ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE.
Donderdag 17 September 1891.
Directeur-Uitgever J. WAALE.
Burger-Avonilscliool.
PATENTBLADEN.
Algemeen Overzicht.
NIEUWSTIJDINGEN.
Verschijnt DINSDAGDONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is f 1,30franco per post
f 1,60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
48ste JAARGANG. No. 6054.
Advertentiënvan 13 regels 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags, "Woensdags en Vrijdags middags
12 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
Dö COMMISSIE VAN TOEZICHT op bet Middelbaar
Onderwijs te Zierikzee maakt bekend, dat bet ex.tmen
van hen die wenschen toegelaten te worden tot de
lessen op de Barger-Avnndschool, zal plaats hebben
op Woensdag den 30 September c.k.,
des avonds ten zes ure en dat zy, die dit eximen
wenschen af te leggen, zich daartoe vooraf in persoon
moeten aanmelden by den Directeur der Hoogere
Burgerschool, op Zaterdag den 26 Septem
ber des avonds tueschen 6 en 8 uur.
Namens de Commissie,
RöELL,
Secretaris.
Het HOOFD van het Gemeentebestuur te Zierikzee brengt
ter kennis van belanghebbenden, dat de Patentbladen over
het suppletoir- en het eerste kwartaalskohier (dienst 189,/gj)
ter Secretarie der Gemeente ingevuld gereed liggen, en van
heden af tot en met Woensdag den 23sten dezer aldaar
door belanghebbenden in persoon kunnen worden afgehaald.
De niet afgehaalde Patentbladen zullen daarna door den
Deurwaarder der Directe Belastingen aan de huizen der
belanghebbenden worden rondgebracht, welke beambte voor
elk rondgebracht Patent van de Patentplichtigen tien cent
mag vorderen.
Zierikzee, den 16 September 1891.
W. A. OCHTMAN, Weth., 1". B.
De zucht tot praten is velen aangeboren. Wanneer
er nu geen ernstig onderwerp is, waarover ge
sproken kan worden, betzij uit mindere ontwikkeling,
betzij uit totale afwezigheid van een dergelijk
onderwerp, is het natuurlijk, dat men tracht zijn
praatzucht bot te vieren, door te spreken over
allerlei alledaagsche onderwerpen en niet zelden
zijn toevlucht neemt tot het verzinnen van het
een of ander, om toch maar de aandacht te
trekken. In eene dusdanige positie bevindt zich de
Europeesche pers. Er moet gebabbeld worden; de
kolommen moeten vol; nieuws, belangrijk nieuws
is er weinig, en wat is dus natuurlijker, dan dat men
zich gaat bezig houden met veronderstellingen,
en die breed, zeer breed uitmeet. Zoo kon men
deze week onthaald worden op allerlei mededeelingen,
dat de toestand van Europa volstrekt niet zoo
rooskleurig was, als men zich voorstelde; dat er
maar zeer weinig noodig zou zijn, om de twee
groote bondgenootschappen, de triple-alliantie en het
Russisch-Fransche bondgenootschap, tegen elkander
in het harnas te jagen, en dat den veranderden
toestand in Turkije de oorzaak daartoe zijn zou.
De Dardanellenquaestie is nu van de baan, doch
de Sultan heeft aan zijn groot-vizier Kjamil-Pacha
plotseling zijn ontslag gegeven eu met hem de
overige leden van het Ministerie ontslagen. Deze
gebeurtenis wordt druk besprokende groote
politieke beteekenis er van door niemand ontkent;
maar sommigen zoeken de redenen voor bet
ontslag in de binnenlandsche, andere in de buiten-
landsche staatkunde der Porte. Gedurende 6 jaren,
van 25 September 1885 af, bekleedde Kjamil-
Pacha den post van groot-vizier, en in dien tijd
heeft hij menige crisis doorleefd, die een minder
handig en invloedrijk staatsman ongetwijfeld ten
val zou hebben gebracht. Doch in het laatste jaar
had hij met velerlei inceielijkheden te kampen
het geschil met de bisschoppen in Macedonië, de
pogingen van Bulgarije om de erkenning van den
Coburger door de Porte te verkrijgen, de opstand
op Orel a en die der Yemen, waren moeilijkheden,
die moeielijk te overwinnen waren. Daarbij kwamen
oneenigheden in het Kabinet zelf, waartoe vooral
de lastige positie van den Minister van Financiën
het zjjne bijdroeg. Redenen te over dus om aan
te nemen, dat het ontslag van het Ministerie
zijn oorsprong vindt in binnenlandsche aangelegen
heden. Het zou echter belachelijk zijn deze
verandering niet te beschouwen als deels een gevolg
van de belangrijke verandering, die onlangs op
internationaal gebied is tot stand gekomen, of
althans bekend werd. Kjamil-Pacha stelde er eene
eer in, de man te zijn van de triple-alliantie
of wat op hetzelfde neerkomt, de vertrouwde van
het Kabinet van Berlijn. Niet slechts schonk bij
de belangrijkste betrekkingen in den generalen staf,
de militaire commandementen en de burgerlijke
administratie aan Dnitschers; niet slechts waven
allerlei voordeelige concessiën voor openbare werken
bij voorkeur gegund aan^)uitsche en Oostenrijksche
kapitalisten, maar het geheele Turkscbe Rijk was
onder zijne leiding vrij wel door de triple-alliantie
geïnspireerd. Dit schijnt den Sultan niet naar
den zin te zijn geweest, en het is dan ook op
te maken uit de jongste gebeurtenissen dat er
besluiten zijn genomen door den Sultan zelf,
zonder zijn groot-vizier daarover te raadplegen.
