/Illtlk/,IIS<III NIEUWSBODE.
Zaterdag 4 April 1891.
Directeur-Uitgever J. WAALE.
NATIONALE
MILITIE.
KENNISGEVING.
KIEZERSLIJSTEN.
NIEUWSTIJDINGEN.
FEUILLETON.
In den Maalstroom.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is f 1,30franco per post
f 1,60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
47ste JAARGANG. No. 5984.
Advertentiënvan 13 regels 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags, "Woensdags en Vrijdags middags
12 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
BEKENDMAKING.
De BURGEMEESTER van Zterikzee,
Gelet op eene Circulaire van den heer Commissaris des
Konings in deze provincie van den 14 Februari j.l., A, No.
308/1, 3e Afd. (Prov.blad No. 23);
brengt ter kennis van de verlofgangers der Nationale
Militie
ADRIAAN PIETER DE LOOZE, DIRK VERMEULE, COR-
NEUS VAN POPER1NG, JAN VIERGEVER, MARINUS
CHRISTIAAN TIMMERMAN6, UENDRIKUS CORNELIS
WILTSON, JOHANNES IN DEN BOSCH, JOHANNES BOOT,
JACOBUS MARINUS'VERKAART en JACOBUS VERMEULEN,
behoorende tot de lichting 1886 dezer gemeente en dienende
bij het 3e Regiment Infanterie;
dat zij zijn opgeroepen tot den werkelijken dienst van
den 6 April tot den 18 April a.s. en dat zij mitsdien op den
4 April ii.s., <le» nnmitlduffS vó(>r
•-»- ut-*' bij hun korps tegenwoordig moeten'zijn, voorzien
van hun verlofpas en van al de voorwerpen van kleeding
en uitrusting, door hen bij hun vertrek met groot verlof
medegenomen.
Aan bedoelde verlofgangers wordt onder het oog gebracht,
dat, zoo zij in gebreke blijven op den bepaalden tijd onder
de wapenen te komen, zij bij latere opkomst zooveel langer
in dienst zullen worden gehouden.
Eindelijk worden zij gewezen op art. 145 der Militievvet,
volgens hetwelk de verlofganger, die niet aan de oproeping
voldoet, als deserteur zal worden behandeld.
Zierik7.ee, den 23 Maart 1891.
CII. W. VERMEIJS.
De BURGEMEESTER van Zierikzee brengt, overeenkom
stig art. 31 der Kieswet, ter openbare kennis, dat de lijsten
der Iviesbevoegden in die gemeente, voor de leden van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, de Provinciale Staten
en den Gemeenteraad, op heden door hem zijn gesloten,
in den benedengang van het Raadhuis aangeplakt en
voor een ieder op de Secretarie der Gemeente ter inzage
zijn nedergelegd.
Ziertk7.ee, den 1 April 1891.
De Burgemeester,
Cu. W. VERMEIJS.
België.
Op de spoovweglyn Antwerpen—Brussel had
Zondag een droevig ongeval plaats. De leden van een
tooneelgezelschap uit Schaerbeek, die deel hadden ge
nomen aan een wedstrijd te Vilvoorde, zouden Zondag
avond met den laatsten trein van daar terugkeeren.
Een van de leden van het gezelschap wilde den weg
oversteken, toen de trein het staition binnenstoomde.
Twee anderen wilden hem helpen, maar alle drie
werden door de locomotief gegrepen, en zoo ernstig
getroffen, dat tweo onmiddellijk overleden en de derde
spoedig stierf.
Nederland.
GruTonhago, 2 April. Het openbaar
ministerie bjj het gerechtshot vorderde heden bevesti
ging van de vonnissen der rechtbank te Zierikzee,
waarbij de voormalige brigadier-majoor by de ryks-
veldwacht C. V. veroordeeld is wegens verduistering
van effecten en misbruik van macht en diens zuster
D. V. wegens heling van het verduisterde.
Uitspraak 14 April.
Volgens telegraphisch bericht uit 's Gravenhage
vertrokken de koningin en de koningin-regentes heden
morgen te 9.32 naar Arolsen.
