si*. Man i-ions<iyk, 8 Oct. De collecte ter
voorziening in bet geldelyit nadeel, aangericht door
den hagelslag in Limburg, bracht alhier op 22,03, en
die voor behoeftigen, gerechtigd tot het dragen van
het metalen bruis en de citadel-medaille 14,79.
Bloedvergiftiging. De heer H. alhier, die voor 14
dagen een onbeduidend wondje aan de hand kreeg, i»
gisteren aan de gevolgen daarvan overleden.
Sir-«Tansla.n<l. Wagens ryden, controleurs
geven bevelen, wegers tarreeren, schippers komen aan
en vertrekken, 't is een leven en eene beweging van
belang, doch de landbouwers trekken lange gezichten
by al die drukte. De suikerbieten, waarvoor al die
drukte gemaakt wordt, zyn klein van stuk en leveren
dus weinig op, de voorschotten kunnen by sommigen
amper aangeleverd worden. Lage pryzen gecontracteerd
weinig opbrengst! waarvan zal de landbouwer betalen
Gelukkig, er komt een klein hoopje: de meekrap, eens
Zeelands goudmyn, is weer tamely k prjjzig. Verleden
Maandag zijn door den heer S. J. de Ryke, handelaar
in granen en meekrap alhier, 10 vaten onberoofde
1890 te Rotterdam verkocht voor 30, een prys,
die in by na 20 jaren niet besteed was. Moge die prys
standhoudend zyn, dan, al zjjn we ook noch profeet
of waarzegger, durven we voorspellen, dat controleurs,
wegers, havenopzichters en de geheele suikerbieten-
rommel met al de slykerige ap- en dependentie spoedig
tot de geschiedenis zullen behooren.
3Cici*il«see, 8 Oct. Ter terechtzitting van 2 October
j.l. stonden voor de arrondissernents-reehtbank alhier terecht
lo. A. A., landbouwer te Bruinisse, beklaagd van den
Ui-jarigen koewachter O. van Z. te hebben mishandeld.
Beklaagde erkende dat hij zich driftig had gemaakt, omdat
hij meende, dat v. Z. zijn dochtertje had mishandeld en
daarop den jongen heeft beetgepakt en heen en weer
geschud.
Na het hooren der getuigen, achtte de ambtenaar van
hot O. M., mr, Horch, het ten laste gelegde wettig en
overtuigend bewezen en vorderde, met het oog op de nog
al, volgens getuigen, erge mishandeling, een gevangenisstraf
van '2 weken.
Voor beklaagde trad als verdediger op, jhr. mr. J. W. D.
Schu urbeque Boeije.
De rechtbank veroordeelde heden beklaagde tot betaling
van '25 boete, bij niet betaling te vervangen door eene
hechtenisstraf van 30 dagen;
'2o. K., koopman, beklaagd van diefstal van klavers ten
nadeele van een paar landbouwers.
Beklaagde bekende de klavers te hebben weggenomen,
doch was van meening, daartoe van de respectieve eigenaren
vergunning te hebben verkregen.
De gehoorde getuigen, maar vooral de twee landbouwers,
verklaarden het tegendeel.
Dit gaf dan ook zeker den ambtenaar van het O. M. aan
leiding, voor dezen beklaagde 1 maand gevangenisstraf te
verzoeken.
Mr. A. J. F. Fokker, als verdediger optredende, vroeg:
no. 1 nietigverklaring der dagvaarding, op grond dat deze
niet althans niet in voldoende mate, zoude vermelden
de plaats des misdrijfs, en no. 2, op daartoe aangevoerde
gronden vrijspraak voor zijn cliënt.
De rechtbank was van meening dat de dagvaarding aan
de vereischten der wet voldeed, wees daarop de exeptieve
vordering af en veroordeelde beklaagde wegens diefstal tot
14 dagen gevangenisstraf;
3o. M. C., stalknecht te Zierikzee, is beklaagd van mis
handeling van A. L. Eisch twee weken gevangenisstraf.
Bij vonnis van heden werd beklaagde opgelegd eene
geldboete van 5, subsidair 10 dagen hechtenis.
Door de arrondissementsrechtbank is de zaak van C. F. S.,
schippersknecht, gedetineerd in het huis van bewaring
alhier, beklaagd van diefstal van geld ten nadeele van den
schipper D., verwezen naar de terechtzitting, inet bevel van
gevangenhouding van beklaagde, en aan hem als ambtshalve
raadsman toegevoegd, mr. D. van der Vliet, advocaat en
procureur.
