8
Zierikzee, 8 Febr. Het departement van Nij
verheid was heden voor het eerst in 1892 vergaderd
ten huize van de Wed. Eanaar.
Tengevolge van het heerschen der influenza was de
Januari-vergadering achterwege gebleven. De vergade
ring wasniettegenstaande hier nog veel zieken
en half herstelden zijn, zeer goed bezocht. By de
opening der vergadering wjjdde de voorzitter een enkel
woord aan de nagedachtenis van den heer Labryn,
die onlangs plotseling is overleden. Yerder deelde hy
mede, dat de heer S. G. Nauta van der Grjjp wegens
gevorderden leeftjjd ontslag heeft genomen als lid.
De aftredende maakte deel uit van de oprichters van
het Departement, was steeds bestuurslid, gedurende
vele jaren voorzitter en ten slotte eere-voorzitter. Een
woord van dank en hulde, meende de voorzitter, mocht
niet achterwege bljjven.
Na behandeling van eenige huishoudelijke aangelegen
heden en ingekomen stukken, hield de heer J. A. de
Brnyne eene voordracht *over de opleiding voor het
ambacht iu den vroegeren tjjd en tegenwoordig."
Terugkeerende naar de middeleeuwen, beschreef Spr.
de toenmalige werking van het Gildewezen, dat in
verband met de toestanden van dien tyd zeer heilzaam
werkte, getuige den hoogen graad van ontwikkeling,
dien de kunstnyverheid bereikte. Van lieverlede ont
aardde echter het Gildewezen in monopolie en familie-
regeering. Het verval der kunst hield daarmede gelyken
tred en ongeveer een eeuw geleden weiden de gilden
opgeheven en de ambachts-nij verheid vrijgemaakt.
Aanvankelyk bracht die vryheid weinig vrucht
vooral het gemis aan goede opleiding deed zich ge
voelen. Geleidelyk heeft eindelijk de vrjjmaking ten
goede gewerkt en zoo is de tegenwoordige toestand
geboren geworden, waarin de kunstnijverheid weer in
aanzien is gestegen en de ambachts-nijverheid alge-
meenen steun vindt, in het bijzonder voor de opleiding
en vorming van ontwikkelde werklieden. Als middelen,
die daartoe dienen, noemde Spr.:
1°. de zorg voor algemeen ontwikkelend onderwijs
2°. vakopleiding door ambachtsscholen
38. het examen- en livrettenBtelsel.
Omtrent elk dezer 3 punten stelde Bpr. de eischen
in het licht en gaf hy menigen praktischen wenk
ter verbetering van het bestaande. Ook namens de
vereeniging Volksonderwijs" beveelt hy aan, dat
werkgevers by het aannemen van leerlingen zooveel
mogelyk als eisch zullen stellen, dat de jonge lieden
een getuigschrift overleggen van genoten voldoend lager
onderwijs. Hy eindigt met eene warme aanbeveling
tot medewerking, speciaal om de ambachtsschool te
steunen, en voorts naar aanleiding van eene circulaire,
uitgaande van eene commissie uit de Maatschappij van
Ny verheid en de vereeniging >Arti et Industriae" het
doel dezer commissie te bevorderen »om aankomende
patroons en werklieden in de gelegenheid te stellen
tot het afleggen van proeven van bekwaamheid in
hun vak", voorloopig in de vakken Timmeren, Meubel
maken, Smeden, Koperwerken en Huisschilderen.
Nadat uit het gesprokene zioh nog eenige gedachten-
wisseling had ontsponnen, voornamelijk tusschen den
heer W. Koole en den heer de Bruyne, sloot de voor
zitter, onder dankzegging aan den verdienstelijken
spreker, de vergadering.
Onder het opschrift Licht, meer licht!" schrjjft
het Rolterdamsch Nieuwsblad:
De milicien A. C. de Jonge, van het 3e reg. infanterie,
werd in den afgeloopen zomer verpleegd in het mili
tair hospitaal te Vlissingen. De vader meende reden te
hebben zich te beklagen over mishandeling van dien
jongeling. De zaak werd onderzocht en »ten duide
lijkste" bleek zóó luidt de officieele inlichting
dat de oude De Jonge zich aan •schromeljjke over
drijving" had Bchuldig gemaakt. Op zijne aanvrage
had een tweede onderzoek plaats, evenals de eerste
maal op last van den geneeskundigen inspecteur inge
steld door den dirigeerenden officier van gezondheid
le kl., hoofd in het Ille district van den militairen
geneest, dienst. Veertien dagen later werd de milicien
De Jonge voor den militairen dienst ongeschikt ver
klaard en bij herkeuring uit den dienst ontslagen.
