INGEVOLGE VAN DIEN.' Heijae als voorzitter (reeds gemeld), uit de volgende leden: G. Kok Jr. direct., F. F. Leupen, F. P. Visser en B. W. Mondt, leeraren H. B. S. te Zierikzee; J. Ver- meule direct., H. Snijders, W. O. Swaving en dr. J. J. Couvée, leeraren H. B. S. te Middelburg; M. C. J. de Visser, F. Allans, dr. Z. Th. Diehl en jhr. W. A. Teding van Berkhout, leeraren H. B. S. te Goes. De Goesche Cl. bevat de volgende wel ietwat duistere mededeeling: By aanleiding van de verschillende geruchten, die omtrent my in omloop zyn, wensch ik voorloopig slechts te constateeren, dat ik ten volle de werkelykheid blijf erkennen van de feiten van het spiritisme en spiritu alisme, maar er overigens volkomen mede gebroken heb. Wanneer ik daartoe het oogenblik gekomen acht, zal ik allen, die er naar vragen, gelijkelijk in het openbaar antwoorden. Aangenaam zal het my zyn, als ook andere bladen dit bericht willen overnemen. Uw dw. dn. (get.) P. HUET. Naar men aan de Stand, meldt, heeft een der grootste vakvereenigingen, de timmerlieden-vereeniging te Amsterdam, zich losgemaakt van den Centralen Raad van den Sociaal-Democratischen Bond. Door deze scheiding mist de kas een jaarlyksch inkomen van pkm.300. Voorts schynen de typografen hetzelfde plan te hebben, tenminste van hun losmaking moet ernstig sprake zijn. Zaterdagavond heeft in de suikerfabriek De Amstel, te Amsterdam, een moordaanslag plaats gehad. Een arbeider, Waay genaamd, plakte een soort manifest ten gunste van de 1 Mei-beweging aan, toen hij door den meesterknecht betrapt werd, die van het geval aan gifte deed by zyn patroons. Waay werd op staanden voet ontslagen. Hy ging heen, doch keerde eenigen tjjd later terug, om zyn woede aan hem, dien hij vërkeerdelyk als den be werker van zyn ongeluk beschouwde, te koelen. Met een revolver gewapend, trad hy op den meesterknecht toe, schoot, doch miste. De man, die beter suiker dan kruit weet te behandelen, had den laadstok in den loop van het pistool laten zitten! Onmiddellyk wa3 de dader in handen der politie, die hem echter sedert weer moet hebben vrijgelaten. In de Zondag namiddag te Hengeloo gehouden 9de jaarlyksche vergadering van de leden van het zieken- en pensioenfonds, verbonden aan de fabriek der firma Gebr. Storck Co., deelde de heer C. T. Storck als oudste firmant mede, dat zyne firma besloten had dit jaar eene bydrage aan het fonds te schenken, groot 5000. Deze mededeeling werd met applaus begroet. Te Neerheide onder Rukfen is bij publieke veiling verkocht een huis met erf, stal en tuin, te zamen voor 64 gulden. Met betrekking tot de werkstaking in de Friesche venen wordt gemeld dat Dinsdag ochtend om 9 uren op het appèl te Beets 1000 werkstakers tegenwoordig waren. Besloten werd vol te houden, en een tweede appèl is bepaald op a.s. Maandag. De heer Domela Nieuwenhuis sprak hen met vuur toe en ruim 200 brooden werden uitgedeeld. Het plan bestaat, dat Zaterdag de groote verveners zullen vergaderen. Som mige verveners hebben in alle eischen toegestemd, doch geen arbeider werkt. Geen schip kan geladen worden. In verband met de ongeregeldheden in de veenderijen, zullen de miliciens der lichting 1889, be- hoorende tot het le regiment infanterie te Leeuwarden, Groningen, Assen en Den Helder, die 80 April met groot verlof zouden vertrekken, voorloopig onder de wapenen blyven. TELEGRAMMEN. 