ZFERIKZEESCHE NIEUWSBODE.
Zaterdag 20 Juli 1880.
DE ZWANEZAWG.
Feuilleton.
Verschijnt DINSDAGDONDERDAG en
ZATERDAG.
De prijs per 3 maanden is f 1.30, franco per post
f 1.60.
Noord-AmerikaTransvaal, Indië enz. verzending
eens per week, f 10,per jaar.
45ste JAARGANG. No. 5721.
Directeur-Uitgever J. WAALE.
Advertentiënvan 13 regels 30 Cts.
meerdere regels 10 Cts., kunnen uiterlijk tot des
Maandags, Woensdags en Vrijdags voormiddags
10 ure bezorgd worden.
Groote letter wordt naar plaatsruimte berekend.
BERE I\TD KING.
De BURGEMEESTER van Zierikzeb maakt bekend,
dat het verkeer met ry- en voertuigen aan de Zui'd-
zjjde der Oude Haven tusschen de Zuidhavenpoort en
de tweede houten binnenbrug tot nadere aankondiging
18 gestremd.
Zierikzeb, den 17 July 1889.
Dé Burgemeester,
J. P. N. ERMERINS.
A F K OIVDIG I N G.
Het HOOFD van het Gemeentebestuur te Zierikzee
maakt bekend, dat door den heer Provincialen Inspecteur
der Directe Belastingen te. Middelburg zyn executoir
verklaard vyf kohieren van het Patentrecht dezer
gemeente, dienstjaar 18s9/so» te weten, dat betrekkelijk
de tappers schippers en kramers, en die betrekkelijk de
wyken A, B, C, D, die aan den heer Ontvanger
der Directe Belastingen alhier zyn ter hand gesteld
ter invordering, en dat ieder verpligt is zyn aanslag
op den by de wet bepaalden voet to voldoen.
Zierikzee, den 19 Juljj 1889.
J. P. N. ERMERINS.
Algemeen Overzicht.
De oorzaken der kwalen, waaronder wij lijden, de
onaangenaamheden, die ons treffen, worden door de
meeste menschen gezocht in omstandigheden, waarop
zij geenerlei iuvloed kunnen uitoefenen, en de weg
neming van al die ellende verwacht van de verbetering
dier omstandigheden, hetzij langs maatscbappelijken,
hetzij langs wettelijken weg. Maar het woord, dat
eens in onze Tweede Kamer een Minister sprak:
Herzie u zeiven", dat woord is in de meeste gevallen
de eenige oplossing, die er voor ons menschen te vin
den is, tot leniging van velerlei maatschappelijke
nooden: De Fransche Kamer heeft in deze tijden vooral
iemand noodig, die haar dat Herzie uzelf'ernstig en
klemmend toeroept. Week aan week, dag aan dag
bijna worden daar tooneelen afgespeeld, die bewijzen,
dat meer dan een herziening der constitutie, waar
naar men schreeuwt, een herziening der Kamer
noodig is, opdat het volk eerbied kunne gaan gevoe
len, op nieuw voor hen, die het Wetten oplegt. Zoo
lang er van eene wetgevende vergadering zelf geen
zedeljjke kracht uitgaat, maar de leden daarvan tegen
de eenvoudigste zedeljjkheidswetten zondigen, zoolang
helpt geen herziening der wetten. Het volk moet
zien, dat degenen, die het leidt,-beter minst genomen
even zoo goed zijn, als zij dié geleid worden. En welk
schouwspel biedt nu de Fransche Kamer aan de natie?