Zicriltzee, 8 Oct. In de zitting van het Kanton
gerecht alhier van gisteren, zijn de navolgende vonnissen
gewezen
De Schelde bevisschen zonder consent:
N. B. Rz. te Philippme, tot 3 boete subs. 2 d. hecht.;
Beschadiging der bekleeding van een waterkeerenden dijk
in Zeeland ei. het opgeven van een valschen naam
aan het bevoegd gezag:
C. L. E. M.Tz., P. F. E. C.Lz. en C. L. E. Cz., allen te
Philippine, ieder tot 2 maal 10 subs. 2 maal '2 dagen,
terwijl zij ontslagen zijn van alle rechtsvervolging van het
meerdere ten laste gelegde;
Visschen zonder acte en vergunning:
L. d. O. te Duivendijke, tot 2 maal 3 subs. '2 maal 2
dagen hechtenis, met verbeurdverklaring der niet in beslag
genomen welie, met bevel tot uitlevering of te betalen
ƒ0.10 subs. 1 dag;
Visschen zonder vergunning bij nacht:
C. d. K. en A. M., beiden te Zierikzee, ieder tot 5
subs. 4 dagen hecht.;
Doen verrichten van arbeid door een kind beneden
twaalf jaren:
A. H. te Serooskerke, tot 1 subs. 1 dag hecht.
Vee laten loopen op eens anders weiland zonder vergunning
C. B. te Renesse, tot 1 subs. 1 dag hecht.
Loopen over eens anders weiland zonder vergunning:
J. A. K. Dz. te Duivendijke, tot ƒ1 subs. 1 dag hecht.;
Op den openbaren weg een trekdier laten staan zonder de
noodige voorzorgsmaatregelen tegen het aanrichten
van schade te hebben genomen
A. L. te Zierikzee en M. F. te Brouwershaven, ieder tot
1 subs. 1 dag hecht.
Straatschenderij
D. P. M. Pd., N. v. d. W. Cd., W. C. V. Zd., W. G. M. S. J.Wz.,
B. A. d. G. G.Hz. en J. v. d. K. Cz., allen te Zierikzee,
ieder tot ƒ1 subs. 1 dag hecht.;
Straatschenderij bij herhaling:
J. C. d. B. Mz., tot '2 dagen princ. hecht.;
Als koopman van vleesch te Zierikzee bij den Commissaris
van Politie geen schriftelijke aangifte doen van de
gebouwen voor de uitoefening van zijn
bedrijf door hem gebruikt:
A. L. Wz. te Zierikzee, tot 3 subs. 1 dag hecht.
Te Zierikzee harder dan stapvoets rijden in eene straat
minder dan 5 Meter breed
E. B. Pz. te Zierikzee, tot 1 subs. 1 dag hecht.
Wegnemen van mest, verspreid op den openbaren weg
te Zierikzee:
J. C. J. te Zierikzee, tot 1 subs. 1 dag hecht.
Dronkenschap
E. G. te Zierikzee, tot 3 subs. 2 dagen hecht.
Dronkenschap bij eerste herhaling:
A. K. te Zierikzee, tot 3 dagen princ. hechtenis.
Met betrekking tot den op den Catspolderschen
djjk ooder Terneuzen geploegden moord op de Kraker
weet de Tern. Crt. de volgende bijzonderheden te
meldeD.
Tusechen de vrouw van den verslagene en Louwerse
moet reeds acht dagen te voren afspraak gemaakt zjjn
haar man te dooden. Donderdagavond kwam zjj met
de Kraker van een visite van Adriaan de Kraker te
Spui. De naaste weg leidt langs de Othenesche kreek
zjj raadde evenwel af dien te gaan als zynde te slecht
en verkoos het Donkerstraatje en zooverder langs den
Catspolderschen djjk. Plotseling schoot Louwerse van
achter een boom en lostte twee schoten, die evenwel
hun doel misten.
Toen greep eene vreeseljjke worsteling plaats, waarbjj
de Kraker de keel werd toegenepen, en de vrouw, met
de parapluie op het hoofd van den ongelukkige
slaande, riep >toe maar, toe maar Cornelis, slaat er
maar op, maak hem dood". Nadat de Kraker geworgd
en doodgeslagen was, werd het ljjk van den djjk ge
sleept in eene droge sloot. De schuldigen zyn daarop
naar Othene geloopen en hebben het verhaal van de
aanranding, zooals dit vroeger is gemeld, gedaan.
Het kwam den wachtmeester te Terneazen echter
verdacht voor, dat de vrouw eene parapluie had, door
haar man gedragen, die gebroken en grootendeels met
bloed bevlekt was. Op de vragen hoe die in hare
handen kwam en hoe die met bloed bevlekt was, ant
woordde zjj, dat haar man nog den tijd gehad had
haar die toe te werpen
Dit ongerijmde verhaal en de omstandigheid dat hem
bekend werd, dat de vrouw liefdesbetrekking met
andere mannen hal, deden vermoeden ontstaan van
medeplichtigheid aan "den moord.
