Dinsdag 10 Februari 1891.
Directeur-Uitgever J. AVAALE.
BEKENDMAKING.
KADASTER.
Opneming Terreinsveranderingen.
BEKENDMAKING.
NIEUWSTIJDINGEN.
zieiikzeesche nieuwsbode.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is f 1,30franco per post
f 1,60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 40,per jaar.
47ste JAARGANG. No. 5962.
Advertentiënvan 43 regels 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags, Woensdags en Vrijdags middags
12 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
KENNISGEVING.
DE COMMISSARIS DES KONINGS IN ZEELAND,
gezien het besluit der Gedeputeerde Staten van 30 Januari
1891, no. 3;
gelet op art. 11 der wet van 13 Juni 1857, Staatsblad
no. 87,
maakt bekeu<l dat:
4o. de jacht op houtsnippen en waterwild met ingang van
1 Maart en die op watersnippen met ingang van 13
April zal gesloten zijn;
2o. het weispél van kwarlélen alleen van 1 Mei tot en
met '15 Juni zal geoorloofd wezen;
3o. de kooieenden door den kooiman moeten worden opge
sloten of gehokt van 31 Maart tot en met 30 April en
van 1 Juni tot de opening der jacht op waterwild;
4o. de visscherij van 31 Maart tot en met 31 Mei zal ge
sloten zijn, voor zooveel betreft het visschen met de
zegen of met het sleepnet
5o. de visscherij met de overige voor deze provincie geoor
loofde vischtuigeu zal gesloten zijn van 15 April tot en
met 15 Mei;
Co. gedurende den gesloten vischtijd, sub 5 vermeld, in de
wateren, waarop de sluiting der visscherij toepasselijk
is, het visschen van paling, doch alléén met aalkorven
zal mogen plaats hebben.
Middelburg, 4 Februari 1891.
De Commissaris des Konings voornoemd,
DE B R A U W.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ZiÊRlKZEE
maken bekend, dat op heden is afgekondigd het door den
Raad, in zijne vergadering van den 19 Januari 1.1. vastgesteld
besluit tot wijziging der Verordening op het openbaar lager
onderwijs in deze gemeente.
Zierikzee, den 9 Februari 1891.
De Burgemeester en Wethouders,
Ch. W. VERMEIJS, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
De BURGEMEESTER van Zierikzee brengt ter kennis
van de ingezetenen, dat een der Landmeters van het
Kadaster, bij gunstig weder, in de laatste helft dezer
maand, zijne eerste rondreis in deze gemeente zal aan
vangen, tot het opnemen van alle terreinsveranderingen,
die eene wijziging in de kadastrale stukken ten gevolge
hebben.
Zierikzee, den 9 Februari 1891.
De Burgemeester voornoemd,
Cu. W. VERMEIJS.
Loting voor de Nationale Militie.
Do BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Gemeente
Zierikzee;
Gelet op artt. 28 en volgende der wet van den 19den
Augustus '1861 (Staatsblad no. 72);
Brengen bij deze ter kennis van belanghebbenden:
dat de loting der in het vorige jaar voor de militie in
geschrevenen, zal plaats hebben te Zierikzee, op het ge
meentehuis, Maandag den 23 Februari 1891, te beginnen des
vóórmiddags ten 9 uur;
dat gedurende vijf dagen, te rekenen van den dag waarop
de loting heeft plaats gehad, tegen de wijze waarop zij is
geschied, bij Gedeputeerde Staten bezwaren kunnen worden
ingebracht door belanghebbende lotêïirigen, of door hun
vader of voogd
dat de bezwaren moeten worden ingediend door middel
van een door de noodige bewijsstukken gestaafd verzoekschrift
op ongezegeld papier, onderteekend door hem, die ze inbrengt;
welk verzoekschrift bij den Burgemeester moet worden
overgebracht, tegen bewijs van ontvang;
dat op Dinsdag den 24 Februari 1891, des voormiddags
van 10 tot 12 uur, in het gemeentehuis zitting zal worden
gehouden tot het opmaken van de getuigschriften ter be
koming van vrijstelling wegens broederdienst of op grond
van te zijn eenige wettige zoon, bedoeld in de 2de en 3de
zinsnede van art. 53 der bovengenoemde wet;
dat zij, die op zoodanige vrijstelling aanspraak maken, op
gemelden tijd in het gemeentehuis zullen moeten ver
schijnen, vergezeld van twee bij den Burgemeester bekende
meerderjarige ingezetenen terwijl op broederdienst recla-
meerende, zij zullen moeten medebrengen de bewijzen van
geboorte van henzelve en van de nog in leven zijnde
broeders, benevens het paspoort of ander bewijs van ontslag,
of een uittreksel uit het stamboek of een bewijs van werke
lijke dienst van den broeder of de broeders op wiens of
wier dienst zij hunne reclame gronden.
Zierikzee, den 9 Februari 1891.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Ch. W. VERMEIJS.
De Secretaris,
JAN SNELLEN.
Amerika.
Te Winnebago City, Minnesota, werd de volgende
vreeseljjke gebeurtenis gepleegd.
