als een ambtenaar die te 10 uur moet komen, eerst te half elf komt, dadelijk naar den Burgemeester moeten loopen. Hij acht dat verkeerd en vindt het beter dat hij het met zijn onderhoorigen tracht te vinden. Kan hij deze niet op hun plicht houden, dan kan hij zich op Burgem. en "Weth. beroepen. Spr. is tegen het artikel, zooals het nu luidt. De Voorzitter merkt op, dat eene Instructie niet voor een persoon wordt gemaakt, dat men een Secretaris kan krijgen die toezicht noodig heeft en dat hij dan gebonden is door de Instructie. De heer Boeije meent, dat door het woord onmiddellijk" uit het artikel weg te nemen, aan het bezwaar van den heer de Clercq zal worden te gemoet gekomen. De Secretaris zal dan kennis geven als er wat te veel over tredingen komen. De heer Röell beweert, dat ook dan dat bezwaar zal blijven bestaan, omdat die kennisgeving dan toch, hoewel niet dadelijk, behoort te geschieden. De Voorzitter blijft er bijdat van alle misbruiken kennis moet worden gegeven aan den Burgemeester; deze dient die te weten. De heer <S. Ochtman vraagt, of aan de bezwaren niet is tegemoet te komen, door de tweede zinsnede in dezer voege te lezen: »De Secretaris geeft, zoodra hij be merkt, dat zijne terechtwijzing niet wordt nageleefddaar van kennis aan den Burgemeester." De Voorzitter meent, dat de Secretaris dan liever de boel in 't honderd zal laten loopenomdat, als hij dan bij den Burgemeester komt, hij zich zelf een brevet van on bekwaamheid zou uitreiken. De heer Six meent, op eene leemte te stuiten en aan nemende, dat de Secretaris bevoegd is een of anderen maatregel te nemen, stelt hij voor, achter het art. te lezen: evenzoo van de maatregelen die hij heeft getroffen." De heer Fokker wijst op het verschil van gevoelen uit de discussiën gebleken. Yolgens de redactie van het artikel van het Dagel. Bestuur zou de Secretaris een ondergeschikt individu moeten zijn, die zich voor alles tot den Burge meester zou moeten wenden, terwijl door de heeren de Clercq en Ochtman er op gewezen is, dat hij op de Secre tarie de baas is. De tweede alinea van het artikel behoeft niet in de Instructie te worden opgenomen en Spr. stelt dan ook voor, die te schrappen. Het spreekt van zelf, dat de Secretaris, als er groote onaangenaamheden voorvallen, daarvan kennis zal geven aan den Burgemeester. De Secretaris zou bij het behoud der bepaling een soort van kweekeling of ondermeester worden en dat is belachelijk. Het voorstel van den heer Fokker, om de tweede zin snede van art. 8 te doen vervallen, wordt aangenomen met 10 stemmen tegen 2, die van de heeren Boeije en W. A. Ochtman. Art. 9, betreffende toezicht op de ambtenaren ter Secre tarie, wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Art. 10, al. 1houdt de bepalingdat de Secretaris heeft te zorgen dat de Secretarie dagelijks behalve op zon- en feestdagen open is van 91 en van 24 ure. Art. 10, al. 2 (nieuw) luidt: Hij zeifis, buiten het geval van beletsel door ziekte of verkregen verlof, dagelijks ten minste van des morgens 10 tot 12 en des namiddags van 2 tot 4 ure in het gemeentehuis aanwezig. De heer Fokker moet ook tegen dit artikel zijn grief kenbaar maken. Het schijnt, dat men den Secretaris tot den meest afhankelijken man van de gemeente wil maken. Spr. vindt het goed, dat hij een zeker aantal uren op de Secretarie moet zijn, maar eene bepaling als de voorgestelde, staat gelijk met hem te verbieden, om gedurende vijf wintermaanden schaatsen te rijden, te wandelen of te jagen en hem te bevelen op het Raadhuis al zijn werk te doen en dat is te sterk. Hij vindt het daarom beter, in de 2° alinea van art. 10 achter »des morgens" te lezen: «van 10 tot des namiddags 1 uur." Hij kan dan verder zijn werk doen wanneer hij wil. De Voorzitter antwoordt, dat de Secretaris verlof kan vragen en dat het is te doen geweest, om het publiek, dat den Secretaris verlangt te spreken, niet voor een ge sloten deur te doen komen. Het is hier de eenige gemeente die hem bekend is, waar de Secretaris geen uren zijn voorgeschreven, die hij op het Raadhuis zijn moet. Het is een algemeene regelwaarvan echter kan worden afgeweken. De heer Fokker zegt, dat het door den Voorzitter aan gevoerde zijn bezwazr niet opheft en dient een amendement in, om in al. 2, ter vervanging van den in het ontwerp opgenoemden tijd, te lezen: «dagelijks ten minste van des morgens 10 tot des namiddags 1 uur." Dit amendement wordt aangenomen met algemeene stem men en daarna wordt vastgesteld art. 10. De artt. 