Is die ongeschikt-verklaring het gevolg geweest van
de behandeling in het hospitaal? Officieel wordt het
niet gezegd. Maar ook het tegendeel wordt niet
beweerd. En waartoe dieDt dan de vermelding? Wat
heeft deze mededeeling uitstaande met de gevraagde
inlichtingen omtrent de beweerde mishandeling?
Deze vraag stellen wjj met grooten ernst. Want de
zaak is blijkbaar niet in den haak. Immers, het is ook
officieel gebleken, dat by de behandeling van den
milicien De JoDge in het militair hospitaal te Vlis
singen eene toepassing heeft plaats gehad van hulp
middelen, welke de Minister Berganeius minder oorbaar
achtte. In die zaak is niet alleen gemoeid geworden
de inspecteur van den geneeskundigen dienst der
landmacht, maar ook de advocaat-fiscaal voor de zee-
en landmacht.
Ondanks de ischromelijke overdryving" derhalve,
waarmee de autoriteiten alweer gereed waren, bljjkt
't hier dus werkelyk een ernstig geval te zijn.
Maar het publiek krjjgt er niets meer van te
weten.
De correspondentie en de daartoe betrekkelijke stukken
zjjn voor de leden der kamer ter visie gelegd.
Er was nog een klacht van den milicien zelf, die
aan zijn compagnies-commandant schriftelyk verzocht
zou hebben om, op grond van de rechtspleging bij de
landmacht, voor een krjjgsraad te mogen terechtstaan,
om zich te beklagen over onverdiende straf. Ook
daarover zyn rapporten, die alwederom voor de leden
ter inzage zijn gelegd. Ditmaal wordt door den minister
aan de kamer de overtuiging opgedrongen, dat in deze
aangelegenheid, »door de betrokken militaire autoriteit
met nauwgezetheid is gehandeld."
Dien indruk hopen ook wy te krjjgen by de aan
staande behandeling van deze zaak in de Tweede
Kamer. Ook het publiek moet ten volle met deze
zaak bekend worden. Maar wy dienen ook wat meer
te weten dan dat met nauwgezetheid is gehandeld.
Dd&raan twyfelen wy niet. Wy moeten echter weten
of in het militair hospitaal door niet-autoriteiten met
humaniteit is gehandeld. Daarop komt 't aan. Daarop
komt 't aan niet alleen voor den betrokken persoon,
van wie moet blyken of by in het hospitaal, in
plaats van genezen, ongeschikt is gemaakt voor den
dienst, maar ook in 't belang van den goeden naam
Qnzer militaire inrichting, juist thans, nu de algemeene
Door den Gouv.-Gen. van Ned.-Indië is geplaatst
in het gouvernement Sumatra's Westkust, de ambte
naar C. E. Verbeke.
De nieuwbenoemde commieB der posteryen B.
Boogaart te Middelburg, wordt werkzaam gesteld ten
postkantore te Breda.
Te Zaamslag worden pogingen aangewend de
totstandkoming van een zuivelfabriek te bevorderen.
De Provinciale Staten van Noord-Holland hebben
met 30 van de 59 geldige stemmen gekozen tot lid
der Eerste Kamer den heer A. Prins, oud-lid dier Kamer.
Kleine oorzaken hebben dikwijls groote gevolgen.
Dat ondervindt men thans te Schiedam.
In het najaar van 1891 werd op het terrein der stede
lijke gasfabriek gevonden een groote party cokes, welke
daar sedert jaren lagen opgehoopt en geheel en al met
koolteer doortrokken waren.
Voor den geregelden verkoop waren deze cokes niet
meer geschikt. Men besloot ze toen op te ruimen voor
10 et., per hectoliter. Men kan begrijpen, dat van dit
koopje door zeer velen werd gebruik gemaakt. Maar
toen men de cokes in kachels en in fornuizen ging
Btoken, verspreidde zy een hoogst onaangename koolteer
lucht. In de geheele stad kon men dezen onaangenamen
reuk opmerken.