's-Grravenhagfe, 25 April. Tweede Kamer. Mr. v. d. "Velde is toegelaten. Bij de voortgezette behandeling van Hoofdst. Koloniën, werd de Surinaamsche kwestie besproken. De heer Heldt kreeg verlof de Regeering te interpelleeren over het optreden der justitie te Heerenveen op 17 dezer. Berlijn, 25 April. Heden is in tegenwoordigheid der Keizerin de tuin bouwtentoonstelling geopenddie hoogelyk wordt geroemd. Londen, 25 April. Depêches uit New-York melden, dat de werkstaking te Chicago zich steeds uitbreid, thans zyn 15000 slagers knechts toegetredeneischende acht uren werkens per dag. KERKNIEUWS. Voor een talrijk gehoor aanvaardde dr. P. J. Muller het professoraat in de theologie aan de Amsterdamsche universiteit, met eene rede, getiteld«Dichten of denken, eene dogmatische vraag beantwoord." Vóór het uitspreken zyner rede, had de heer Muller in handen van den president der synode de door het synodaal reglement op het Hooger Onderwys tot vor ming van evangelie-dienaren voor de Nederlandsche hervormde kerk voorgeschreven belofte afgelegd, en was hij met eene gepaste toespraak in zyn ambt bevestigd. r Beroepen by de Herv. Gem. te Middelburg, Ds. N. C. J. de Minjer te Leerdam. L ANDBOU W. Is het van byna algemeene bekendheid, dat de landbouwers in Schouwen en Duivelend steeds een practischen blik hebben en naar het verloopen van het gety ook de bakens verzetten, een feit dat wy heden vernamen, bevestigt dit gevoelen. Naar wij uit goede bron vernemen heeft de heer J. M. Klompe te Dreischor gekocht de meestoot «de Landbouw" te Zonnemaire, met het doel daarin op te richten eene fabriek van zuivelbereiding. Zóó vervangt het nieuwe het oude; de meekrap, waarin vroeger de Schouwscho landbouwer zijn hoofdbestaan vond, wordt vervangen door zuivelbereiding, dat wil zeggen, door te trachten alles uit het vee, in verband met den landbouw, te halen wat er uit te halen valt. Het voornemen van den heer Klompe moet zyn een coöperatieve vereeniging daar te stellen, zoodat ver schillende landbouwers hunne melk zoo productief mogeljjk kunnen maken. Om dit doel te bereiken zou echter noodig zyn eene onderlinge bespreking dezer zaak, opdat inlichtingen omtrent d«zen tak van landbouw industrie worden ingewonnen, die ten slotte zeer zeker zouden leiden tot verbetering van den toestand der landbouwers in deze eilanden. Dit schrijven kan waarschijnlijk medewerken tot voorloopige bespreking dezer zaak; elk landbouwer zal toch begrijpen dat ook in deze zaak «Eendracht Macht maakt." Aanbestedingen, Verkoopingen, enz. Zierik'zeo. Ten overstaan van den notaris mr. J. C. van der Lek de Clercq, zijn op 25 April 1890 in het openbaar verkocht een woon- en winkelhuis, schuurtje en erve op den Sint-Anthonijsdam alhier voor 876; een woonhuis en erve daarnaast voor f 525; een woonhuis, nieuwe schuur met erve in de Nobelstraat alhier voor ƒ1661; twee schuren, erven en tuin alhier voor 900een wagenhuis en boom gaard alhier voor 510; alles aankomende de wed. en erven B. Koppens. Terneuzen, 24 April. Heden namiddag is door het bestuur der waterkeering van den calamiteusen polder Nieuwe Neuzen alhier, in het openbaar bjj enkele inschrijving, aanbesteed het jaarlyksch herstel de vernieuwing en het onderhoud van de aarde-, kram-, rjjs- en steenglooiingwerken en van het maken van werken tot dyksverbetering enz. waarvan