8 Zierikzee, 8 Febr. Het departement van Nij verheid was heden voor het eerst in 1892 vergaderd ten huize van de Wed. Eanaar. Tengevolge van het heerschen der influenza was de Januari-vergadering achterwege gebleven. De vergade ring wasniettegenstaande hier nog veel zieken en half herstelden zijn, zeer goed bezocht. By de opening der vergadering wjjdde de voorzitter een enkel woord aan de nagedachtenis van den heer Labryn, die onlangs plotseling is overleden. Yerder deelde hy mede, dat de heer S. G. Nauta van der Grjjp wegens gevorderden leeftjjd ontslag heeft genomen als lid. De aftredende maakte deel uit van de oprichters van het Departement, was steeds bestuurslid, gedurende vele jaren voorzitter en ten slotte eere-voorzitter. Een woord van dank en hulde, meende de voorzitter, mocht niet achterwege bljjven. Na behandeling van eenige huishoudelijke aangelegen heden en ingekomen stukken, hield de heer J. A. de Brnyne eene voordracht *over de opleiding voor het ambacht iu den vroegeren tjjd en tegenwoordig." Terugkeerende naar de middeleeuwen, beschreef Spr. de toenmalige werking van het Gildewezen, dat in verband met de toestanden van dien tyd zeer heilzaam werkte, getuige den hoogen graad van ontwikkeling, dien de kunstnyverheid bereikte. Van lieverlede ont aardde echter het Gildewezen in monopolie en familie- regeering. Het verval der kunst hield daarmede gelyken tred en ongeveer een eeuw geleden weiden de gilden opgeheven en de ambachts-nij verheid vrijgemaakt. Aanvankelyk bracht die vryheid weinig vrucht vooral het gemis aan goede opleiding deed zich ge voelen. Geleidelyk heeft eindelijk de vrjjmaking ten goede gewerkt en zoo is de tegenwoordige toestand geboren geworden, waarin de kunstnijverheid weer in aanzien is gestegen en de ambachts-nijverheid alge- meenen steun vindt, in het bijzonder voor de opleiding en vorming van ontwikkelde werklieden. Als middelen, die daartoe dienen, noemde Spr.: 1°. de zorg voor algemeen ontwikkelend onderwijs 2°. vakopleiding door ambachtsscholen 38. het examen- en livrettenBtelsel. Omtrent elk dezer 3 punten stelde Bpr. de eischen in het licht en gaf hy menigen praktischen wenk ter verbetering van het bestaande. Ook namens de vereeniging Volksonderwijs" beveelt hy aan, dat werkgevers by het aannemen van leerlingen zooveel mogelyk als eisch zullen stellen, dat de jonge lieden een getuigschrift overleggen van genoten voldoend lager onderwijs. Hy eindigt met eene warme aanbeveling tot medewerking, speciaal om de ambachtsschool te steunen, en voorts naar aanleiding van eene circulaire, uitgaande van eene commissie uit de Maatschappij van Ny verheid en de vereeniging >Arti et Industriae" het doel dezer commissie te bevorderen »om aankomende patroons en werklieden in de gelegenheid te stellen tot het afleggen van proeven van bekwaamheid in hun vak", voorloopig in de vakken Timmeren, Meubel maken, Smeden, Koperwerken en Huisschilderen. Nadat uit het gesprokene zioh nog eenige gedachten- wisseling had ontsponnen, voornamelijk tusschen den heer W. Koole en den heer de Bruyne, sloot de voor zitter, onder dankzegging aan den verdienstelijken spreker, de vergadering. Onder het opschrift Licht, meer licht!" schrjjft het Rolterdamsch Nieuwsblad: De milicien A. C. de Jonge, van het 3e reg. infanterie, werd in den afgeloopen zomer verpleegd in het mili tair hospitaal te