Aan het station werden H.H. M.M. opgewacht door
verschillende leden van het Kon. huis, de ministers en
andere hooge autoriteiten, die, na begroeting in den
hofsalon, de koninginnen tot aan den waggon bege
leidden. Het perron was voor het publiek afgesloten.
Op last #an H. M. de Koningin-Weduwe, Regentes,
brengt de directeur van het kabinet des Konings ter
algemeene kennis, dat, gedurende hoogstderzelvér ver
blijf in het buitenland, alle aan Hare Majesteit gerichte
brieven moeten bezorgd worden aan het kabinet des
Konings, alwaar voor eene geregelde doorzending der
stukken aan het adres van H. M. zal worden zorg
gedragen.
H. M. de Koningin-regentes heeft ƒ500 gegeven
aan de Vereeniging Volks- en Schoolblad te 's Gravenhage.
Vlissing:©ii. Laatstleden Zaterdagavond werd
de jaarvergadering gehouden van de coöperatieve
winkelvereenigiug »Eigen Hulp", alhier. Nadat de
rekening en verantwoording en balans over 1890 waren
goedgekeurd, werd door den secretaris-penningmeester
het verslag over het afgeloopen jaar uitgebracht, en
bleek dat, in weerwil van don feilen tegenstand, dien
de vereeniging heeft te verduren, zjj zich in gestadigen
bloei mag verheugen. Zjj is het jaar 1891 ingetreden
met een getal van 215 leden.
De verleden jaar in de statuten gebrachte wjjziging,
waatby de verkoop aan riet-leden is opgeheven, bleef
niet zonder invloed op het debiet en daardoor ook op
het behaalde winstcijfer.
Na aftrek van alle onkosten en afechry vingen en de
tantièmes voor het bestuur, de reserve, den winkel
houder en de bedienden, zal er een dividend van 63/4
percent over hun verbruik aan de leden worden uitge
keerd. Dat deze percentage iets lager is dan de beide
vorige jareD, vindt voornamelijk zijn grond in de
insgelijks bij de wyziging der statuten gemaakte be
paling, dat aan het bestuur en de bedienden een zeker
aandeel in de winst wordt toegekend, wat vroeger het
geval niet was.
Middelburg;, 2 Apr. Gisteren avond werd op de
laatste wintervergadering van het Zeeuwsch Gen. van
Wetenschappen alhier, door den secretaris, den heer
mr. W. Polman Kruseman, verslag uitgebracht over
het afgeloopen jaar. Uit dat verslag deelen wij o. a.
het volgende mede: De betrekkingen uit vele buiten-
landsche genootschappen werden geregeld onderhouden.
Het steeds talryker bezoek getuigt van de ingenomen
heid van bet publiek met het streven dezer instelling.
De linanciëele toestand is ook tamelyk bevredi
gend. Het aantal leden bedraagt 306, waarvan 44
binnen Middelburg (vorig jaar 299 en 41), dat der
directeuren 64 (vorig jaar 68). Yoor de mededeeling
van byzonderheden uit het leven van de overledenen,
bracht de secretaris hulde aan de nagedachtenis van
den beschermheer des Genootschaps, wjjlen Z.M. Koning
Willem III. Tot bestuursleden werden in de plaats
van de aftredende niet herkiesbare leden, de heeren
dr. T. P. J. Sibmacher Zjjnen en dr. Berdenis van
Berlekom, benoemd de heeren dr. H. Japikse en H. Tak.
Tot bibliothecaris werd benoemd de heer Borst Verdoom,
als archivaris de heer H. M. van Visvliet, gemeente
archivaris alhier. Het aantal bezoekers van het Museum
bedroeg 1504.
Tot leden werden benoemdde heeren J. F. Bemsen,
pastoor by de Roomsch-Kathol. gemeente; mr. J. P. N.