Miss Lonts, eene onderwijzeres, had eene der leer
lingen, zekere Cruzen, gestraft. De zuster van het
meisje liep naar huis en vertelde het gebeurde aan
hare ouders. Deze liepen naar de school en de vader
bracht de onderwijzeres een vreeselijken slag toe,
terwyl de moeder als eene woedende turie de onge
lukkige juffrouw bij het haar greep en haar door de
school sleepte tot dat haar vel bjjna geheel van haar
hoofd gescheurd was.
Daarop wierp het echtpaar de onderwijzeres uit het
venster. De ongelukkige kwam met haar hoofd op de
steenen terecht en stierf eenige oogenblikken later.
De doodeljjk verschrikte kinderen vluchtten schreiend
naar huis en vertelden het gebeurde. De Cruzens wer
den aangehouden en zitten thans in de gevangenis.
Frankrijk.
De Fransche Kamer heeft by de behandeling van de
fabriekswet besloten, dat vrouwen en kinderen beneden
de__ 18 jaren, die in fabrieken werken, elke week een
vryen dag moeten hebben. De clericale afgevaardigde
De Mun diende als amendement in, dat het verboden
bou zyn vrouwen en kinderen op Zon- en feestdagen
aan het werk te houden en mgr. Freppel wilde er
by voegen, dat voor den vryen dag, welke verleend zou
worden, de Zondag zou worden aangewezen. Beide
amendementen werden echter ^verworpen en daarna
werd besloten, gelyk de Regèering voorstelde, dat
vrouwen en kinderen beneden de 18 jaren in elk ge
val een vryen dag in de week, zonder nadere bepalingen,
zou worden gewaarborgd.
Parys, 7 Febr. De Kamer heeft met 383 tegen
74 stemmen de wet op de Zondagsrust aangenomen.
Bisschop Freppel verklaarde zich met nadruk tegen de
wet, omdat zij volgens hem de Zondagsrust niet
eerbiedigt.
Duitschland.
Be vlij ij, 6 Febr. In den Rijksdag werd heden de
behandeling der begrooting van buitenlandsche zaken
voortgezet. Windhorst noemde het tractaat met
Engeland eene welkome gebeurtenis, en hoopte dat
Wi8smann en Emin Pacha zich gewillig schikken zouden
onder de nieuwe organisatie. De rijkskanselier verklaarde
dat de regeering de Kongo-akte ook daar van kracht
wil doen maken, tot waar hare geldigheid zich tot
dusver niet uitstrekte. Helsdorff achtte den Ryksdag
verplicht, de middelen tot voortzetting der koloniale
politiek toe te staan. Von Cuny keurde de houding
der regeering ten aanzien van Chili af, waarop de
rijkskanselier verklaarde, dat er in het buitenland niet
genoeg Duitsehe schepen gestationeerd zijn, om overal
te juister tijd ter bescherming van Duitsehe belangen
op te treden. Wat het Neara-geval aangaat, kon der
regeering geen verwjjt treffen, want reeds de vorige
regpering heeft verklaard dat de expeditie van dr.
Peters het rijk niets aanging. Yon Keudel verklaarde
dat de Duitsch-Engelache overeenkomst da oude voor
stelling te niet gedaan heeft, dat er tusschen Duitsch
land en Engeland geene vriendschap mogelijk zou zyn.
Het hoofdstuk der begrooting werd daarop goedgekeurd.
De tweede lezing zal in de volle vergadering plaats
hebben.
Nederland.
Oude-Tonge, 6 Febr. Gisteren zeilden de
eerste schepen uit, doch twee daarvan zijn reeds onder
Ooltgensplaat gezonken, schippers D. van den Ouden en
G. Broekhuizen. Zy werden dusdanig door het ijs aange
vallen dat zy onmiddellijk zonken en de opvarenden
zich niet dan met de grootste moeite konden redden.
Beide schepen waren niet verzekerd. Naar wij vernemen,
zal men trachten het schip van Yan den Ouden, te
lichtenhet andere is geheel weg.
Terneuzen, 7 Febr. Met dezelfde quaestie, waar
mede de gemeenteraad zich in de laatste zitting van '1890
bezig hield, ving zij de eerste in 1891 aan. De school te Sluis
kil is te klein voor het aantal kinderen, die haar bezoekt,
ergo moet zij worden vergroot, maar wie zal dat betalen?
