ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. Donderdag 17 September 1891. Directeur-Uitgever J. WAALE. Burger-Avonilscliool. PATENTBLADEN. Algemeen Overzicht. NIEUWSTIJDINGEN. Verschijnt DINSDAGDONDERDAG en ZATERDAG. De prijs per 3 maanden is f 1,30franco per post f 1,60. Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending eens per week, f 10,per jaar. 48ste JAARGANG. No. 6054. Advertentiënvan 13 regels 30 Cts. meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des Maandags, "Woensdags en Vrijdags middags 12 ure bezorgd worden. Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend. Dö COMMISSIE VAN TOEZICHT op bet Middelbaar Onderwijs te Zierikzee maakt bekend, dat bet ex.tmen van hen die wenschen toegelaten te worden tot de lessen op de Barger-Avnndschool, zal plaats hebben op Woensdag den 30 September c.k., des avonds ten zes ure en dat zy, die dit eximen wenschen af te leggen, zich daartoe vooraf in persoon moeten aanmelden by den Directeur der Hoogere Burgerschool, op Zaterdag den 26 Septem ber des avonds tueschen 6 en 8 uur. Namens de Commissie, RöELL, Secretaris. Het HOOFD van het Gemeentebestuur te Zierikzee brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de Patentbladen over het suppletoir- en het eerste kwartaalskohier (dienst 189,/gj) ter Secretarie der Gemeente ingevuld gereed liggen, en van heden af tot en met Woensdag den 23sten dezer aldaar door belanghebbenden in persoon kunnen worden afgehaald. De niet afgehaalde Patentbladen zullen daarna door den Deurwaarder der Directe Belastingen aan de huizen der belanghebbenden worden rondgebracht, welke beambte voor elk rondgebracht Patent van de Patentplichtigen tien cent mag vorderen. Zierikzee, den 16 September 1891. W. A. OCHTMAN, Weth., 1". B. De zucht tot praten is velen aangeboren. Wanneer er nu geen ernstig onderwerp is, waarover ge sproken kan worden, betzij uit mindere ontwikkeling, betzij uit totale afwezigheid van een dergelijk onderwerp, is het natuurlijk, dat men tracht zijn praatzucht bot te vieren, door te spreken over allerlei alledaagsche onderwerpen en niet zelden zijn toevlucht neemt tot het verzinnen van het een of ander, om toch maar de aandacht te trekken. In eene dusdanige positie bevindt zich de Europeesche pers. Er moet gebabbeld worden; de kolommen moeten vol; nieuws, belangrijk nieuws is er weinig, en wat is dus natuurlijker, dan dat men zich gaat bezig houden met veronderstellingen, en die breed, zeer breed uitmeet. Zoo kon men deze week onthaald worden op allerlei mededeelingen, dat de toestand van Europa volstrekt niet zoo rooskleurig was, als men zich voorstelde; dat er maar zeer weinig noodig zou zijn, om de twee groote bondgenootschappen, de triple-alliantie en het Russisch-Fransche bondgenootschap, tegen elkander in het harnas te jagen, en dat den veranderden toestand in Turkije de oorzaak daartoe zijn zou. De Dardanellenquaestie is nu van de baan, doch de Sultan heeft aan zijn groot-vizier Kjamil-Pacha plotseling zijn ontslag gegeven eu met hem de overige leden van het Ministerie ontslagen. Deze gebeurtenis wordt druk besprokende groote politieke beteekenis er van door niemand ontkent; maar sommigen zoeken de redenen voor bet ontslag in de binnenlandsche, andere in de buiten- landsche staatkunde der Porte. Gedurende 6 jaren, van 25 September 1885 af, bekleedde Kjamil- Pacha den post van groot-vizier, en in dien tijd heeft hij menige crisis doorleefd, die een minder handig en invloedrijk staatsman ongetwijfeld ten val zou hebben gebracht. Doch in het laatste jaar had hij met velerlei inceielijkheden te kampen het geschil met de bisschoppen in Macedonië, de pogingen van Bulgarije om de erkenning van den Coburger door de Porte te verkrijgen, de opstand op Orel a en die der Yemen, waren moeilijkheden, die moeielijk te overwinnen waren. Daarbij kwamen oneenigheden in het Kabinet zelf, waartoe vooral de lastige positie van den Minister van Financiën het zjjne bijdroeg. Redenen te over dus om aan te nemen, dat het ontslag van het Ministerie zijn oorsprong vindt in binnenlandsche aangelegen heden. Het zou echter belachelijk zijn deze verandering niet te beschouwen als deels een gevolg van de belangrijke verandering, die