Evenwel had het verspreiden van dien koolteerdamp
een hoogst gunstige zijde, want men schryft het
daaraan toe en mogelyk niet zonder reden dat
Schiedam bevrijd bleef van de influenza; een feit toch
is het, dat de ziekte, welke thans byna overal woedt,
daar slechts sporadisch voorkomt.
Aldus een bericht aan de Tijd. Geheel onmogelyk
is deze veronderstelling niet. Men wei t toch hoe
vroeger by het heerschen van epidemieën van wege
gemeentebesturen bevel werd gegeven teertonnen te
branden.
In zake van den bekenden diefstal van effecten,
te Naarden gepleegd, wordt gemeld dat C. van Wegen
uit de gevangenis is ontslagen, nadat in de afgeloopen
week te zjjnen huize en te Bussum huiszoekingen
hadden plaats gehad.
Eene vrouw te Tilburg heeft eene aanklacht
ingediend tegen eene buurvrouw, omdat deze haar by
een twist heeft toegevoegd: »Je bent een bacterie!"
Het volgende vermakelyke geval deed zich dezer
dagen te Ginneken voor:
Terwjjl de jager K. in zyn bosch aan het jagen was
op schadelyk gedierte, kwam een in die gemeente pas
aangestelden ambtenaar voorbjj, die hem verzocht de
vereischte vergunningsacte te toonen. Eenigszins 'ver
rast antwoordde de jager, dat hy deze niet bij zich
had, doch daar hy dicht bij huis was, zou by ze spoedig
halen.
De ambtenaar nam het geweer in bewaring en
wachtte. Intusschen kwam de veldwachter H. voorby
en deze, den gewapenden ambtenaar ziende en hem niet
kennende, meende reeds een goeden vangst te doen.
Eensklaps Bpringt hij van achter het bosch je te voor
schijn, en pik, ik heb je!
In weinige oogenblikken echter werd de zaak opge
helderd, kennis gemaakt en ging ieder, ook de inmiddelB
teruggekeerde jager, hartelyk lachende huns weegs.
opinie zich zoo druk bezighoudt met de kwestie van
den persoonlijken dienstplicht en zoovele ouders zich
met bekommering afvragen of zy hunne zoons met
volle gerustheid, physiek en moreel, aan den militairen
dienst kunnen toevertrouwen.
Hier is 't, dat men met ernst moet vragen om
•licht, meer licht 1"
Een twintigjarig persoon van Huisduinen, die
Donderdag, terwyl hij in de duinen bezig was met
stroopen, door een jachtopziener in den hals werd ge
schoten, is aan de gevolgen overleden. Door de justitie
is een streng onderzoek naar het gebeurde bevolen.
HERIJK.
Wy herinneren den belanghebbenden dat de herijk
der maten en gewichten plaats heeft voor:
Zierikzee, ook voor Kerkwerve, 16, 17, 18, 19, 20,
22, 23, 24, 25, 26 en 27 Februari.
Brouwershaven, ook voor Duivendijke, 3 en 4 Maart;
Zonnemaire, 5 Maart des voormiddags; Noordgouwe 5
Maart des namiddags; Dreischor7 Maart; Elkerzee,
8 Maart des voor middags; Ellemeet 8 Maart des na
middags; Renesse 9 Maart des voormiddags Noordwelle,
ook voor Serooskerke (Schouwen), 9 Maart des namiddags;
Haamslede, ook voor Bnrgh 10 Maart; Ouwerkerk 11
Maart des voor middags; Nieuwerkerk 11 Maart des
namiddags; Bruinisse 12 en 14 Maart en Ooslerland
15 Maart.
Het Haagsche krankzinnigengesticht.