Eene officieele mededeeling van de Porte verzekert
dan ook, dat de Kabinetswijziging in geen enkel
opzicht verandering brengen zal in de algemeeue
staatkundige richting van Europa. De Regeering
van den Sultan zal zich beijveren om bij voort
during dezelfde beginselen in toepassing te brengen,
die baar tot dusver tot richtsnoer strekten, namelijk:
hervormingen in het binnenland, vrede en goede
betrekkingen met het buitenland. Maar, toch
wordt de val van Kjamil-Pacha toegeschreven aan
zijne overdreven inschikkelijkheid jegens Engeland;
aan de houding van Oostenijjk ten opzichte van
Bosnië en Herzegowinaaan de overtuiging welke
zich bij den Sultan vestigde, dat de triple-alliantie
hem ernstige moeilijkheden zou berokkenen, zonder
dat eenige vergoeding daartegenover stondaan
den hacbelijken toestand in Yemen; aan den stand
van zaken in Egypte en de Balkan-Staten, en
aan het gerucht eener samenzwering tegen den
Sultan. Aangaande dit laatste punt wordt nog
gemeld, dat de gewezen groot-vizier streng wordt
bewaakt en men hem beschuldigt, gelden te hebben
verstrekt aan den broeder des Sultans, den ver-
moedelijken troonopvolger. Wat hiervan zij, zooveel
schijnt zeker: de Sultan schijnt genoeg te hebben
van de krachtige regeering van Kjamil-Pacha
en wil zelf weer eens beproeven te regeeren.
De nieuwbenoemde Ministers zullen zich moeten
vergenoegen met een schijn van macht en zoo
is er weer een schoon vooruitzicht geopend voor
de intriges en den onderlingen naijver der ver
schillende Europeesche gezantschappen en legatiën.
In Oostenrijk heeft het een bijzonder gunstigen
indruk gemaakt, dat Keizer Wilhelm, na afloop
van de groote manoeuvres van de Oostenrijkseh-
Hongaarsche officieren en soldaten, nadrukkelijk
heeft gesproken, als van zijne kameraden", nadat
hij de manoeuvres onvermoeid en niet alleen als
toeschouwer had medegemaakt. Men ziet hierin
de uitdrukking dat in tijd van nood al de legers,
die thans op verre afstanden in Duitschland en
Oostenrijk hunne oefeningen houden, één enkel
leger zullen vormen, aan één bevel zullen gehoor
zamen. Daarop rust de hoop der volkeren, de
vrede van Europa. Van Oostenrijk is de Keizer
naar München vertrokken, ten einde de leger-
manoeuvres in Beieren bij te wonen, ctöch niet
in zijne kwaliteit van opperbevelhebber van het
Duitsehe leger, doch als gast van den Prins-Regent
Luitpold. Klaarblijkelijk wil men de gevoeligheid
van de Beieren sparen zooveel dit mogelijk is.
Met het oog hierop zal Graaf Blumenthal binnenkort
aftreden als leger-inspecteur van de vierde inspectie
(Wurtemburg en Beieren) en vervangen worden
door een Beierschen Prins, den tweeden zoon van
den Prins-Regent. Aan beleefdheden heeft het
natuurlijk ook te München niet ontbroken en den
indruk dien de Keizer ook daar heeft achtergelaten,
is eene zeer gunstige.
Het voorloopig bewind in Chili heeft tegen
18 October algemeene verkiezingen uitgeschreven
voor nieuwe Kamers en gemeentebesturen en voor
de kiezers voor een nieuwen President. Deze
laatste zouden den 18en November bijeenkomen.
De overwinning der congrespartij zal met een
driedaagscb feest worden gevierd. Jegens de tegen
partij is men zeer vergevensgezind; men vergunt
hare aanhangers vrij het land te verlaten.
Amerika.
Te St-Joseph (staat Missouri) moest zekere Lewis
Balling, voor moord op zijne vrouw, opgehangen worden.
Den dag voor zijn doodvonnis bracht hij door met
het schrjjven van brieven en met bidden.
Toen de sherif hem kwam zeggen dat het oogenblik
gekomen was, smeekte de veroordeelde om uitstel,
slechts eenige uren.