onlangs op internationaal gebied is tot stand gekomen, of althans bekend werd. Kjamil-Pacha stelde er eene eer in, de man te zijn van de triple-alliantie of wat op hetzelfde neerkomt, de vertrouwde van het Kabinet van Berlijn. Niet slechts schonk bij de belangrijkste betrekkingen in den generalen staf, de militaire commandementen en de burgerlijke administratie aan Dnitschers; niet slechts waven allerlei voordeelige concessiën voor openbare werken bij voorkeur gegund aan^)uitsche en Oostenrijksche kapitalisten, maar het geheele Turkscbe Rijk was onder zijne leiding vrij wel door de triple-alliantie geïnspireerd. Dit schijnt den Sultan niet naar den zin te zijn geweest, en het is dan ook op te maken uit de jongste gebeurtenissen dat er besluiten zijn genomen door den Sultan zelf, zonder zijn groot-vizier daarover te raadplegen. Eene officieele mededeeling van de Porte verzekert dan ook, dat de Kabinetswijziging in geen enkel opzicht verandering brengen zal in de algemeeue staatkundige richting van Europa. De Regeering van den Sultan zal zich beijveren om bij voort during dezelfde beginselen in toepassing te brengen, die baar tot dusver tot richtsnoer strekten, namelijk: hervormingen in het binnenland, vrede en goede betrekkingen met het buitenland. Maar, toch wordt de val van Kjamil-Pacha toegeschreven aan zijne overdreven inschikkelijkheid jegens Engeland; aan de houding van Oostenijjk ten opzichte van Bosnië en Herzegowinaaan de overtuiging welke zich bij den Sultan vestigde, dat de triple-alliantie hem ernstige moeilijkheden zou berokkenen, zonder dat eenige vergoeding daartegenover stondaan den hacbelijken toestand in Yemen; aan den stand van zaken in Egypte en de Balkan-Staten, en aan het gerucht eener samenzwering tegen den Sultan. Aangaande dit laatste punt wordt nog gemeld, dat de gewezen groot-vizier streng wordt bewaakt en men hem beschuldigt, gelden te hebben verstrekt aan den broeder des Sultans, den ver- moedelijken troonopvolger. Wat hiervan zij, zooveel schijnt zeker: de Sultan schijnt genoeg te hebben van de krachtige regeering van Kjamil-Pacha en wil zelf weer eens beproeven te regeeren. De nieuwbenoemde Ministers zullen zich moeten vergenoegen met een schijn van macht en zoo is er weer een schoon vooruitzicht geopend voor de intriges en den onderlingen naijver der ver schillende Europeesche gezantschappen en legatiën. In Oostenrijk heeft het een bijzonder gunstigen indruk gemaakt, dat Keizer Wilhelm, na afloop van de groote manoeuvres van de Oostenrijkseh- Hongaarsche officieren en soldaten, nadrukkelijk heeft gesproken, als van zijne kameraden", nadat hij de manoeuvres onvermoeid en niet alleen als toeschouwer had medegemaakt. Men ziet hierin de uitdrukking dat in tijd van nood al de legers, die thans op verre afstanden in Duitschland en Oostenrijk hunne oefeningen houden, één enkel leger zullen vormen, aan één bevel zullen gehoor zamen. Daarop rust de hoop der volkeren, de vrede van Europa. Van Oostenrijk is de Keizer naar München vertrokken, ten einde de leger- manoeuvres in Beieren bij te wonen, ctöch niet in zijne kwaliteit van opperbevelhebber van het Duitsehe leger, doch als gast van den Prins-Regent Luitpold. Klaarblijkelijk wil men de gevoeligheid van de Beieren sparen zooveel dit mogelijk is. Met het oog hierop zal Graaf Blumenthal binnenkort aftreden als leger-inspecteur van de vierde inspectie (Wurtemburg en Beieren) en vervangen worden door een Beierschen Prins, den tweeden zoon van den Prins-Regent. Aan beleefdheden heeft het natuurlijk ook te München niet ontbroken en den indruk dien de Keizer ook daar heeft achtergelaten, is eene zeer gunstige. Het voorloopig bewind in Chili heeft tegen 18 October algemeene verkiezingen uitgeschreven voor nieuwe Kamers en gemeentebesturen en voor de kiezers voor een nieuwen President. Deze laatste zouden den 18en November bijeenkomen. De overwinning der congrespartij zal met een driedaagscb feest worden gevierd. Jegens de tegen partij is men zeer vergevensgezind; men vergunt hare aanhangers vrij het land te verlaten. Amerika. Te St-Joseph (staat Missouri) moest zekere Lewis Balling, voor moord op zijne vrouw, opgehangen worden. Den dag voor zijn doodvonnis bracht