnen geteld. Wie de boedel dan aanvaarden zal, is nog onbekend. Eenigen meenen, dat de beschuldiging door Crispi thans openbaar gemaakt, eene poging zou zijn om de teugels van bewind weer in handen te krijgen. Het zou de vraag zijn of bet Italiaansche volk met een Ministerie van Crispi thans veel vooruit zou zijn. In Portugal i3 wederom eene ministeriëele crisis geweest. De Minister-President gaf als oor zaak van het aftreden van het Ministerie op de oneenigheid, die tusscben de verschillende leden van het Kabinet beerscbte over de opzegging van bet contract tusschen de Regeering en de alcohol- fabrieken. Reeds bij de samenstelling van dit syndicaat moeten onregelmatigheden zijn voor gekomen en bij de voldoening der aan de schatkist verschuldigde accijnzen is sterk de hand gelicht, zoodat het rijk hierdoor veel schade heeft ondervonden. Toch is de bedoelde oneenigheid slechts de aauleidende oorzaak geweest van het aftreden van het Ministerie. De eigenlijke reden is de zwakheid der Regeering en de weigering des Konings om de ontbinding der Cortes nog langer uit te stellen. Thans is een nieuw Ministerie onder presidium van Ribecro opge treden en heeft zijn program reeds in de Cortes medegedeeld. Het Ministerie, dat zich bewust is van de moeilijkheden van den tegenwoordigen stand van zaken, zal kwijtschelding van straf verleenen aan allendie wegens politieke misdrijven of persdelicten zijn veroordeeld; voorts eene hervorming voorstellen van de perswet, waardoor de persvrijheid wordt verzekerd, benevens eene herziening van de Bankwet, waardoor het toezicht der verscherpt wordt. Wat de regeling der buiten- landsche schuld betreft, het Ministerie is voornemens zooveel te betalen als maar eenigszins de schatkist gedoogt. De zaak zal zorgvuldig worden onderzocht. Nieuwe belastingen zullen niet worden voorgesteld, zonder voorafgaand onderzoek der begrooting en zonder herziening en betere verdeeling der tegen woordige belastingen. In geen geval zal echter het Ministerie, dat de uitgaven aanmerkelijk zal verminderen, voornemens zijn, die belastingen te verhoogen, welke drukken op de arbeidende klasse. Tijdens de Carnavalsfeesten te Bazel, was in den gehouden optocht een persoon te zien, die President Carnot voorstelde en zeer speelde op diens houding de TAiatwazaair. De Fransche gezant nam dit zeer euvel, en ofschoon de politie onmiddellijk de valsche Carnot uit den optocht verwijderde en de Zwitsersche bondsregering hare verontschuldiging bij de Fransche aanbood, de zaak werd door de laatste Regeering hoog opgenomen. Toch was dit onbillijk. Immers toen eenige jaren geleden Bismarck bij de Zwitsersche Regeering aandrong op de vervolging van een Zwitser, die ook hij een Carnavalsfeest een lied had gezongen, dat voor Duitschland beleedigend wasen de schuldige veroordeeld werd tot een boete van 800 frs., noemden de Fransche bladen deze vervolging klein geestig. Wellicht heeft men zich deze geschiedenis ook in Frankrijk herinnerd, althans de Fransche Regeering heeft medegedeeld, dat zij de veront schuldiging der Zwitsersche Republiek aanneemt en de vervolging van den schuldige niet wenscht. Inderdaad is dit de beste oplossing voor eene wel is waar misplaatste aardigheid, maar die toch niet schijnt gepleegd te zijn, met het doel om Frankrijk en den persoon van zijn President te beleedigen. Engeland. Het hof vaa appèl te Londen deed uitspraak in zake het proces, waartoe aanleiding is gegeven door de aanvaring tusschen de Nederlandsche atoomboot »P. Caland" en het Engelsohe stoomschip »Clamorgann in het kanaal. Het hof bevestigde het vonnis der admiraliteitsrechtbank en sprak den gezagvoerder dfjr »Clamorgan" vrij van schuld aan de aanvaring. Italië. Rome, 1 Maart. Graaf Dumonceau van Berg en Dal heeft heden aan Z. H. den Paus de gelukwenschen overgobracht van de Koningin der Nederlanden. Rusland. Een ontzettende ontploffing heeft, naar eerst thans bekend is geworden, den dertienden Februari 1.1. te Warschau plaats