De justitie, die inmiddels was aangekomen, stelde
dadeljjk een onderzoek in en vernam alleen dat de
verslagene zjjn molen in Mei deze9 jaars heeft verhuurd
aan den ongehuwden C. A. Louwerse, die sedert meer
malen bjj de vrouw van den veielagene kwam.
Het lijk werd inmiddels naar Terneuzen gevoerd en
uit het visum repertum bleek, dat de verslagene
volstrekt niet was doodgeschoten, maar geworgd;
geheel in atrjjd met de verklaring van de vrouw, die
na verschillende verhooren en confrontatie met het
ljjk bij haar eerste verzinsel bleef.
Ook Louwerse was inmiddels in verboor genomen,
doch op zjjn pertinente verklaring tehuis te zjjn ge
weest (waarvan het tegendeel niet te bemjzen was)
losgelaten. De vrouw werd in het huis vairbewaring
te Terneuzen gehouden, eD vertelde 's nachts hoe de
afschuweijjke misdaad zich had toegedragen.
Eerstens deelde zjj hare verhouding mede tot Lou
werse, io de fijnste bijzonderheden: Louwerse heeft tot
voor veertien dagen bjj het huisgezin de Kraker inge
woond. Vao Mei ontstond een schuldige betrekking
tusschen beiden. Bjj kleino twisten koos Louwerse
party voor de vrouw, die meer en meer haar man,
met wien zjj twaalf jaar gehuwd was, begon te haten,
tcrwjjl zjj eenmaal hoopte met Louwerse te huwen.
De ruzie in huis liep zoover dat Louwerse zelfs eens
dreigend zeido de Kraker te zullen doodschieten, als
hjj hem te na kwam.
Louwerse had zes weken geleden te Middelburg twee
revolvers gekocht. Hjj bleet tot heden alle schuld
halsstarrig ontkennen. Bjj een onderzoek tc zjjnen huize
is een broek met sporen van bloed gevonden.
Ziorilceee, 9 Oct. Wjj vestigen de aandacht
onzer lezers op achterstaande advertentie van den heer
C. de Regt te Koudekerke, betreffende zjjne gezondheids
roggebloem. verkrjjgbaar by den beer A Adriaauee
alhier. Toevallig waren wjj onlangs in de gelegen
heid de inrichting van den heer De Regt te zien en
op te merken hoe alles uit zuivere bestanddeelen wordt
Seleverd. Het scheikundig onderzoek levert dan ook
e beste resultaten en wy vertrouwen alzoo dat dit
oud bekend middel (Roggebloem) op zoodanige wjjze
geleverd, ook hier een goeden aftrek zil hebben.
Door den heer N. Stee, burgemeester te 'a Heeren-
hoek, moet als zoodanig ontslag zjjn aangevraagd.
Te Utrecht is met goed gevolg het examen voor
surnumerair bjj de staatsspoorwegen, gedeelte A, gedaan
door L- M. van Doorn te Krabbendjjke.
Mejuffr. C. Schippers, geboortig van Cirtgece, vroeger
eenigen tjjd verloskundige te Coljjnsplait en nu als
zoodanig werkzaam te Hoogkarspel, is door den ge
meenteraad van Dordrecht tot vroedvrouw by de
administratie van het Burg. armbestuur aldaar benoemd.
Er waren in 't geheel 17 sollicitanten.
De Kroonprins van Italië heeft telegraphisoh aan
H. M. de Regentes dank betuigd voor de voortreffelijke
ontvangst van de zijde van Hare Majesteiten en de bevolking
in Nederland genoten.
Mr. W. R. Boer heeft aan H. M. de Koningin-Regentes
eervol ontslag gevraagd als burgemeester van Utrecht met
ingang van 1 Nov. e.k., of zooveel vroeger of later als
II. M. mocht gelieven te bepalen.
Bjj kou. besluit is pensioen verleend aan jhr. mr.
K. A. Godin de Beaufort, minister van financiën, ad
3334 'a jaare.
H. M. de Koningin-Regentes moet, ten behoeve
van haar dochter Wilhelmina, Koniningin der Nedei-
landen, by de >Algemeene Maatschappij van Levens
verzekering en Ljjfrente" te Amsterdam een verzekering
op het leren hebben gesloten van drie millioen gulden.
Maandag is te 's Bosch weder een soldaat aan
typheuse koortsen bezweken. Dit is de achtste doode
aan deze ziekte.
De Officier van Justitie bjj de Rechtbank te
Heerenveen heeft een vervolging ingesteld tegen den
heer G. A. Zwart, handelaar in jjzerwaren te Gorre-
djjk, wegens het plaatsen van de volgende advertentie
in De Klok, het orgaan der Volkspartjj.
Stroopcrs!
Wjj hebben steeds in voorraad éénloops acbterlaad-
geweren, kal. 12, voor slechte ƒ9. Onbreekbaar hazen-
strik ken-draad.