De stervende Kam er vertoonde ook dezer dagen weder
allesbehalve de kalmte en de rust, die zoo noodig
voor ernstige studie is. Zooals men weet, was de
amnestiewet aan de orde. De behandeling daarvan
werd echter vertraagd door de Boulangisten, wier
doel het is, het leven der Kamer te rekken. Velen
van hen toch kunnen, zoolang de Kamer bijeen is,
niet dan met toestemming der Kamer worden ver
volgd, doch is de zitting gesloten, dan is die toestem
ming onnoodig. Voor velen is het dus de zucht voor
het behoud hunner vrijheid, die hen de zitting der
Kamer doet rekken langs allerlei wegen en door
allerlei middelen. Een dier middelen, waarvan Bou-
langer's partij bij voorkeur gebruik schijnt te maken,
is de Regeering onophoudelijk interpelleeren over
allerlei dingen. Ook deze week is daarvan ruim ge
bruik gemaakt. De Boulangist le Hérissé had eene
interpellatie ingediend aangaande hel schenden der
parlementaire voorrechten te Angoulöme in de per
sonen van Laguerre en Luisant, die aldaar gevangen
waren genomen. De interpellant gaf aan het gebeurde
natuurlijk een bepaalden tint en de Minister ver
dedigde de handelwijze van den commissaris van
politie, die tusschenbeide gekomen was om de rust te
herstellen. Wanorde te verwekken en tooneelen
zooals die te Angoulême plaats hadden, wordt reeds
sedert een jaar beproefd. Daarop nam Laguerre zelf
het woord. Hij stapelde de eene beleediging tegen
Kamer, Senaat en Ministers op den ander en weigerde,
nadat de Kamer besloten had het woord hem te ont
nemen, de tribune te verlaten. De Voorzitter, de
Minister en de Republikeinsche leden verlieten nu de
zaal, terwijl Laguerre als een held op bet spreekge
stoelte bleef, omringd door zijne partijgenooten. Nadat
de zitting weder geopend was, bleef Laguerre weigeren
zijn zetel teverlalen, totdat eindelijk, nadat de Kamer,
na de censuur met tijdeljjke uitsluiting op hem te
hebben toegepast, te vijf uur was gesloten, hij te zes
ure zijn spreekgestoelte verliet, toegejuicht door de
Boulangistische afgevaardigden. Den volgenden dag
ging het al niet veel beter. Bij de behandeling dei-
amnestiewet, achtte zich de afgevaardigde Thompson
door den Boulangist Laur beleedigd. Beide heeren
geraakten op jongensachtige wjjze aan 't vechten tja
wel zoodanig dat Laur zoo gehavend werd, dat hij
geneeskundige hulp noodig had. De heeren zullen een
tweegevecht houden als slot voor-dat weinig verhef
fend tooneel. De Kamer vervolgde intusschen hare
werkzaamheden; de amnestiewet werd goedgekeurd;
200,000 francs werd toegestaan voor de slachtoffers
der mijnontploffing te St. Etienne, terwijl een voor
stel om den Minister Constans, vroeger gouverneur
van Tonkin, gerechtelijk te doen vervolgen wegens
het verduisteren van gelden van den Staat, verwor
pen werd met 343 tegen 179 stemmen. De Minister-
President Tirard verdedigde den Minister Con9tans.
Eindelijk is bij de Kamer nog ingekomen een voorstel
betreffende de veelvoudige caDdidaturen, waarbij
bepaald wordt, dat slechts één candidatuur door eiken
candidaat mag worden aanvaard. Dit ontwerp is na
tuurlijk gericht tegen het Boulangisme, vandaar dan
ook, dat deze partij zich weör erg weerde. Een tegen
voorstel werd ingediend door den Boulangist la
Hérissé, strekkende om Boulanger te verbieden zich
in eenig kiesdistrict candidaat te stellen. Hij belee-
digde de Regeering en moest eindelijk door de politie
verwijderd worden. Met 304 tegen 229 stemmen
werd de wet aangenomen, die de Senaat dadelijk zal
onderzoeken. Deze is gereed gekomen met het onder
zoek der zaak Boulanger. Boulanger wordt verwezen
naar het Hooggerechtshof, beschuldigd van aanslag
tegen de veiligheid van den Staat, samenspanning
en verduistering van gelden, terwijl Dillon en Roche-
fort als zijne medeplichtigen eveneens naar het Hoog
gerechtshof zijn verwezen.
De overwinning, die de Jonge Czechen bij de ver
kiezingen in Boheme hebben behaald, blijken groote
gevolgen te hebben. Reeds hebben zij eene conferentie
gehouden en besloten zich in verbinding met de oude
Czechen te stellen op voorwaarde, dat deze een adres
aan den Keizer zullen verzenden, waarbjj de hand
having der historische rechten gevraagd wordt, die
betrekking hebben op Bohemens autonomie en op de
kroning van Keizer' Frans-Jozef, als Koning van
Praag. De beide delegation, de Oostenrijk9che en de
Hongaarsche, hebben de begrooting voor het leger
alsmede de suppl. credieten en de uitgaven voor de
bezetting in Bosnië en de Herzogewina toegestaan en
beide zijn gesloten, nadat den dank des Keizers hun
was overgebracht.
In Duitschland is het bericht ontvangen dat Wiss-
roann gezegevierd had over de inboorlingen aan de
Westkust van Afrika, zonder eenig bloedig offer te
hebben geëisebt. Het geschil tusschen Zwitserland
verkeert voor het oogenblik in een toestand van
rust. Nadat de beide Regeeringen, Zwitserland heeft
bet nu ook gedaan, hunne nota's wereldkundig heb
ben gemaakt, heerscht er rustzelfs is de gezant van
Zwitserland te Berlijn op reis gegaan, ten einde zijne
zomervacantie te genieten. Duitschland heeft het
vestigingsverdrag nog niet opgezegd, maar neemt in
afwachting daarvan scherper maatregelen van toe
zicht op de passagiers en goederen uit Zwitserland.