gevonden. Over een lengte van veertig voet werd de Skelawajastraat vernield en dat wel juist op het oogenblik toen een sterke afdeeling militaire troepen, die het lyk van een jongen officier grafwaarts brachten, zich op de plek bevond. Ongeveer honderd personen werden slachtoffers van het onheil; sommigen werden dadeljjk gedood en anderen zwaar gekwetst. Over de aanleiding van de ramp kan nog niets met zekerheid bericht worden. Velen beweren, dat sprake is van eene opzetteljjk teweeggebrachte dyoamiet-ontplofficg, terwyl anderen volhouden, dat enkel een toeval in bet spel is geweest, dat met eene groote opeenhooping van gas in verband staat. Die laatste lezing schijnt alles behalve geloofwaardig. Als enkel eene gas-ontploffiog had plaats gevonden, zouden de te Warschau verschonende bladen wel van het geval melding hebbea gemaakt en zouden de af zenders van telegrammen aan buitenlandsche couranten, niet zoo uiterst voorzichtig zyn geweest om het gebeurde te verzwijgen. Hongarije. De Donau wast met groote snelheid in Hongarye en richt veel onheil en nadeel aan. Te Gergely, een dorp van 1600 inwoners, nabjj Paks en ongeveer 60 rnjjlen ten Zuiden van Badapest steeg de vloed zoo snel, dat het geheele plaatsje in eeu oogenblik was overstroomd. De bewoners vluchtten in de school cn in de kerk, de twee eenige steenen gebouwen in bet dorp. Weldra stond ieder huis diep onder water. Verscheidene menschen verdronken, o. a. een moeder met haar vyf kinderen. Alle overige bewoners vluchtton naar Paks. De Donau staat meer dan 25 voet boven het gewone peil. Zeshonderd menschen verkeerden io levensgevaar. Frankrijk. Parijs, 1 Maart. De Temps ontving een telegram uit Rome, volgens hetwelk de afgevaardigden van allo liberale vereenigingen te Rome uitgenoodigd zjjn, hot eens te worden over de aanrichting van eene grooto anti-clericale betooging, in antwoord op do gebeur tenissen aan het Vaticaan. De regeering beraamt de noodige maatregelen harerzijds. Naar de Figaro verneemt znllen Charles do Lpaaèpa en Cottu hun straftyd op Sint Marguérite doorbrengen en zekere vrjjheden genieten. Duitschland. Een vreeseljjke ontdekking is te Bayreuth gedaan. In 1878 nl. stierf daar zekere barones Von Ammori of althans zy werd begraven; de familie vermoedde dat zy slechts in een toestand van schyndood verkeerde, maar tot de begrafenis word besloten met zeer lage oogmerken. Onlangs werden daarvoor nieuwe aanwijzingen verkregen en 't gerecht gelastte een op graving van het lyk en onderzoek. Bjj die gelegenheid bleek, dat de schyudoode zich in de kist omgekeerd en pogingen aangewend had om uit haar graf te komen, zoodat de kist zelfs aan eene zyde stuk gedrongen was. De justitie zet nu de instructie voort. Nederland. Arnhem, 1 Maart. In den nacht van Zondag op Maandag is alhier ingebroken in school XVI bjj Klaron- bsek, en in dien van Maandag op Dinsdag in school IV op het Roermondsplein. De dieven hebben zich meester gemaakt van de schoolspaarkas der leerlingen. Die van school IV was eerst kort te voren geledigd en bevatte slechts ongeveer vyf-en-twintig gulden; eeu gering bedrag dus, maar veel voor de arme kleinen misschien zal er wel de eene of andere milde hand zich over hen ontfermen. Gisteren reeds werd door de politie eene bende jongenB van 9 tot 14 jaar aangehouden, welke behalve van andere diefstallen in het vorige jaar, ook verdacht worden van de inbraken in genoemde scholen. Amsterdam, 1 Maart. Iu de afgeloopen week zyn de volgende hoeveelheden porties koffie en brood aan behoeftigen uitgereikt in de inrichting op den Singel by den Heiligenweg: Maandag 2556, Dinsdag 2434, Woensdag 2668, Donderdag 2616, Vrydag 2507, Zaterdag 2654, Zondag 1154, te zamen 16589. Goedereede, 1 Maart. By de gisteren gehouden herstemming voor een lid van den Raad dezer gemeente, zyn ingeleverd 68 biljetten. Uitgebracht zjjn op do heeren: F. C. Goekoop 36 stemmen en Adr. de Reus 31 st., zoodat de heer Goekoop, als hebbende de meeste stemmen