Ermerins, ryks-archivaris in de provincie Zeeland,
A. van Hooff, hoofdingenieur van 's Rjjks Waterstaat,
mr. E. P. Schorer, lid van de arrondissements-rechtb.,
allen te Middelburg, en dr. L. W. Th. Wigman, leeraar
aan de H. B. School te Zwolle. Uit bovenstaande blykt
weder opnieuw, hoe het Zeeuwsch Genootschap der
Wetenschappen met eere zyn doel nastreeft en alleszins
dien steun en de waardeering van allen verdient.
Heden is naar het huis van bewaring alhier
overgebracht A. M. S. L dienstbode te Grauw, verdacht
van kinderdoodslag. Het kinderlijkje, dat zich in het
gasthuis alhier bevindt, zal door de heeren artsen
Bolle en Meijers, op last van de justitie, uit- en inwendig
worden geschouwd.
Heden zjjn uit de gemeente Westbapelle ongeveer
100 personen naar Noord-Amerika vertrokken.
St. Maartensdijk, 2 April. Tengevolge van
het spelen by het vuur eener vlasdrogerij bekwam een
zes-jarig meisje alhier zulke ernstige brandwonden, dat
haar leven in gevaar verkeert.
Met zekerheid kunnen wy melden, dat in den
loop dezer maand weder eene nieuwe omnibusdienst-
onderneming TholenStavenisse zal geopend worden,
naast de bestaande.
3 April. Heden morgen omstreeks half zes brak
alhier brand uit in de zwingelkeet van den landbouwer
P. Kodde. Binnen weinig tyds was het gebouwtje een
prooi der vlammen. Belendende perceelen bleven, met
behulp van de brandweer, ongedeerd. Aangezien de
voorraad vlas bijna opgeruimd was, is de Bchade niet
zeer groot.
Het meisje, dat in zulk een deemiswaardigen
toestand verkeerde tengevolge van bekomen brand
wonden is beden morgen overleden.
Seherpenisse, 1 Apr. De voordracht, Woensdag
1.1. door den Djjkraad van het c&lamiteus waterschap
•Seherpenisse" opgemaakt tot het benoemen van eenen
Voorzitter, bestaat uit de volgende heerenC. D. Bolier,
burgem. der gemeente, M. Kieviet, gemeente-secretaris
en C. M. Kleppe, lid van den gemeenteraad, terwyl de
afgetredene A. Hartog Sz., wegens gevorderden leettyd,
niet meer als candidaat in aanmerking wenschte te
komen.
Te Seherpenisse heeft een schaap niet minder
dan 5 lammeren in één keer geworpen, waaronder 1
exemplaar met een kop als een hond, en een tweede
zonder bogen.
Zieriltzee, 3 April. Naar wy met zekerheid
vernemen, zullen alle kweekelingen van het 4de studie
jaar aan de rijkskweekscholen, na het behalen der
onderwijzersakte, met 1 Mei die inrichtingen moeten
verlatenniet meer, zooal9 in de vorige jaren, zullen
zjj, die den gymnastiekcursus volgden, tot 1 Jnli mogen
blijven, om zich voor het examen in de gymnastiek
(niet in de orde- en vrjje oefeningen) voor te bereiden.
By de verkieziug van een lid der Tweede Kamer
in het kiesdistrict Hontenisse werden 1105 geldige
stemmen uitgebracht. Herkozen de heer mr F. J. F. M.
Walter met 964 stemmen.
Benoemd tot ontvanger der directe belastiugen
te Aardonburg T. A. Lambrechtsen, thans te Eedeop
het kanaal door Walcheren te Veere G. den Hartogh,
surnumerair te Amsterdam; en te Diever P. Lucieer,
surnumerair te Middelburg.
Yoor de betrekking van onderwijzeres aan de
openbare school te Biggekerke hebben zich twee
sollicitanten aangemeld.
Dinsdag 31 Maart werd te Leiden door geoefenden
in het Ned. stelsel van stenographic een algemeene
vergadering gehouden tot oprichting van een >Bond
van Ned. stenografen."