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17 en 18, houdende bepalingen omtrent den gang der werkzaamheden, het geven van inzage en afschriften van stukken, omtrent de bewaring van het archief, de verantwoording der leges en de aanschaffing van bureaubehoeften, worden onveranderd vastgesteld. Art. 19 schrijft voor, dat de Secretaris bij brand of buitengewone voorvallen in de gemeentezich terstond naar het Raadhuis moet begeven, ten einde behulpzaam te zijn tot het nemen en uitvoeren van noodige maatregelenen dat hij bericht moet geven aan den Burgemeester of alle ambte naren en bedienden alsdan mede ten Raadhuize aanwezig zijn. De heer Fokker vraagt, of het de bedoeling van dit artikel is dat alle ambtenaren bij eiken brand in de gemeente, onverschillig waar, naar het Raadhuis moeten komen. De Voorzitter zegt, dat er eerst aan gedacht is een zeker rayon op te geven binnen hetwelk de brand moest zijn, doch het is hem bekend, dat in eene gemeente, waarin dergelijk rayon was bepaald, het gevolg was dat niemand der ambtenaren meer naar het Raadhuis kwam en er steeds werd opgegeven, dat zij dachten dat het buiten het rayon was. De Secretaris heeft echter de vrijheid om de beambten te laten heengaan als zij er niet noodig zijn. De heer Houwer zou meenen, dat de gemeente een slecht voorbeeld gaf door een dergelijk voorschrift, omdat die beambten dan nooit hun dienst bij de brandweer kunnen verrichten, waartoe zij toch, evenals de andere burgers, verplicht zijn. De Voorzitter zegtdat de beambten alleen op het Raad huis moeten zijn als zij niet ergens anders diensten hebben te doen. Het artikel wordt onveranderd vastgesteld. De artt. 20 en 21houdende dat in deze instructie gerekend worden te zijn opgenomen, de bepalingen omtrent de werkzaamheden van den Secretaris in de reglementen van orde voor de vergaderingen van den Raad en van Burgem. en "VVeth., en intrekking der oude instructie voor den Secretaris, worden zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming vastgesteld. De geheele instructie wordt daarop met algemeene stemmen aangenomen. Thans is aan de orde de benoeming van een Secretaris der gemeente. De openbare vergadering gaat op voorstel van den heer Zuurdeeg in eene beslotene over. De openbare vergadering heropend zijnde, stelt de heer Fokker voor, eene vernieuwde oproeping van sollicitanten voor de betrekking van Secretaris te doen, en daarbij, evenals zulks in Deventer is geschied, den graad van Doctor in de rechten als vereischte te stellen. Motiveering van dit voorstel acht hij, na de beraadslagingen in de voorafgegane zitting met gesloten deuren, onnoodig. De heer Boeije bestrijdt dit voorstel, op grond dat de gemeentenu er 24 sollicitanten zijn, waaronder ook doctors in de rechten, dan een belachelijk figuur zou maken. Daarop wordt tot de benoeming overgegaan. Bij stemming worden uitgebracht op de heeren J. Snellen Secretaris van het Bildt 6J. A. LegemaatCommies ter Secretarie alhier, 5 stemmen en op Mr. A. Tak, Kanton- rechter-plaatsvervanger en Secretaris der Kamer van Koop handel te Schiedam1 stem. Eene tweede vrije stemming heeft dezelfde uitkomst. Bij de daarop volgende herstemming tusschen de heeren Snellen en Legemaatverkrijgt eerstgenoemde 6, en laatst genoemde 5 stemmenterwijl 1 stembriefje in blanco was, zoodat de heer Snellen is benoemd. De Voorzitter deelt nog mede, dat is ingekomen een verzoekschrift van den heer A. van Gastel, Directeur der Stoombootreederij »de Schelde", om het voorschrift in het reglement van politie op de havens, dat door stoombooten de Kieuwe Haven in geen korter tijd dan twintig minuten mag worden bevaren, zoodanig te wijzigen, dat zijne stoomboot met schroef bewegingden opgegeven afstand in 15 minuten mag afleggen. Op voorstel van Burgem. en Weth. wordt dit verzoek gesteld in handen der Commissie voor de Strafverordeningen, om daarover rapport uit te brengen. De Voorzitter doet de openbare vergadering weder overgaan in eene zitting met gesloten deuren. Ka de heropening der openbare vergadering, brengt de Voorzitter ter tafel, een adres van P. van Duivendijk, scheepmakerom voor onbepaalden tijd in erfpacht te bekomen de oppervlakte grondthans door hem in gebruik genomen voor scheepstimmerwerf en vroeger aan zijn vader tot dat einde om niet in gebruik gegeven. Op voorstel van Burgem. en Weth. wordt besloten, den verzoeker den bedoelden grond, na opmeting, voor onbepaalden tijd in erfpacht uit te geventegen den gewonen prijs van 2 cent per centiare. Ka omvraag sluit de Voorzitter de vergadering. Directeur-Uitgever: J. WAALE. Stoomdrukkerij. OCHTMAK, VAK DISHOECK LAKEKMAK. Zierikzee.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1890 | | pagina 6