Door bot overlijden der overate van het pensionaat
der Urselinen te Poaterholt, dat zelfstandig beheerd
werd, ie men tot de ontdekking gekomen, dat er eene
schuld van ruim 57,000 op die inrichting rust. Daar
dit pensionaat geen levensvatbaarheid schijnt te be
zitten en er niets anderB voorhanden is dqn 't gebouw
en de meubels, zal een en ander publiek geveild
worden.
Dronken Sinterklaas 1
Een juffertje te Nieuwediep, wier man in den
vreemde de eer der vlag hielp ophouden, wilde hare
beide kinderen gaarne eens verrassen.
In 't geheim werd een buurman uitgenoodigd zioh
in een provisiekast te verschuilen, een gelegenheidspak
aan te trekken en dan de kleinen op 't een en ander
te onthalen.
De kinderen werden even verwijderd en de buurman
in een kast gelaten. Bg 't nachtlichtje dat daar
brandde, zag de man een flesch staan. Een papiertje
er op prijkte met het woord >cognac". Allereerst ging
de man eens onderzoeken ol de kwaliteit van dat
vocht goed was. Het proefje scheen zoo te voldoen,
dat hg bleef doordrinken, totdat do flesch bjjna
geledigd was. De gevolgen bleven niet uit. Spoedig
verveelden zioh de kinderen in het voorvertrek en de
moeder in de keuken. Eindeljjk ging zg naar de kast
en vroeg fluisterend: »ben je nog niet klaar, buurman?"
Door die woorden een weinig tot bezinning gebracht,
sohrikte de man op, doch smeet tevens borden, schotels,
enz. van de planken.
Toen de juffrouw er lucht van had wat or geschied
was, werd buurman zoo ODzacht de buitenlucht
ingedreven, dat hg er zioh voorloopig wel niet meer
toe zal leenen in dat huis voor St.-Nicolnas te spelen.
Te Hoogwoud heeft iemand getracht zgne vrouw
te vergiftigen door middel van phosphorbrgdie
gebruikt wordt om ratten en muizen te dooden. Hjj
had het mengsel op een boterham gesmeerd, maar de
vrouw bemerkte onraad door don sterken reuk van
het phosphor. Het onderzoek heelt aan het licht
gebracht, dat de man het vergif had gekocht in een
apotheek te Hoorn.
Vier jongens, werkzaam op de sigarenfabriek
«Java" te Oud-Beierland, hebben zich aan belangrgbe
diefstallen ten nadeele der eigenaars dier fabriek
schuldig gemaakt. Gedurende meer dan 9 maanden
begaven zg zich geregeld na werktjjd naar de fabriek
en opende dien met een vaUchen sleutel, waarna zg dief
stal pleegden van koffie, thee, chocolade, tabak, sigaren,
eaa-de-cologne enz., welke zg dan bg verschillende
personen verkochten; reeds zgn een 30-tal opkoopers
door den aldaar gestationneerden majoor dtr rgks-
veldwacht W. Vonk opgespoord, terwjjl het onderzoek
nog voortduurt.
De jongens hebben volledig bekend.
L AN D BO U W.
"VVoltaartsciyic, 8 Dec. De dorpsvereeniging
«Landbouw en Veeteelt" alhier hield Maandag eene ver
gadering, waarin de drie aftredende bestuursleden, de hh.
C. Koert, M. de Kater en J. M. Paschen werden herkozen.
In -1893 zullen twee proeven genomen worden omtrent
den invloed van kunstmeststoffen op 5 soorten van suiker
bieten. Gesteund door eene rijksbijdrage zullen de heeren
J. van der Voorde en G. de Jager ieder een proefveld aan
leggen. De heer C. Zuidweg werd benoemd tot afgevaar
digde naar de algemeene vergadering van den Bond van
Suikerbietenteelders, welke Vrijdag 16 December gehouden
zal worden in de «Prins van Oranje" te Goes. In het
vervolg zullen alleen leden der vereeniging mogen deel
nemen aan den gemeenschappelgken inkoop van kunst
meststoften en zaaigranen.
Uit het rapport omtrent den uitslag, verkregen op hot
proefveld van 20 soorten suikerbieten, aangelegd op een
akker van den heer J. van der Voorde Sr., blijkt, dat voor
iedere soort genomen was eene oppervlakte van 10 Blooische
roeden, op elke lap waren gegroeid 17 rijen, ieder van 64
stuks.
Het onderzoek naar het suikergehalte heeft plaats gehad
aan het proefstation te Breda.