hij door met het schrjjven van brieven en met bidden. Toen de sherif hem kwam zeggen dat het oogenblik gekomen was, smeekte de veroordeelde om uitstel, slechts eenige uren. Die werden hem verleend doch, die tjjd verloopen zjjnde, vroeg hij opnienw uitstel. Het werd hem ander maal toegestaan, doch nauwelijks had de sherif de cel verlaten of hij hoorde twee schoten. Balling had zich twee re vol ver kogels in de borst Daar hy echter nog niet dood was, werd hjj bloe dend, stervend naar het schavot gebracht. De ongelukkige weerde nog tegen mee de weinige kracht, die hem overbleef, gedurig om genade smeekend. Aan het schavot gekomen werd hjj door de beuls knechten recht gehouden, terwjjl men de kap over zij a hoofd en den strop om zijnen hals wierp. Men kan denken wat indruk die dramatische zaak maakte. De geesteljjke, die verdacht wordt den veroordeelde het wapen bezorgd te heboeu is, ondanks zjjne protee- taties, aangehouden. Wat zonderling mag heeten, is dat de revolver niet teruggevonden is. Engeland. Aan de Times wordt het volgende gemeld omtrent de aanvaring tusschen de «Taormina" en de «Thessalia": Het Italiaansche stoomschip «Taormina", van Kon- stantinopel komende, werd in den nacht van 11 op 12 dezer nabjj het eiland Gaidars in volle vaart mid scheeps aangeloopen door het Grieksche stoomschip ïThessalia". Daar de luiken van de «Taormina" open stonden, werden verscheidene passagiers door den schok in het ruim geworpen en reeds terstond gedood. Ia het eerst bleven de beide vaartuigen aan elkander vast, waardoor vele opvarenden van de «Taormina" gelegenheid hadden op de «Thessalia" over te springen. Kort daarna zonk de »Taormioa", en de >Thessalia" moest zwaar beschadigd de naaste haven binnenloopen. Van de 66 passagiers en 46 koppen der «Taormina" zjjn er 32 en 31 gered. De gezagvoerder, kapitein Ferroni, bleef op de brug op zjjn post en zonk met zjjn schip. De koningin heeft de medaille der tweede klasse verleend aan John Cooper, derde stuurman aan boord der stoomboot «Massilia". Cooper heeft een Indische matroos gered, die in den Indischen Oceaan over boord viel. Hjj sprong gekleed in 't water en greep den dren keling vast. Als men nu weet dat er een half uur verliep eer de sloep geredde en redder kwam halen en dat het water krioelde van haaien, zal men al het moedige dezer daad inzien. Frankrijk. Een Hollander, zekere Jean Jacques de Moor, bijgenaamd Petit", is te Parjjs ter dood veroordeeld, wegens moord op zijne vrouw gepleegd. Duitschland. Berlijn, 14 Sept. Het Berliner Tagéblatt heeft van zjjnen correspondent uit Oost Afrika per telegraaf bericht ontvangen, dat de Duitsehe militaire expeditie, onder bevel van Zelewski, in een gevecht tegen den Wahehe-stam totaal uit elkaar is gestagen. Tien Europeesche officieren en 300 negersoldaten zjjn waar- schjjnljjk gesneuveld. Drie honderd Mauser geweren, twee Maximkanonnen en nog twee andere stukken geschut zjjn met al de ammunitie in handen des vijands gevallen. Yier Europeanen en zestig negers zjjn naar Kandoa gevlucht. Het station Nwpapwa, hetwelk don grooten karavanenweg van de zeekust naar het binnenlandsch gebied der meren dekt, ver keert in gevaar. Het is voorloopig onmogelijk, eene nieuwe grootere expeditie tegen dea zegevierenden stam der Wahehe-negers uit te zenden. De toestand is kritiek. Nederland. Sueck, 13 Sjpt. Aangaande den koffiediefstal albier kan nog het volgende worden gemeld: Zaterdagmiddag jl. zjjn de twee branders met den makelaar Jasper B. naar Leeuwarden opgezonden. Allen, benevens de schoenmaker, bij wien eene baal koffie uit den regenbak werd gehaald, hebben volledig bekend. Onderscheiden winkeliers dreven handel met de firma Jasfer Co. Het rechte getal zal men wel nooit te weten komen, omdat er, na den eersten dag van heb voorloopig verhoor, eene groote hoeveelheid koffis in de Franeker Vaart dreef, die, jammer genoeg, door de schippers voor lichte turf was aangezien. Hoe het raogeljjk is, dat de dieven eiken Woensdag morgen een 30 pond aan Jasper afleverden, laat zich gemakkeijjk verklaren, als men weet, dat de heeren Visser 21 maal per dag laten branden. Van elk spit werd steeds een schep in een zak gemoffeld, dien men eene veilige schuilplaats in de