Die werden hem verleend doch, die tjjd verloopen
zjjnde, vroeg hij opnienw uitstel. Het werd hem ander
maal toegestaan, doch nauwelijks had de sherif de cel
verlaten of hij hoorde twee schoten.
Balling had zich twee re vol ver kogels in de borst
Daar hy echter nog niet dood was, werd hjj bloe
dend, stervend naar het schavot gebracht.
De ongelukkige weerde nog tegen mee de weinige
kracht, die hem overbleef, gedurig om genade smeekend.
Aan het schavot gekomen werd hjj door de beuls
knechten recht gehouden, terwjjl men de kap over zij a
hoofd en den strop om zijnen hals wierp.
Men kan denken wat indruk die dramatische zaak
maakte.
De geesteljjke, die verdacht wordt den veroordeelde
het wapen bezorgd te heboeu is, ondanks zjjne protee-
taties, aangehouden.
Wat zonderling mag heeten, is dat de revolver niet
teruggevonden is.
Engeland.
Aan de Times wordt het volgende gemeld omtrent
de aanvaring tusschen de «Taormina" en de «Thessalia":
Het Italiaansche stoomschip «Taormina", van Kon-
stantinopel komende, werd in den nacht van 11 op
12 dezer nabjj het eiland Gaidars in volle vaart mid
scheeps aangeloopen door het Grieksche stoomschip
ïThessalia". Daar de luiken van de «Taormina" open
stonden, werden verscheidene passagiers door den
schok in het ruim geworpen en reeds terstond gedood.
Ia het eerst bleven de beide vaartuigen aan elkander
vast, waardoor vele opvarenden van de «Taormina"
gelegenheid hadden op de «Thessalia" over te springen.
Kort daarna zonk de »Taormioa", en de >Thessalia"
moest zwaar beschadigd de naaste haven binnenloopen.
Van de 66 passagiers en 46 koppen der «Taormina"
zjjn er 32 en 31 gered. De gezagvoerder, kapitein
Ferroni, bleef op de brug op zjjn post en zonk met
zjjn schip.
De koningin heeft de medaille der tweede klasse
verleend aan John Cooper, derde stuurman aan boord
der stoomboot «Massilia".
Cooper heeft een Indische matroos gered, die in den
Indischen Oceaan over boord viel.
Hjj sprong gekleed in 't water en greep den dren
keling vast.
Als men nu weet dat er een half uur verliep eer
de sloep geredde en redder kwam halen en dat
het water krioelde van haaien, zal men al het moedige
dezer daad inzien.
Frankrijk.
Een Hollander, zekere Jean Jacques de Moor,
bijgenaamd Petit", is te Parjjs ter dood veroordeeld,
wegens moord op zijne vrouw gepleegd.
Duitschland.
Berlijn, 14 Sept. Het Berliner Tagéblatt heeft
van zjjnen correspondent uit Oost Afrika per telegraaf
bericht ontvangen, dat de Duitsehe militaire expeditie,
onder bevel van Zelewski, in een gevecht tegen den
Wahehe-stam totaal uit elkaar is gestagen. Tien
Europeesche officieren en 300 negersoldaten zjjn waar-
schjjnljjk gesneuveld. Drie honderd Mauser geweren,
twee Maximkanonnen en nog twee andere stukken
geschut zjjn met al de ammunitie in handen des
vijands gevallen. Yier Europeanen en zestig negers
zjjn naar Kandoa gevlucht. Het station Nwpapwa,
hetwelk don grooten karavanenweg van de zeekust
naar het binnenlandsch gebied der meren dekt, ver
keert in gevaar. Het is voorloopig onmogelijk, eene
nieuwe grootere expeditie tegen dea zegevierenden stam
der Wahehe-negers uit te zenden. De toestand is
kritiek.
Nederland.
Sueck, 13 Sjpt. Aangaande den koffiediefstal
albier kan nog het volgende worden gemeld:
Zaterdagmiddag jl. zjjn de twee branders met den
makelaar Jasper B. naar Leeuwarden opgezonden.
Allen, benevens de schoenmaker, bij wien eene baal
koffie uit den regenbak werd gehaald, hebben volledig
bekend.
Onderscheiden winkeliers dreven handel met de firma
Jasfer Co. Het rechte getal zal men wel nooit te
weten komen, omdat er, na den eersten dag van heb
voorloopig verhoor, eene groote hoeveelheid koffis in
de Franeker Vaart dreef, die, jammer genoeg, door de
schippers voor lichte turf was aangezien.
Hoe het raogeljjk is, dat de dieven eiken Woensdag
morgen een 30 pond aan Jasper afleverden, laat zich
gemakkeijjk verklaren, als men weet, dat de heeren
Visser 21 maal per dag laten branden. Van elk spit
werd steeds een schep in een zak gemoffeld, dien men
eene veilige schuilplaats in de turf bezorgde.