Het suikergehalte wisselde af van 14,1 pCt. (verbeterde
kleine Wanzleben elite B) tot 11 pCt. (witte veredelde
imperial van Al. Grashofl). De opbrengst in K.G. per 10
Blooische roeden van 969 K.G. (verbeterde kleine Wanz
leben A van G. Wesche) tot 707 K.G. (Zückerreichste van
A. Strandes.
KERKNIEUWS.
Op het drietal van predikanten bij de Herv. Gem. te
Assen, komt o. a. voor dr. J. Helder, pred. te Zierikzee.
Tot ouderlingen te Ooatorland zgn herbenoemd Jb.
Kloote en D. Viergever en tot diaken J. J. Hendrikae.
Bruinisse, 8 Dec. Door het kiescollege der Ned.
Herv. kerk alhier, is ook als ouderling herkozen de heer
Anth. de Koning.-
GEMENGDE BERICHTEN
Een Prins te zoek. Het is de 18 jarige Prins Earel
van Beieren, broeder van den vermoedelgken troon
opvolger. De avontunrlgke zin, aan joogelieden eigen,
heeft hem voor een oogenblik doen vergeten, dat hjj
een Prins is, en daarom is hij er, als een gewoon
meuscb, eens stilletjes van doorgegaan, en wel, naar
men zegt, naar de bergen. Een later bericht meldt, dat
hg reeds terug is. De burgemeester van Franeber
wil zjjne gemeentenaren waarborgen, dat bun on-
vervalschte melk zal worden verkocht. De gezondheids
commissie heeft de door verschillende tappers en alyters
geleverde molk onderzocht en te waterzuchtig
bevonden, 't Is nu nog bjj eene waarschuwing gebleven,
maar binnenkort zal een tweede onderzoek worden
ingesteld, en wie er dan te royaal met het water mocht
zijn geweest, zal als vervalscher worden bekend gemaakt
en strafrechtelijk vervolgd. Zou dat te Zierikzee ook
niet wenschelgk zgn? Waoneer een arme drommel
100 of 200 ter leen vraagt sL 5 pCt., wordt bg niet
geholpen, maar dat eenige besturen in onsland tegen eene
zeer minne rente niet alleen geholpen, maar overdadig
worden gesteund, blykt uit bet feit dat de gemeente
Leeuwarden ten deel viel. Aldaar zou worden aangegaan
eene geldleening van f47,000 ad 31/* pCt. Haar is ruim
7 maal zooveel aangeboden. Ook een arme dief. Presi
dent tot den veldwachter, die tot heden_voor het publiek
in dit schandaal-proceB geheel onzichtbaar is gebleven.
Maar veldwachter! daar de beblaagdo juist voor zgn
eerlgk- en rondborstigheid goed bekend sta t, vind ik
de zaak vreemd, zeer vreemd, en begin te gelooven,
dat gjj de ware schuldige zjjt. Veldwachter. Maar
bedenk toch EdelAohtb. dat ik mezelven moest redden
voordat de arme dief klapte uit de schandzaab, en dit
kon ik, omdat mjjne getnigenis geldt voor twee; en
waur ik do maebt heb, pas ik die toe, gedachtig aan
het echoone gezegde v&n Vorst Bismarck«Macht gaat
bovtn recht". Eene juffrouw uit het midden van
Schouwen, die r>aar het verre land wil gaan om daar
in het hnweljjk te treden, werd.dezer dagen op haar
gerezen lastertongetje gewezen, met de mededceling,
dat zg niet naar Amerika behoefde te gaaD, want dat
hg al was voorzien. Wel, wel, zegt men te Kr., de
meisjes zjjc ook al niet meer beschaamd. Dat ziet men
aan Pierje, die laat zich ook al keuron bjj den dokter.
Zg zal zeker denken, dat zg wntorznehtig is, maar zjj
zal het water hebben van te veel bg Jacob in den
timmermanswinkel te loopen. Nu zegt zg:
Beelden uit mjjn kinderjaren,
Uit mjjn jeugd zoo vrjj en bljj,
Trekken somtyds kalm en rustig,
Aan mjjn peinzend oog voorbjj.
'k Denk nog dikwerf aan die dagen,
Vol geluk en stille vreê,
Hoe verheugd ik steeds ontwaakte,
In ons hutje bg de zee.
Mjjp verbeelding zien de bloemen,
Voor hot needrig vonBter staan,
En 't strand waar ik schelpen gaarde,
Glanzend in het licht der maan.
'k Hoor mjjn moeder zacht vermanen,
Als zjj mg in 't bedje lee,
En ik voel weer 'elevens morgen,
In ons hutje bjj de zee.