de begroo ting beloopt 18,053,165. Het laagst werd daarvoor ingeschreven door den heer A. van der Beek te Zaam- slag, voor f 18,362. Gemengde Het kamergeschut der vrouio. In de groote wapen en rustkamers der vrouwelijke tuighuizen en arsenalen, van de lichte lansen, stokdegens en .dolken der woor den tot het zwaar geschut der tranen en de vieren twintig-ponders der flauwten en onmachten, ia geen wapen zoo verderfelijk, als die soort van geschut, welke men in de vroegere oorlogen kamergeschut noemde en thans in de tweegevechten van de liefde en 't huwelijk pruilen heet. Schreien en met den voet stampen zijn enkel klein- en zydgeweer der vrouwengillen, tieren, de haren uittrekken enz. zijn het kleine belegerings geschut; flauwten, onmachten en migraines, dat zyn de muurbrekers, veldslangen en kartouwenmaar. pruilen, dat is de uithongering van den vijand. Een pruilende vrouw is een altijd lekkende dakgoot, die eindelijk den hardsten geduldssteen uitholt. Te Rot terdam is overleden een gehuwde vrouw van16 jaar. Een hotelhouder te Amsterdam heeft uit wanboop over mislukte speculatien in N.-Zweedsche Spoorwegaandeelen door verdrinking een einde aan zijn leven gemaakt. Zóódoende is alles weg. Een Amster dammer, die gewoon was zyn „middagdutje" te doen, was met een brandende pjjp in den mond in slaap gevallen. Des avonds vond men hem gestikt op zyn legerstede. Hen nieuw voordeeltje van accijnsen. Sedert hooge rechten op tabak worden geheven, is de smok kelhandel natuurlijk zeer toegenomen. Om het smok kelen zooveel mogelijk tegen te gaan moest natuurlyk allereerst het aantal grensbeambten worden uitgebreid. Dat kostte aan de landen die van accynzen profiteeren willen du9 belangryk meer aan uitgaven. Thans is het. personeel, in den kring van Turnhout, volgens de „Kempenaar" van nieuwe revolvers voorzien, welke aardigheid aan de schatkist op eene uitgave van twintig duizend francs komt te staan. Op zoo'n manier blyft er niet veel van de meerdere baten der verhoogde heffing op den invoer van tabak over. Men meent te weten fet de opruier van 't gemeen tegen de Heil soldaten geen vlag maar een breekyzer voert. Zoo bedoelt Izak ook in de Oesterkrant. Eene fijne familie, een levende verontschuldiging voor onzedelijkheid en ongerechtigheid. Wat zal je er van zeggen. De predi kantennood is thans zoo groot, dat zelfs een man, die men op Niemandsdorp niet hebben kan, nog wordt verkoren, waar zyn vrouw heeft ingebroken. Het Goessche kofje Pietje en Janna van Ellepak, geladen met Beijersch bier voor een hotel te N. is aangevaren door de bark Kryn gelukkig was er een Belgische loods aan boord, zoodat het kofje nog op het walletje aan het droge is gebracht. Een jongen te Scharen- dyke wordt aangeraden de navolgende versjes inacht te nemen. Joost je met uw valsche streken Wil toch geen kwaad van and'ren spreken Uw reis is naar Amerika, l Draai rond, zoo langs Batavia. Kyk nimmer door een anders oogen, In bosch of boom, in 1t veld of 't strand, Daar overal wordt uw last gevonden En toch ging Maatje van de hand. Dus, ventjemet uw metgezel, Er zyn er twee die weten 't wel. Dus reis vooruit, de wereld in, 't Zij al of niet met tegenzin. „Wel, wel" zegt een dametje uit de Kerkstraat te Sch. „wat is het mij toch bitter tegengevallen met Paschen, ik meende een kleermaker te snappen en ik heb het met een