De gemeente Westdorpe, waaruit een 70tal kinderen die
school bezoeken, is ongeneigd in de kosten der vergrooting
bij te dragen, al is het een feit, dat, wanneer die kinderen
de school niet bezochten, de ruimte vooreerst nog voldoende
zijn zou. Wel is waar bestaat bij de steeds toenemende
bevolking van Sluiskil de kans, dat binnen enkele jaren de
school toch te klein zijn zou, maar tijd gewonnen is veel
gewonnen. De Raad schijnt daar anders over te denken of
andere motieven voor haar besluit te hebbenhoe het nu
eigenlijk is weet ik niet, want pas waren de notulen ge
lezen, of de openbare vergadering ging over in eene ge-
slotene. De. zaak van deze vergrooting der school te Sluiskil
schijnt nu eenmaal niet in het openbaar behandeld te mogen
worden. In eene vorige vergadering, toen hetzelfde punt ter
tafel was, werd er eene geheime zitting over gehouden op
voorstel van den heer Moesnu werd de zaak weer op
dezelfde wijze behandeld. Waartoe die geheimzinnigheid
dienen moet, is, dunkt mij, raadselachtig, doch we dienen
af te wachten tot dit wordt opgehelderd en ik beloof de
lezers, dat, zoodra dit geschiedt, ik het hun" mededeelen zal,
opdat zij niet veronderstellen kunnen, dat onze Raad aan
eene manie voor geheime zittingen lijdt. Nadat de vergade
ring weder openbaar was verklaard, leest de voorzitter een
schrijveo voor van Ged. Staten, waarin hunne medewerking
wordt verzocht, ten einde, nu Westdorpe niet bijdragen
wil en Terneuzen de vergrooting voor eigen rekening zal
doen geschieden, eene subsidie van het Rijk te verkrijgen
en tevens een adres aan de Koningin-Regentes, het verzoek
inhoudende om subsidie voor de vergrooting der school te
Sluiskil toe te staan. Dit verzoek wordt gemotiveerd door
de verklaring, dat anders weldra de toegang aan kinderen
(uit Terneuzen? of uit Westdorpe?) moet worden geweigerd
en met het oog op den ongunstigen toestand der gemeente-
fmanciën. Nadat ééne reclame tegen den hoofdelijken omslag
was behandeld en aan adressant vermindering was toege
staan, werden twee leden aangewezen om het Dag. Bestuur
behulpzaam te zijn bij het samenstellen van het kohier
van den hoofdei, omslag. De leden zullen voortaan jaarlijks
worden aangewezen naar volgorde van zitting. Tegen de
wijziging in de begrooting voor 4890, noodig geworden
door meerdere uitgaven dan vergoeding van rijkswege was
verstrekt voor de kosten der volkstelling, was geen bezwaar.
Lang werd er gesproken over de vraag, of het al dan niet
wenschelijk was, nu reeds bij de regeering stappen te doen
tot het oprichten alhier van een Kamer van Koophandel.
De Burgemeester meende, dat het niet raadzaam was, daar
nu mee aan te komen, nu de Minister juist aan de ver
schillende Kamers vragen ter beantwoording had gezonden,
ten einde tot wijziging in de reglementen te kunnen overgaan.
Hij meende dat het beter was die beantwoording en de
beslissing af te wachten. De heer van IJsselsteijn merkte
zeer terecht op, dat dit niet aanging. Het besluit is genomen,
en moet dus worden uitgevoerd. Wachten op de beslissing
is uitstellen zonder einde wellicht. Volgens spreker is de
opinie, die er over Terneuzen heerscht, niet gunstigweinig
is het bekend, wat hier omgaat, althans men neemt ér
geen notitie van. Daarin kan door een Kamer van Koop
handel verandering komen. Hy dringt dan ook sterk aan
op eene spoedige afdoening. Het scheen toch, dat onze
Burgervader niet zulk een groot voordeel in een Kamer
van Koophandel zag, althans een nieuw motief tot uitstel
had hij gereed. Schier overal had men moeilijkheden om
leden te vinden voor een Kamer van Koophandel en
dan, men had hier immers al zoo half en half zulk
een inrichting. Er bestaat hier immers eene ver-
eeniging tot bevordering der belangen van Zeeuwsch-
Vlaanderen en dit groote lichaam kan met vrucht werk
zaam zijn. Nu, wat de eerste moeilijkheid aangaat, die
moge voor andere plaatsen bestaan, hier bestaat die niet.
Wanneer men maar goed zoekt, vindt men hier voor elke
commissie, van welken aard ook, geschikte mannen te over.
Men denke aan de schoolcommissie bijv.; ook toen heette
het eerst, dat er geene mannen voor te vinden waren, en
toch werd er eene commissie samengesteld van degelijk
gehalte. En wat de vereeniging tot bevordering der be
langen van Zeeuwsch-Vlaanderen betreft, in de eerste plaats
is een Kamer iets geheel anders en past zij eigenlijk in
een hande'splaats als Terneuzen, maar ten anderen, waar twee
lichamen aan een zelfde doel arbeiden, loopt men meer
kans van slagen. De heer van IJsselsteijn zette dan ook
terecht door, zelfs al vreesde mr. Dronkers, dat, nu de
Minister bezig is gegevens tot wijziging der reglementen
te verzamelen, zijne toestemming tot het oprichten eener
nieuwe Kamer geven zou. Men kan het licht proheeren, zei
ons jongste lid; de kosten zijn maar een zegeltje. En
probeeren vonden alle raadsleden, uitgezonderd de beide
wethouders, het best, en zij verwierpen het voorstel van
Burgem. en Weth. tot afwachting met 9 tegen 2 stemman.
Het getal leden der toekomstige Kamer is op voorstel
van den heer Haste op 5 bepaald.
Met de waterleiding gaat het nog niet naar wensch.
Zuiver drinkwater is nog niet gevonden, doch het onderzoek
zal door den gemeente-bouwmeester worden voortgezet. De
kas van den gemeente-ontvanger was in orde bevonden en
een klacht van een inwoner over den ondragelijken stank
van een mestvaalt op zijn buurmans erf, is gesteld in
handen van Burgem. en Weth.