Te Renesse zegt men: Sienlje van het dorp is
2 December al 19 jaar geworden en ia bjj veelal geluk
nog ongetrouwd gebleven. Miria te Ouw. moet
zooveel praats niet hebben van meisjes waar niets van
te zeggen valt, want dat past niet voor een meisje
dat zich nog al fatsoeDljjk noemt.
Maria met je vuil gezicht,
Houdt voortaan je mond wat dioht,
Want ieder die u kent en ziet,
Zegt meisje, ik begeer u niet.
Te O-V. zal eerstdaags voor de tweede maal een
schip worden gelost. De mottige Trui te N. uit den
zoeten inval heeft zich eindeljjk met hare voelhorens
vastgeklampt aan Piet den bakker, tot groote vreugde
van haar kokette en behaagzieke moeder.
Ingezonden stukken.
Aan mijn vriend WITTE!
Tot mjjn leedwezen moet ik je vertellen amice, dat
je achteruit gaat in je mededeelingeu aan onzen Bode
en ik kan niet nalaten, je daarop als oud vriend eens
attent te maken, misschien wekt je dat wel con bee!je
op voor 't vervolg.
Eerst dacht ia: Witte zal liet te diuk hebben met
de suikei^eên, doch die zjjn aan den kant en de
morgenstond ia aangebroken en nog is het nacht,
daarom dacht ik, waarom slecLts onnoozele rjjmpjes
of een verslagje, wat heb je daaraan, 'k ben dus wel
gedwongen om over eenige punten, die je wellicht
(per ongeluk moedwillig) vergobn hebt en die je als
verslaggever had behooren te melden.
Ten eerste is er van de epuit van Coljjnepln&t bjj
den laatsten brand enkel gezegd, dat ze nog al eens
defect was, ziel als ik dat berichtje ingezonden bad,
dan had ik zeker mjjne verwoudering te kennen ge
geven, dat eene gemeente, die altjjd zoo tracht de
eersto te zjjn, nu bljjkbaar de laatste was; daarbjj had
ik de lezers van den Bode stellig in herinnering gebracht
het versje van: Als apen eens hoog klimmen willen, enz.
Ik had ook gemeld Witte, dat de spuit van Cort-
gene, de constructie in aanmerking genomen, zeer wel
had voldaan, wanneer de orde er niet had ontbroken,
en vooral had ik spuit A van Wissenkerke met hare
manschappen meer eere gegeven, want hunne brand-
bluschmiddelen zjjn zeker verre verheveu boven vele
plattelands gemeenten.
Verdiend is verdiend, Witte, en openbaarheid daarvan
is niet meer dan plicht, zoowel in 't goede als in
't kwade.
Beviel me dus de houding der spuitgasten vau
Wissenkerke en de spuit best, zooveel te minder beviel
me een berichtje in de Goesche Courant van 22 Nov.
11., waarin nu wjjlon je oud-Burgemeester eens zoo
iu 't zonnetje word gezet van wege do daden die
zoo groot moeten hoeten, dat ik, waarheidlievend als
ik ben, niet kon nalaten, dit berichtje eens te herzien,
want jjj doet het niet en toch kun je weteD, dat cr
wel een steekje of wat aan los was. Ik lees dan o. e.:
Dat hij als burgemeester tevens de betrekking van secre
taris vervullende, een zeer werkzaam leven aan den dag
legde en hij daarbij gesteund door krachtige medewerking
van ivethouders en raadsleden, de belangen zijner gemeente
sletds op den voorgrond stelde Zio Witte, nu had ik
aohter de woorden «gesteund" en «medewerking" öf
een vraagteeken geplaatst, ül ze heelemaal weggelaten.
Onder zijn bestuur was W. de eerste gemeente, die hare
hoofd- of communicatiewegen naar hare veren en naar
de aangrenzende gemeenten door grint heeft verbeterd.
Daar zou ik op kunnen antwoorden, dat zulks wel
inoeat, omdat men woikelyk vóór de begrinting gevaar
scheen te loopen den nek te breken, wat soms nu ook
wel eens kan, (ik kom daar strakjes op terug); daarbjj
geloof ik zeker wel met veleD, dat ieder burgervader
dit zou hebben gedaan.
Met samenwerking ffer overige gemeentebesturen van dit
eiland is de aanlegplaats voor stoombooten en de oprichting
van een telegraafkantoor tot stand gekomen. Das voor
7* deel is bum dunk verschuldigd voor iets dat ieder
ander gaarne had helpen bewerkstelligen. Een open
bare school met onderwijzerswoning werd op Geersdijk
gesticht. Maar hemeltje lief, zon dat soms ook uitgesteld
worden? neen immers, dat was dringend noodzakelijk
en daarom is 't ook als iets <1at moest gebeurd.