molenaarsjongen moeten doen". „Aanzien dóet gedenken", izegt Kees van den Achter weg te Br., „dus ik wil myn portret hebben, al moest het my een gulden kosten; dan zal ik een ander zien te bespiegelen", maar dat gaat niet erg gemakkelyk, want hij heeft al zooveel bezoeken afgelegd, doch allen zonder gevolg. Eerstdaags zal te Z. worden opge voerd de komst van Pietje, waarin Betje de draaister de hoofdrol zal spelen. Ie bedrijfde voorbereider voor de komst der dochter2e bedrijf, het bezoek by de familie en haar broeder; 3e bedryf, de teleurstel ling na het bezoek4e bedryf, het berouw komt te laat; 5e bedryf, het afscheid van de moeder. Kaarten zijn te bekomen by het draaiende Betje. Ingezonden Stukken. Nieuwe-Tonge, 22 April 1890. Mijnheer de Redacteur 1 Met de plaatsing van het volgende in Uw veel gelezen blad zult U mij zeer verplichten, dewijl het misschien anderen tot voorzichtigheid zal aansporen. Op Vrijdag 18 April 11. met de Zeeuwsche stoom boot «Schelde" te Rotterdam aangekomen zijnde met een paard, waarmede ik mijne reis naar Flakkee vervolgen wilde per stoomboot »Middelharnis", die ten 3 ure 's nam. van Rotterdam zou vertrekken, ver voegde ik mij ten half 1 ure bij den kapitein van bedoelde boot en verkreeg van hem ten antwoord, dal het paard medegenomen en een hok daarvoor in gereedheid gebracht zou worden. Ten half drie ure kwamen mijn broer en ik met het paard vóór de boot en vroeg ik of het hok ge reed was. Des kapiteins antwoord luidde»Kom maar d s gauw aan, want het is meer als tijd!" Mijn broer leidde het paard dus op de boot en in het daarvoor aanwezige hok. Maar ziet, het hok was nog niet klaar. Toen het paard er in was, moest het borsthout nog ingezet worden, de beugels over het hok mankeerden nog en touwen waren nog te zoeken; zoodat, toen het borsthout eenmaal ingezet was, door het ontbreken van touwen om over den nek te sjorren, het paard gelegenheid kreeg om over het borsthout te springen, zoodat mijn broer, die voor het hok gestaan had, benigen tijd in levensgevaar verkeerde onder het voorover en nog aan de achter- beenen hangende paard. Eindelijk op de voorbeenen steunende, gelukte het mijn broer er van tusschen te komen en kon het paard toen met moeite ook de achterbeenen over het borsthout krijgen. Een eenigszins van plicht doordrongen kapitein zou in dat geval, naar aanleiding van het levensgevaar van mijn broer en de mogelijke verwonding van het paard, excuus gevraagd hebben voor het gemis aan zorg bij hem en zijne knechts. Maar bij dezen Cerberus was het omgekeerde het geval. Hij gelastte, dat het paard van de boot moest en toen ik hem onder het oog bracht, dat mijn broer en ik en het paard nog een dag te R. zouden moeten vertoeven, meende hij waarschijnlijk aan zijn lastgeving kracht te moeten bijzetten, door te roepen: »Als de d r met het paard van de boot!" waarop toen een politie-agent meende een handje te moeten komen helpen, hetgeen evenwel na de eigenaardige uitnoodiging des kapiieins onnoodig was. Ik meen bij deze een woord van lof te moeten uitbrengen voor de nette en zorgvolle manier van mijn paard te vervoeren, zoowel des morgens op de Zeeuwsche boot «Schelde", als den volgenden dag op de boot «den Bommel" ondervonden en zulks in tegenstelling met het hierbij te voegen woord van protest tegen de voor 't minst onbeschofte behandeling door