Doordat alle boonen niet tegeljjk worden gebrand en
ook de grootte der boonen vaak aanmerkelyk verschilt,
kostte het de politie weinig moeite te onderzoeken,
wat al dan niet gestolen waar was. Op mengelmoes
werd eenvoudig beslag gelegd, en het duurde dan ook
niet lang, of de eigenaars moesten bekennen, dat het
koffie was van Jasper en consorten.
®s Grx*»veiil»ag:e, 14 Sept. Zooals bekend is,
was door den afgetreden Minister van Binnenlandsche
Zaken, den heer De Savomio Lohman, voor den aan
koop van een huis, waarin tjjdens de restauratie van
het Binnenhof de bureau's van zijn departement zouden
worden gevestigd, een voorloopig contract aangegaan
met den eigenaar, waarin o:^a. was bedongen, dat de
staat de rente van de koopso*m zou vergoeden, zooiang
het huis ter beschikking van het rijk gehouden werd.
Wjj vernemen thans, dat die rente uit de staatB-
begrooting zal worden betaald, daar de som dezer dagen
officieel als staatsuitgave is erkend.
®s Gravenhage, 14 Sept. Wanneer het onder
zoek der geloofsbrieven in de Tweede Kamer tijdig
afloopt, zal de Minister van Financiën vermoedelijk in
het eind der volgende week de staatsbegrooting indienen.
Ia de gebruikelijke millioenenrede, waarin de Minister
dan den geldeljj ken toestand zal uiteenzetten, zal hjj
niet, als zijn voorganger drie keeren doen mocht, op
een gnnstigen loop der rjjksontvangsten in het loopende
jaar kunnen wjjzen.
Ia de zeven eerste maanden van 1891 hebben nl. de
middelen bjjna 1 millioen minder opgebracht dan in
dat tjjdvak van 1890, en Augustus heeft daarin weinig
verandering gebracht. Ia beide jaren gaf die maand
ongeveer hetzelfde bedrag, zoodat het ongunstige ver
schil nagenoeg hetzelfde is gebleven.
De oorzaak is boofdzakeljjk te vinden bjj de indirecte
belastingen, die meer dan 11 ton bjj het vorige jaar
ten achter zjjn, omdat niet alleen het successierecht
ruim 6 ton minder inbracht, maar ook zegel- en
registratierechten achteruit zjjn gegaan, grootendeels
zeker wegens slapheid in zaken en de vermindering
van het aantal nieuwe handelsondernemingen.
Ook de invoerrechten hebben ƒ26.000 minder gegeven
en de domeinen wjjzen een nadeelig verschil van
456.000 aan.
Deze nadeelige posten worden slechts voor een klein
gedeelte opgewogen door een meerdere ontvangst van
230.000 uit de accijnzen (grootendeels uit het ge
distilleerd), 162.000 uit de directe belastingen (grond
belasting en patent), 187.000 uit de posterjjen,
67.000 uit de telegrafen en 21.000 uit de loods
gelden.
Er schijnt thans weder een tjjdperk van magere
jaren te zjjn ingetreden, wat de taak van den Minister
van Financiën zeker niet weinig verzwaart. De regeering
zal, hetzij door bezuiniging, hetzjj door versterking der
middelen, of beide te zamen, moeten trachten het
financieel evenwicht te bewaren. En tevens rust op
haar de plicht, de belastinghervorming ter hand te
nemen, wat haar voorgangster verzuimd heeft te doen.
De nieuwe Minister vac Finanoiën staat in allen
gevalle voor een minder gevulde schatkist dan de
heer Godin de Beaufort bjj zjjn optreden vond.
®«s Graveuha<;e, 15 Sept. De vereenigde zitting
der Staten- Generaal werd heden door H. M. de Koningin-
Regentes geopend met de volgende rede:
„Mijne Heeren!
«Met dankbaarheid zie Ik de Staten-Generaal rondom Mij
vereenigd, gereed om hunne arbeid te hervatten.
«De algemeene toestand van land en volk stemt in menig
opzicht tot tevredenheid.
»De betrekkingen tot alle buitenlandsche mogendheden
zijn van den meest vriendschappelijken aard.
«Zee- en landmacht gaan op loffelijke wijze voort haren
plicht te betrachten. Beiden toonden zich, ook waar de
blokkade der kust van Atjeh meer dan gewone inspanning
van de zeemacht vordert, voor hare taak berekend.
»De geldmiddelen des rijks eischen wegens reeds vroeger
bevolen uitgaven versterking.
«Handel en scheepvaart breiden zich uit; de uitkomsten
der volksnijverheid zijn niet onbevredigend; de oogst heeft
door de ongunstige weèrsgesteldheid geleden, maar de
toestand van den veestapel is gunstig.
«Duidelijk, is bij de laatste verkiezingen opnieuw de
wenschelijklieid gebleken, dat op ordelijke wijze, zonder
langere vertraging, in wetgeving en staatsbestuur de her
vormingen worden tot stand gebracht, waarvan de nood
zakelijkheid is erkend en waartoe de grondwetsherziening
den weg heeft geopend.