Vlissingen. De vader meende reden te hebben zich te beklagen over mishandeling van dien jongeling. De zaak werd onderzocht en »ten duide lijkste" bleek zóó luidt de officieele inlichting dat de oude De Jonge zich aan •schromeljjke over drijving" had Bchuldig gemaakt. Op zijne aanvrage had een tweede onderzoek plaats, evenals de eerste maal op last van den geneeskundigen inspecteur inge steld door den dirigeerenden officier van gezondheid le kl., hoofd in het Ille district van den militairen geneest, dienst. Veertien dagen later werd de milicien De Jonge voor den militairen dienst ongeschikt ver klaard en bij herkeuring uit den dienst ontslagen. Is die ongeschikt-verklaring het gevolg geweest van de behandeling in het hospitaal? Officieel wordt het niet gezegd. Maar ook het tegendeel wordt niet beweerd. En waartoe dieDt dan de vermelding? Wat heeft deze mededeeling uitstaande met de gevraagde inlichtingen omtrent de beweerde mishandeling? Deze vraag stellen wjj met grooten ernst. Want de zaak is blijkbaar niet in den haak. Immers, het is ook officieel gebleken, dat by de behandeling van den milicien De JoDge in het militair hospitaal te Vlis singen eene toepassing heeft plaats gehad van hulp middelen, welke de Minister Berganeius minder oorbaar achtte. In die zaak is niet alleen gemoeid geworden de inspecteur van den geneeskundigen dienst der landmacht, maar ook de advocaat-fiscaal voor de zee- en landmacht. Ondanks de ischromelijke overdryving" derhalve, waarmee de autoriteiten alweer gereed waren, bljjkt 't hier dus werkelyk een ernstig geval te zijn. Maar het publiek krjjgt er niets meer van te weten. De correspondentie en de daartoe betrekkelijke stukken zjjn voor de leden der kamer ter visie gelegd. Er was nog een klacht van den milicien zelf, die aan zijn compagnies-commandant schriftelyk verzocht zou hebben om, op grond van de rechtspleging bij de landmacht, voor een krjjgsraad te mogen terechtstaan, om zich te beklagen over onverdiende straf. Ook daarover zyn rapporten, die alwederom voor de leden ter inzage zijn gelegd. Ditmaal wordt door den minister aan de kamer de overtuiging opgedrongen, dat in deze aangelegenheid, »door de betrokken militaire autoriteit met nauwgezetheid is gehandeld." Dien indruk hopen ook wy te krjjgen by de aan staande behandeling van deze zaak in de Tweede Kamer. Ook het publiek moet ten volle met deze zaak bekend worden. Maar wy dienen ook wat meer te weten dan dat met nauwgezetheid is gehandeld. Dd&raan twyfelen wy niet. Wy moeten echter weten of in het militair hospitaal door niet-autoriteiten met humaniteit is gehandeld. Daarop komt 't aan. Daarop komt 't aan niet alleen voor den betrokken persoon, van wie moet blyken of by in het hospitaal, in plaats van genezen, ongeschikt is gemaakt voor den dienst, maar ook in 't belang van den goeden naam Qnzer militaire inrichting, juist thans, nu de algemeene Door den Gouv.-Gen. van Ned.