bekomen, tot lid van den Raad is verkozen. Vlïssingen, 1 Maart. De afdeeling hier ter stede van hetNederl. Werkliedenverbond Patrimonium" telt thans 200 leden, zjjnde eeu van het grootste aantal leden in de geheele provincie. Vlissiugen, 1 Maart. Aanstaande week zal door den heer Prins, aannemer te Sliedrecht, een aanvang worden gemaakt met het maken van een Dieuw hoofd voor zeewering, dat geplaatst zal worden tusschen hot thans bjjna waardeloos zoogenaamd Lengenaarshoofd en den bomvryen toren. Naar wjj vernemen, bedraagt de aannemingssom ongeveer 35,000. Met ingang van 1 Maart 11. is te Vlissingen als ambtenaar voor het der meteorologische waarne mingen aldaar aangesteld een naamgenoot van den grooten admiraal, nl. de heer Michiel Adriaan de Ruyter, geboren te Yeere en laatsteljjk wonende te Tholen. Middelburg, 1 Maart. Indertjjd is melding gemaakt van een geschil tusschen Gedeputeerde Staten van Zeeland en den gemeenteraad van Vlissingen in zake de verhooging der jaarwedden van onderwjjzers en onderwijzeressen bjj het verkrijgen van eene nieuwe akte voor een verplicht gesteld vak van onderwjjs, in casu voor vak j, vrjje- en ordeoefeningen der gymna stiek. Nadat de gemeenteraad had geweigerd de uitgave voor verhoogingen als bovenbedoeld op de begrootiDg voor 1892 uit te trekken, gingen Gedeputeerde Staten Naar het Duitseh. 11. Eindelijk waren zij in.Köpenick. //Hier, dat schenk ik u! riep zij en wierp hem een klein pakje toe. Hij had zijn werk met het vasthouden der stoomboot; toen hij vrij was, hadden alle passa giers, ook zijne kleine vriendin, de stoomboot verlaten. Hij maakte het pakje los en eene appel taart lag //Voorzichtig! klonk het plotseling luide achter hem. Verschrikt sprong hij op zijde. Bijna was hij onder de wielen van een rijtuig geraakt, dat eenigszins vlug om den hoek gebogen kwam. Ver wonderd keek hij om zich heen. Daar was hij reeds op het groote plein, van waar af de Molen straat zoo smal werd als eene straat die blind loopt. Hij stapte het plein over en gaf zich weder aan zijne droomerijen over, toen hij het tegen overgestelde smalle trottoir had bereikt. Het was avond. Hij stond weder bij zijne bel. De stoomboot deed voor dien dag haar laatsten tocht van Köpenick naar Berlijn. De hemel was door de sterren verlicht, de lucht was eenigszins zoel. Hij haalde de appeltaart voor den dag en at liaar langzaam op. Zij smaakte uitmuntend. Den ganschen dag had hij aan niets meer gedacht, dan aan zijne kleine vriendin. Daarbij had hij verscheidene malen vergeten te bellen, wat hem vele berispingen van de zijde van den kapitein had berokkend. Nu wilde hij echter oppassen. Hij atak het laatste stuk in zijn mond en ging op de kleine bank onder de bel zitten. Op hetzelfde oogenblik klonk de fluit van den kapitein. Hij belde snel. Wat donder, had hij in 't geheel niet gezien, dat zij kort voor eene brug waren Nadat zij door de brug waren, riep de kapitein hem bij zich. Hij kreeg links en rechts een paar oorvijgen en mocht daarna weder op zijne plaats terugkeeren. Hij weende bitterlijk; hij zou het liefst in 't water gesprongen zijn. Daarna kwam het verschrikkelijkste. Toen hij, nadat zij in het depot aangelegd hadden, naar huis wilde gaan, zeide de kapitein hem, dat hij niet weer behoefde te komen. Hij waggelde naar huis, vertelde alles en kreeg heftige verwijten. Den volgenden dag zocht hij zich andere bezig heden. Hij wilde eerst naar Hamburg gaan om zich als scheepsjongen te monsteren, maar zijne ouders wilden, dat hij in Berlijn blijven en iets verdienen zou. Hij kreeg eene plaats als loopjongen bij een advocaat. Daar hij een dragelijk hand schrift had en ook anders niet dom was, werd hij spoedig met schriftelijk werk belast. Na driejaar, toen hij met de werkzaamheden volkomen op de hoogte was, verliet hij die betrekking en trad bij een anderen advocaat als klerk in dienst op eene bezoldiging van dertig gulden per maand. Ilier was hij nog heden. Nog heden hij streek met de hand over