Het heffen van schoolgeld op de openbare scholen is
afgescha/t. Edoch, dat zal zeker ook maar aan enkelen
een betrekkelyk klein voordeel hebben opgeleverd.
De kaai en haven te Camperland zijn onder'hel beheer der
gemeente genomen. Wat dat betreft Witte, zou ik u
willen vragen: ia daardoor do hemel voor Camperland
of zgne achippere geopend 1 Bjj voorbeeld is het dan
zoo'n ellende aau de haven te Geersdijk, omdat die
aan den polder en niet aan de gemeente behoort?
Meerdere en doelmatiger bluschmiddelen zijn aan
geschajt. 't Is waar, Witte, doch zon het geen schande
zgn geweest, dat men Camperland met meer dan 1000
inwonerB geen (afgedankte) spuit van Wissenkerke
gegeven had. Dat de nieuw aangeschafte doelmatiger
waren 't zou nonsens zgn om een oud Bysteem aan
te schaffeD, als er nieuwere zgn.
Het oude uurwerk uit de dorpskerk als 't ware geheel
vernieuwd te Camperland in gebruik genomen, terwijl een
nieuw uurwerk in den dorpstoren is aangebracht,
Bjj 't Deerschrjjven van dit laatste punt moet ik
harteljjk lachen Witte, omdat ik u een paar jaar
geleden, eens iets op de wjjze van «O mjjn Suzanna"
hoorde voordragen wat betrekking daarop had en dat
genoeg bewjjst, hoe dat uurwerk is. 'k Hoor u nog
zingen
Een torenuurwerk heeft men toch,
Zoo zegt de vreemdeling,
't Is waar, doch slechts een heel klein deel,
Kan hooren slaaa dat ding.
Als men er dicht bjj staat,
Dan hoort men slaan het aar,
En men zegt dan: «nu is 't zoo laat",
Doch 'k dankje voor die kuur.
Het politiepersoneel is vermeerderd.
Ik vraag ja Witte, was het niet broodnoodig, dat
er een veldwachter op Camperland kwam, dat zooals
ik daareven zei, meer dan 1000 zielen telt en een uur
van Wissenkerke ligt, waar men ook maar één dienaar
van den heiligen Hermandad telde? Dan nog lees ik,
dat de straatverlichting in de dorpskom en op de
gehuchten Camperland en Geersdgk is ingevoerd en
een nieuwe begraafplaats is aangelegd, maar wordt
bet niet wat al te belacheljjk Witte, die vermeldingen,
van welke men niet anders kan zeggen, dan dat die
door iederen burgemeester werden gedaan op andere
plaatsen? Ook wordt nog gemeld, dat een nieuwen
achterweg is aangelegd, de modderslooten in de dorps
kom door riolen zjjn vervangen (waarom niet alle?)
en dat de gemeente eigenares geworden is van een
gemeentehuis (wat de gemeente centen genoeg gekost
heeft, zou ik denken).
Als president-kerkvoogd werd door hem een nieuw
orgel in de kerk geplaatst en ook een nieuwe predik
stoel. Jammer dat de verslaggever der Goesche Courant
er niet bjj kon zetten, dat dit uit eigen beurs go-
gegeven werd.
Ten slotte wordt nog gezegd, dat bjj van 14 ver
schillende polders ontvanger-griffier was; is dat esn
eer Witte? Was 't niet beter geweest, dat die postjes
verdeeld waren geworden onder 14 personen, die dan
ook wat zouden hebben verdiend, iets dat bg in 't
geheel niet noodig had.
En nu Witte, laat ik 't aan jou oordeel over, of al die
roem wel vermeld zou zgn, als 't niet een ontzagljjk
persoon was, waarvan dit kon worden gezegd. En nu
nog iets over den toestand van den grint weg te
Camperland en Geersdjjk, die ie zoo ellendig, dat de
vrienden denken en de vjjanden zeggen, dat het nergens
naar geljjkt.
De hoofdwegen dier beide plaatsen zgn meer dkn
j slecht. Wat doet men echter nu? In plaats van den
veerweg te Camperland en den grintweg op Geersdgk
(ware modderpoelen) te gaan begrinten, begint men
van af Wissenkerke nu naar Camperland, waar 't niet
noodir, ja zelfs nog hinderljjk is, omdat de weg
van Wissenkerke at, op vele gedeelten ligt als een
kegelbaan. Is dat de belangen behartigen? Ik zeg
neen Wittp, dat is plagen, dat is iyrannie en ik vind
je o zoo flauwhartig, dat je zoo iets niet durft melden
on ik dat weer maar moet doen onder den naam van
je vriend
CARAMBOL.