-Indië is geplaatst in het gouvernement Sumatra's Westkust, de ambte naar C. E. Verbeke. De nieuwbenoemde commieB der posteryen B. Boogaart te Middelburg, wordt werkzaam gesteld ten postkantore te Breda. Te Zaamslag worden pogingen aangewend de totstandkoming van een zuivelfabriek te bevorderen. De Provinciale Staten van Noord-Holland hebben met 30 van de 59 geldige stemmen gekozen tot lid der Eerste Kamer den heer A. Prins, oud-lid dier Kamer. Kleine oorzaken hebben dikwijls groote gevolgen. Dat ondervindt men thans te Schiedam. In het najaar van 1891 werd op het terrein der stede lijke gasfabriek gevonden een groote party cokes, welke daar sedert jaren lagen opgehoopt en geheel en al met koolteer doortrokken waren. Voor den geregelden verkoop waren deze cokes niet meer geschikt. Men besloot ze toen op te ruimen voor 10 et., per hectoliter. Men kan begrijpen, dat van dit koopje door zeer velen werd gebruik gemaakt. Maar toen men de cokes in kachels en in fornuizen ging Btoken, verspreidde zy een hoogst onaangename koolteer lucht. In de geheele stad kon men dezen onaangenamen reuk opmerken. Evenwel had het verspreiden van dien koolteerdamp een hoogst gunstige zijde, want men schryft het daaraan toe en mogelyk niet zonder reden dat Schiedam bevrijd bleef van de influenza; een feit toch is het, dat de ziekte, welke thans byna overal woedt, daar slechts sporadisch voorkomt. Aldus een bericht aan de Tijd. Geheel onmogelyk is deze veronderstelling niet. Men wei t toch hoe vroeger by het heerschen van epidemieën van wege gemeentebesturen bevel werd gegeven teertonnen te branden. In zake van den bekenden diefstal van effecten, te Naarden gepleegd, wordt gemeld dat C. van Wegen uit de gevangenis is ontslagen, nadat in de afgeloopen week te zjjnen huize en te Bussum huiszoekingen hadden plaats gehad. Eene vrouw te Tilburg heeft eene aanklacht ingediend tegen eene buurvrouw, omdat deze haar by een twist heeft toegevoegd: »Je bent een bacterie!" Het volgende vermakelyke geval deed zich dezer dagen te Ginneken voor: Terwjjl de jager K. in zyn bosch aan het jagen was op schadelyk gedierte, kwam een in die gemeente pas aangestelden ambtenaar voorbjj, die hem verzocht de vereischte vergunningsacte te toonen. Eenigszins 'ver rast antwoordde de jager, dat hy deze niet bij zich had, doch daar hy dicht bij huis was, zou by ze spoedig halen. De ambtenaar nam het geweer in bewaring en wachtte. Intusschen kwam de veldwachter H. voorby en deze, den gewapenden ambtenaar ziende en hem niet kennende, meende reeds een goeden vangst te doen. Eensklaps Bpringt hij van achter het bosch je te voor schijn, en pik, ik heb je! In weinige oogenblikken echter werd de zaak opge helderd, kennis gemaakt en ging ieder, ook de inmiddelB teruggekeerde jager, hartelyk lachende huns weegs. opinie zich zoo druk bezighoudt met de kwestie van den persoonlijken dienstplicht en zoovele ouders zich met bekommering afvragen of zy hunne zoons met volle gerustheid, physiek en moreel, aan den militairen dienst kunnen toevertrouwen. Hier is 't, dat men met ernst moet vragen om •licht, meer licht 1" Een twintigjarig persoon van Huisduinen, die Donderdag, terwyl hij in de duinen bezig was met stroopen, door een jachtopziener in den hals werd ge schoten, is aan de gevolgen overleden. Door de justitie is een streng onderzoek naar het gebeurde bevolen. HERIJK. Wy herinneren den belanghebbenden dat de herijk der maten en gewichten plaats heeft voor: Zierikzee, ook voor Kerkwerve, 16, 17, 18, 19, 20, 22, 23, 24, 25, 26 en 27 Februari. Brouwershaven, ook voor Duivendijke, 3 en 4 Maart; Zonnemaire, 5 Maart des voormiddags; Noordgouwe 5 Maart des namiddags; Dreischor7 Maart; Elkerzee, 8 Maart des voor middags; Ellemeet 8 Maart des na middags; Renesse 9 Maart des voormiddags Noordwelle, ook voor