«Daarheen zal Mijn streven zijn gericht.
«De indiening van een wetsontwerp tot regeling van het
kiesrecht, deze noodzakelijke voorwaarde van blijvende
verbetering, wordt voorbereid.
«Herziening der provinciale- en gemeentewetten zal hierop
moeten volgen. In afwachting daarvan kunnen tijdelijke
maatregelen getroffen worden tot ondersteuning van te
zwaar belaste gemeenten.
«Verbetering van het rijks-belastingstelsel is een dringende
eiseh der rechtvaardigheid. Wetsontwerpen om hieraan te
voldoen, zullen u spoedig bereiken.
«Tot eene organisatie der landmacht en tot vorming der
levende strijdkrachten, welke, zonder te groote persoonlijke
en geldelijke offers, de weerbaarheid van ons volk kunnen
verzekeren, worden voorstellen in gereedheid gebracht.
Inmiddels zal u eene voordracht worden gedaan tot tijdelijke
versterking der nationale militie.
«Met materieel der zeemacht eischt verbetering. Maat
regelen worden beraamd om daarin te voorzien.
«Eene wettelijke regeling der "administratieve rechtspraak
zal met ernst worden voorbereid.
«De indiening van het ontwerp van een wetboek van
militair strafrecht mag in deze zitting worden tegemoet
gezien.
«Van andere declen onzer wetgeving zal eene herziening
worden ter hand genomen.
«Wettelijke bepalingen omtrent den leerplicht zullen u
worden voorgedragen.
«Het vakonlerwijs ten behoeve van handel en zeevaart,
nijverheid en landbouw, kan rekenen op Mijnen steun.
«Aan verbetering van onze maatschappelijke toestanden,
°°k in verband met de eischen van handel en nijverheid,
blijf Ik Mijne aandacht wijden.
«Maatregelen in het belang van de veiligheid en ge
zondheid in fabrieken en werkplaatsen en tot verzekering
van het lot van oude of verminkte werklieden zullen,
naarmate het door den wetgever bevolen onderzoek vordert,
worden ontworpen.
«Het welzijn van onze overzeesche bezittingen gaat Mij
grootelijks ter harte.
«Het bestuur van Nederlandsch-Indië te doen beantwoorden
aan de eischen des tijds; door onbekrompen aanleg van
daartoe noodige werken de ontwikkeling te bevorderen;
belemmeringen van den vooruitgang op te heffen; en door
toenemende welvaart der ingezetenen aan de Indische
financiën een vasten grondslag te geven, zal Mijn ernstig
streven zijn.
«De maatregelen van bedwang op Noord-Sumatra zuller,
zoolang noodig, met kracht worden gehandhaafd, opdat
alle verzet worde gekeerd, rust en orde verzekerd.
«In Suriname versvacht Ik van eendrachtige samenwerking
met de Koloniale Staten goede vruchten voor de welvaart
en den vooruitgang dier kolonie.
«Veelomvattend en ernstig is de zaak waarvoor Ik, tot
verzekering der stoffelijke en zedelijke welvaart van het
Nederlandsche volk, met vertrouwen de medewerking inroep
der Staten-Generaal.
«Moge uw arbeid, Mijne Heeren, onder Gods zegen strekken
tot blijvend welzijn van het dierbaar vaderland.
»In naam der Koningin verklaar Ik de gewone zitting
der Staten-Generaal te zijn geopend."
De korte namiddagzitting, waarin de Eerste Kamer
hare werkzaamheden hervatte, werd bijgewoond door een
viertal ministers. Twee hunner, de heeren Van Tienhoven
en Tak van Poortvliet, waren voor deze Kamer goede
hekenden. De rede waarmede de voorzitter, rnr. Van Naamen
van Eeinnes, het voorzitterschap aanvaardde, was bij
uitstek kort.
Van elke politieke toespeling zich onthoudende, legt hij
nadruk op het groot vertrouwen, dat het land voor de
toekomst stelt in de jeugdige Koningin, opgevoed en geleerd
door hare voortreffelijke moeder, en drukte hij de ver
wachting uit, dat de eendrachtige samenwerking van de
beide Kamers met de regeering bevorderlijk moge zijn
aan de welvaart des lands, tot verbetering en ontwikkeling
van den maatschappelijken toestand.
Nu de openingsrede wederom door koninklijken mond
werd uitgesproken, zal, overeenkomstig het gebruik, dé
troonrede met een adres worden beantwoord, dat heden
zal worden ontworpen.
Bottordiinj. Als een bijdrage tot do wjjze
waarop caféhouders zonder vergunning bekend worden
wegens het tappen van Bterken drank, deelt men bet
volgende mede:
Een heer, met hoogen hoed op het hoofd en een
rotting in de hand, stapt een café zonder vergunning
binnen.
Jan, één bier.
Asjeblieft, meneer.
Jan krijgt vier centen fooi.
Daarna verschijnt een werkman en vraagt een ïoude
klare".