P.S. Wat zit je nu weer wel in den duts, als je
w'u brief in den Bode leest, want ik weet het wel dat
er zjjn die donken dat jij schrjjfh wat Carambol denkt,
maar dan zeg ik Witte, 't ia je eigenschuld. Waarom
stel je je zolven niet aau zooals 't hoort? Doet zooals
ik, schrjjf de tvaarheid en dan zal ik nooit meer een
letter plaatsruimte in don Bode verzoeken.
VERSCHEIDEN II K I I>.
(Vrij vertaalde) wijsgeerige gedachten
over de vrouwen, van Otto Spielberg.
O, (He vrouwen!
Ach, die vrouwen! riep mistroostig Rector Kleine uit.
(Het dienstmeisje van de familie van het bovenhuis had
water gestort op den stoep, welke naar des Rectors apparte
menten leidde, en verzuimd het op te nemen. Een anderen
lieer had de maagd kolen naar boven gehaald, waarvan
eenige resten op de voormelde stoep achterbleven).
«Reeds tienmaal zeide mijne vrouw heb ik gezegd,
dat zooiets onordelijk is, en telkens antwoordt me de meid,
»zoo", de laatste maal voegde zij me snibbig toe, dat ik
niets over haar te zeggen had".
Daarover in woede geraakt, wilde mijn Lientje, dat ik in
mijn ehambreclaoc en op pantoffels zeer ongegeneerd
dus me naar de bovenburen zou begeven om den meester
der dienstmaagd over een en ander te onderhouden.
Mijne vrouw moet ge weten heeft de onhebbelijke
hebbelijkheid, ine zoolang op te hitsen tot m'n bloed gaat
koken, ik in woede ïaak. »Je bent geen man", zegt
ze in dergelijke gevallen, met een blik vol verachting;
iemand die karakter heeft, laat zich zooiets niet welgevallen,
«niemand heeft respect voor jou". Als ik denk sist
ze hoe krachtig de man van Marie is maar jij!
Wat ze nog meer wil zeggen houd ze wijselijk binnen.
Antwoord ik, onder dergelijke omstandigheden, welnu,
wat zou dat? Ga zelve naar de familie, gij zjjt vrouw, ik
man, dergelijke zaken behooren niet tot mijn departement,
dan steekt ze de magere armen omhoog, slaat de
handen samen en jammert op wanhopigen toon: »dat had
ik gewacht; wij arme vrouwen moeten overal zijn,
overal het spit afbijten, opdat ieder zal kunnen beweren
dat de vrouw een Xantippe, de man een lieve goede man is".
Mijne vrouw kan zoo venijnig zijn, dat ik ongesteld wordt,
me naar bed moet begeven. «Ga je naar bed wat scheelt
je? vraagt ze dan nog leukweg.
Wat daarop te antwoorden, als b.v. ik heb drukking in
ile maagstreek.
Nog nauwelijks zijn die noodlottige woorden me ontsnapt,
of ze knoopt m'n vest open, en voelt en drukt zoo hefiig
op de aangegeven plaats, dat ik het uitschreeuw van pijn,
en smeekend verzoek: Lientje, geef ine wat pepermunt-
droppels.
Dat moet ik zeggen, als ze me zoo schaakmat heeft gezet,
dan wijkt ze niet van m'n zijde voordat ik weer hersteld
ben Nauwelijks ben ik echter uit het bed, of zij maakt een
waarlijk triiimphantelijke beweging. Menigmaal zegt ze
ook: we zullen voortaan niet meer kibbelen, 'k krijg dan
een ferme kus; neen, zeker niet, maar
Mijn liefste, wat dan, maar?
Natuurlijk ben ik wel iels schuldig als er oorlog is?
«Lientje, ik ga weer naar bed.
Die vrouwen, ach, die vrouwen
Nu, hoe is het nu vroeg ze, toen ik van de bovenburen
terugkwam.
«Ik moet zeggen, antwoordde ik, dat de vrouw des huizes
zeer aardig, zéér net, beminnenswaardig is".
Zoo zoooo zeker heb je de zaak niet in orde kunnen
maken. Zeer aardig, beminnenswaardig. Die dame
bevalt je zeker beter dan ik je beval? Wat ben je toch
een prachtexemplaar van een mant Waarschijnlijk heb
je niet eens over de zaak gesproken, en blijft het oude
leventje voortduren, niet waar?
«Neen, dat niet, de zaak was in een moment in orde".
Natuurlijk, bij zulk een nette vrouw niet anders
denkbaar.