Het resultaat dezer byeenkomst waB, dat het voor
genomen plan tot uitvoering werd gebracht, en een
Bondsreglement werd aangenomen, waarin als doel
van den Bond wordt aangegeven: de gelegenheid tot
aanleering der stenographic (Ned. stelsel) zoo algemeen
mogelyk te maken en wegen te openen, waarlangs de
toepassing der Sten. wordt bevorderd. By de middelen
tot bereiking van dit doel zal in het oog worden ge
houden de behartiging van de persoonlijke belangen
der beoefenaars, die bewyzen hebben geleverd van
voldoende bekwaamheid om met de opdracht ter ver
vulling van stenographische werkzaamheden te worden
belast.
Men is lid van den Bond door lid te zjjo eener Af-
deeling of door rechtstreeksche toetreding als Algemeen
Lid. Ook voor de beoefenaars van andere stelselB is
onder zekere beperking toetreding tot den Bond moge
lyk gemaakt. Staande de vergadering werd het
schoone succes bereikt, dat de onlangs opgerichte
Stenografen-Yereeniging" te Leiden, Rotterdam, Haar
lem en Schiedam als Afd. toetraden, terwyl drie heeren
zich opgaven als algemeen Lid, waarvan één beoefenaar
van een ander stelsel dan het Nederlandsche.
Het Hoofdbestuur is samengesteld als volgt: N. C.
Hennis te Haarlem, Voorzitter, J. J. v. d.Berg te Leiden,
Secretaris, J. H. Kray te Leiden, Penningmeester, S.
Linnebrink te Schiedam, 2de Commissaris, terwyl de
tot le Commissaris benoemde niet ter vergadering
aanwezig was.
Yoor de technische aangelegenheden doet de Bond
zich voorlichten door een Adviseur, waartoe werd
benoemd de beer H. J. v. d. Berg te Leiden.
Verzoeken om inlichtingen betreffende aanleering
der Sten. te adresseeren aan den Adviseur, betreffende
het lidmaatschap aan den Secretaris.
Volgens Het Vad. heeft de afgetreden minister
van marine, de schout-by-nacht H. Dyserinck, aan
H. M. de Regentes zyn eervol ontslag uit den zeedienst
en pensioen aangevraagd.
Wjjlen de heer Rudolph Lehmann te Amsterdam
vermaakte ƒ175.000 aan weldadige inrichtingen.
Te Amsterdam is overleden de heer mr. C. M. J.
Willeumier. In vele opzichten is zyn vroegtijdig
heengaan hjj is slechtp 47 jaar oud geworden
een groot verlies. Met voorbeeldige toewjjding kweet
hy zich van de vele openbare betrekkingen, die hjj
bekleed heeft, eerst, na volbrachte studie als hoogleeraar
in het strafrecht aan het voormalige Athenaem, later
als lid van den gemeenteraad van de hoofdstad en van
de Staten van Noord-Holland en o. a. ook als lid van
het hoofdbestuur van het »Ned. Genootschap totzedeljjbe
verbetering der gevangenen." In al die betrekkingen
toonde bjj steeds de stiptste plichtsbetrachting en
groote werkkracht, wat te meer te waardeeren was
wegens zyn zwakke gezondheid.
De landbouwer Arie de Putter, wien onlangs bij
Kjjkuit zulk een vreeseljjk ongeluk overkwam, is
Dinsdag aan de gevolgen overleden.
Het adres, gericht aan het bestuur van de spoorweg
maatschappij Mechelen—Terneuzen, waarin gevraagd
wordt bij de overwegen der ljjn hooge dichtgewerktc
dammen te doen plaatsen, is, door 45 personen ge-
teekend, aan dat bestuur verzonden.
Woensdag werd te Zwolle de algemeene verga
dering gehouden der Vereeniging tot bevordering van
schoolonderwijs voor schipperskinderen in de provinciën
Overjjsel en Drenthe.
Het aantal leden en begunstigers bedraagt thans 283.
De contributiën stegen van 832.50 tot 847. Daar
onder ia eene bijdrage der Maatschappjj tot Nut van
't Algemeen, groot 250.