Door de scherpschuttersvereeniging «Voor Vaderland
en Koniqg" alhier is een wedstrijd uitgeschreven voor al hare
leden met kamer-schiet-cylinder, gedurende alle in Februari
vallende Zon- en Woensdagen. Aan dezen wedstrijd kan
ook worden deelgenomen door niet-leden der vereeniging.
By Kon. besl. is C. J. A. Fercken erkend en
toegelaten als consul van België te Terneuzen.
Middelburg, 7 Febr. Door de politie alhier zijn
gearresteerd vier jongens van 15 tot 19 jaar oud, be
schuldigd van het stelen van zinken vangbuizen van enkele
huizen.
In den ouderdom van 96 jaren is alhier overleden een
der oudste misschien wel de oudste ingezetene dezer
gemeente, de wed. Sakko, verpleegd in het Oude Mannen-
en Vrouwenhuis alhier.
8 Febr. Betreflende den gezondheidstoestand dezer
gemeente in de maand Januari 1.1. kan worden medegedeeld,
dat deze niet gunstig is geweest. Er overleden in die
maand toch bijna evenveel personen, dan dat er geboren
werden. Er stierven n.l. 47 personen, terwijl geboren
werden 22 jongens en 26 meisjes, te zamen 48 kinderen.
De oorzaken van het overlijden waren: vroeggeboorte 2,
kliertering 3, ouderdomszwakte 6, verzweering 1, kanker 3,
beroerte 1, hersenziekte 3, ruggemergsverlamming 1, long
tering 3, longontsteking 5, slepend longlijden 7, hartziekte 3,
nierziekte 4, blaaslijden 1, brandwonden 4, onbekend 3.
Naar de leeftijden was de sterfte als volgt: beneden het
jaar stierven Tl, van 1—5 jaar 2, van 5—10 jaar 1,
van 15—20 jaar 2, van 30—35 jaar 1, van 40—45 jaar 2,
van 50—55 jaar 1, van 55—60 jaar 3, van 6065 jaar 2,
van 65—70 jaar 3, van 70—75 jaar 3, van 75—80 jaar 7,
van 80—85 jaar 7, van 9095 ^jaar 1, van 95—100 jaar 1.
In het afgeloopen jaar overleden in deze gemeente
351 personen, en wel: beneden het jaar 103, van 15 jaar
31, van 5—10 jaar 9, van 1015 jaar 5, van '1520 jaar
4, van 20—25 jaar 5, van 25—30 jaar 5, van 30—35 jaar
7, van 35—40 jaar 7, van 4045 jaar 11, van 4550 jaar
11, van 50—55 jaar 11, van 55—60 jaar 13, van 60—65
jaar 18, van 6570 jaar 39, van 70—75 jaar 25, van
75—80 jaar 25, van 8.0—85 jaar 9, van 85,—90 jaar 7, van
9095 jaar 6 en vanv95—100 jaar 0.
Omtrent de arrestatie te Middelburg van een
souffleur meldt de Midd. Ct
De genoemde persoon was, toen hij gearresteerd werd,
niet op weg naar het spoor, doch bevond zich in een
koffiehuis aan een der kaden te Middelburg.
Onjuist is, dat de vermiste horloges zouden behoord
hebben aan de bezoekers van de voorstelling op Woens
dagavond. Tevens deelen wy hier mee, dat de ge
arresteerde een ontwikkeld man is, vader van een
talrijk gezin en een betrekkelijk ruim inkomen had.
De toedracht der zaak was als volgt:
De jongelui, die 's middags op het Molenwater zich
met voetbalspelen bezighielden, hadden Run kléeren,
niet zooals gewoonlijk in de koffiekamer, doch in de
vestibule van den sohouwburg neergelegd, terwyl vier
horloges in het kamertje van den bureaulist werden
geborgen.
Na afloop van het spel werden de horlogeB vermist,
en, dank zy het beleidvol optreden der politie, was
de vermoedelijke dader spoedig opgespoord.
Bij bevelschrift der arrondissemente-rechtbank
te Middelburg van den 4den dezer is naar de openbare
terechtzitting der rechtbank verwezen: C. de B., oud
16 jaar, geboren en wonende te Hoedekenskerke, thanB
in hechtenis te Middelburg, ter zake dat hy in den
loop van het jaar 1890 en in het begin van het jaar
1891 uit de woning zijner moeder Tannetje Goud
weduwe Pieter de Breekert, te Hoedekenskerke, heeft
weggenomen, met het oogmerk om zich wederrechtelijk
toe te eigenen, de navolgende aan deze toebehoorende
goederen en gelden, te weten: 2 paar gouden hemds-
knoopen, 2 paar zilveren broekstukken, een paar gouden
bellen, 17 stuks zilveren knoopen, een zilveren schaar
met dito ketting, een gouden hoofdnaald, een zilveren
bengel, een friesohe jas, 5 zilveren gespen, 2 paar
zilveren haken en oogon, een zilveren gesp van een
leiband, een gouden ring en tien gulden.
Aan den beklaagde is mr. F. N. van der Bilt,
advocaat te Middelburg, ambtshalve als verdediger
toegevoegd.