turf bezorgde. Doordat alle boonen niet tegeljjk worden gebrand en ook de grootte der boonen vaak aanmerkelyk verschilt, kostte het de politie weinig moeite te onderzoeken, wat al dan niet gestolen waar was. Op mengelmoes werd eenvoudig beslag gelegd, en het duurde dan ook niet lang, of de eigenaars moesten bekennen, dat het koffie was van Jasper en consorten. ®s Grx*»veiil»ag:e, 14 Sept. Zooals bekend is, was door den afgetreden Minister van Binnenlandsche Zaken, den heer De Savomio Lohman, voor den aan koop van een huis, waarin tjjdens de restauratie van het Binnenhof de bureau's van zijn departement zouden worden gevestigd, een voorloopig contract aangegaan met den eigenaar, waarin o:^a. was bedongen, dat de staat de rente van de koopso*m zou vergoeden, zooiang het huis ter beschikking van het rijk gehouden werd. Wjj vernemen thans, dat die rente uit de staatB- begrooting zal worden betaald, daar de som dezer dagen officieel als staatsuitgave is erkend. ®s Gravenhage, 14 Sept. Wanneer het onder zoek der geloofsbrieven in de Tweede Kamer tijdig afloopt, zal de Minister van Financiën vermoedelijk in het eind der volgende week de staatsbegrooting indienen. Ia de gebruikelijke millioenenrede, waarin de Minister dan den geldeljj ken toestand zal uiteenzetten, zal hjj niet, als zijn voorganger drie keeren doen mocht, op een gnnstigen loop der rjjksontvangsten in het loopende jaar kunnen wjjzen. Ia de zeven eerste maanden van 1891 hebben nl. de middelen bjjna 1 millioen minder opgebracht dan in dat tjjdvak van 1890, en Augustus heeft daarin weinig verandering gebracht. Ia beide jaren gaf die maand ongeveer hetzelfde bedrag, zoodat het ongunstige ver schil nagenoeg hetzelfde is gebleven. De oorzaak is boofdzakeljjk te vinden bjj de indirecte belastingen, die meer dan 11 ton bjj het vorige jaar ten achter zjjn, omdat niet alleen het successierecht ruim 6 ton minder inbracht, maar ook zegel- en registratierechten achteruit zjjn gegaan, grootendeels zeker wegens slapheid in zaken en de vermindering van het aantal nieuwe handelsondernemingen. Ook de invoerrechten hebben ƒ26.000 minder gegeven en de domeinen wjjzen een nadeelig verschil van 456.000 aan. Deze nadeelige posten worden slechts voor een klein gedeelte opgewogen door een meerdere ontvangst van 230.000 uit de accijnzen (grootendeels uit het ge distilleerd), 162.000 uit de directe belastingen (grond belasting en patent), 187.000 uit de posterjjen, 67.000 uit de telegrafen en 21.000 uit de loods gelden. Er schijnt thans weder een tjjdperk van magere jaren te zjjn ingetreden, wat de taak van den Minister van Financiën zeker niet weinig verzwaart. De regeering zal, hetzij door bezuiniging, hetzjj door versterking der middelen, of beide te zamen, moeten trachten het financieel evenwicht te bewaren. En tevens rust op haar de plicht, de belastinghervorming ter hand te nemen, wat haar voorgangster verzuimd heeft te doen. De nieuwe Minister vac Finanoiën staat in allen gevalle voor een minder gevulde schatkist dan de heer Godin de Beaufort bjj zjjn optreden vond. ®«s Graveuha<;e, 15 Sept. De vereenigde zitting der Staten- Generaal werd heden door H. M. de Koningin- Regentes geopend met de volgende rede: „Mijne Heeren! «Met dankbaarheid zie Ik de Staten-Generaal rondom Mij vereenigd, gereed om hunne arbeid te hervatten. «De algemeene toestand van land en volk stemt in menig opzicht tot tevredenheid. »De betrekkingen tot alle buitenlandsche mogendheden zijn van den meest vriendschappelijken aard. «Zee- en landmacht gaan op loffelijke wijze voort haren plicht te betrachten. Beiden toonden zich, ook waar de blokkade der kust van Atjeh meer dan gewone inspanning van de zeemacht vordert, voor hare taak berekend. »De geldmiddelen des rijks eischen wegens reeds vroeger bevolen uitgaven versterking. «Handel en scheepvaart breiden zich uit; de uitkomsten der volksnijverheid zijn niet onbevredigend; de oogst heeft door de ongunstige weèrsgesteldheid geleden, maar de toestand van den veestapel is gunstig. «Duidelijk, is bij de laatste verkiezingen opnieuw de wenschelijklieid gebleken, dat op ordelijke wijze, zonder langere vertraging, in wetgeving en staatsbestuur de her vormingen worden tot stand