G. A. Zwart, Gorredyk."
Den 15den dezer zal deze zaak behandeld worden.
Mr. P. J. Troelstra te Leeuwarden, zal als verdediger
optreden.
Te Haarlem is overleden de heer J. L. van der
Moer, van 1861 tot 1887 notaris t9 Haarlemmermeer.
Hjj bereikte den leeftjjd van ruim 64 jaren.
In het Amst. gemeenteblad is opgenomen een
zeer uitvoerige nota van den hoofd-commissaris van
politie P. W. Steen kamp aan den burgemeester be
treffende het gebeurde op den Dam in den avond van
1 Juli. Aan het slot komt de hoofdcommissaris tot de
volgende conclusie:
»En de oorzaak van alles, zjj is niet die, door den
commissaris genoemd, »als niet moeiljjk te vinden",
zjj ligt niet in de niet-naleving dor dienstregeling; I
zjj is do door den commissaris der le sectie begane
fout: het om my onbekende reden, eigenduükelyk,
zonder eenigen billijken grond nalaten, uitvoering te
geven aan tjjdige, volmaakt duideljjke en door bevoegde
hand gegeven bevelen.
»Had hjj, wat ik met het grootste vertrouwen in
zjjn bekwaamheid, zjjn jjver en zjjn plichtsbetrachting
van hem verwachtte, uitgevoerd wat hem was voor
geschreven, ware hjj tijdig op zyn post geweeBt, men
had geen wanklank gehoord, de reputatie der politie
zou ongedeerd zjjn gebleven, haar prestige zou zyn
verhoogd en verder grievend leed gespaard aan hem,
die, hoewel onschuldig aan de gepleegde verzuimen,
daaraan medeplichtig is genoemd".
Voor de nieuwe postzegels is het tegenwoordig
model behouden en alleen de beeltenis van koning
Willem III door die van Koningin Wilhelmina ver
vangen.
Bjj het muntwezen bestaat de gewoonte bjj verandering
van den beeldenaar, wegens de troonsbeklimming van
een nieuwen vorst, den kop om te draaien, zoodat als
men munten naast elkander legt, elk opvolgend paar
vorsten elkander aankijkt. Zoo zal op de ryksdaalders
de beeldenaar van Koningin Wilhelmina links zjjn, en
aldus naar dien van haar vader gericht worden.
Bjj het snjjden der stempels voor de postzegels is
deze gewoonte overgenomen, en koningin Wilhelmina
naar rechts geplaatst. Als gevolg daarvan moet op de
briefkaarten en couverts, waarop postzegels met het
beeldtype voorkomen, het zegel niet in den rechter,
maar in don linker bovenhoek worden aangebracht.
Iugevolge aanschrjjving van het Departement van
Oorlog moeten do nieuwe achterlaadgeweren, bjj de
8chutterjj in gebruik, den 13den October aanst. naar
Middelburg worden gezonden om daar door den officier
van wapening en den mr. geweermaker gtïnspecteerd
te worden. Elke schutter is zelf aaDsprakelyk voor
beschadiging van zyn geweer.
De reverend Frederik A. Noble, D. D., die den
24en Juli jl. te Leiden deel heeft genomen aan de
plechtigheid van het plaatsen der gedenkplaat ter na
gedachtenis van John RobinsoD, heeft op Zondag den
13en September jl. in de Unionpark Congregational
kerk te Chicago eene voordracht gehouden, tot onder
werp hebbende >Tien dagen in Nederland."
Het bericht, dat de te Chicago uitgegeven wordende
Nederlander daarvan geeft, volgt hier:
>Dr. Noble prees het land en het volk in het alge
meen ten zeerste. Alles werd door hem korteljjk ver
meld: de kunst, de geschiedenis, dè wetenschap. Vooral
de goede stad Leiden mocht zjjne sympathie weg
dragen. Hij achtte het niet kwaad als het geraamte
van Pieter van der Werf, den beroemden burgemeester
der Sleutelstad tjjdens haar vermaard beleg, naar hier
werd overgebracht. Zjjne beenderen zelfs zouden een
beteren Mayor voor Chicago opleveren, dan de levende
exemplaren die Chicago ooit gehad heeft. Hjj wees er
op, hoeveel onze Uüie aan de oude republiek der
vereenigde Nederlanden verplicht was, en het heelt
niet aan hem gelegeu, indien ons oude vaderland geen
duizend percent in de achting zjjner hoorders gerezen
is. Jammer, dat er zoo weinig van onze Nederlanders
aanwezig waren!"
LAN D U O U W.
De aardappelakkers van den landbouwer T. 1). van der
Weg, te Hallum (Friesland) wekken nog steeds eene
buitengewone belangstelling. Het overigens schuarsch
bezochte Nieuwe Biltzyl, in welks nabjjheid deze
boerderjj ligt, ontvangt thans ten aantal bezoekers.