Van de twee en twintig kinderen, die in 1889 op de
lijst der gesubsidieerden stonden, vielen in 1890 acht af.
Vyf, omdat zjj de school verlietentwee, omdat hunne
ouders zich buiten onze provincie metterwoon vestigen
een, omdat hjj de toelage, aan het einde van 1889
toegestaan, om eene ons onbekende reden bleek niet
noodig te hebben. Vier kinderen traden in hnnoe plaats.
Het aantal gesubsidieerden bedroeg 1 Jan. 1891 dus
achtten, en de hun verleende subsidiën een totaal cjjfer
van 786.20. In den aanvang van. dit jaar is dit getal
met twee vermeerderd.
Van de 18 gesubsidieerden bezoeken 13 de openbare,
5 de bjjzondere school. Van de twee, voor wie in den aan
vang van dit jaar toelagen zijn toegestaan, bezoekt één de
r.-kath. school te Zwolle. De vereeniging bljjft getrouw
aan ons beginsel, dat de school bljjft ter keuze van de
ouders en zal aan hen, die voor hunne kinderen de
bjjzondere school verkiezen, onze hulp niet onthouden,
ook al wordt onze vereeniging, op eene enkele uit
zondering na, uitsluitend gesteund door voorstanders
van het openbaar onderwjj».
Op 2en Paaschdag vervoegde zich iemand, als heer
gekleed, bjj den fondsbode M. te Delft, voorgevende dat
hjj bij hem was gerecommandeerd om over de begrafenis
van zyn neef te spreken.
De vereischte aangifte van het overlyden werd opge
maakt, en bepaald, dat M. den volgenden dag met
een Delftschen timmerman naar Schipluiden zou komen,
om de maat van eene kist te nemen.
Vervolgens spraken zjj af, dat het ljjk te Delft zou
wprden begravende kosten van een en ander werden
goedgevonden.
Onder het gesprek werden eenige ververschingen
gebruikt. Ten slotte vroeg de bezoeker of M. hem niet
5 kon leenen, daar hjj nog eenige commissiëo had te
doen en geen geld genoeg meer by zich hadhjj zou
die 5 wel goedmaken. Het geld werd met genoegen
gegeven. Tot nu toe laat de slimme oplichter echter
niets van zich hooren, en de woonplaats van den over
ledene is te Schipluiden niet bekend.
Op het te Zutfen verspreide programma voor
eene openbare vergadering van de afdeeling Zutfen van
den Nederlandschen Bond voor algemeen kies- en
stemrecht, staat aan de keerzjjde het »Kies- en stem
rechtlied" afgedrukt:
Doe open de stembus: het volk staat er voor;
Doe 't gauw of de boel gaat kapot!
De te AsBen op bevel van den officier van justitie
gevangen genomen beëedigde klerk ter griffie bij de
rechtbank aldaar, was tot 1 Januari 11. tevens klerk
bij den boekhouder-diaken der Nederlandsch hervormde
gemeente aldaar. Hjj wordt beschuldigd, in de laatste
5 jaar omstreeks 3000 te hebben verduisterd ten
nadeele van die diaconie.
E«n 1 e vep^b e el cl uit do Wereldstad,
DOOR
PAUL BLITZ.
Voor ongeveer zeven jaar had ik hem voor
de eerste maal ge7.ien, in een nachtcafé was het
geweest, ik herinner mij zulks nog zeer nauw
keurig.
Toen was bij ongeveer negen jaar oud, maar
voor zyn leeftijd buitengewoon groot en sterk.