Serooskerke (Schouwen), 9 Maart des namiddags; Haamslede, ook voor Bnrgh 10 Maart; Ouwerkerk 11 Maart des voor middags; Nieuwerkerk 11 Maart des namiddags; Bruinisse 12 en 14 Maart en Ooslerland 15 Maart. Het Haagsche krankzinnigengesticht. Daar de redactie van het Dagblad voor Nederland zich nader wilde overtuigen van deD normalen geestes toestand van mevrouw de wed. StuteD, in verband met haar hoogst belaDgryke onthullingen over het krankzinnigengesticht te 's Hage, bracht een harer leden of haar correspondent te 's Hage aan die dame een bezoek en geeft daarvan het volgend verslag: Hoewel haar brochure hierin reeds eenig licht gnf, stelden toch ook wy haar persoonljjk deze vraag, mede omdat wy er meer van wenschten te weten. Zy ant woordde: Ik had de onvoorzichtigheid, in het geslicht mjjn voornemen te kennen te geven om de gruwelen bekend te maken, waaraan de patiënten blootstaan. Daarvoor was men zeer beducht, en ik twijfel geen oogenblik of men had my doodgemarteld, om dit te voorkomen. Geen acht dagen had ik het zoo langer uitgehouden. Hoe komt het, dat uw zoon u zoo laat verloste? Omdat hy alleen door toeval en langs een omweg te weten kwam wat er met my voorviel. Hield hjj zich dan niet geregeld van uw toestand op de hoogte? Eiken dag liet myn zoon naar my vragen en of ik hem wenschte te zien, maar men hield er mij onkundig van en zeide hem dat ik hem niet wilde zien! Dus, toen het niet gelukte u langer vast te houden, wilde men u onschadelijk maken door u als niet hersteld ontslagen ongeloof baar te maken in de maatschappij Ja, het bleek zelfs zeer duidelijk eenige dagen voor mijn vertrek. Een der gemeeDBte oppasseressen zeide toen gierend van het lachen tot den eersten geneeskundige Reeling Brouwer: »Dokter, als ze eruit komt, wil ze ons in Eet Vaderland laten zotten, waarop de dokter eveneens lachend en in zjjn handen wrjjvend antwoordde: »Jammer, Marie! dat wy er wel voor zullen zorgen, dat de mei schen het niet gclooven Om dezelfde reden en uit een collegiaal gevoel tegen over dr. Reeling Brouwer bleef ook myn geneesheer buiten het gesticht, dokter Tellegen, hoewol ik reeds 26 October 1890 ontslagen ben, weigeren, mij een advies van herstel te geven. Eeist onder pre6Bie van aoderen gaf by een verklaring van twyfelacbtigen inhoud. Maar dr. Teilegen zal toch een reden hebben moeten geven waarom hy bezwaar maakte, u het ver langde advies te geven? Ja! Hy zeide dat ik nog allerlei rare dingen deed. En die rare dingen bestonden volgens hem hierin, dat ik aan enkelen mjjner vroegere lotgenooten een cadeautje had gegeven, dat ik de ongelukkige derde klas-patiënten had onthaald, eu dat ik een zeer geachte familie hier ter Btede ben gaan mededeelen hoeschandelijk haar dochter in 't gesticht werd mishandeld En de rechtbank, waarom helpt die u niet? Hierop antwoordde mevrouw Stuten in hoofdzaak: Regenten van het gesticht zyn o a. baron Calkoen, Jhr. De Savornin Lohman en Mr. Hanlo, lid van den Hoogen Raad der Nederlanden. Men bericht nog nader over deze zaak De thaus door mevr. Stuten geopenbaarde gruwelen uit het krankzinnigengesticht aan het Slijkeinde in Den Haag worden volgens het Dagblad voor Neder land al jaren en jaren gepleegd, een beweren, dat niet steunt op een los vermoeden, maar gegrond is op een zelfstandig onderzoek, dat de redactie van dat blad in de nu afgeloopen week heeft ingesteld