Voor de betrekking van hoofd van school E te
Middelburg (vacature dhr. J. van Sluys) hebben zich
55 sollicitanten aangemeld.
St. Maarteusd y lr, 8 Febr. Heden morgen
kwamen alhier uit Zierikzee de heeren rechtercommis
saris belast met de instructie van strafzaken en subst.-
officier van justitie, benevens den beëedigden klerk ter
griffie. Dit scheen in verband te staan met eene op
onderdag 11. gepleegde mishandeling op H. M. v. B.,
timmerman te Scherpenisse. Deze zou namelijk in den
avond door 2 personen over de leuning eener heul in
het water zyn geworpen, waaruit hy eenige oogen
blikken later door den molenaar D. en diens zoon
bewusteloos werd uitgehaald, tengevolge van welk een
en ander hij thans nog onder geneeskundige behan
deling is. Waren dezen daar ter plaatse niet geweest,
was hy vermoedelijk verdronken.
Na gehouden instructie zoowel te Scherpenisse als
hier, werd 's avonds laat door voornoemden rechter
commissaris een bevel van voorloopige aanhouding
verleend tegen J. B., metselaar te Scherpenisse en J. J.,
landbouwer te Poortvliet, en beiden des nachts door
den brig.-tit. Straub en den rijksveldwachter Adriaanse
naar het huis van bewaring te Zierikzee overgebracht.
St. Maartensdijk, 9 Febr. Eene meer dan
gewone drukte heerschte gisteren in onze gemeente. Het
verschijnen van het gerecht uit Zierikzee, daarna het ge
vankelijk binnenbrengen van 2 personen, verder eene in
structie openen in een strafzaak met verhoor van getuigen
en beklaagden van 's middags 1 uur af tot 's avonds half
tien en eindelijk het gevankelijk wegvoeren naar Zierikzee
van dezelfde twee beschuldigden, onder geleide van ttvee
dienaren van Hermandat, dat alles was wel in staat
om velen onzer dorpsgenootendie zich anders op den
Sabbath weinig laten zien, uit nieuwsgierigheid de woning
te doen verlaten, om die niet te gaan opzoeken dau na een
kouden neus te hebben gehaald.
Wat er nu eigenlijk aan de hand was? Och, dat is in weinig
woorden te zeggen. Twee personen, een uit Scherpenisse en
een uit Poortvliet, werden verdacht dat zij in de vorige
week zich van het gezelschap van den timmerman 'H. v. B.
wilden ontdoen door hem in hëc water te werpen. Die
toeleg, is zij waar, gelukte hen maar al te wel, want waren
er geen personen voorbijgekomen, waaronder er waren öje
pogingen aanwendden om v. B. te redden, dan was deze
zeker niet meer in het land der levenden geweest. Het
onderzoek der getuigen gisteren, leidde zooals reeds gezegd is,
tot gevangenneming der beklaagden.
Scherpenisse, 8 Febr. Het muziekgezelschap
>Y. I. O. S." is, na eenige maanden de repetition
gestaakt te hebben bij gebrek aan een kapelmeester,
er eindelyk in geslaagd om in den heer D. J. van der
Graaff eenen nieuwen directeur te vinden, die deze
betrekking belangloos op zich genomen heeft.
Scherpenisse, 8 Febr. Heden avond omstreeks
half negen, brak alhier een hevige brand uit in de met
vlas gevulde meestoof. Oorzaak onbekend.
Zierikzee, 9 Febr. Benoemd tot leeraar in de
Wiskunde, Werktuigkunde en het Rechtlynig Teekenen
aan de Hoogere Burgerschool te Breda, de heerB. W.
Mondt, civiel-ingenieur, thans leeraar aan de Hoogere
Burgerschool alhier; met den benoemde was aanbevolen
de heer G. J. van de Well, civiel-ingenieur, leeraar
aan de Hoogere Burgerschool te Delft.
Als een bewijs hoeveel draagkracht het ijs nog
bezit, vermelden wij, dat gisteren een drietal personen met
vélocipèdes op de Versche Gracht hebben gereden. Naar
men ons verzekerde, bedroeg Zaterdag 1.1. de dikte van het
ijs aldaar nog 25 c.M.
Met genoegen kunnen wy mededeelen, dat aan
de firma de weduwe J. C. Ma9see Zoon te Goes,
is opgedragen de levering van de benoodigde machi-
neriën voor een boterfabriek te Slnia.
In het personeel der ryksveldwacht in onze
provincie zyn de volgende veranderingen gebracht: in
getrokken is de verplaatsing van de ryks veld wachters
3e kl. (jachtopzieners): C. Mouton, (brigadier-titulair),
van Waterlandkerkje naar Kapelle en van J. B. Raes,
van Kapelle naar Waterlandkerkje; de ryksveldwachter
2e kl. (brigadier) C. L. J. Bruggemana, is van Ooster
hout naar Th'olen verplaatst.
Aan het Ilaagsclie Dagbl. schrijft men uit
Schoondijke:
«Onze anders zoo rustige gemeente is sedert eenige
dagen in opschudding. De pastorie der Roomsch-
Katholieke kerk wordt geblokkeerd door den ontslagen
koster-organist, wiens dienstverrichtingen al sinds
langen tyd te wenschen overlieten. Zoo verbaasde hij
de gemeente en haar herder door het spelen van
walsen en straatdeunen gedurende de Hoogmis.