Hij was een buitengemeen mooie jongen, zoo
dat het altijd als een mompelen en fluisteren
van mond tot mond ging, wanneer hij in
het kleine mandje zijne frissche rozen te koop
biedend met lachende, smeekende blikken door
het dicht bezette lokaal van de eene naar de
andere tafel stapte. De menscben hadden hem
allen gaarne, bijna een ieder kocht hem eene
bloem af en dikwijls was, in een tijdsbestek van
een kwartier, zijn geheele voorraad uitgeput,
zoodat hij met eene ledige mand, verheugd over
zijne vlugge en gemakkelijke verdiensten naar
buis kon gaan en zich ter rust begeven. Ik bad
medelijden met den armen jongen, die op zulk
een jeugdigen, teedere leeftijd, zonder bescherming
en alleen, in den nacht naar buiten werd ge
zonden en daarom volgde ik hem op zekeren
dag, toen hij weder zijn kleinen voorraad had
uitverkocht en tevreden glimlachend, zich gereed
maakte naar huis te gaan. Buiten, in de eerste
dwarsstraat haalde ik hem in, riep hem met
liefdevolle woorden terug, en nam hem bij de hand.
Hij liet dat alles kalm geschieden, zonder ook
slechts een teeken van vrees of schrik te laten
blijken. Ja hij was zelf lieftallig, schertste, en
beantwoordde al mijne vragen naar zijne ouders,
hun werk, woning enz. met een bijna aan
schelmachtige driestheid grenzenden glimlach. Met
de rondborstige eenvoudigheid vertelde hij mij,
dat bij volstrekt geen vader had en dat zijne
moeder zangeres was, zooals bij zeide.
Toen ik hem daarna vroeg of hij dan geen
honger of dorst had, zag hij mij verbaasd aan
en glimlachte weder zoo met zelfvertrouwen.
Hij ging immers, zeide hij, iederen nacht in de
café's, vanwaar hij altijd vier tot vijf mark als
ontvangst voor de verkochte bloemen thuisbracht
hoe zou hij dus honger hebben En op mijne
vraag of hij dat geld mocht houden, antwoordde
hij bijna verwaand: »Of ik dat geld mag houden?
Ja, wie zal het mij afnemen Moeder beeft
mij zelf gezegd, dat ik mijn levensonderhoud alleen
moet verdienen, dat zij genoeg aan zich zelf
heeft en dat ik ook oud en wijs genoeg ben
om mij door de wereld te staan.
Ontzettend! Ik vond geene woorden voor deze
ellende. Zwijgend liep ik eene poos naast den
kleine, toen wij eene kerk voorbijkwamen, en
hij plotseling stilstond.
»Is het waar, wat iemand mij vroeger eene
heeft gezegd, toen ik ondeugend was, dat ongehoor
zame kinderen niet in den hemel komen?" begon hij.
i Zeer zeker is het waar."
»Zeg mij toch wat er met de zoete kinderen
gebeurt".
Zoete kinderen worden goede menscben, en den
eden mensch behoort de hemel".
Toen zag hij mij met zijn groote, zwarte oogen
gelukstralend aan, liet zijne kleine mand op zijn
arm glijden en reikte mij zijne beide kleine
handjes: »Dan wil ik ook altijd zoet zyn".
Ik, echter, tilde hem op mijn arm, drukte
hem aan mijne borst en gaf hem een warmen
kus op zijn voorhoofd.
>0! dat is aardig yan u, jubelde hij gelukkig,
thuis kust mij niemand op bet voorhoofd".
Daarna vleide hij zich dicht aan mijne borst,
zoo dicht, dat ik het hevige kloppen van zyn
klein hart hoorde en begon hij zacht, zeer zacht
te weenen en legde zijn klein armpje om mijn
hals.
Daar drong op eens een schrille toon tot mijn
oor door, nog een en nog een en daarna hoorde
ik een onaangenaam gezang van schorre vrouwen
stemmen. Ook den knaap was het niet ontgaan,
hij luisterde, plotseling richtte hij zich op, over
zijne zoo even nog zoo liefelijk teedere trekken
trok een ontwakend begrijpen, vreeselijk demonisch
lichtte het uit zijne zwarte oogenhij zag mij
een oogenblik stijf aan, trok toen aan mijn arm
on spartelde met zijne beenen tot hij vrij was.