by vijf verschillende personen. •Met een gevoel van diepen weemoed voor onze deerniswaardige medemenscheu en ook van schaamte voor ons land zoo schryft dat blad ontwaarden wij, dat de ons gedane mededeelingen, in hare huivering wekkende, onderlinge eenstemmigheid, het bewys leveren, dat de grofste mishandelingen der patiënten regel is geweest, sinds jaar en dag, en maar steeds door regel is gebleven onder de elkaar opvolgende directeuren, dokters, regenten en inspecteurs! •Onze inlichtingen toch reiken ruim twintig jaar terug en werden ons, voor zooveel dien tyd betreft, verstrekt door ooggetuigen, een man en vrouw, die jaren lang achter den tuin van het krankzinnigen gesticht hadden gewoond en dus kunnen verbalen wat daar dagelyks onder hunne oogen is geschied. Zy maakten geen oogenblik bezwaar ons de verlangde inlichtingen te verstrekken en voor de waarheid daarvan in te staan met hun naam, dien wij de vryheid hebben te publiceeren; het zyn de heer en mejuffrouw Wanders, Koningsstraat 160 aldaar. •Jarenlang zoo verklaarden zy is ons daar het leven vergald door hetgeen wy er te zien en te hooren kregen: het weenen en gillen der mishandelde krankzinnigen. Gebeurde het dik wjj ls dat patiënten werden mishandeld? Vroegen wy. Er ging geen dag voorby; het was regel, alle patiënten werden geelagen, soms met den sleutelbos aan een touw, geduwd, gesleept en op allerlei andere wyzen mishandeld onder onze oogen. Herinnert gy u ook bepaalde gevallen? O, ja, genoeg. Zoo was er eene juffrouw Van Th. die dikwyls niet hoorde als ze voor het eten werd geroepen; dan kwam er een oppasseres, die pakte haar op de ruwste wjjze by den kraag eu duwde haar snel vooruit, onder tiet schatergelach van het overige personeel. Ean ander, een jongmensch, Voet geheeten, werd op den duur geranseld met den sleutel bos; als zijn familie kwam, liep dezelfde beambte die hem dat aandeed, heel lief met hem aan zyn arm door den tuin te wandelen. Dan hebben wy er een dame in zien brengen, een officiersvrouw, krankzinnig ge worden na hare bevallingdeze veroorloofde zich eens in 't gras te gaan liggen; toen kwam de directeur zelf toenmaals zekere 't Hoof naar wy vernemen die pakte haar onbeschaamd by allebei de beenen en sleepte haar zoo met de beenen in de hoogte door den tuin, om haar in een auderen hoek neer te smjjten! Wy hebben onmiddellijk den echtgenoot van de ongelukkige gewaarschuwd, met dit gevolg, dat ze twee dagen later het gesticht had verlaten. Ook was er indertijd een zeer deftige meneer iü, zeker een officier, die wel eens de gewoonte had het bovenlichaam te ontblooten en zoo, alsof hy moest duolleeren, ging staan schermen tegen een boom, dan kwamen er knechts toegeschoten, die hem ranselden op het naakte lichaam zóó verschrikkelijk, dat geeseling niet erger kon zijn. Schelden, vloeken, tergen, slaan, was aan de orde van den dag, het was stelsel. Deze bepaalde staaltjes noemden wij u slechts, omdat ze ons nog zoo helder voor den geest staan. Wij willen er u nog een noemen: een van de ergste die wij hebben bygewoond. Het is de geschiedenis van een idioten Scheveningschen jongen, die niemand kwaad deed, maar terwille van de bad gasten moest worden opgeruimd en in het gesticht werd gebracht. Wat die ongelukkige daar heeft geleden, is niet te zeggen. Zyn moeder mocht hem nooit zien en menigmaal hebben wij haar daarom in de