Ondanks de afgelegen ligging is het geene zeldzaamheid,
dat daar, iederen dag van heinde en ver een honderdtal
bezoekers, waaronder zelfs Hollanders en Zeeuwen,
samenkomen. Eu allen geven onverdeeld bljjk van
hunne bewondering over hetgien zjj zien. Terwjjl toch
overal de aardappelvelden door ziekte of door het af
sterven van het loof een doodsch aanzien hebben ver
kregen, ziet men ongeveer 13 bunders grond begroeid
met een gewas, dat uit de verte het aanzien heeft van
een frisch groen klaverland.
Uit alles bljjkt, dat de heer Van der Weg, een der
ondernemende landbouweis, die steeds streven naar
vooruitgang op hun gebied en zich door geene teleur
stelling laten afschrikken, er in is geslaagd voor de
kleigronden een nieuwen aardappel te vinden, welke
vooral in Friesland wellicht de vrucht der toekomst
zal zyn. Terwjjl toch alle soorten bovenmatig door de
ziekte worden geteisterd, vertoont deze zich hier slechts
sporadisch en nauwelyks waarneembaar, en zjj zou zeker
geheel niet voorkomen, indien niet de geheele provincie
door de schadelijke en lastige kwaal was besmet. Juist
door het krachtig wtêrstandsvermogen van het loof
tegen de ziekte kan ook de knol zich voordeelig ont
wikkelen, want al wordt deze niet altjjd aangetast met
het loof, toch belemmert natuurljjk de ondergang van
dit laatste den verderen groei van den aardappel.
Duidelijk is dan ook in den vorigen heitst de groote
waarde van het nieuwe gewas geblekenop een zelfden
akker, waar onder geljjke omstandigheden de nieuwe
soort was verbouwd naast jammen, was bun opbrengst
ruim driemaal zoo groot als die der laatste.
Natuurljjk komt men alleen tot dit groote verschil
in een slecht aardappeljaar als 1890. In 1889 evenwel,
dat een gunstig jair genoemd kon worden, was de
opbrengst vau de nieuwe soort toch nog 50 pCt grooter
dan die der beste oude soorten. En hoe de landbouwers
na kennismaking met het nieuwe product de waarde
daarvan begrypen, bljjkt wel hieruit, dat bjjna allen,
ondanks den hoogen prys ƒ10 per mud zich*
pootaardappeleu van deze soort aanschaffen voor het
volgend jaar.
De heer Van der Weg heettzich bjj het aankweeken
van een nieuwe soort geheel laten Teiden door de
ondervinding, dat langzamerhand, doer de aanhoudende
voortplanting van knol tot knol en door de verwaar-
loozing van den bloei, de aardappel uitgeput wordt en
zjjn weerstandsvermogen tegen de ziekte verliest. Zoo
zijn de Munstersche, welke voor 40 jaar, en de Jaoimen
welke voor 10 jaar nog ziektevrjj werden genoemd,
thans uiterst vatbaar voor de kwaal. Door kunstmatige
bevruchting kweekt de heer Van der Weg van tjjd
tot tjjd krachtige zaadbollen, waarvan het zaad wordt
uitgezaaid en hetwelk, met zorg behandeld, aardappelen
levert ter grootte van eene erwt, welke op de gewone
wjjze worden uitgepoot en goede pootaardappels ver
schaffen. Reeds deze geven een loof met een krachtig
weerstandsvermogen tegen de ziekte. Op deze wjjze
hoopt de heer Van der Weg de kwaal, die zóó in den
grond wordt bestreden, langzamerhand geheel te boven
te komen.
KERKNIEUWS.
In No. 9 van het Algemeen Nederl. Familieblad,
onder redactie van den heer A. A. Voaterman van
Oyen te 's Gravenhage, is, van eene bevoegde hand,
opgenomen eene Geschiedkundige Naamljjst van de
Predikanten bjj de Herv. gemeente te Sirjansland",
hoofdzakeljjk bestaande uit eene levensschets van elk
der 20 predikanten, welke sinds 1659 deze gemeente
achtervolgens bediend hebben, n.l.: 1. Jacobus Boejje,
2. Johs. van der Vorm, 3. Johs. van den Heuvel,
4. Willem Rombouts, 5. SebastianuB Sandvlugt, 6.
Jacs. van Cleeff, 7. Jobs. Severinus, 8. Honrs. Jacs.
vap Nonhuys, 9. Johan Fredk. van der Sloot, 10.
Hendrik van den Hespel, 11. Johs. Jacs. van Hsttingen,
12. Nies. Bruistens, 13. Pieter de Bruin, 14. Hendrik
Joban van Ingen, 15. Adriaan van Ruyven, 16. Gerardua
Jorissen, 17. -Jan Willem Ermerins, 18. Wilhs. Nies.