Daarna maakte hij zich los, sprong op den grond
en rende met drie sprongen naar het kelder
lokaal van waar het gezang weergalmde. Ik
wilde hem roepen; hij zag evenwel naar mij om
en wenkte, dat ik hem niet volgen zou, wees
vervolgens door het openstaande kelderraam op
eene magere persoon in een laag uitgesneden,
rood kleed met buitensporig sterk geblanket ge
laat en meesmuilde weder zooals straks met een
listig lachje: »Mijne moederl" Daarop ging hij
de weinige treden af, wierp de deur achter zich
in 't slot en ik stond buiten.
Een oogenblik stond ik sprakeloos en verstijfd,
niet wetende, wat hier te doen viel. Daarna
wilde ik den kleine vluchteling na, in den kelder
dringen, hem behoeden voor den met gevaar
dreigenden maalstroom, hem redden in de vreed
zame haven van het eerlijke, werkzame leven,
maar daar klonk het ruwe gezang, de ordinaire
liederen, in mijn oor, ik zag de onbeschaamde
persoon op het tooneel als eene zinnelooze ge
baren maken, hoorde het gejuich en byvalgeklap
der toeschouwers huen als eene rilling
doorliep het mij ik ging niet binnen.
Zeven jaren zijn sedert verloopen. Dag voor
dag ben ik in het café gegaan, heb dikwijls
den geheelen nacht door tot den lichten morgen
daar gezeten, maar den schoonen knaap heb ik
nimmer wedergezien.
Op zekeren avond zit ik, ijverig een dagblad
lezend, op mijne oude plaats, toen de deur open-
gestooten werd en met luid lachen, vrijpostig om
zich blikkend, twee meisjes binnentreden, gevolgd
door een hoog opgeschoten slanken naar de
nieuwste mode, elegant gekleeden, jongen man.
Een blik werp ik slechts op de binnentreden-
den, één enkelen blik slechts en terstond heb
ik hem herkend. Hy is het, hij, mijn vluchteling
van dien avond.
O! hij is een hupsch, werkelijk een hupsch
jongeling geworden; en men kan het den meisjes
niet ten kwade duiden, wanneer zij zooals
het schijnt op hem verliefd geworden zijn. Hij
kent mij niet meer; bedaard, trotsch opgericht
den hoogen hoed heeft hij op zijn hoofd ge
houden stapt hij mij voorbij en neemt met
de beide meisjes tegenover mij plaats. Hij zit
recht tegenover mij, ik kan hem gemakkelijk in
oogensch'ouw nemen.
Hij is nu zestien jaar; inderdaad, bij heeft
eene mooie figuur voor een jongeling van zijn
leeftijd. Maar wat is dal? Aan zijne linkerhand
schittert een diamant daar aan den volgenden
vinger nog een. "Welk een prachtigen glans!
welke kostbare steenen! Hemel! daar schiet eene
gedachte door mijne hersens als bij een
maar neen, wat ik ook dadelijk denk, hij kan
misschien uit de loterij getrokken hebben
waarom ook terstond het ergste te gelooven!
Daar wordt de deur weder geopend, ditmaal
echter bedaard, bijna voorzichtig en een groote,
sterke man met eene breede borst en een ge
streng, ernstig gelaat treedt binnen. Hij ziet in
het lokaal een paar malen rond, daarna blijft
zijn blik plotseling op mijn overbuurman gevestigd.
Vervolgens treedt de waard van het lokaal
naderby, de gestrenge heer fluistert hem iets in
't oor, de waard schrikt en kijkt naar den ele-
ganten, jongen heer om.
De groote, sterke man gaat op mijn overbuurman
toe en spreekt hem zacht aan.
Daarop schrikt ook deze en wordt doodsbleek,
slechts uit zijne oogen licht het verdacht, als
zoeken zij eene laatste redding. Maar de groote
heeft dien blik opgevangen, hij neemt den arm
van den eleganten, jongen man in den zijnen
en verlaat met hem het lokaal, zonder het ge
ringste opzien te verwekken.
Na eenige dagen brengen de couranten de
mededeeling, dat men een jongen, gevaarlijken
inbreker met zijne moeder, die hem tot heolster
diende, in hechtenis had genomen.
Zoo verzinkt een jong leven in den maal
stroom der wereldstad.