gebracht, waarvan de nood zakelijkheid is erkend en waartoe de grondwetsherziening den weg heeft geopend. «Daarheen zal Mijn streven zijn gericht. «De indiening van een wetsontwerp tot regeling van het kiesrecht, deze noodzakelijke voorwaarde van blijvende verbetering, wordt voorbereid. «Herziening der provinciale- en gemeentewetten zal hierop moeten volgen. In afwachting daarvan kunnen tijdelijke maatregelen getroffen worden tot ondersteuning van te zwaar belaste gemeenten. «Verbetering van het rijks-belastingstelsel is een dringende eiseh der rechtvaardigheid. Wetsontwerpen om hieraan te voldoen, zullen u spoedig bereiken. «Tot eene organisatie der landmacht en tot vorming der levende strijdkrachten, welke, zonder te groote persoonlijke en geldelijke offers, de weerbaarheid van ons volk kunnen verzekeren, worden voorstellen in gereedheid gebracht. Inmiddels zal u eene voordracht worden gedaan tot tijdelijke versterking der nationale militie. «Met materieel der zeemacht eischt verbetering. Maat regelen worden beraamd om daarin te voorzien. «Eene wettelijke regeling der "administratieve rechtspraak zal met ernst worden voorbereid. «De indiening van het ontwerp van een wetboek van militair strafrecht mag in deze zitting worden tegemoet gezien. «Van andere declen onzer wetgeving zal eene herziening worden ter hand genomen. «Wettelijke bepalingen omtrent den leerplicht zullen u worden voorgedragen. «Het vakonlerwijs ten behoeve van handel en zeevaart, nijverheid en landbouw, kan rekenen op Mijnen steun. «Aan verbetering van onze maatschappelijke toestanden, °°k in verband met de eischen van handel en nijverheid, blijf Ik Mijne aandacht wijden. «Maatregelen in het belang van de veiligheid en ge zondheid in fabrieken en werkplaatsen en tot verzekering van het lot van oude of verminkte werklieden zullen, naarmate het door den wetgever bevolen onderzoek vordert, worden ontworpen. «Het welzijn van onze overzeesche bezittingen gaat Mij grootelijks ter harte. «Het bestuur van Nederlandsch-Indië te doen beantwoorden aan de eischen des tijds; door onbekrompen aanleg van daartoe noodige werken de ontwikkeling te bevorderen; belemmeringen van den vooruitgang op te heffen; en door toenemende welvaart der ingezetenen aan de Indische financiën een vasten grondslag te geven, zal Mijn ernstig streven zijn. «De maatregelen van bedwang op Noord-Sumatra zuller, zoolang noodig, met kracht worden gehandhaafd, opdat alle verzet worde gekeerd, rust en orde verzekerd. «In Suriname versvacht Ik van eendrachtige samenwerking met de Koloniale Staten goede vruchten voor de welvaart en den vooruitgang dier kolonie. «Veelomvattend en ernstig is de zaak waarvoor Ik, tot verzekering der stoffelijke en zedelijke welvaart van het Nederlandsche volk, met vertrouwen de medewerking inroep der Staten-Generaal. «Moge uw arbeid, Mijne Heeren, onder Gods zegen strekken tot blijvend welzijn van het dierbaar vaderland. »In naam der Koningin verklaar Ik de gewone zitting der Staten-Generaal te zijn geopend." De korte namiddagzitting, waarin de Eerste Kamer hare werkzaamheden hervatte, werd bijgewoond door een viertal ministers. Twee hunner, de heeren Van Tienhoven en Tak van Poortvliet, waren voor deze Kamer goede hekenden. De rede waarmede de voorzitter, rnr. Van Naamen van Eeinnes, het voorzitterschap aanvaardde, was bij uitstek kort. Van elke politieke toespeling zich onthoudende, legt hij nadruk op het groot vertrouwen, dat het land voor de toekomst stelt in de jeugdige Koningin, opgevoed en geleerd door hare voortreffelijke moeder, en drukte hij de ver wachting uit, dat de eendrachtige samenwerking van de beide Kamers met de regeering bevorderlijk moge zijn aan de welvaart des lands, tot verbetering en ontwikkeling van den maatschappelijken toestand. Nu de openingsrede wederom door koninklijken mond werd uitgesproken, zal, overeenkomstig het gebruik, dé troonrede met een adres worden beantwoord, dat heden zal worden ontworpen. Bottordiinj. Als een bijdrage tot do wjjze waarop caféhouders zonder vergunning bekend worden wegens het tappen van Bterken drank, deelt men bet volgende mede: Een heer, met hoogen hoed op het hoofd en een rotting in de hand, stapt een café zonder vergunning