den kapitein van de boot «Middelharnis". U bij voorbaat dankend voor de opname dezer regelen, verblijve hoogachtend, UEd. Dienaar, A. C. BREESNEE Tz. In Enschedé werd 't werk gestaakt, En idem in de venen, Ik dacht zoo bij me zeiven dan, Waar moet het nu tocli henen. Ik vroeg dat gister aan een vriend, Die zei, dat zal 'k je zeggen Men geeft zoo weinig loon, dat 't volk Zich er bij neer gaat leggen. Dat 's raar, dacht ik, hoe moet het zijn, Als men dan 't werk gaat staken, En 't weinige nog missen moet, Hoe moet men 't dan wel maken Zoo dacht ik en zoo denk ik nog, Enfin, de tijd zal 't leeren, Maar 'k denk, als zeek're club verdween, Men minder zou ontberen. De werk verschaffer zou dan toch, Bij goed gegronde klachten, Het loon verhoogen, wat men nu Van hem niet kan verwachten. De werkman van Noord-Beveland, Hij denkt er nog niet over Om ;t werk te staken, al is 't loon Dat hij verdient ook pover. Want anders immers had hij niets, Voor vrouw en kroost om t' eten, En hij!? Verlegen zou hij zijn, Zijn plicht zoo te vergeten. Daarom een woord van lof gebracht, Aan 't werkvolk van ons eiland, En 't is verdiend, als men hun geeft. Als 'tnood is, allen bijstand. Wissenkbrke, 23 April 1890. WITTE HAGE. BEI)ltS- EiV MARKTBERICHTEN. Amsterdam. SIAAISLEENINOEN. 23 24 April. April. Nederland. pCt. Bedrag stukken. Cert. N. W. Sch. 2»/, f 1000 81% 811/, dito dito3 1000 96% 963/,, dito dito31/, 1000 102'/, 102'/. dito Obl3'/, 1000 1029/, J Hong. O. L. 1867 5 120-1200 96% 963/ dito Goudl5 100 Italië. Inschr. '62/81 5 Lir. 100-100000 Oostenrijk. Obl. Mei—Nov5 fl. 1000 74% 741/ dito Jan.—Juli. 5 1000 75 74% dito dito Goud.4 200-1000 93% Polen. O. Sch. '44. 4 Z.R. 500 91 Port. Ob. Bt. '53/84 3 p.St. 100 61% 61% dito dito 1888/89 4'/, 20 90»/4 90 Rusland. Obl. Hope 1798/1815 f 1000 104»/* 104'/, Cert. Ins. 5 S. '54 Z.R. 500 68'/, dito dito 6 S. '55 500 76»/8 76'/* Obligatiën 1862 5 p.St. 50-100 1007/8 dito 1864 5 f 1000 102% 102»/4 dito Oost. le S. 5 Z.R. 100-1000 65'/, dito dito 2e 5 100-1000 65% dito dito 3e 5 100-4000 dito '60 2e L dito 4»/, 100 101101% dito '75 gec. dito 4'/, 50-100 101 »/4 dito '80 gec. dito 4 Z.R. 125-625 90 90 dito 1889 dito 4 R. 125 91 91 Obl. 1. 1867/1869 4 p.St. 20-100 94 94'/,, dito '84 gec. dito 5 50-100 99% 99% Spanje. O. B. Perp. 4 Pes. 1000-24000 69'/, 693/,, dito binn. Perpet. 4 Pr. 500-25000 Turkije. Geprivil. 5 fr. 500-2500 95 95 Gecv. S. D. O. p.St. 20-1000 18'/, 18*/* dito Gereg. 1869 fr. 500-12500 Egypte. O. L. 1876 4 p.St. 20-100 943/. dito sp. dito 1876 5 20-100 Brazilië. Obl. Londen 1865 5 100 dito Leen. 18755 100 dito 1863 4'/, 100 dito 1879 4'/, 56/5&112.10 Venezuela 1881 4 100-500- 51 */4 Industr. en liuanc. Onderuem. Nederland. pCt. Aandeel rescontre 5 f 1000 147»/, 147% N.-I. Handb. aand. 150 104 103% Duitschland. Crt.. R.M. 3000 Oostenrijk. Aand fl. 600 133'/, 133% Spoorwogleomugon. Nederland. pCt. Maatsch. t. Expl. v. St.-Spoorw. Aand. f 250 130% Ned. Ctr. spw. A. 250 dito Gest. Obl. 235 89% 89 N.-I. spoorw. aand. 250-1000 N. Rijnspoorw. volgef. Aand. p.St. 20-200 110 UI3/. N.-Br. Boxt. Obl. gestemp. 1875/80. 100 59 Hongarije. Theis Spw. aand5 fl. 200 dito dito Obl.5 200-1000 Italië. Vict. Eman. spw. Obl3 Lir. 500 58»/, 59»/, Zuid-Ital. Sp. O. 3 500-5000 59% 59 Oostenrijk. Franscli- Oost. Sp. Oblig. 3 ir. 500 Polen. W.-W. Aand. Z.R. 100 1 093/, 110 Rusland. Groote Sp.