«Lientje, houdt toch op!"
Wie begint er nu weer te twisten, ik of jij?
«Wil toch niet altijd het laatste woord hebben".
Ik vind liet opmerkenswaardig, dat je andere vrouwen,
die je nauwlijks eenige oogenblikken gezien hebt, direct net
vindt, en mij, je vrouw, heb je nimmer dat compliment
gemaakt.
Zij schreit tranen met tuiten, frommelt aan haar schort.
«Maar Lientje 1"
Ze wendt haar hoofd af.
«Lieve Lientje!"
Ze verlaat het vertrek, slaat de deur maai'toe, doch keert,
na een oogenblik, als een ftirie terug, hare armen zwaaiende
als molenwieken bij hevigen wind.
En ik wil die lui daarboven toonen, dat ik de vrouw
ben, mij is het onverschillig of ze denken, dat ik een
Xantippe ben. Ik laat me niet meer die vuilheid wel
gevallen, ik zal de hulp der politie inroepen.
«Maar beste Lientje, wordt toch kalm; de meid zal eene
schrobbeering ontvangen, en de zaak is daarmee afgehandeld".
Afgehandeld? bij jou? ja, bij jou is alles afgehandeld,
weet je wat je zijt? je zijt
Ze stormt opnieuw de kamer uit en ik hoor dat de kat
hare veelgeliefde rooie kater, vreeselijk miauwt.
Had ik maar niet gezegd, dat de dame boven zulk eene
nette vrouw wasl Ach, lieve God, men denkt niet altijd
aan alles, aan dwaasheden.
Allicht komt, na broeiende hitte, plotseling onweêr en
stormde hemel wordt zwart. Wat je een moment te voren
om den hals hing, vliegt het volgend oogenblik het huis
uit; de echtelijke hemel verandert in een oogwenk, de
temperatuur daalt van kookhitte op ijskoude, men doet
dus wijselijk, als men altijd dik in de kleeren blijft, 't is
beter het enkele malen het even te heet te hebben als
influenza te krijgen, die van zoo langen duur is.
In den echt zijn de temperamenten als water wat bijna
kookt; oppassen is dus de boodschap, anders kookt het
over. Een steenworp in het water teekent eerst een klein,
dan een iets grooter kringetje, er komen al meer en meer,
al grooter om grooter kringen, een wereldzee zou ten slotte
nog te klein zijn, om den laatsten lering te omvatten. Met
een onjuist gesproken woord in het huishouden gaat het
ook alzooeen nietig ondoordacht woord verstoort den
huiselijken vrede vaak voor weken, somtijds voor het geheele
leven.
Men begrijpt niet, hoe twee, die elkander hebben trouw
gezworen, elkander zonder spreken kunnen voorbijgaanhoe
zij te ruste kunnen gaan zonder elkander goeden nacht te
wenschen; en toch zijn het ontwikkelde, beschaafde lieden
die zóó handelen, als dwazen, als beesten.
Schaam u, zegt het rustige deel, en het onrustige antwoordt,
dat het zich niet behoeft te schamen't ligt in de lucht
bij broeiend weêr moet het onweer losbarsten, het kan
niet anders; eerst als de razernij voorbij is, komt de
onmacht. Ik gal'mijne vrouw slechts in geringe, zeer geringe
mate aanleiding tot heftigheid; 't heeft gedonderd,gebliksemd,
gestormd, geregend, ergo er moet mooi weêr komen
en het kwam, doch was van korten duur; reeds den
volgenden dag was de lucht weer zwaar bewolkt.
Je nette dame heeft je gisteren aardig met een kluitje
in het riet gestuurd.
«Hoe zoo?"
Wel, de meid heeft heden het tafelkleed over onze
bloemen uitgeschud, en hoor je wel hoe hard ze loopt? Dat
doet dat schepsel om me te plagen. Ik open de tuindeur;
waarachtig, al de rommel der kinderen ligt op en tusschen
onze bloemenik luister en hoor dat de deern den looper
uitklopt op het portaal.
Ik trek me weder 't harnas aaneen costuum waarin
mijne vrouw me het liefst ziet, dan heeft ze me slechts
het zwaard in de hand te geven en ik storm er op los.
Nu ben ik een goede, een allerliefste vent, 'k word zelf
omhelsd, zoodra zij ziet, dat ik den stoot zal geven waar
haven tegenstander staat.
Ik was voornemens naar boven te gaan, de meid den
tapijtklopper uit de hand te slaan. Plotseling echter
keerde de windthans is mijne vrouw koudbloedig, ze
weerhoudt me; blijf hier, ik zal met den heer van de
meid spreken; dien heer maakt op mij altijd een aan-
genamen indruk.