binnen. Jan, één bier. Asjeblieft, meneer. Jan krijgt vier centen fooi. Daarna verschijnt een werkman en vraagt een ïoude klare". Bediende: Geen vergunning, baas. Werkman: Dan één bier. Spoedig vertrekt de werkman, waarna de bediende zich op de knieën slaande tot zjjn meester zegt: dat was politie, maar lekker nik9. De kastelein heeft het naar zijn zin. Heer met hoogen hoed tot den kastelein: Was dat politie? U Bchijut de politie goed te kennen. Kastelein: Ja meneer, althans de le en 2e klasse en voor de 3e klasse behoef ik niet bang te zjjn, want die mag in geen café komen. Twee vaste klanten komen het café binnen, de een vraagt en krjjgt bier, de ander cognac. De heer met den hoogen hoed staat op, nadert het glaasje cognac, neemt, terwjjl hjj zich als rjjkspolitie aandient, een flinken teug cognac en vraagt den kastelein: Heb je vergunning? Vergunning? Neen, maar dat is niet mooi van je. Je had tegelijk met dien ander moeten vertrekken, die geen «oude klare" kreeg en die zeker bjj u behoorde. Rtjkspolitie-man: Neen meneer, toen u mjjn collega uitlachtet, dacht ik bjj mezelven: wacht opdedingen die komen zullen; en wjjzende op de cognac zjj zjjn gekomen I Kastelein: Ik zal je in de gaten houden; een half uur op een glaasje bier te zitten, bah! Rykspolitiemap: Ja meneer, daarin heb je gel jjk, maar mjjn tractement laat ni6t toe een tweede te nemen, adieu! Uit Voorne. Thans, nu de rust en kalmte weer teruggekeerd zjjn op de plaatsen, nog onlangs zoo vol leven en beweging, willen we iets mededeelen van de gecombineerde manoeuvres der zee- en landmacht, welke alhier gehouden zjjn. Reeds dagen te voren was het voor ieder duideljjk, dat er gewichtige dingen op handen waren. Hier en daar zag men seinpalen oprichten, wat verder ontmoette men eene rjj wagens, die het noodige met zich voerden om achter in het duin een kamp op te richten voor ongeveer 500 man. Op de rivier be speurde men een gedurig heen- en weervaren van monitors, stoomkanonneerbooten, torpedobooten, stoom- barkassen enz., terwjjl wjj des avonds onthaald werden op bundels electriech licht, welke alles wat zjj beschenen, in het volle daglicht stelden. Vrijdagmiddag arriveerden de grenadiers uit 's Hage en eene battery veldartillerie uit Roermond, terwjjl het kamp eerst Dinsdagmiddag betrokken werd door het lste bat. van bet 3ie reg. inf. uit Bergen op Zoom en de artillerie uit Breda eerst toen inkwartiering kreeg. Hoewel de oorlogstoestand reeds Zaterdag was ingetreden gingen de eerste dagen zeer rustig voorbjj. Maandag werd er te Hellevoetsluis en te Rockaoje door de aan wezige troepen parade gehouden ter gelegenheid van den verjaardag van H. M. Koningin Wilhelmina. Dinsdagmorgen zouden de eigenljjke manoeuvreseenen aanvang nemen, doch door den hevigen wind waren onze oorlogsbodems genoodzaakt het zeegat te verlaten en op eigen veiligheid bedacht, naar bionen te stoomen, waar nu vriend en vjjand heel rustig bjj elkaar lagen. Toen wjj des avonds een bezoek aan het kamp brachten, konden wij onze oogen niet open houden van het fijne zand, dat door den wind van de duinen naar de vlakte voortgestuwd werd. Donderdagmorgen omstreeks 11 nur had de voorgenomen landing van den vjjand plaats. Een 30tal matrozen sprongen uit de sloepen tot aan de borst in het water en trachtten al schietende het strand te bereiken, van waar zjj onze troepen tot achter de duinen terugdreven. Da soldaten uit het kamp ver anderden nu van vrienden in vjjanden. Hunne taak was het thans, in het bezit te geraken van de vesting Hellevoetsluis. Om dat doel te bereiken werd er Donderdag, Vrjjdag, Zaterdag, Maandag en Dinsdag aanhoudend gemanoeuvreerd. Doch niets mocht baten. Wel werd een deel van Voorne door den vjjand in bezit genomen, doch voor Hellevoetsluis stiet hjj het hoofd. Men was er te waakzaam en te sterk. Dinsdag middag om 12 uur kondigde een laatste kanonschot aan, dat de oorlogstoestand opgehouden had te bestaan en de manoeuvres voor ditmaal weer geëindigd wareu. Woensdagmorgen waren alle troepen, die aan de gecombineerde manoeuvres hadden deelgenomen, op het glacis buiten de Briellerpoort te Hellevoetsluis bijeen. De grenadiers stonden met den rug naar de vesting, de infanterie van het 3d