Daar de redactie van het Dagblad voor Nederland
zich nader wilde overtuigen van deD normalen geestes
toestand van mevrouw de wed. StuteD, in verband
met haar hoogst belaDgryke onthullingen over het
krankzinnigengesticht te 's Hage, bracht een harer
leden of haar correspondent te 's Hage aan die dame
een bezoek en geeft daarvan het volgend verslag:
Hoewel haar brochure hierin reeds eenig licht gnf,
stelden toch ook wy haar persoonljjk deze vraag, mede
omdat wy er meer van wenschten te weten. Zy ant
woordde:
Ik had de onvoorzichtigheid, in het geslicht mjjn
voornemen te kennen te geven om de gruwelen bekend
te maken, waaraan de patiënten blootstaan. Daarvoor
was men zeer beducht, en ik twijfel geen oogenblik
of men had my doodgemarteld, om dit te voorkomen.
Geen acht dagen had ik het zoo langer uitgehouden.
Hoe komt het, dat uw zoon u zoo laat verloste?
Omdat hy alleen door toeval en langs een omweg
te weten kwam wat er met my voorviel.
Hield hjj zich dan niet geregeld van uw toestand
op de hoogte?
Eiken dag liet myn zoon naar my vragen en
of ik hem wenschte te zien, maar men hield er mij
onkundig van en zeide hem dat ik hem niet wilde
zien!
Dus, toen het niet gelukte u langer vast te
houden, wilde men u onschadelijk maken door u als
niet hersteld ontslagen ongeloof baar te maken in de
maatschappij
Ja, het bleek zelfs zeer duidelijk eenige dagen
voor mijn vertrek. Een der gemeeDBte oppasseressen
zeide toen gierend van het lachen tot den eersten
geneeskundige Reeling Brouwer: »Dokter, als ze eruit
komt, wil ze ons in Eet Vaderland laten zotten, waarop
de dokter eveneens lachend en in zjjn handen wrjjvend
antwoordde: »Jammer, Marie! dat wy er wel voor
zullen zorgen, dat de mei schen het niet gclooven
Om dezelfde reden en uit een collegiaal gevoel tegen
over dr. Reeling Brouwer bleef ook myn geneesheer
buiten het gesticht, dokter Tellegen, hoewol ik reeds
26 October 1890 ontslagen ben, weigeren, mij een
advies van herstel te geven. Eeist onder pre6Bie van
aoderen gaf by een verklaring van twyfelacbtigen
inhoud.
Maar dr. Teilegen zal toch een reden hebben
moeten geven waarom hy bezwaar maakte, u het ver
langde advies te geven?
Ja! Hy zeide dat ik nog allerlei rare dingen deed.
En die rare dingen bestonden volgens hem hierin, dat
ik aan enkelen mjjner vroegere lotgenooten een
cadeautje had gegeven, dat ik de ongelukkige derde
klas-patiënten had onthaald, eu dat ik een zeer geachte
familie hier ter Btede ben gaan mededeelen hoeschandelijk
haar dochter in 't gesticht werd mishandeld
En de rechtbank, waarom helpt die u niet?
Hierop antwoordde mevrouw Stuten in hoofdzaak:
Regenten van het gesticht zyn o a. baron Calkoen,
Jhr. De Savornin Lohman en Mr. Hanlo, lid van den
Hoogen Raad der Nederlanden.
Men bericht nog nader over deze zaak
De thaus door mevr. Stuten geopenbaarde gruwelen
uit het krankzinnigengesticht aan het Slijkeinde in
Den Haag worden volgens het Dagblad voor Neder
land al jaren en jaren gepleegd, een beweren, dat
niet steunt op een los vermoeden, maar gegrond is op
een zelfstandig onderzoek, dat de redactie van dat
blad in de nu afgeloopen week heeft ingesteld by vijf
verschillende personen.
•Met een gevoel van diepen weemoed voor onze
deerniswaardige medemenscheu en ook van schaamte
voor ons land zoo schryft dat blad ontwaarden
wij, dat de ons gedane mededeelingen, in hare huivering
wekkende, onderlinge eenstemmigheid, het bewys
leveren, dat de grofste mishandelingen der patiënten
regel is geweest, sinds jaar en dag, en maar steeds
door regel is gebleven onder de elkaar opvolgende
directeuren, dokters, regenten en inspecteurs!