>De pastoor zit feitelijk gevangenby durft de
pastorie niet verlaten. Yerleden Zondag werd de kerk
dienst door hem verricht onder bewaking van
maréchaussée en veldwachter. Hun, die den kerkelijken
dienst op de weekdagen willen bij wonen, wordt toegang
verschaft door de pastorie, die zorgvuldig voor den
onwelkomen, zich telkens aanbiedenden gast gesloten
wordt gehouden. In den nacht van Zondag op Maandag
wendde de ex-titulariB zijn nabjjzjjnd einde voor en
zond hij zyn vrouw naar de pastorie, met verzoek
hem de laatste sacramenten toe te dienen. De pastoor
met een kapelaan en een veldwaohter togen er heen,
doch bespeurden al ras dat zij beetgenomen waren.
Des anderen daags vroeg bracht de zonderlinge man
reeds opnieuw schrik en ontsteltenis teweeg. Vermoede
lijk doen zich dezelfde teekenen van verstandsverbijste
ring/Voor, waaraan hy vroeger heeft geleden.
Door den heer Mr. de Kanter te Haarlem is ons
ter plaatsing toegezonden het volgende Concept-adres
aan de 2e Kamer in zake de Jachtwet.
Geven eerbiedig te kennen:
de ondergeteekenden, meerderjarige ingezetenen der
dat zij zich gedrongen^ gevoelen uwe aandacht te
vestigen op de wet van 13 Juni 1857 Stbl. no. 87,
regelende de jacht en vieschery, speciaal voor dat ge
deelte, wat op de jacht betrekking heeft;
dat zij met den meeBten nadruk wijziging van deze
wet moeten aanbevelen en mitsdien verzoeken op de
volgende gronden
lo. die wet beschermt geen AStoafóbelang, doch een
voudig het genot van enkelen. Het financieel voordeel
dat de Staat trekt uit de jachtacten, weegt op verre
na niet op tegen de kosten, die de bescherming van
het jachtvermaak na zich sleept. Het in wezen houden
van den wildstand op zich zelf kan evenmin een staats
belang heeten, daar hierdoor noch ter wille van de
industrie, noch ter wille van het volksvoedsel gelyk
de visscherjj nut gesticht wordt, doch integendeel
groot en onoverkomelijk nadeel, gelyk door ons zal
worden aangetoond;
2o. de bescherming, die de wet aan het jachtvermaak
verleent, is hoogst nadeelig voor landbouw, tuinbouw
en bloementèelt, daar het wild leeft en onder
bescherming der jachtwet kunstmatig wordt voortge-
teeld van hetgeen deze takken van industrie met de
grootste kosten uit den grond te voorschijn brengen.
Requestranten rekenen het onnoodig deze nadeelen
opnieuw uitvoerig uiteen te zetten, waar de Kamer
reeds herhaaldelijk door adressen van verschillende
vereenigingen, die deze industrieën als 't ware ver
tegenwoordigen, op dat nadeel is gewezen. Zij vragen
echter nogmaals: welk *S?aatebelang eischt, dat de wet
hun gedurende 8 maanden van het jaar geheel verbiedt
gedierte te dooden, dat deze uitgebreide takken van
het volksbestaan voortdurend benadeelt, om dan ge
durende 4 maanden, mits onder zeer onereuse voor
waarden, en nog wol alleen, indien zy niet gedrukt
zyn onder Heerlijke jachtrechten, tot het dooden
daarvan te mogen overgaaD, doch alleen in een tyd,
als het wild weinig schade doet, omdat de oogst van
het veld is;
3o. de bescherming van het jachtvermaak door de
jachtwet demoraliseert onB volk. Men gehoorzaamt
onwillig eene wet, die onnoodige offers vergt, vooral
indien er geen algemeen belaogdoch slechts een
particulier belang mee gediend wordt. Men maakt het
memand duidelyk, dat de eigenaar van den grond een
Btrafbaar feit pleegt als hy van de hem door de bur
gerlijke wet (art. 641 B. W.) in beginsel toegekende
bevoegdheid gebruik maakt, om zich het op dien grond
zich bevindend wild toe te eigenen, en dat hy lydelyk
de schade hem door dat wild veroorzaakt moet aanzien
om aan anderen het genot te laten dit te dooden. En
wanneer men dan tot die overtuiging gebracht moet
worden door de straffende hand der overheid, dan komt
het volksgeweten in verzet; men zoekt op allerlei
wijzen die wet te ontduikenmen gaat de overheid
haten, die deze wet handhaaft en onder bepaalde om
standigheden kan dat verzet zoodanig worden geprikkeld
dat de voorbeelden zyn trouwens talloos misdaad
het gevolg wordt.