Reg. waren met de mariniers en matrozen geplaatst langs den weg, die naar het Voornsche Kanaal leidt, terwijl de torpedisten, de vesting- en de veldartillerie langs dat k~.naal opgesteld waren. Het geheel stond onder commando van den majoor Van Dam vau Isselt van bet 3e Reg. lof. Om halt negen verscheen de leider der manoeuvres, de schout-bjj-nacht N. Mie Leod met eenen schitterenden staf van officieren. De muziek der marine, uit Den Helder hier gekomeD, speelde het Volkslied, hierin gevolgd door 't korps van de «Nautilus". Nadat de revue gehouden was, verzamelden alle officieren zich om den leider, die buide bracht aan hunne houding en hunne toewjjding. Vervolgens werd de dagorder uitgereikt en door eiken oudsten officier aan zjjn korps voor gelezen. Deze luidde: Bjj het eindigen vrd deze oefeningen is het mjj eene aangename taak, mjjne groote tevredenheid te betuigen aan de officieren van zee- en landmacht, die daaraan hebben deelgenomen, voor den betoonden jjver en over de goede houding, daarbjj aan den dag gelegd. Mogen deze oefeningen leger en vloot ten goede komen voor hunne moeieljjke taak als het Vaderland in gevaar is. Leve de Koningin! Nadat de troepen du voor den leider gedefileerd hadden, begon de inscheping. Een achttal stoombooten voerden de infanteristen en artilleristen naar hunne garnizoensplaatsen terug, terwjjl de marinieis en matrozen Daar hunne respectieve bodems terugkeerden, die in ééae lange rei in het Voornache Kanaal lagen. Tlioleii, 15 Sept. Maandagavond is in eene weide een kalfvaars van den landbouwer Hermus onder deze gemeente door den bliksem getroffen. Ziet-ilczee. De heer P. O. Olivier alhier is be noemd tot lid van het bestuur der Vereeniging ter behartiging der Stoomvaart-belangen in Nederland. Benoemd tot surnumerair bjj de staatsspoorwegen de heer D. M. Prumers te 's Gravenpolder. Bjj het toelatings examen der rjjkslandbouw9cbool te Wageningen is voor A. I. geslaagd A. Morren te Middelburg. Volgens bericht der kustwacht bevond zich Maandag avond tusschen Westkapelle en Domburg eene tjalk met den mast over boord, liggende slagzjjde, terwijl de branding over de boot heen sloeg. De sleep boot, ter assistentie uitgezonden, keerde, daar zjj wegens de duisternis toch niets kon uitvoeren, onverrichter zake terng. De reddingboot zeilde gister nacht te 12 u. 15 m. van Vlissingen uiten begaf zich, volgens laatste bericht van den vuurtoren, gister morgen te 5 u. 15 m. naar de tjalk, die zich nog in dezelfde positie bevond. Luidens een later uit Vlissingen gezonden be richt was, volgens rapport van den schipper, E. van Koepen, der gister voor tniddag teruggekeerde redding boot, de in nood verkeerende tjalk «De twee broeders", schipper De Raad, die steeoen gelost had voor den Vlietepolder. Daar het weder in den afgeloopen nacht bedaarder was geworden, verlangde de schipper der tjalk van de reddingboot geen assistentie en zal vermoedelijk door een visschersvaartnig dat er ook bjj was, naar binnen gesleept worden. Aan boord der tjalk bevonden zich de schipper, diens vrouw en twee knechts. Twee reizigers uit Rotterdam hadden het óngeluk aan het station te Sittard in een sneltrein te etappen en werden alzoo tegen hnn wil naar Roermond ge bracht. Niet alleen moesten zjj daar nog de bjj komende vracht betalen, maar ook stonden zjj nog voor het kantongerecht aldaar terecht. Tegen hen werd eene geldboete van 50 cents geëischt. De «Nederl. Vereeniging tot afschaffing van Bterken drank" heeft in haar te Leeuwarden gehouden algemeene vergadering het voorstel van mr. D. R. B. Van Lynden, uit Arnhem, luidende: «Het hoofdbestuur wordt uitgenoodigd maatregelen te nemeD bevorderljjk tot het tot Btand komen van wetten, waarbij de ver vaardiging en het vervoer van sterken drank in Neder land wordt verboden," aangenomen met dien verstande, dat aan eene commissie de nadere hestudeering der te nemen maatregelen wordt opgedragen. Het hoofdbestuur zal trachten van de regeering te verkrjjgen eene algemeene beperking ten opzichte van het openen en sluiten van herbergen en tapperjjen op Zondag. Binnen weinige dagen worden in gebruik gesteld de nieuwe postzegels met den beeldenaar van H. M. Koningin Wilhelmina. By beschikking van den