- Maatsch. Aand. 5 125-625 119»/, 119% dito Obl4»/, 500 98'/, dito dito dito 4 1125 Balt Spw. Aand. 3 25-1250 61% 61% Jeles-Griasi dito. 5 125-50 Losowo.-Sew 5 f 1000 100% 100% Morsch.-Sysr. A. Z.R. 125-1250 33 33% Mosk.-Smol. Obl. 5 f 1000 102% Orel-Vitebsk aand. 5 Z.R. 125 101% R.-Wiasma Aand. 125 33»/,c 33'/, Zuid-West Sp. M. 5 100-1000 69% 69% Amerika. Ctr. P. O. 6 Doll. 1000 111»/, Win. St.-Peter do 7 500-1000 dito S.-W. Obl. 7 500-1000 119»/. Illin. Cert. v. A. 500-1000 116 116 dito Leas L. St. C. 4 500-1000 98 98 St-P. M. M. Obl. 7 500-1000 110'/, Un Pac. Hfdl. do. 6 1000 Rotterdam, 21 April. Meekrap. De vraag was in de laatste dagen wat beter en werden diverse partijtjes tot vorige vraagprijzen genomen, wat hooger gehouden werd bleef onverkocht. Noteering onveranderd f 16,a f 16,50 voor goede tot mooie onberoofde. Dordreclit, 24 April Tarwe. Tweejarige puike Zeeuwsche, Vlaamsche en Overmaassche f 7,60 a f 7,80, Jarige puike Zeeuwsche, Vlaamsche en Overmaassche f 7,60 a f 7,80. Jarige Overmaassche, goede en mindere f 7,20 a f7,50. Nieuwe puike Zeeuwsche, Vlaamsche en Overmaassche f 7,20 a f 7,70, dito goede f 6,50 a f 7,dito mindere en blauwe f 6,a f 6,30, dito zomer f 0,a f 0, dito Canada f0,af 0,Rogge. Nieuwe Z., VI. en Overm, f 5,50 a f 5,80. Gerst. N. Winter-, Zeeuwsche en Vlaamsche f 5,a f 5,20, dito dito Overmaassche en Flakkeesche «van Armand hoe boos en ontevreden u was «over mijn omgang met hem. Ik erken mijn «ongelijk. U had me toegang tot uw woning «gegeven, u is zeer góed jegens me geweest «en door de minnares van Armand te worden «heb ik den schijn op me geladen van misbruik «te maken van uw vertrouwen. Ik begrijp dat «u het me zeer kwalijk nam en dat u slechte «gedachten van me kreeg. Toch hoop ik dat u medelijden met me zal hebben en me vergeven «zal, als u dezen brief zal ontvangen, want «dan zal ik gestorven zijn, gestorven van verdriet* «De geneesheeren zeggen dat de lever aangedaan «is. Maar sedert den dood van mijn zeerge- liefden Armand, voelde ik dat ik sterven ging, «dat is de waarheid. Mevrouw, een stervende «liegt niet, u moet me gelooven. Ik bezweer »u, dat Armand mijn eerste en eenige minnaar «is geweest. Ik heb hem van het eerste oogenblik «af bemind, arme dwaas, die ik was, zoo «als men niet meer beminnen kan. Maar ik «heb niet de coquette gespeeld, dat verzeker «ik u, en nog verwondert het me, dat hij «met een zoo onnoozele minnares te doen>r «wilde hebben, dat hij zich niet over me «schaamde. Wees toegevend, Mevrouw, bedenk «hoe jong wy beiden waren. «Ik wist wel dat die toestand niet lang «zou duren, dat de jongelieden van goede familie «met iemand uit hun stand moeten trouwen, «dat u vroeg of laat uw zoon zou overgehaald «hebben om me te verlaten. Maar ik had me «er van te voren mee verzoend, en, wees er «zeker van, zij, die een Armand had lief «gehad, zij zou geen slechte vrouw geworden «zyn. Ja, ik zou geheel alleen hebben kunnen «leven in myn hoekje, met myn dierbare en eenige herinnering aan mijnjeugd, me troostende «met de gedachte, dat Armand, hij tenminste, «gelukkig zou zijn geweest, in 't bezit van «een schoone, jonge vrouw en schoone kinderen. «Maar de gedachte dat hij op twintigjarigen «leeftijd en binnen zoo weinige dagen gestorven «is, zonder dat ik hem een laatste maal heb «mogen omhelzen, heb ik