En die omstandigheden worden inzake handhaving
van de jachtwet kunstmatig in het leven, geroepen en
het zedenbederf mitsdien verergerd
a. door het veelvuldig uitreiken van de bevoegdheid
als onbezoldigd rijksveldwachter, waardoor een heirleger
politie-ambtenaren ontstaat, niet ten dienste van 'f al
gemeen, maar ten dienste van enkele particulieren,
terwyl hun bevoegdheid van verbaliseeren met dat van
gewone politiedienaren gelyk staat. Het ontzag voor
dezen neemt af, naarmate het aantal dezer dienaren
der openbare macht in particuliere dienst toeneemt;
b. Door het premiestelsel, hetgeen mogelyk maakt
dat Rijks imbtenaren door particulieren worden bezoldigd,
om ten strengste eene wet toe te passen, die schade
doet aan 't algemeen. Dit fooienstelsel bederft niet
alleen de politie te velde, doordien zy tuk op meer
dere verdienste voornamelijk de particulieren helpt,
aan wie wat te verdienen is, maar zy ontneemt ook
aan de menigte het laatste ontzag voor die dienaren,
omdat in haar oog, wat belooning is voor extra diensten,
eenvoudig met omkooping gelyk staat.
Waar onder deze omstandigheden het aantal over
tredingen der wet op jacht en visscherij reedB in 1887
tot over de 6000 gestegen was tegen 1300 in 1854,
daar kweekt die wet een zekere vertrouwdheid met,
eene stellige onderschatting van het begrip misdrijf,
die almede zeer demoraliseerend werken op het volk,
daargelaten nog de kolossale uitgaven, die deze ver
oordeelingen voor 'tRjjk medebrengen, daar byoa alle
opgelegde geldboeten door het ondergaan Tan hechtenis
worden gekweten.
RequeBtranten komen op bovenstaande gronden tot
u met het verzoek, om door eene uitspraak van uwe
vergadering by de Regeering'aan te dringen op zoo
danige wijziging van de wet op de Jacht en Visscherjj,
dat de kunstmatige bescherming van den wildstand
en daarmede vap het jachtvermaak een einde neme en
het in art. 641 B. W. uitgesproken beginsel eindelyk
tot zyn recht keme; terwyl zy tevens ten dringendste
aanbevelen, om, ter inkrimping van de schade door
den land- en tuinbouw van Heerlyke jachtrechten te
lijden, de afkoopbaarstelling daarvan te vergemak
kelijken.
't Welk doende.
Vrydagavond had te Amsterdam het debat
tasschen mr. Treab en de sooiaal-democraten plaats.
De heer Yan der Goes nam het 't eerst op voor de'
sociaal-democratie. Hy zag in 't betoog van mr. Treuh
wetenschappelijke nonsens en in 't socialistisch stelsel
de consequentie van den organischen groei der maat
schappij. Aan dit betoog sloot Colthoff zich aan, die
't zich al zeer gemakkelijk maakte met de verklaring,
dat de sociaal-democraten niet geroepen zyn een beeld
van hun toekomststaat te ontwerpen, maar kunnen
volstaan met een critiek over de tegenwoordige maat
schappij. Echter poogde hy_ de meerwaarde-theorie van
Marx te verdedigen, terwijl hij, wat de veroordeelde
tactiek van Recht voor Allen betreft, opmerkte, dat
hun tegenstandera nog veel partydiger zijn en slechter
tactiek volgen.
De heer Treub stelde zich voornamelijk ten taak
het beginsel van den persoonlijken eigendom te ver
dedigen. De gemeenschappelijke eigendom, betoogde bij,
ligt achter ons, behoort tot een verdwenen beschavings
tijdperk, en de gemeenschappelijke productie behoort
eigenaardig bjj een kleine en onbeschaafde maatschappij.
Beperking van den eigendom in 't algemeen belang
mocht liggen in de historische ljjn, onjuist was het,
dat men daarom noodzakelijk moest komen tot ver
nietiging van den persoonlijken eigendom. Nader toonde
hij overigens aan, dat niet de arbeid alleen de waarde
maakt, maar dat die door de nuttigheid wordt be
paald.
Na mej. Drucker, die zich vooral gekrenkt gevoeld
had, omdat de heer Treub had gesproken van vrouwelijke
logica, kwam de heer Fortuyn aan het woord. Hy gaf
niets om theorieën, als je geen cent op zak hebt. De
belangen der arbeiders moesten worden behartigd, dat
was de zaak, en al brak het duizendjarig rjjk met de
sociaal-democratische leer nog niet aan, er was niet
aangetoond, dat het niet zou kunnen komen. Wat
hun toon van spreken en schryven aangiDg, ja, zy
Btonden nu eenmaal op revolutionairen bodem, omdat
ook de maatschappij op revolutionairen bodem stond,
en de getergde arbeiders noemden de dingen bjj hun
naam.
In denzelfden geest, maar in gematigder toon, sprak
Gerhard. Met theorieën kwam men niet verder; er
moest gehandeld worden. De theorie van Marx maakte
niemand gelukkiger of ongelukkiger, maar de ellende
moest gelenigd worden. Spr. keurde niet alles goed,
wat hunnerzijds gesproken en geschreven werd, maar
jarenlang waren zy gematigd en ordeljjk geweest en
toch werden zij niet geholpen; wat wonder, dat nu
wel eens anders werd gesproken?