•Onze inlichtingen toch reiken ruim twintig jaar
terug en werden ons, voor zooveel dien tyd betreft,
verstrekt door ooggetuigen, een man en vrouw, die
jaren lang achter den tuin van het krankzinnigen
gesticht hadden gewoond en dus kunnen verbalen wat
daar dagelyks onder hunne oogen is geschied. Zy
maakten geen oogenblik bezwaar ons de verlangde
inlichtingen te verstrekken en voor de waarheid daarvan
in te staan met hun naam, dien wij de vryheid hebben
te publiceeren; het zyn de heer en mejuffrouw Wanders,
Koningsstraat 160 aldaar.
•Jarenlang zoo verklaarden zy is ons daar
het leven vergald door hetgeen wy er te zien en te
hooren kregen: het weenen en gillen der mishandelde
krankzinnigen.
Gebeurde het dik wjj ls dat patiënten werden
mishandeld? Vroegen wy.
Er ging geen dag voorby; het was regel, alle
patiënten werden geelagen, soms met den sleutelbos
aan een touw, geduwd, gesleept en op allerlei andere
wyzen mishandeld onder onze oogen.
Herinnert gy u ook bepaalde gevallen?
O, ja, genoeg. Zoo was er eene juffrouw Van
Th. die dikwyls niet hoorde als ze voor het eten
werd geroepen; dan kwam er een oppasseres, die
pakte haar op de ruwste wjjze by den kraag eu duwde
haar snel vooruit, onder tiet schatergelach van het
overige personeel. Ean ander, een jongmensch, Voet
geheeten, werd op den duur geranseld met den sleutel
bos; als zijn familie kwam, liep dezelfde beambte die
hem dat aandeed, heel lief met hem aan zyn arm door
den tuin te wandelen. Dan hebben wy er een dame
in zien brengen, een officiersvrouw, krankzinnig ge
worden na hare bevallingdeze veroorloofde zich eens
in 't gras te gaan liggen; toen kwam de directeur
zelf toenmaals zekere 't Hoof naar wy vernemen
die pakte haar onbeschaamd by allebei de beenen
en sleepte haar zoo met de beenen in de hoogte door
den tuin, om haar in een auderen hoek neer te
smjjten! Wy hebben onmiddellijk den echtgenoot van
de ongelukkige gewaarschuwd, met dit gevolg, dat
ze twee dagen later het gesticht had verlaten. Ook
was er indertijd een zeer deftige meneer iü, zeker een
officier, die wel eens de gewoonte had het bovenlichaam
te ontblooten en zoo, alsof hy moest duolleeren, ging
staan schermen tegen een boom, dan kwamen er
knechts toegeschoten, die hem ranselden op het naakte
lichaam zóó verschrikkelijk, dat geeseling niet erger
kon zijn.
Schelden, vloeken, tergen, slaan, was aan de orde
van den dag, het was stelsel. Deze bepaalde staaltjes
noemden wij u slechts, omdat ze ons nog zoo helder
voor den geest staan. Wij willen er u nog een noemen:
een van de ergste die wij hebben bygewoond. Het is
de geschiedenis van een idioten Scheveningschen jongen,
die niemand kwaad deed, maar terwille van de bad
gasten moest worden opgeruimd en in het gesticht
werd gebracht. Wat die ongelukkige daar heeft geleden,
is niet te zeggen. Zyn moeder mocht hem nooit zien
en menigmaal hebben wij haar daarom in de gelegen
heid gesteld van uit onze woning haar ongelukkig
kind, dat ze zielslief had, gade te slaan. Eens op een
morgen zagen wy, dat de knechts hem beetpakten en
omdat hy geen tabak lustte, zyn mond vol propten
met tabak, zoodat hij er byna in stikte, waarna hjj
nog met de sleutels werd afgeranseld. Daarop zagen
wij hem in geen twee dagen, tot eiodeljjk zyn moeder
bij onB kwam, opgetogen vau bljjdachap, omdat ze
bericht gekregen had haar zoon te mogen halen.
Een oogenblik later kwam zij terug, wanhopig van
droefheid met haar zoon in een rjjtuig; hjj was bijna
stervende en beklaagde zich bitter over hetgeen hij
geleden had, wyzende in zjjn mond, waar de tabak
nog in zat; den volgenden dag was bij dood.
Dit geschiedde alles onder den vorigen directeur,
niet waar?