zijne oogen. Het duurde eene geruime poos tot hij zich in het tegenwoordige terugverplaatst had. Ja, acht-en-twintig jaar geleden was hij bij den advocaat in dienst getreden. Hoe toch de tijd voorbijgegaan was! Hij had nu het smalle gedeelte der Molenstraat tot op de helft doorloopen. Hij ging nog een eindje en bleef toen voor een kleinen tuin aan de linker zijde der straat staan. Lang keek hij over de lage schutting naar het kleine, half vervallen huisje met den kleinen, weinig onderhouden tuin er voor. Daarna ging hij verder. Gelukkige herinneringen doortrilden hem nu. Het was eeu heerlijke Meimorgen. Hij wilde zijn twintigste verjaardag met eene voormiddagwandeling naar Stralau vieren. Geheel in het nieuw gestoken stapte hij door de Molenstraat. Ongeveer in het midden derzelve aan de linkerzijde, werd hij voor eene tuinhaag een jong meisje gewaar, dat naast de deur tegen de schutting leunde. Hij zwenkte vlug naar de linkerzijde over. Het jonge meisje trad bij zijn naderbijkomeu in de deur terug, maar zag hem, toen hij voorbijging, vlak in de oogen. Beiden doorliep een schok. Zij stonden eene heele poos stil en staarden elkander aan. Daarna begon zij plotseling luide te lachen. //Nu, wat wilt gij toch?" vroeg zij. Hij stak haar zijne hand toe; zij legde de hare er manmoedig in. //Niet waar, wij kennen elkander, mejuffrouw?" zeide hij. //Natuurlijk! Heeft de appeltaart u gesmaakt?" //Ja, uitstekend!" z/Ha, ha, ha! Kunt gij dan nu beter praten?" //Ja, nu gaat het beter," antwoordde hij. //Hoe fijn ziet gij er uit!" vleide zij. //Zijt gij nog matroos? Hij vertelt haar kort het toenmaals voor gevallene en dat hij nu kantoorklerk was. Ver volgens noodigde hij haar uit hem een eindweegs te vergezellen. Zij was terstond bereid. Zij verzocht hem een oogenblik te wachten, zij wilde alleen haar hoed halen. Na nauwelijks vijf minuten kwam zij, gereed om uit te gaan, weder buiten. z/Tot twee uur kan ik uitblijven," zeide zij. //Dat is lief, dan gaan wij samen naar Stralau, vindt gij dat goed?" //Ja." Ilij bood haar zijn arm. Zij nam dezelve zonder complimenten en vlijde zich dicht aan hem. Hem was het zonderling te moede. Het was de eerste maal, dat hij met een jonge dame uitging. Op den weg naar Stralau praatte zij aanhoudend. Hij kwam er niet toe zich voor te stellen, hij dacht er zelfs volstrekt niet aan. Het ging alles zoo natuurlijk in zijn werk, de kleine behandelde hem zoo vertrouwelijk, dat zijne aangeborene be schroomdheid hem ook spoedig verliet. Iu Stralau dronken zij in een theetuin een glas melk. Daarna maakten zij een watertochtje. Zij dreven eerst tusschen Stralau en Treptow een poos rond, vervolgens roeiden zij rond de //Hoogte van Stralau" in het Rummelsburgsche meer. De kleine was zeer overmoedig. Zij hield de boot voortdurend in eene schommelende beweging, zoodat zij meermalen gevaar liep om te slaan. Zij kon zwemmen, antwoordde zij op zijne vermaningen tot voorzichtigheid. Nadat zij het meer in verschillende richtingen doorkruist hadden, verzocht zij hem toch eens naar den oever in het riet te varen. Hij deed het. Zij jubelde luide toen de ranke boot door de riet halmen schoot en daarna plotseling in het dichte, hooge riet bleef vastzitten. Ilij naderde haar en vatte hare hand. z/Weet gij mijn naam nog?" vroeg hij. Zij greep, zonder te antwoorden, in haar zak en haalde er een klein potlood uit. //Zoo heet gij!" zeide zij, terwijl zij iets op den witten rand der gondel schreef. Hij keek er naar. //Frans" stond er. Hij nam haar het potlood uit de hand en schreef vlug //Elsje" boven zijn naam. Daarna trok hij vlug om het geheel eene lijn in den vorm van een hart. //Ach!" zuchtte zij en leunde zich tegen zijn schouder. Eene gloeiende rilling overliep hem. Snel legde hij zijn arm om haar en trok haar vast aan zich. Zij keek tot hem op en hield hem hare bevende lippen toe ontolbare kussen bezegelden liet verbond.Slot volgt.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1893 | | pagina 1