«Dien lieer op jou?" Waarom niet? Zijne vrouw
maakte immers op jou ook een aangename» indruk? Hou
je rnaar kalm, ik zal het wel met hem klaar spelen, hem
wel beduiden, dat gebunrschap zóó niet kan en mag wezen.
Nu, ik had er vrede mee, doch onwillekeurig dacht ik,
zou ze ook zoo kalm gebleven zijn, als ik kalm gebleven
was? Inconsequentie, uw naam is vrouw.
Doch juist door te handelen zooals wij doen, beoordeelt
het publiek ons geheel verkeerd. «Me man is zoo opvliegend,
verhaalt me vrouw aan elk die het hooren wil, ik moet
hem altijd kalmeeren". Wijs ik haar later op het spel
wat zij met "de vrienden en met mij speelt, dan is liet
antwoord: »'t publiek behoeft alles niet te weten".
Nu, ga je gang, spreek met mijnheer boven. Lang sprak
ze met hem, eindelijk keerde ze op 't aardrijk weder.
«Maar kind sprak ik, wat heeft die conferentie
lang geduurd, ook ik kan jaloersch worden". Hare pogen
glinsterden. De zaak is in orde, zeide zo rustig en eenvoudig,
alsof zooiets vanzeïve sprak.
De huisvrede was hersteld, dacht mij, ik kon in'n uiltje
gaan knappen, ik zet me in een gemakkelijke stoel, rek me
welbehaaglijk uit, sluit m'n oogen
Tingeling, tingeling.
De meid gaat naar voren en keert met een brieft in de
hand in de kamer terug.
«Voor mij?" vraag ik.
Voor mevrouw.
«Lientje! er is een brief voor-je.
Met oogen als een kat, die, op de melkkan loerend, zich
houdt of ze slaapt, bespied ik m'n wederhelft, en met schrik
bemerk ik, dat de inhoud van het epistel werkt als een
kool vuur in een buskruitvat.
«Zoo'n brutale feeks!" meer wil er niet uit. De
brief wordt me in de hand gestopt en ik lees: «Mevrouw,
als u gelooft met mijn man te kunnen spreken over
huiselijke zaken, die mij, als vrouw des huizes, alleen aangaan,
dan vergist u zich, en met deze verklaar ik n, dat de meid
van mij last heeft ontvangen, ook in den vervolge, niet op
andere lieden te letten. Clara Wespensteek".
Dan verlaten we dit huis, proclameert mijne vrouw!
Eerst eene andere woning zoekenis die gevonden, dan
die verschrikkelijkste aller wagens behalve de rouwkoets
de verhuiswagen. Reeds zie ik het inpakken; reeds hoor ik
't gevaarte wegrijdenreeds ontwaar ik, bij het uitpakken,
dat het beddegoed in nauwe aanraking met de koekepan
is geweest; de oliekruik een deel barer inhoud aan m'n
boeken heeft geschonken; 'lc zie gebroken porselein en
spiegels, een troep vreemd volk in huis. De vloerkleeden
zijn te klein, de gordijnen te kort ofte smal, het denk beeld
alleen aan zooveel ellende maakt me wanhopig. «Lientje,
wees kalm, zeg ik zoetsappig, ik zal met den huisheer
spreken".
Ik ga daarheen, deel hem, in geuren en kleuren, de
onaangenaamheden, die van boven komen, mede, verzoek hem
tusschenbeide te komen. liet gaat niet, de man zoekt
uitvluchten, en eindigt met de bloemzoete schimpscheid
«Ja, m'n waarde heer, wat zal ik u zeggen, vrouwen zijn
een raar volkjeook ik heb zoo'n product, kan er dus over
oordeelenstaal en ijzer zijn hard, men kan die metalen
niet gemakkelijk vereenigen. Natuurlijk houd ilc u liefst als
huurder, maar ik kan mij niet in de twisten der huurders
mengen, geen partij kiezen".
Zeker ben ik, dat de man hetzelfde aan de buren van
boven zal zeggen 1 't Is waar, de man moet laveeren als
een schipper bij contrariewindhij moet rechts en links
knikken. Jawel, jawel, ik begrijp den man, zijne huurders
liggen hem allen even na aan zijn huisheerlijk hart, mits
ze pront betalen.
Verhoudingen, vooruitzichten, eigenbelangen vormen de
karakters der menschenmen kan niet zeggen, niet doen,
niet laten wat men wil.