Ja, dat was een onmensch. Welk e9n geest dien
man bezielde tegenover de krankzinnigen, kan u het
best nagaan uit het feit, dat wjj hem eens tegen een
nieuw aangekomen knecht hoorden schreeuwen: »En
jjj, die ik dacht dat paarden kon dresseeren, kan jjj
geen gek dresseeren?!"
Heeft u er den tegenwoordigen directeur ook
gekend? En wat is dat voor een man?
Ja. Wjj hebben nimmer gezien dat bjjzelf de
patiënten mishandelde, zooals de vorige deed, maar
wel hebben we gezien, dat de patiënten onder zyn
oogen mishandeld werden. Hjj deed er niets tegen,
maar liep weg.
Heeft u naar aanleiding van al wat u zag nooit
eens moeite gedaan om de regenten van het gesticht
te waarschuwen?
Ja zeker. Naar aanleiding van dat geval met dien
ScheveniDger ben ik gaan klagen; eerst ging ik naar
een regent, den heer Maas Geesteranus, die dood
eenvoudig zei, dat hjj van de week geen zitting had
of zoo iets, maar dat ik maar eens naar een ander
moest gaan, naar den heer Schuurbeque Boeye. Dien
kon ik niet een9 te spreken krjjgen, waarop ik hem
liet zeggen, wat ik te zeggen had door den knecht,
die daarop terugkwam met de boodschap, dat het
laster was en dat ik wel voorzichtig mocht wezen
Toen ben ik naar een regentes gegaan; daar werd ik
wel ontvangen, maar die vond, dat de beh?.ndeling
in het gesticht heel lieiderjjk was! Ea dat ik maar
eens naar den dokter moest gaan, die zou me wel
anders vertelleD. Nn, ik ging naar den dokter, destyds
dokter Stark. Ik herhaalde bjj hem de vraag die ik ook
elders deed: »of er geen ander middel was om krank
zinnigen te genezen dan mishandeling?" Hjj werd
woedend, sloeg zoo op de tafel dat de inkt uit zijn
inktkoker sprong, dreigde mjj met de politie te laten
vervolgen en wees me de deur! Van vervolging
door de politie heb ik aooifc iets gemerkt!
En ook geen verbetering na dien tjjd?
Volstrekt niet. Integendeel, eenigen tjjd daarna
ranselde een knecht weer een patiënt af onder mjjne
oogen en zeide er bjj: »ga jjj nou maar klagen, al
hang ik ze hier op aan den hoogsten boom, dan maak
je me nog niks; als ze hier zjjn, dan zjjn ze ons!" Die
knecht v. d. WLater werd hjj weggejaagd,
omdat hjj
Zoo, dus op zedeljjk gebied
O, meneer, zwjjg daarvaD, dat kan en wil ik u
niet alles vertellen.
KERKNIEU W8.
Benoemd tot Kerkvoogd bjj de Herv. gem. te
Zierikzee, in plaats van wjjlen den heer C. J. van
Zandjjk, de heer M. Koole Rz.
In de Ned. Herv. Kerk kwamen in 1891 161
predikantsplaatsen open en werden 158 vervuld. Op
1 Jan. 1892 waren 375 plaatsen onbezet. Volgens de
Wageninger zal dat getal weldra tot 350 dalen. De
Kerk. Ct. zegt echter, dat men geen reden tot gerust
heid heeft. Immers sedert jaren zjjn tot de Evangelie
bediening minder toegelaten dan noodig waren om in
de geregeld ontstaande vacaturen te voorzien. En nu
het getal studenten in de theologie toeneemt komen
er nog jaarljjks 20 tot'in de 30 plaatsen open, die
niet kunnen worden vervuld. Er zyn dus buitengewone
maatregelen noodig om het ontbrekend getal aan te
vullen.
Aanbestedingen, Verkoopingen, enz.
Camperland, 8 Febr. Door notaris J. de Vos
weid heden in de herberg van Broekhoven, ten ver
zoeke van den heer H. Filipse e.a. geveild:
le perc. Een kruidenierszaak met het recht van ver
gunning en annex timmermans-werkplaats, verkocht
aan den heer C. van Hee te Wissenkerke voor ƒ3000.