gelegen heid gesteld van uit onze woning haar ongelukkig kind, dat ze zielslief had, gade te slaan. Eens op een morgen zagen wy, dat de knechts hem beetpakten en omdat hy geen tabak lustte, zyn mond vol propten met tabak, zoodat hij er byna in stikte, waarna hjj nog met de sleutels werd afgeranseld. Daarop zagen wij hem in geen twee dagen, tot eiodeljjk zyn moeder bij onB kwam, opgetogen vau bljjdachap, omdat ze bericht gekregen had haar zoon te mogen halen. Een oogenblik later kwam zij terug, wanhopig van droefheid met haar zoon in een rjjtuig; hjj was bijna stervende en beklaagde zich bitter over hetgeen hij geleden had, wyzende in zjjn mond, waar de tabak nog in zat; den volgenden dag was bij dood. Dit geschiedde alles onder den vorigen directeur, niet waar? Ja, dat was een onmensch. Welk e9n geest dien man bezielde tegenover de krankzinnigen, kan u het best nagaan uit het feit, dat wjj hem eens tegen een nieuw aangekomen knecht hoorden schreeuwen: »En jjj, die ik dacht dat paarden kon dresseeren, kan jjj geen gek dresseeren?!" Heeft u er den tegenwoordigen directeur ook gekend? En wat is dat voor een man? Ja. Wjj hebben nimmer gezien dat bjjzelf de patiënten mishandelde, zooals de vorige deed, maar wel hebben we gezien, dat de patiënten onder zyn oogen mishandeld werden. Hjj deed er niets tegen, maar liep weg. Heeft u naar aanleiding van al wat u zag nooit eens moeite gedaan om de regenten van het gesticht te waarschuwen? Ja zeker. Naar aanleiding van dat geval met dien ScheveniDger ben ik gaan klagen; eerst ging ik naar een regent, den heer Maas Geesteranus, die dood eenvoudig zei, dat hjj van de week geen zitting had of zoo iets, maar dat ik maar eens naar een ander moest gaan, naar den heer Schuurbeque Boeye. Dien kon ik niet een9 te spreken krjjgen, waarop ik hem liet zeggen, wat ik te zeggen had door den knecht, die daarop terugkwam met de boodschap, dat het laster was en dat ik wel voorzichtig mocht wezen Toen ben ik naar een regentes gegaan; daar werd ik wel ontvangen, maar die vond, dat de beh?.ndeling in het gesticht heel lieiderjjk was! Ea dat ik maar eens naar den dokter moest gaan, die zou me wel anders vertelleD. Nn, ik ging naar den dokter, destyds dokter Stark. Ik herhaalde bjj hem de vraag die ik ook elders deed: »of er geen ander middel was om krank zinnigen te genezen dan mishandeling?" Hjj werd woedend, sloeg zoo op de tafel dat de inkt uit zijn inktkoker sprong, dreigde mjj met de politie te laten vervolgen en wees me de deur! Van vervolging door de politie heb ik aooifc iets gemerkt! En ook geen verbetering na dien tjjd? Volstrekt niet. Integendeel, eenigen tjjd daarna ranselde een knecht weer een patiënt af onder mjjne oogen en zeide er bjj: »ga jjj nou maar klagen, al hang ik ze hier op aan den hoogsten boom, dan maak je me nog niks; als ze hier zjjn, dan zjjn ze ons!" Die knecht v. d. WLater werd hjj weggejaagd, omdat hjj Zoo, dus op zedeljjk gebied O, meneer, zwjjg daarvaD, dat kan en wil ik u niet alles vertellen. KERKNIEU W8. Benoemd tot Kerkvoogd bjj de Herv. gem. te Zierikzee, in plaats van wjjlen den heer C. J. van Zandjjk, de heer M. Koole Rz. In de Ned. Herv. Kerk kwamen in 1891 161 predikantsplaatsen open en werden 158 vervuld. Op 1 Jan. 1892 waren 375 plaatsen onbezet. Volgens de Wageninger zal dat getal weldra tot 350 dalen. De Kerk. Ct. zegt echter, dat men geen