Wolterink, 19. Adrs. Corns. Kamerman en 20. Adrianus
Johannes de Lint.
Uit Den Haag meldt men:
De teraardebestelling van het stoffelyk overschot
van da. Moll was eenvoudig en indrukwekkend. Tal-
looze belangstellenden waren bjj het sterfhuis en aan
de groevedeputation uit den kerkeraad, uit de diaconet se-
inrichting, predikanten, enz. op de begraafplaats.
Vier hoofdonderwijzers van christeijjkescholen droegen
de slippen van het ljjkkleed.
Op verlangen van den overledene werd er geen
ljjkrede gehouden. Ds Oort sprak een afscheidswoord
en de kinderen der hoogste klasse van de christelijke
scholen zongen gezang 187.
Vier kransen waren door besturen van scholen ge
zonden.
Ingezonden Stukken.
Saimenspraike tusschen Stoffel Bieze
en Jilles Krukel.
XII.
Stoffel. Ik al zoa lange van 't zin eweest om nai
je toe te kommen, maar deur de drukte wier ik verinderd,
noe bin 'k er is uutebroke want ik bin nieuwsgierig nai je.
Jilles. Ik bin blie dat 'k je zie, wantje zult wel
kurven vol nieuws te vertellen Je eit ommers nair de
mart eweest?
Stoffel. Ja Jilles, ik voor de mart den oest nog
binne krege, mar 't eit er ejoekstairt man om voor de mart
klair te kommen. Griete ei m'n nog al an eport, je begriept
ze zeurde mar over de mart.
Jilles. In oe is 't ofeloape, ei je nog al plezier aod?
S t o 1 f e 1. 't Was vuuf jair leë dat m'n Griette in de
mart eweest ao, mar man ze eit genote dat is 'n lust.
Oe lange of m'n werk aod van de balie tot de oute
brugge, dat weet ik niet. ik kon ze mar nie wegkriege. Ze
kreeg de schuutjesmole in 't vesier in noe kon ze mar niet
begrieppe oe dat in z'n werk gieng, in wat meen je. ze
wouw er in rie. mar dan most ik oak d'r in gai zitte. Oor
is Griette, zei ik, ik ouwe veel van je, mar ik rie nie meè,
dat mot je voor de jonkeid overlaite, in mecsmuulende gaf
ze m'n gliek en eindelik kwamme m'n zoo varre dat m'n
bie Jaepje van aole jaire aanlandede.
Jilles. Zoa zoa was die d'r oak weer, dair ek oak
al is bie estai, mar dan kuije nie laite om wat te koapen.
Stoffel. Noe m'n Griette eit 'n inslag edai, 't gekste
was dat 'k al 'n portie scherven ao eer dat 'k tuus was;
porjabel Griette zei ik, vrouwlie motte toch aoltied koape.
mar as je oak zooveel moois ziet dan is 't oak verleidelijk,
want in den duune zieje zukke diengen niet.
Jilles. 't Is wair Stoffel, ei je oak nog in 'n spilletje
eweest?
Stoffel. Ja buurt, dat is m'n slecht bekomme, m'n
stonge voor '11 spil dair zukke raore taile op eschreve stong,
ik zegge tegen Griette, wat zou dat beteikene, dat oorde
'n eer die dair bie was, 't was 't er eene uut Duuveland
zeije ze, in die zei dat er op stong: »Got as je 't is wist".
Ja zeit ie, as je 't is wist. Toe wier ik zoo nieuwsgierig
dat ik in stilte tegen Griette zei, dair motte m'n in gai
kieke, noe moste m'n eest vuuftien cent betaile eer dat
m'n d'r in mogte, ik douwe Griette vooruut, want dair was
veel volle in, mar porjabel, zoo as ze in 't spil kwam zag
ze 'n groot leelik beest, in toe gaf ze 'n schreeuw dat 't
deur m'n broekspuupen ene gong, ze draait omme, pakt
m'n bie m'n lurven in poet m'n veromme. Gauw Stoffel,
zeit ze, d'r uutik bin niet nair de mart ekomme om ons
eige op te laite vreten, in onder die and stong ik biiute
op de straite.
Jilles. Wat was dair dan toch gainde?
Stoffel. Ja dat wist ik niet, ik vroeg et an zoo'n
klein gries vijntje (laiter oirde ik dat ie de menister uut
de stad was) in die zei dat dair beeren in waire die uut
Rusland kwamme. Toe 'k dat oirde was ik blie dat 'k
buute was.
Jilles. Ik kan je geen ongeliek geve, want de naim
alleenig maikt mien altied raor, daigeliks komme d'r beeren
an uus, al is 't ook in 'n andere gedainte. Voor mien part
wouw ik dat 'r geen beeren in de wereld waire, dan oefde
m'n nooit benauwd te wezen.