De kooper van perc. 1 betaalt voor losse goederen
bovendien nog J 100;
2e perc. Huis met tuin werd gecombineerd met het
3e perc. (boomgaard) verkocht aan den heer A. Aar-
noudse te Camperland voor 1200;
4e perc. Huis met erve, verkocht aan den heer A.
Abrahamse te Camperland voor 305;
5e perc. Huis met erve, verkocht aan den heer Jacob
Leendertse te Camperland voor 180
6e en 7e perc. Huizen met erven, werden gecombi
neerd verkocht aan den heer C. van Hee te Wissen
kerke voor 600;
8e, 9e en 10e perc. Huizen met Erven, werden ver
kocht (gecombineerd) aan den heer Izaak Reynhout te
Camperland voor 910.
Voornoemde perceelen liggen allen te Camperland.
Onkosten waren 13
Te Noordgouwe is het bouwen van een genees-
heerswoning met koetshuis en stallen, na aanbesteding,
gegund aan den minsten inschrijver, den heer Jacob
van der Werf aldaar voor 6470.
Behalve de laagste inschrjjver, hadden nog inge
schreven de heeren: T. F. Wisse te Zierikzee voor
ƒ7189; A. Hejjboer te SerooBkerke voor 7150; A.
Remeeus te Zcmnemaire voor 7000; W. Koole te
Zierikzee voor 6560D. Akkerdaas te Noordgouwe
voor 6490P. Vink, idem, voor 6476.
L A N D B O U W.
Vébruari-keuringen in 1892.
Op de van 8 tot 10 dezer gehouden paardenkeuringen
in deze provincie werden aangeboden
Middelburg, ter mededinging naar uit
geloofde prjjzen 4 7
ter inschrjjving in het
N. P. S3 5
opgenomen in het N. P. S. 2
Cortgene, ter mededinging naar uit
geloofde prjjzen. 14
ter inschrjjving in het
N. P. S12
opgenomen in het N. P. S. 6
Goes, ter mededinging naar
prjjzen8 6
ter inschrijving in het
N. P. S5 15
opgenomen in het N. P.S. 2 6
Oostburg, ter mededinging naar
prjjzen 12 9
ter inschrjjving in het
N. P. S6 15
opgenomen in het N. P.S. 3 6
De keuringen voor de andere plaatsen in de pro
vincie zjjn als volgt vastgesteld:
Hulst 15 Februari, elf uur.
St. Maartensdjjk 16 half twee
Zierikzee 17 negen
Aangegeven zyn voor het:
Vierde keuringsdistrict:
Hulst, 5 fokhengsten, 2 tweejarige hengsten, 14 merriën.
Eerste keuringsdistrict te:
St. Maartensdjjk, 3 tweejarige hengsten, 9 merriën,
Zierikzee, 3 fokhengsten, 2 tweej. hengsten, 10 merriën
en een groot aantal paarden ter inschrjjving in het
Ned. Paarden-Stamboek; bovendien worden hiervoor
nog aangiften aangenomen op den dag der keuring.
De uitslag kan niet vermeld worden, voor alle
keuringen afgeloopen zjjn en de handelingen der Com
missie door het Hoofdbestuur der Maatschappij tot
bevordering van Landbouw en Veeteelt zjjn goedgekeurd.
Ingezoxulen Stukken.
Mijnheer de Redacteur 1
Mag ik U beleefd vragen om een plaatsje voor het
onderstaande in UEd.s geacht blad?
Ik stel mij wel niet veel succes voor, als meenende
dat bietentelers niet allen met mij zullen instemmen,
doch er wordt over bieten toch zooveel geschreven,
dat kant of wal raakt, dat eene kleine reclame mijner
zijds ook wel niet zooveel kwaad zal doen.
Ik las dan de vorige week in de N. R Ct., rubriek
«Landbouw", een schrijven, ingezonden door den heer
Meerman van Vos te Leur.
Met het eerste gedeelte van dat schrijven kan ik
mij en zal ieder rechtgeaard bietenteler zich ook zeker
kunnen vereenigen, doch een paar der slotpunten
kwamen mij voor, wel wat naïef te zijn. Genoemde
heer schijnt nog wel steeds van meening, dat bieten
telers (landbouwers) weinig meer zijn dan ossen. Ik
ben nochtans van eene andere meening, n.l.: dat
fabrikant en bietenteler zijn twee koopliedendie
tegenover elkander de meeste discretie dienen in acht
te nemen, willen zij hun eigen belang niet beschadigen.