Minister van Binnen landsche zaken is bepaald, dat het examen ter ver- krjjging van akten van bekwaamheid voor huis- en schoolonderwijs in vrye en orde-oefeningen der gymnastiek voor het jaar 1891 zal aanvangen op 5 October e.k. en dat de commissie, met het afnemen van dit examen belast, te Middelburg is samengesteld uit: het lid en voorzitter: de schoolopziener in het district Goe9; de ledenP. van der Meulen, leeraar aan de Hoogere Burgerschool te Goes; J. H. van der Bel, onderwijzer aan de gymnastiekschool te Middelburg; mejuffrouw A. S. Beugel, onderwyzeres aan eene openbare lagere school te Middelburgmejuffrouw J. Berkhout, leeraren aan de Hoogere Burgerschool voor meisjes te Dordrecht als plaatsvervanger van den voorzitter ia benoemd de schoolopziener in het district Middelburg en als plaatsvervangende leden: P. B. Oost LieveDse, onder- wyzer aan eene openbare lagere school te Vlissingen; mejuffrouw A. Risseeuw, lecrares aan de Hoogere Burgerschool voor meisjes te Leiden vóórts is nog benoemd tot plaatsvervangend lid in de commissie te 's Gravenhage mejuffrouw A. S. Beugel, onderwyzeres aan eene openbare lagere school te Middelburg. Naar men mededeelt moet de eerste gedachte aan Lambelet in verband met den meerbesproken diefstal by den commissaris des Konings te 's-Bosch zyn opgekomen, toen men ontdekte dat ook het fou- draal van het vermiste jachtgeweer verdwenen was. Naar men zegt was dit foudraal op eene plaats ge borgen, alleen bjj den jonker en Lambelet bekend. Toen het nu door eerstgenoemde werd gemist, kon dit niet anders dan argwaan wekken en gaf het der justitie een draad in handen, die vry zeker de richting aaugaf, waarin onderzocht diende te worden. Onder het opschrift: «Een slachtoffer van een administratief verschil" maakt de Haagsche Ct. melding van een militair, die na 24 dienstjaren, door een misverstand of een verkeerde uitlegging van bet gagementsreglement volgens de opvatting van den min. van koloniën F. G. van Bloemen Waanaers geen recht had op pensioen. De bedoelde militair Cornelia Bossard, onderofficier bjj het O. I. leger, had het land sedert 1855 by na onafgebroken trouw en eerlijk gediend, gedurende vier jaren o. a. in Atjeh. Versierd met de zilveren medaille voor 24 jaren trouwen dienst, by het overhandigen waarvan zyn commandant op 3 December 1884 zeide: «ge draagt nu uw pensioen op de borst; ge hebt het meeste recht er op", verzocht hy dan ook verlof om te repitrieeren, ten einde zyn pensioen te gaan genie'en. Op zyn aanvrage om pensioen werd hem medege deeld dat zyn verzoek niet voor inwilliging vatbear was, omdat hy geen 24 dienstjaren kon doen gelden. De dageD, op de terugreis naar Nederland aan boord doorgebracht, werden nl. door den minister niet als dubbelen (Indischen) diensttjjd in rekening aangemerkt. Wanhopig over het verlies van het zuur verdiende pensioen, bood Bossard daarop aan, dan nog eens twee jaren, zonder handgeld, naar Indië terug te gaan. Maar ook dit werd hem geweigerd, na omdat hjj te oud was! Nadat Bossard nu zes jaren zonder pensioen is ge weest, heelt hy zich met een adres tot de Koningin- Regentes gewend, in de eerste plaats met de eerbiedige vraag: of het den militair geoorloofd zou zyn, zoo weinig vertrouwen te stellen in zyne chefs, dat bjj zich eerst nog eene zou moeteu vergewissen, of de legercommandant wel te recht verklaarde, dat hy 24 dienstjaren heeft, of dat de militaire autoriteiten 't misschien mis hadden, en ten tweede, met de»e vraag: of hy het slachtoffer mag zyn, hetzy dan van onwetendheid dier chefs, of van de uitlegging van de reglementen aan het ministerie? Bossard heeft dairom aan H. M. verzocht, hem als nog gagement te verleenen. Kermis te Zierikzee. Het Tooneelgezelschap van den Tivoli-Schouwburg te Rotterdam opende Maandag alhier hare voor stellingen met het drama «Eerloos". Het aanwezige publiek genoot bjj de opvoering van dat stuk, a's zynde een greep uit het werk el jjk leven. De hoofd- vertooners slaagden door hun uitmuntend spel er in, om de hoorders te doen gevoelen wat de schrjjver heeft bedoeld. Wjj zullen korrelijks den inhoud mededeelen. Een hoogst accuraat rijks-ontvanger

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1891 | | pagina 1