Bediende: Geen vergunning, baas.
Werkman: Dan één bier.
Spoedig vertrekt de werkman, waarna de bediende
zich op de knieën slaande tot zjjn meester zegt: dat
was politie, maar lekker nik9.
De kastelein heeft het naar zijn zin.
Heer met hoogen hoed tot den kastelein: Was dat
politie? U Bchijut de politie goed te kennen.
Kastelein: Ja meneer, althans de le en 2e klasse
en voor de 3e klasse behoef ik niet bang te zjjn, want
die mag in geen café komen.
Twee vaste klanten komen het café binnen, de een
vraagt en krjjgt bier, de ander cognac. De heer met
den hoogen hoed staat op, nadert het glaasje cognac,
neemt, terwjjl hjj zich als rjjkspolitie aandient, een
flinken teug cognac en vraagt den kastelein:
Heb je vergunning?
Vergunning? Neen, maar dat is niet mooi van
je. Je had tegelijk met dien ander moeten vertrekken,
die geen «oude klare" kreeg en die zeker bjj u behoorde.
Rtjkspolitie-man: Neen meneer, toen u mjjn collega
uitlachtet, dacht ik bjj mezelven: wacht opdedingen
die komen zullen; en wjjzende op de cognac
zjj zjjn gekomen I
Kastelein: Ik zal je in de gaten houden; een half
uur op een glaasje bier te zitten, bah!
Rykspolitiemap: Ja meneer, daarin heb je gel jjk,
maar mjjn tractement laat ni6t toe een tweede te
nemen, adieu!
Uit Voorne. Thans, nu de rust en kalmte weer
teruggekeerd zjjn op de plaatsen, nog onlangs zoo vol
leven en beweging, willen we iets mededeelen van de
gecombineerde manoeuvres der zee- en landmacht, welke
alhier gehouden zjjn. Reeds dagen te voren was het
voor ieder duideljjk, dat er gewichtige dingen op handen
waren. Hier en daar zag men seinpalen oprichten, wat
verder ontmoette men eene rjj wagens, die het noodige
met zich voerden om achter in het duin een kamp op
te richten voor ongeveer 500 man. Op de rivier be
speurde men een gedurig heen- en weervaren van
monitors, stoomkanonneerbooten, torpedobooten, stoom-
barkassen enz., terwjjl wjj des avonds onthaald werden
op bundels electriech licht, welke alles wat zjj beschenen,
in het volle daglicht stelden.
Vrijdagmiddag arriveerden de grenadiers uit 's Hage
en eene battery veldartillerie uit Roermond, terwjjl
het kamp eerst Dinsdagmiddag betrokken werd door
het lste bat. van bet 3ie reg. inf. uit Bergen op Zoom
en de artillerie uit Breda eerst toen inkwartiering kreeg.
Hoewel de oorlogstoestand reeds Zaterdag was ingetreden
gingen de eerste dagen zeer rustig voorbjj. Maandag
werd er te Hellevoetsluis en te Rockaoje door de aan
wezige troepen parade gehouden ter gelegenheid van
den verjaardag van H. M. Koningin Wilhelmina.
Dinsdagmorgen zouden de eigenljjke manoeuvreseenen
aanvang nemen, doch door den hevigen wind waren
onze oorlogsbodems genoodzaakt het zeegat te verlaten
en op eigen veiligheid bedacht, naar bionen te stoomen,
waar nu vriend en vjjand heel rustig bjj elkaar lagen.
Toen wjj des avonds een bezoek aan het kamp brachten,
konden wij onze oogen niet open houden van het fijne
zand, dat door den wind van de duinen naar de vlakte
voortgestuwd werd. Donderdagmorgen omstreeks 11 nur
had de voorgenomen landing van den vjjand plaats.
Een 30tal matrozen sprongen uit de sloepen tot aan
de borst in het water en trachtten al schietende het
strand te bereiken, van waar zjj onze troepen tot achter
de duinen terugdreven. Da soldaten uit het kamp ver
anderden nu van vrienden in vjjanden. Hunne taak was
het thans, in het bezit te geraken van de vesting
Hellevoetsluis. Om dat doel te bereiken werd er
Donderdag, Vrjjdag, Zaterdag, Maandag en Dinsdag
aanhoudend gemanoeuvreerd. Doch niets mocht baten.
Wel werd een deel van Voorne door den vjjand in
bezit genomen, doch voor Hellevoetsluis stiet hjj het
hoofd. Men was er te waakzaam en te sterk. Dinsdag
middag om 12 uur kondigde een laatste kanonschot
aan, dat de oorlogstoestand opgehouden had te bestaan
en de manoeuvres voor ditmaal weer geëindigd wareu.
Woensdagmorgen waren alle troepen, die aan de
gecombineerde manoeuvres hadden deelgenomen, op het
glacis buiten de Briellerpoort te Hellevoetsluis bijeen.