reden tot gerust heid heeft. Immers sedert jaren zjjn tot de Evangelie bediening minder toegelaten dan noodig waren om in de geregeld ontstaande vacaturen te voorzien. En nu het getal studenten in de theologie toeneemt komen er nog jaarljjks 20 tot'in de 30 plaatsen open, die niet kunnen worden vervuld. Er zyn dus buitengewone maatregelen noodig om het ontbrekend getal aan te vullen. Aanbestedingen, Verkoopingen, enz. Camperland, 8 Febr. Door notaris J. de Vos weid heden in de herberg van Broekhoven, ten ver zoeke van den heer H. Filipse e.a. geveild: le perc. Een kruidenierszaak met het recht van ver gunning en annex timmermans-werkplaats, verkocht aan den heer C. van Hee te Wissenkerke voor ƒ3000. De kooper van perc. 1 betaalt voor losse goederen bovendien nog J 100; 2e perc. Huis met tuin werd gecombineerd met het 3e perc. (boomgaard) verkocht aan den heer A. Aar- noudse te Camperland voor 1200; 4e perc. Huis met erve, verkocht aan den heer A. Abrahamse te Camperland voor 305; 5e perc. Huis met erve, verkocht aan den heer Jacob Leendertse te Camperland voor 180 6e en 7e perc. Huizen met erven, werden gecombi neerd verkocht aan den heer C. van Hee te Wissen kerke voor 600; 8e, 9e en 10e perc. Huizen met Erven, werden ver kocht (gecombineerd) aan den heer Izaak Reynhout te Camperland voor 910. Voornoemde perceelen liggen allen te Camperland. Onkosten waren 13 Te Noordgouwe is het bouwen van een genees- heerswoning met koetshuis en stallen, na aanbesteding, gegund aan den minsten inschrijver, den heer Jacob van der Werf aldaar voor 6470. Behalve de laagste inschrjjver, hadden nog inge schreven de heeren: T. F. Wisse te Zierikzee voor ƒ7189; A. Hejjboer te SerooBkerke voor 7150; A. Remeeus te Zcmnemaire voor 7000; W. Koole te Zierikzee voor 6560D. Akkerdaas te Noordgouwe voor 6490P. Vink, idem, voor 6476. L A N D B O U W. Vébruari-keuringen in 1892. Op de van 8 tot 10 dezer gehouden paardenkeuringen in deze provincie werden aangeboden Middelburg, ter mededinging naar uit geloofde prjjzen 4 7 ter inschrjjving in het N. P. S3 5 opgenomen in het N. P. S. 2 Cortgene, ter mededinging naar uit geloofde prjjzen. 14 ter inschrjjving in het N. P. S12 opgenomen in het N. P. S. 6 Goes, ter mededinging naar prjjzen8 6 ter inschrijving in het N. P. S5 15 opgenomen in het N. P.S. 2 6 Oostburg, ter mededinging naar prjjzen 12 9 ter inschrjjving in het N. P. S6 15 opgenomen in het N. P.S. 3 6 De keuringen voor de andere plaatsen in de pro vincie zjjn als volgt vastgesteld: Hulst 15 Februari, elf uur. St. Maartensdjjk 16 half twee Zierikzee 17 negen Aangegeven zyn voor het: Vierde keuringsdistrict: Hulst, 5 fokhengsten, 2 tweejarige hengsten, 14 merriën. Eerste keuringsdistrict te: St. Maartensdjjk, 3 tweejarige hengsten, 9 merriën, Zierikzee, 3 fokhengsten, 2 tweej. hengsten, 10 merriën en een groot aantal paarden ter inschrjjving in het Ned. Paarden-Stamboek; bovendien worden hiervoor nog aangiften aangenomen op den dag der keuring. De uitslag kan niet vermeld worden, voor alle keuringen afgeloopen zjjn en de handelingen der Com missie door het Hoofdbestuur der Maatschappij tot bevordering van Landbouw en Veeteelt zjjn goedgekeurd. Ingezoxulen Stukken. Mijnheer de Redacteur 1 Mag ik U beleefd vragen om een plaatsje voor het onderstaande in UEd.s geacht blad? Ik stel mij wel niet veel succes voor, als meenende dat