Stoffel. Mar Jilles, dan konne m'n geen biggetjes
meer kweeke.
Jilles. Dat is vooreerst oak niet meer noadig, want
dair is tegenwoordig zoo'n overvloed van, dat er voor lange
genoeg bin, in noe aol de Israëlieten uut Rusland komme
wordt er toch geen spek meer egete.
Stoffel. Zouwe dat oak mensen uut Rusland eweest
die mit die beeren op de mart waire, de menister zei
dat ze frans praitede.
Jilles. Dan zal 't wel wair weze, want ik oirde lest,
dat Frankriek in Rusland leit, in dair praite ze frans, in
dan dat raore opschrift»Got as je 't is wist", das oak
zoo ies onvcrklairbairs. Ja buurt as je aoles is wist wat
er rnar in zoo'n tentje ommegait, dan zou je d'r mogelik
niet verbie durve gai.
Stoffel. Dairom bin ik mit m'n Griette mar gouw
deur gai, mar 't was dair zoo'n gedrang dat m'n bienai
in de slik ten ouwen kwamme. Ik vroeg an 'n kaoiloaper:
wanneer zonwe de mensen dair over kunne loape? die man
zei: dat ze d'r al mit 'n prikslee overgleêe, mar ik beliefde
dat niet te gloaven.
Jilles. Eije in 't pairespil oak nog eweest?
Stoffel. Dair m'n >oor estai, mar toen d'r'n veint
op 'n osse nair buute kwam, aod ik er genoeg van, m'n
Griette ao 't oak niks verzie op die wit bonte gezichten
van die beesten, die buute stonge en die konne praite. Nee,
zei ze, praitende beesten dair mot ik niks van want dan
zou ik zeis motte zwiege.
Jilles. Nee Stoffel, dat waire mensen die je ezien eit
rnit wit in bont gemaikte gezichten die d'r eige zoa toe-
taikele om de mensen zooveel te makkeliker in de tente te
lokken, en d'r duiten op die wieze vast te kriegen.
Stoffel. Dat ek emerkt dat ze op de mart dair nog
al slag van Dichte bie dat spil zag ik nog zoo'n groote
tente stai, ik vroeg an 'n vijntje die mee 'n pair emmers
waiter an kwam zette, wat of dat voor 'n tente was. Dat
vijntje zette z'n emmers neer, en begon te vertellen dat
dair Commedie in espeelt wier. Ik vroeg wat of dat be-
teikende, dat oad ik nooit ezie. Toe zeit ie dat zoa ies
meer voor de groote lui was, want dair kon je zie in oare
wat die soort lui zooal uutevoerd in nog uut zulle voere.
Mar zeg ik, gai die groote lui dair nai kieke in nair
luustere. Wel zeker zeit ie, dat zie ze aolemaile graig, want
ze zie dair nooit d'r eige formaot mar altied wat d'r vrienden
of kennissen edain
Mar zeit ie, jie kunt beter is nair de stad komme as mien
volkje speelt, das eel wat mooier, die geve beste muziek.
As je noe is in dé Nieuwsbode ziet dat Kunst e» Eer speelt
dan mot je mar is komme. Ik wouw nog iels vraige, mar
weg was 't vijntje mit z'n emmers.
Jilles. Wair ei je in de stad egete?
Stoffel. In 't waifelkraim man, dat aod ik nog nooit
bieëwoont, bie Vanzooien gloaf ik. Mar die kan waifels
bakke, dai ek mit plezier nair zitte kieke, in ze waire
lekker oak. Eest waire m'n van plan om bie deSchoonzeune
van Nemiatje op 't oekje te gai eten, mar Griette zeit:
nee wor dair is geen tied voor, want m'n motte nog veel
gai kieke.
Jilles. Ei je nog bie wairzeggers eweest
Stol fel. Dat zal wair weze, Griette ieuw niet op of
m'n moste in 't wairzeggerspil in toe gebeurde dat oak.
Jilles. Wat vertelde ze dair wel, was 't wat nieuws?
Stoffel. Dat was nog al veel. Ik keek al gouw in
m'n bosse of die nog niet vol goud zat, want ze voorspelde
m'n zooveel moois, ze zeide dat ili 'n rielie man zou worre
in agouw andeel in 'n groote fabriek zou kriege, dat m'n
Griette dairdeur op d'r gemak zou kunne gai leve, in dat
m'n zeune kanse oade om boer te worren in de nieuwe in
te dieken polder in Duuveland, as ze den diek d'r rond
kunne kriege. Ik kon 't niet laite toe 'k van 'n fabriek in
'n nieuwe polder oorde om is te vraigen of den tram in
Schouwen zou komme. Toe zeit ze: Dair is 'n jonk blond
ongetrouwd veintje die d'r nog al moeite voor doet, in as
noe joe Burgemeester dair oak is an elpt in aol de Burge
meesters dairvoor wèrm maikt, dan komt ie zeker, in dat
zal 'n groot voordeel geve voor stad in land. Bovendien
kriege je dan al gouw 'n domenie en dan word jie benoemd
as ouderlienk. Voorts zei ze nog dat m'n Griette geen
kinders meer zal kriege, noe dat kan elk wel profeteeren,
z' is boven den tand zou Bom zegge.