Ook in den N.bode van 2 Febr. j.l. kon men een
stuk lezen, onderteekend «een landbouwer", wat ook
mijns inziens veel te wenschen overlaat om den vrede
te bevorderen.
Beider geschrijf resumeerende, kon ik mjj beter
vereenigen met de rede des heeren Swaving, gehouden
te Goes. Den weg, dien ZEd. daarin aangeeft is, dunkt
mÜi de juiste. Onderling vertrouwen, dat is noodig,
willen twee kooplieden voordeel behalen.
Gaarne geef ik toe, dat de fabrikant een slag voor
heeft, als hij zelf het zaad levert. Doch waarom laat
de bietenteler ook zijn troef niet zien, n.l. de Chili-
salpeter, zonder nog in rekening te brengen de be
zaaiing van versch gescheurde weiden of versch gemest
land? Welke bietenteler zal niet moeten erkennen, dat
Op verzoek van eenige abonné's en met welwillende medewerking van den Heer Postdirecteur deelen
wij bierbjj mede de uren van vertrok en aankomst der post, alsmede de tydstippen van bus
lichting op de dorpen in Schouwen en Duiveland.
Namen der
dorpen.
Uren van
aankomst.
Uren van
vertrek.
Tijdstippen der buslichting.
-Brouwershaven.
6.30
v.m.
3.15 n.m.
12.—
midd.
6.45
n.m.
11.45
v.m.
6.30
n.m.
Bruinisse.
7.—
3.45
11.30
v.m.
8.30
9
11.15
9
8.15
9
Burgh.
7.25
4.10
11.50
7.35
10 50
9
7.20
9
Dreischor.
6.15
3.—
5.—
9
1.45
9
4.45
9
1.30
9
Duivendijke.
7.—
3.45
11.30
8.45
11.15
9
8.30
9
Eikerzee.
7.30
n
4.15
11.—
9
8.15
10.45
9
8.—
9
Ellemeet.
8.15
D
5.—
10.15
9
7.30
9
10.—
9
7.15
Haamstede.
7.15
9
4.—
11.15
9
7.45
11.—
7.30
9
ICerkwerve.
6.—
9
2.45
12.30
n.m.
9.45
12.15
n.m.
9.30
9
Nieuwerkerk.
6.—
2.45
12.30
9
9.30
12.15
9
9.15
9
Noordgouwe.
6.—
2.45
12.30
9
7.30
12.15
9
7.15
9
Noordwelle.
6.30
3.15
12.—
midd.
8.30
9
•11.45
v.m.
8.15
9
Oosterland.
6.15
3.—
12.15
n.m.
9.15
12.—
midd.
9.-
9
Van Bergen op Z.
Van Zierikzee.
Naar Bergen op Z.
Naar Zierikzee.
Naar Bergen op Z.
Naar Zierikzee,
Ouwerkerk.
12.—
midd.
12.45 v.m.
12.45
v.m.
12.—
midd.
12.30
v.m.
11.45
v.m.
2.—
v.m.
3.45 n.m.
3.45
n.m.
2.—
v.m.
3.30
n.m.
1.45
9
Renesse.
6.45
3.30
11.45
v.m.
8.15
n.m.
11.30
v.m.
8.—
n.m.
Schuddebeurs.
5.40
2.25
12.45
n.m.
7.40
12.30
n.m.
7.25
9
Serooskerke.
6.10
2.55
12.20
8.50
12 50
9
8.35
9
Sir-Jansland.
7.—
3.45
5.15
v.m.
2.—
9
5.—
v.m.
1.45
9
Van Bergen op Z.
Van Zierikzee.
Naar Bergen op Z.
Naar Zierikzee.
Naar Bergen op Z.
Naar Zierikzee.
Viane.
11.45
v.m.
1.v.m.
1.
v.m.
11.45
v.m.
12.45
v.m.
11.30
v.m.
1.30
4.n.m.
4.
n.m.
1.30
3.45
n.m.
1.15
9
Zonnemawe.
6.15
9
3.—
12.15
7.15
n.m.
12.—
midd.
7.—
n.m.