bietentelers niet allen met mij zullen instemmen, doch er wordt over bieten toch zooveel geschreven, dat kant of wal raakt, dat eene kleine reclame mijner zijds ook wel niet zooveel kwaad zal doen. Ik las dan de vorige week in de N. R Ct., rubriek «Landbouw", een schrijven, ingezonden door den heer Meerman van Vos te Leur. Met het eerste gedeelte van dat schrijven kan ik mij en zal ieder rechtgeaard bietenteler zich ook zeker kunnen vereenigen, doch een paar der slotpunten kwamen mij voor, wel wat naïef te zijn. Genoemde heer schijnt nog wel steeds van meening, dat bieten telers (landbouwers) weinig meer zijn dan ossen. Ik ben nochtans van eene andere meening, n.l.: dat fabrikant en bietenteler zijn twee koopliedendie tegenover elkander de meeste discretie dienen in acht te nemen, willen zij hun eigen belang niet beschadigen. Ook in den N.bode van 2 Febr. j.l. kon men een stuk lezen, onderteekend «een landbouwer", wat ook mijns inziens veel te wenschen overlaat om den vrede te bevorderen. Beider geschrijf resumeerende, kon ik mjj beter vereenigen met de rede des heeren Swaving, gehouden te Goes. Den weg, dien ZEd. daarin aangeeft is, dunkt mÜi de juiste. Onderling vertrouwen, dat is noodig, willen twee kooplieden voordeel behalen. Gaarne geef ik toe, dat de fabrikant een slag voor heeft, als hij zelf het zaad levert. Doch waarom laat de bietenteler ook zijn troef niet zien, n.l. de Chili- salpeter, zonder nog in rekening te brengen de be zaaiing van versch gescheurde weiden of versch gemest land? Welke bietenteler zal niet moeten erkennen, dat Op verzoek van eenige abonné's en met welwillende medewerking van den Heer Postdirecteur deelen wij bierbjj mede de uren van vertrok en aankomst der post, alsmede de tydstippen van bus lichting op de dorpen in Schouwen en Duiveland. Namen der dorpen. Uren van aankomst. Uren van vertrek. Tijdstippen der buslichting. -Brouwershaven. 6.30 v.m. 3.15 n.m. 12.— midd. 6.45 n.m. 11.45 v.m. 6.30 n.m. Bruinisse. 7.— 3.45 11.30 v.m. 8.30 9 11.15 9 8.15 9 Burgh. 7.25 4.10 11.50 7.35 10 50 9 7.20 9 Dreischor. 6.15 3.— 5.— 9 1.45 9 4.45 9 1.30 9 Duivendijke. 7.— 3.45 11.30 8.45 11.15 9 8.30 9 Eikerzee. 7.30 n 4.15 11.— 9 8.15 10.45 9 8.— 9 Ellemeet. 8.15 D 5.— 10.15 9 7.30 9 10.— 9 7.15 Haamstede. 7.15 9 4.— 11.15 9 7.45 11.— 7.30 9 ICerkwerve. 6.— 9 2.45 12.30 n.m. 9.45 12.15 n.m. 9.30 9 Nieuwerkerk. 6.— 2.45 12.30 9 9.30 12.15 9 9.15 9 Noordgouwe. 6.— 2.45 12.30 9 7.30 12.15 9 7.15 9 Noordwelle. 6.30 3.15 12.— midd. 8.30 9 •11.45 v.m. 8.15 9 Oosterland. 6.15 3.— 12.15 n.m. 9.15 12.— midd. 9.- 9 Van Bergen op Z. Van Zierikzee. Naar Bergen op Z. Naar Zierikzee. Naar Bergen op Z. Naar Zierikzee, Ouwerkerk. 12.— midd. 12.45 v.m. 12.45 v.m. 12.— midd. 12.30 v.m. 11.45 v.m. 2.— v.m. 3.45 n.m. 3.45 n.m. 2.— v.m. 3.30 n.m. 1.45 9 Renesse. 6.45 3.30 11.45 v.m. 8.15 n.m. 11.30 v.m. 8.— n.m. Schuddebeurs. 5.40 2.25 12.45 n.m. 7.40 12.30 n.m. 7.25 9 Serooskerke. 6.10 2.55 12.20 8.50 12 50 9 8.35 9 Sir-Jansland. 7.— 3.45 5.15 v.m. 2.— 9 5.— v.m. 1.45 9 Van Bergen op Z. Van Zierikzee. Naar Bergen op Z. Naar Zierikzee. Naar Bergen op Z. Naar Zierikzee. Viane. 11.45 v.m. 1.v.m. 1. v.m. 11.45 v.m. 12.45 v.m. 11.30 v.m. 1.30 4.n.m. 4. n.m. 1.30 3.45 n.m. 1.15 9 Zonnemawe. 6.15 9 3.— 12.15 7.15 n.m. 12.— midd. 7.— n.m.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1892 | | pagina 2