Jilles. Verbaasd Stoffel, eit die wairzegster dat ezeit?
Begriep je niet dat ze dair de nieuwe butterfabriek mee
meende, 't is toch wonderbairlik dat zoo'n vrouwmens nair
de Zurkseesche mart mot komme om dat an joe te voor
spellen, dat is wis en drie 'n goed teiken, anders zou dat
bie zoo'n wairzegster niet opkomme.
Oe raid ze 't zoo dat je Griette dairdeur 'n makkelik
leven zal kriegen, dat is stellig de butterfabriek dair ze op
esproke eit.
Stoffel. Noe gai m'n oagen ope, dat zal krek wair
weze, oil* is Jilles, m'n motte dair gouw gai kieke, want ik
gloave dat rn'n dair, veel te lange mee wachte.
Jilles. Dat is goed, mar noe mot je eest varder de
mart uutlegge.
Stoffel. Wat za'k zegge, ik probeerde om in erbergen
te kommen dair ze an 't ziengen waire, mar 't was overal
zoo vol dat m'n d'r niet in konne, ik zegge tegen Griette
je zou niet zegge dat de airpels zoo slecht bin, in dat den
oest nog edosse mot worre.
Jilles. Ja mar Stoffel, as 'n mens van uus is dan
vergeet ie meestal et aokelige van den toestand in z'n liasse.
Stoffel. Vooral as je op de mart bint dan doe je soms
zotte diengen. Griette most nog is in 'n tente kieke in toe
't er op an kwam most ik voor elk vuuftien cent betaile,
toe m'n binne waire zagge m'n zoo'n groote mallemole op
wielen, 't was 'n leven dat ooren in zien vergong, voor die
vuuftien cent mogt je rie op alderlei vrimde beesten. Ik
was d'r sclioe van, mar dair zag Griette bejairde mensen
mit 'n tonoed op in 'n schuute op 'n beest zitte, toe most
ze d'r in, oali ik most mee rie, mar o jeetje, dair kreeg
ze 't benauwd van dat op ;in neer gain, gelukkig dat ze
opieuwen mit draaien, zoodrai as ze begonnen, anders aod
dat in panne eten eworre.
Jilles. Noe begriep ik niet dat jie dair in eree eit.
Stoffel. Ik begrieppe m'n eige niet, nog minder die
ouwe groate lui, die op zooveelderlei wiezen al deur de
wereld ereen
Jilles. Ja t is wair, eel de menseid angt in raidsels
an m'ekandere.
Stoffel. Dan ao je bie ons motte weze, m'n nog in
't spil van Bas of Albert eweest, dair m'n zie toavere.
Griette begreep het niet zei ze, in ik begreep er oak niks
van. Dair zagge m'n geesten nog onbegriepeliker as dat er
Zondaigs aivens in 't aimstiese bos bin. 'n Levensgroot meisje
ieng zoo mar tussen emel en airde, zonder ergens an vast
te ouwen. Dan was dair nog te zien 'n man mit'n blauwen
baird in 'n ondeugende krepele knecht. Die blauwen baird
aode zeven vrouwen etrouwd, wairvan d'r zesse opiengen
in 'n kaimer dair geen mens in mogt komme, mar die
zevende vrouwe was net as aol de vrouwen, in bitje nieuws
gierig, in die dee stilletjes de deure ope in toe zag ze die
vrouwen ange, net as in de elle ienge ze dair te branden.
Griette neep m'n in m'n erm toe die blauwenbaird kwam
in die zevende vrouwe d'r oak an most, toe bin rn'n gouw
uut 't spil egai, in ik was blie dat m'n bie Kasoek op 't
plein waire.
Jilles. Ao je d'r toe genoeg van
Stoffel. Ja buurt, ik was moe van 't kieken. Griette
zei: ik wouw dat 'k tuus was. Noe 't is 'n groote reize
oak. Toe m'n an 't rien waire zei zeStoffel, dat ek noe
weer ezie, mar ik bin mee aol die vrimdigeen niks wiesder
eworre, ik bin der moe van in m'n bosse is d'r leeg van
eworre. Noe zal 't weer wel vuuf jair duure eer ill in de
mart komme.
Jilles. Ja Stoffel, as je 't wel beschouwd is 't er niet
veel an, je raikt eimelik veel duiten kwiet. Gloaf je wel