Nadat vryheer Von Barnekow alle niet sociaal
democraten voor één reactionaire massa had uitgemaakt,
beloofde v. d. Goes, die niet uitgesproken had, dat bjj
een brochure zou uitgeven, en Fortuyn, dat er namen»
de party een tegenschrift tegen Treub's brochure zou
komen.
Weldra treedt prof. Pekelharing voor de sociaal
democraten op. Yan dr. Schaepman was nog geen
antwoord.
Staatsblad no. 29 bevat het besluit van 26 Jan.
1891, houdende verhooging van het maximum bedrag
der postwissels in het verkeer tusschen Nederland
en de koloniën in West-Indië. Het wordt verhoogd
van 150 tot 250.
Zeker Utrechtsch professor ontving dezer dagen
een brief van eene vroegere dienstbode, waarop het
volgend adres stond: >Aan den allerhoogsten te Utrecht,
den heer X. Het »hooggeleerde" heeft het mensch
zeker door het hoofd gespeeld.
Ten bewjjze hoe dik de ijskorst in de Gouwzee
was, diene, dat daarop Donderdag vóór de haven van
Marken nog een hardrijderij op schaatsen van Marker
jongenB tuschen 12 en 16 jaar heeft plaats gehad. De Mar
kers en enkele andere personen berijden of bewandelen
trouwens nog het jjs tusschen Monnikendam en het
eiland Marken. Wel is het ijs reeds heel wat dnnner,
maar het is nog sterk genoeg om zonder vrees de
tocht te maken.
De Nieuwe Merwede is thans eindelijk geheel
open, zoodat het jjs, dat nog van de Waal moet
afkomen, zonder bezwaar zyn weg kan zoeken naar het
Hollandsch Diep en verder naar zee. Het is niet ts
ontkennen, dat de dezer dagen gebleken geringe werking
van dezen kunstmatigen breeden rivierarm eeno groote
teleurstelling heeft gebaard. Men heeft langen tyd
gemeend, dat hy voldoende capaciteit had om jjs en
water af te voeren. Dit is echter niet het geval geweest.
Tengevolge van de ontstane jjsdammen trachtten de
ijsmassa's de Oude Merwede af te zakken, doch ook
spoedig vonden tusschen Hardingsveld en Giessendam
vele opstoppingen plaats, waardoor het nog dagen kan
duren, eer de scheepvaart heropend wordt. Op ver
schillende plaatsen zitten de schollen nog tot den bodem
dezer rivier.
OESTERS.
Hoewel wjj de vorige week vrjj breedvoerig bjj de
schade, door de vorst aan de oeBtercultuur toegebracht,
stilstonden, zoo noopt het belang der zaak ons nog
maals daarop terug te komen.
Wie meenen mocht, dat wjj de bedoelde schade
overdreven hebben, dien moeten wy, helaas die illusie
ontnemen. Neenl wy bleven naar het algemeen ge
voelen ver beneden de waarheid.
Spraken wij van 3 mill, doode leverbare, dit getal
kan men veilig 4 maal zoo hoog stellen, misschien
wel 10 maal, want dagelyks nog krijgt men een beter
inzicht in de ramp. Waarschynlyk zal de onmiddellijke
schade in geldswaarde uitgedrukt het millioen niet
verre ontloopen.
Zoo hoorden wjj een oesterkweeker, een der grootste
trouwens, getuigen, dat hy voor zich alleen minsten»
3 millioen doode heeft. Het kost hem weinig moeite
om er op een vk. M. oppervlakte 50 te verzamelen.
Was 1870 een noodlottig jaar, deze winter overtreft
alleB.
En nu spraken wjj nog maar alleen van het onmiddellijk
verlies. Het ergste komt nog achteraan.
Hoezeer de kweekers dezen winter ook in hunne-
ontvangsten besnoeid zyn, zjj leverden ten minste nog
iels af. Maar hoe zal het de eerstvolgende seizoenen
zyn
Want men vergete nietde Schelde is zoo goed
als ontvolkt 1 Van het weinige nog gespaarde zaaigoed
is het meerendeel verwoest, en het zal dus een eerste
zorg zyn nieuw zaad te kweeken.
Dat zal veel geld koBten, te meer omdat de pannen
van vroeger voor een groot deel opgeraakt zyn en
men dus een grooten inslag van nieuwe pannen zal
moeten doen, In één woord de exploitatiekosten zullen
de eerste jaren aanmerkelijk stjjgen, de pacht blyffc
dezelfde en daarvoor trekt men in het seizoen 1891/2
weinig en de 2 of 3 daarop volgende nog minder. Is
er verder betoog noodig, dat velen dit niet zullen
kunnen uitzingen?
Voorwaar, vele kweekers zyn wanhopeud, omdat zy
geruïneerd zijn, ja men staat voor eene byoa algemeen©
ruïne, indien er geen hulp geboden wordt.
En wie moet die hulp verleenen? Er is maar één
macht die dat kan, en dat is de Regeering.
Zy alleen kan een gedeelte der ramp vergoeden, zy
alleen kan in eene stagnatie van enkele jaren te hulp
komen, zjj alleen kan een bloeienden tak van nijver
heid van den ondergang redden door voor minsten»
twee jaren de pacht kwjjt te echelden.