De grenadiers stonden met den rug naar de vesting,
de infanterie van het 3d Reg. waren met de mariniers
en matrozen geplaatst langs den weg, die naar het
Voornsche Kanaal leidt, terwijl de torpedisten, de
vesting- en de veldartillerie langs dat k~.naal opgesteld
waren. Het geheel stond onder commando van den
majoor Van Dam vau Isselt van bet 3e Reg. lof. Om
halt negen verscheen de leider der manoeuvres, de
schout-bjj-nacht N. Mie Leod met eenen schitterenden
staf van officieren. De muziek der marine, uit Den
Helder hier gekomeD, speelde het Volkslied, hierin
gevolgd door 't korps van de «Nautilus". Nadat de revue
gehouden was, verzamelden alle officieren zich om den
leider, die buide bracht aan hunne houding en hunne
toewjjding. Vervolgens werd de dagorder uitgereikt
en door eiken oudsten officier aan zjjn korps voor
gelezen. Deze luidde:
Bjj het eindigen vrd deze oefeningen is het mjj eene
aangename taak, mjjne groote tevredenheid te betuigen
aan de officieren van zee- en landmacht, die daaraan
hebben deelgenomen, voor den betoonden jjver en over
de goede houding, daarbjj aan den dag gelegd. Mogen
deze oefeningen leger en vloot ten goede komen voor
hunne moeieljjke taak als het Vaderland in gevaar is.
Leve de Koningin!
Nadat de troepen du voor den leider gedefileerd
hadden, begon de inscheping. Een achttal stoombooten
voerden de infanteristen en artilleristen naar hunne
garnizoensplaatsen terug, terwjjl de marinieis en
matrozen Daar hunne respectieve bodems terugkeerden,
die in ééae lange rei in het Voornache Kanaal lagen.
Tlioleii, 15 Sept. Maandagavond is in eene
weide een kalfvaars van den landbouwer Hermus onder
deze gemeente door den bliksem getroffen.
Ziet-ilczee. De heer P. O. Olivier alhier is be
noemd tot lid van het bestuur der Vereeniging ter
behartiging der Stoomvaart-belangen in Nederland.
Benoemd tot surnumerair bjj de staatsspoorwegen
de heer D. M. Prumers te 's Gravenpolder.
Bjj het toelatings examen der rjjkslandbouw9cbool
te Wageningen is voor A. I. geslaagd A. Morren te
Middelburg.
Volgens bericht der kustwacht bevond zich
Maandag avond tusschen Westkapelle en Domburg
eene tjalk met den mast over boord, liggende slagzjjde,
terwijl de branding over de boot heen sloeg. De sleep
boot, ter assistentie uitgezonden, keerde, daar zjj wegens
de duisternis toch niets kon uitvoeren, onverrichter
zake terng. De reddingboot zeilde gister nacht te 12 u.
15 m. van Vlissingen uiten begaf zich, volgens laatste
bericht van den vuurtoren, gister morgen te 5 u. 15 m.
naar de tjalk, die zich nog in dezelfde positie bevond.
Luidens een later uit Vlissingen gezonden be
richt was, volgens rapport van den schipper, E. van
Koepen, der gister voor tniddag teruggekeerde redding
boot, de in nood verkeerende tjalk «De twee broeders",
schipper De Raad, die steeoen gelost had voor den
Vlietepolder.
Daar het weder in den afgeloopen nacht bedaarder
was geworden, verlangde de schipper der tjalk van de
reddingboot geen assistentie en zal vermoedelijk door
een visschersvaartnig dat er ook bjj was, naar binnen
gesleept worden. Aan boord der tjalk bevonden zich
de schipper, diens vrouw en twee knechts.
Twee reizigers uit Rotterdam hadden het óngeluk
aan het station te Sittard in een sneltrein te etappen
en werden alzoo tegen hnn wil naar Roermond ge
bracht. Niet alleen moesten zjj daar nog de bjj komende
vracht betalen, maar ook stonden zjj nog voor het
kantongerecht aldaar terecht. Tegen hen werd eene
geldboete van 50 cents geëischt.
De «Nederl. Vereeniging tot afschaffing van
Bterken drank" heeft in haar te Leeuwarden gehouden
algemeene vergadering het voorstel van mr. D. R. B.
Van Lynden, uit Arnhem, luidende: «Het hoofdbestuur
wordt uitgenoodigd maatregelen te nemeD bevorderljjk
tot het tot Btand komen van wetten, waarbij de ver
vaardiging en het vervoer van sterken drank in Neder
land wordt verboden," aangenomen met dien
verstande, dat aan eene commissie de nadere hestudeering
der te nemen maatregelen wordt opgedragen.
Het hoofdbestuur zal trachten van de regeering te
verkrjjgen eene algemeene beperking ten opzichte van
het openen en sluiten van herbergen en tapperjjen op
Zondag.
Binnen weinige dagen worden in gebruik gesteld
de nieuwe postzegels met den beeldenaar van H. M.
Koningin Wilhelmina.