Met loome voeten keer ik in miju gezellig huis terug,
verhaal m'n wedervaren, en besluit m'n oratie met: «Kom,
lieve Lientje, laten we ons die nietigheden maar niet aan
trekken".
Daar gingen de poppen opnieuw aan het dansen. «Noem
je dat kleinigheden Nou, blijf jij dan hier, ik blijf geen
uur meer in dit huis, begrepen?"
Ik ken m'n Lientjeals ze zoo spreekt, valt er met haar
niets meer aan te vangen. Nu, dan in godsnaam maar
verhuizen; rol voort, vreeslijke meubelwagen.
Die vrouwen, ach, die vrouwen
W.S.W. Bs.
Burg;ei'l(jko Htand vau Ziorlk/ee.
gebo ren:
6 Dec. Een zoon van A. J. Ribbens en A. Enzlin.
Een zoon van J. Viergever en C. Hanse.
gehuwd:
2 Dec. J. Geradts, 44 j. en W. de Jonge, 35 j.
overleden:
2 Dec. J. Kloet, 23 j., ongeh. z. 7 dito. II. W. van
der Have, 4 j., z.
MARKTBERICHTEN.
Dordreclit, 8 December.
Tarwe. Jarige puike Z., VI. en Overm. f 6,a l 6,50
Dito goede f 5,30 a f O,—
Nieuwe puike Zeeuwsche, VI. en Overm. f 6,50 a f 7,10
Dito goede f 6,— a f 6,40
Dito mindere en blauwe f 5,50 a f 6,
D«to zomer f 5,50 a f 6,
Dito Canada f 5,— a I 5,50
Rogge. Zeeuwsche, Vlaamsche en Overm. f 5,— a f 5,50
Gerst. Winter-, Zeeuwsche en Vlaainsehe f 4,50 a f 4,80
Dito dito gestort f 5,10 a f
Dito dito Overmaassehe en Flakkeesche f 4,a f 4,30
Dito Zomer-, Zeeuwsche en Vlaamsche I 4,a f 4,30
Dito dito Overmaassehe en Flakkeesche f 3,80 a f 4,
Chevaliergerst f 5,a f 5,50
Haver, (lange) f 2,80 a f 3,50
Dito (dikke) f 4,— a I 4,30
Paardenbooner. f 6,%a I 6,50
Duivenboonen f G,a f 7,
Witteboonen f 7,a f 7,80
Bruineboonen f 6,50 a f 8,50
Erwten (kook-) f 7,50 a f 8,50
Dito (mesting) f 6,— a f 7,20
Kanariezaad f 15,a f 16,
Oostburg;, 7 December.
Ter Graanmarkt van lieden was de aanvoer weder ruim,
doch de kooplust zeer klein, vooral voor Tarwe, die opnieuw
lager moest worden afgeven. Van overige artikelen behielden
de beste monsters omtrent prijs. Mindere soorten echter
eveneens lager.
Men besteedde heden voor:
Nieuwe Tarwe f 5,—, f 5,50 a f 6,50
Nieuwe Rogge f 5,—, f 5,10 a f 5,25
Nieuwe Wintergerst f 4,f 4,50 a I 4,75
Nieuwe Zomergerst f 3,75, f 4,a f 4,10
Haver f 2,75, I 3,— a I 3,25
Paardenboonen f 5,50, f 5,75 a f G,
Groene Erwten f 6,50, f 7,— a f 8,
Middelburg, 8 December.
Ter Graanmarkt van heden was, bij redelijken aanvoer,
de kooplust voor de meeste artikelen vrij levendig.
Nieuwe Tarwe f a f 6,50
Rogge f 5,50 a f
Wintergerst f a f 4,75
Zomergerst f 4,40 a I
Witteboonen f 7,90 a f 8,—
Bruineboonen f 8,a f
Paardenboonen f G,— a f 6,25
Tuinboonen f G,50 a f
Kleine Groene Erwten f 9,— a f 9,50
Koolzaad f 9,a f
Versche Boter per kilo. f 1,05 a I 1/15
Eieren per 100 stuks f 6 80
Goes, 6 December.
De aanvoer van alle artikelen was vrij ruim, naar Winter
gerst was veel vraag. Volgens noteering werd veel verkocht.
Nieuwe Tarwe f 5,50 a f 6,25
Rogge f 4,90 af 5,15
Wintergerst f 4,a f 4,40
Zomergerst f 4,_ a f 4^10
Haver f 3,— a f 3,10
Kookertwen f 8,a f 8,80
Bruineboonen f 7,20 a f 8,25
Paardenboonen f 6,25 a f
Boter per K.G. f 1,30 a f 1,54
Eieren per 100 stuks f 5,20 a f 6,40