niet kunnen ver- dragen. «Toen ik het in de woning van uw con- «cierge vernam, heb ik een schok doorstaan, «die doodelijk voor me is geweest. Yan af «dien verschrikkelijken dag, is het me alsof «er jjs om mijn hart ligt. Van stonden aan «gevoelde ik me onwel en toen twee maanden «na Armand mijn oude tante ook stierf, bleef «ik alleen achter. Ik werkte dag en nacht ik moest wel 1 maar als een machine, «en ik bleef uren, dagen zonder een woord «te spreken, alleen met mijn verdriet, dat aan «mijn leven knaagde. Mijn eenige troost was 's Zondags morgens naar het kerkhof te gaan «en bloemen op Armand's graf te brengen. «En wat dat betreft, Mevrouw, moet ik u er «nog wel hartelijk voor danken, dat u mijn eenvoudige bouquetjes naast de uwe hebt geduld. «Dat heeft me zelfs hoop gegeven, dat u wat «minder boos op me was, dat u me bijna «vergeving schonk. Eindelijk ben ik plat ziek «geworden, Ik kon niet meer werken, was «zonder middelen en ben dus naar het zieken- «huis moeten gaan. Maar als u wist, wat ik «den eersten Zondag, dien ik hier doorbracht, «geleden heb, bij de gedachte dat u daarginds «slechts mijn verwelkt bouquetje zou vinden en denken dat ik Armand was vergeten Daarom ook schrijf ik u, opdat U zou weten, «dat ik sterf met zyn naam op de lippen. «Mevrouw, ik ben gisteren bediend. De vrouw, wie ik dezen brief voorzeg, is godsdienstig en «heeft me gevraagd of ik een geestelijke wilde «zien. Sedert mijn eerste communie ben ik «niet meer in de kerk geweest en ik was «een beetje bang voor geestelijken. Maar degeen «die bij me geweest is, heeft me zeer «vriendelijk en zacht toegesproken en gezegd «dat mijn zonden vergeven zouden worden. «En U zult nu even goed zijn als hij, niet «waar? en U zult niet meer boos op me zijn «omdat ik zooveel van uw zoon heb gehouden? «Vaarwel, mevrouwI Als ik (J nog iets zou «mogen verzoeken, zou ik U vragen om, wan- «neer U naar Montparnasse gaat, aan den «ingang van het kerkhof een bouquetje te wil- «len koopen, zooals ik altijd deed, een bouquetje «van twee stuivers, meer niet en het op het «graf van Armand te willen leggen bij de Uwe. «Mijnheer de abt beeft wel gezegd, dat men in «den Hemel terugvindt zij, die men heeft lief- gehad; maar wat weet men er van? Het komt «me voor, dat Armand in ieder geval, in zijn «kist tevreden zal zyn, als hij het aandenken «van zyn geliefde ontvangt. U zal een groote weldaad bewijzen, Mevrouw, door den laatsten wensch te vervullen van «Uwe zeer nederige en zeer eerbiedige dienaresse, «Henriëtte Pbruin." Als Mevr. Bernard des Vignes dezen brief gelezen heeft, barstte ze in tranen uit. Hoe is die Junizon op eens verbleektHoe somber is die lentedag 1 En daar op den divan ligt in die geopende kartonnen doos, het mooie trouwhoedje, met het seringentakje 1 Ze kan er niet naar kijken, zij, de bruid van morgen Ze schaamt er zich over 1 Zeker, ze heeft vergiffenis geschonken, ze doet het nu nogl Zeker, ze zal den wensch van den doode vervullen 1 Maar met de oogen gevestigd op de hand- teekening van Henriëtte Perrin, op de twee eenige woorden, die het arme meisje met haar stervende hand heeft kunnen schrijven, fluistert de moeder van Armand op den spijtigen toon van den over wonnene, waaruit wrok en jaloezie spreekt: Zij beminde hem meer dan ik EINDE.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1890 | | pagina 2