By beschikking van den Minister van Binnen
landsche zaken is bepaald, dat het examen ter ver-
krjjging van akten van bekwaamheid voor huis- en
schoolonderwijs in vrye en orde-oefeningen der
gymnastiek voor het jaar 1891 zal aanvangen op 5
October e.k. en dat de commissie, met het afnemen
van dit examen belast, te Middelburg is samengesteld
uit:
het lid en voorzitter: de schoolopziener in het
district Goe9;
de ledenP. van der Meulen, leeraar aan de Hoogere
Burgerschool te Goes; J. H. van der Bel, onderwijzer
aan de gymnastiekschool te Middelburg; mejuffrouw
A. S. Beugel, onderwyzeres aan eene openbare lagere
school te Middelburgmejuffrouw J. Berkhout, leeraren
aan de Hoogere Burgerschool voor meisjes te Dordrecht
als plaatsvervanger van den voorzitter ia benoemd
de schoolopziener in het district Middelburg en als
plaatsvervangende leden: P. B. Oost LieveDse, onder-
wyzer aan eene openbare lagere school te Vlissingen;
mejuffrouw A. Risseeuw, lecrares aan de Hoogere
Burgerschool voor meisjes te Leiden
vóórts is nog benoemd tot plaatsvervangend lid in
de commissie te 's Gravenhage mejuffrouw A. S. Beugel,
onderwyzeres aan eene openbare lagere school te
Middelburg.
Naar men mededeelt moet de eerste gedachte
aan Lambelet in verband met den meerbesproken
diefstal by den commissaris des Konings te 's-Bosch
zyn opgekomen, toen men ontdekte dat ook het fou-
draal van het vermiste jachtgeweer verdwenen was.
Naar men zegt was dit foudraal op eene plaats ge
borgen, alleen bjj den jonker en Lambelet bekend.
Toen het nu door eerstgenoemde werd gemist, kon dit
niet anders dan argwaan wekken en gaf het der
justitie een draad in handen, die vry zeker de richting
aaugaf, waarin onderzocht diende te worden.
Onder het opschrift: «Een slachtoffer van een
administratief verschil" maakt de Haagsche Ct. melding
van een militair, die na 24 dienstjaren, door een
misverstand of een verkeerde uitlegging van bet
gagementsreglement volgens de opvatting van den
min. van koloniën F. G. van Bloemen Waanaers geen
recht had op pensioen.
De bedoelde militair Cornelia Bossard, onderofficier
bjj het O. I. leger, had het land sedert 1855 by na
onafgebroken trouw en eerlijk gediend, gedurende vier
jaren o. a. in Atjeh.
Versierd met de zilveren medaille voor 24 jaren
trouwen dienst, by het overhandigen waarvan zyn
commandant op 3 December 1884 zeide: «ge draagt
nu uw pensioen op de borst; ge hebt het meeste
recht er op", verzocht hy dan ook verlof om te
repitrieeren, ten einde zyn pensioen te gaan genie'en.
Op zyn aanvrage om pensioen werd hem medege
deeld dat zyn verzoek niet voor inwilliging vatbear
was, omdat hy geen 24 dienstjaren kon doen gelden.
De dageD, op de terugreis naar Nederland aan boord
doorgebracht, werden nl. door den minister niet als
dubbelen (Indischen) diensttjjd in rekening aangemerkt.
Wanhopig over het verlies van het zuur verdiende
pensioen, bood Bossard daarop aan, dan nog eens twee
jaren, zonder handgeld, naar Indië terug te gaan.
Maar ook dit werd hem geweigerd, na omdat hjj
te oud was!
Nadat Bossard nu zes jaren zonder pensioen is ge
weest, heelt hy zich met een adres tot de Koningin-
Regentes gewend, in de eerste plaats met de eerbiedige
vraag: of het den militair geoorloofd zou zyn, zoo
weinig vertrouwen te stellen in zyne chefs, dat bjj
zich eerst nog eene zou moeteu vergewissen, of de
legercommandant wel te recht verklaarde, dat hy 24
dienstjaren heeft, of dat de militaire autoriteiten
't misschien mis hadden, en ten tweede, met de»e
vraag: of hy het slachtoffer mag zyn, hetzy dan van
onwetendheid dier chefs, of van de uitlegging van de
reglementen aan het ministerie?
Bossard heeft dairom aan H. M. verzocht, hem als
nog gagement te verleenen.
Kermis te Zierikzee.
Het Tooneelgezelschap van den Tivoli-Schouwburg
te Rotterdam opende Maandag alhier hare voor
stellingen met het drama «Eerloos". Het aanwezige
publiek genoot bjj de opvoering van dat stuk, a's
zynde een greep uit het werk el jjk leven. De hoofd-
vertooners slaagden door hun uitmuntend spel er
in, om de hoorders te doen gevoelen wat de schrjjver
heeft bedoeld. Wjj zullen korrelijks den inhoud
mededeelen. Een hoogst accuraat rijks-ontvanger