Wat aangaat de losmaking van Duitschland van het
traclaat betreffende Zwitserlands onzijdigheid, wordt
opgemerkt, dat Rusland en Oostenrijk zich daarbij
hebben aangeslotenterwijl Frankrijk, Engeland en
Italië daarvan werden onderricht, doch niet in de
gelegenheid gesteld zich omtrent bet al of niet toe
treden te verklaren.
De Commissie uit het Engelsche Lagerhuis, belast
met het onderzoek naar de noodzakelijkheid van het
toekennen van een jaargeld aan de kleinkinderen van
Koningin Victoria, heeft zulks goedgekeurd. De
Commissie houdt zich ook bezig met een onderzoek
naar de inkomsten der Koningin; iets wat deze
evenmin als de Prins van Wales aanstaat, doch
waarin zij moeten berusten. De toestand in Egypte
is thans van dien aard, dal de Engelsche Regeering
een goed voorwendsel heeft, vooreerst hare troepen
nog niet terug te trekken. De Derwischen toch, ruk
ken nog steeds voorwaarts en hoewel geslagen, geven
zijhun verzat niet op.
Ie /Barcelona hebben ernstige ongeregeldheden
plaats gehad, tengevolge het geschil overdeaccijnsen.
Reeds hebben 16 arrestaties plaats gehad en worden
er ernstige maatregelen voor verdere uitbreiding
genomen.
Aan de Ministerieele crisis in Noorwegen is reeds een
einde gemaakt; doordat de Koning den advocaat
Stanz de vorming van een Ministerie heeft opge
dragen, welke opdracht door hem aangenomen en
uitgevoerd is. Stanz zelf is Minister-President. Het
Ministerie is Vrijdag reeds geconstitueerd.
NIEUWSTIJDINGEN.
Engeland.
Een nieuwe moord van Jack the Ripper. Dinadagnacht
een uur heeft; de politie-agent Andrews in Whitechapel
te Londen het lyk gevonden van eene vrouw, dat op
verschrikkelijke wyze was verminkt, geheel overeen
komstig de wyze, waarop de vorige moorden door
Jack the Ripper zyn gepleegd, zoodat er thans geen
twyfel bestaat dat opnieuw een slachtoffer van den
bloeddorstigen moordenaar is gevallen. Het lyk was
nog warm toen het gevonden werd de hals en de
rechterborst waren zoo goed als afgesneden. De moord
is gepleegd in een zelfde kleine ruimte als de vorigen
hebben plaats gehad. Het slachtoffer is van middel
baren leeftijd en behoorde tot die klasse, die tot de
laagste trap der zedelijkheid zyn gedaald. De moor
denaar is gestoord in zyn werk, want de ingewanden
waren niet uit het lichaam genomen, hetgeen bjj de
vorige slachtoffers is geschiedhet lijk was nog warm
en het bloed stroomde uit de wonden, toen het ontdekt
werd. De politie-agent, die het lijk gevonden heeft,
was met een waker in een magazyn in de nabijheid,
toen de moord gepleegd moet zyn, doch bjj heeft.niet
het minste gedraisch gehoord. Het eenige voorwerp
dat den moordenaar zou kunnen uitbrengen, is een
oude steenen pijp, die met bloed bevlekt naast het
lijk is gevonden.
NHst slachtoffer heette Alice Mackenzie en gaf zich
meermalen aan misbruik van sterken drank over. Na
de ontdekking van het lyk was in een oogenblik de
geheele politiemacht in Whitechapel op de been doch
de mooi denaar is tot dusver niet gevonden.
Frankrijk.
Tot de betreurenswaardige voorvallen, die de feest
viering op 14 Juli te Parjjs kenmerkten, behoort ook
de verwoesting van een koffiehuis in de Rue Royale.
Omstreeks 9 uur in den avond zaten eenige gasten
op het trottoir. Een troep feestgangers ging voorbjj
en stiet een tafeltje om. Er ontstond een woorden
wisseling en spoedig riep een uit het volk»Er hangt
geen vlag uit." Dit was ook inderdaad het geval,
omdat er geen gelegenheid was een vlag uitte steken,
maar daarentegen had de heer Imoda, de eigenaar
van het koffiehuis, zyn woning met gaspitjes verlicht.
Ten einde echter de menigte tevreden testellen, werd
in een der naburige huizen een vlag geleend en ont
plooid, maar 6 weehet toeval wilde, dat het een
Italiaansche vlag was.
Nu was er geen houden meer aan. Weg met Crispi
weg met Bismarck riep het volk, stormde op het
terras en sloeg de tafeltjes en de ruiten stuk. Twee
kellners, die het eigendom van hun patroon trachtten
te verdedigen, werden gewond. Weldra kwam een
afdeeling politie-agenten, die het volk uiteen dreef en
erger schandalen belette.
De eigenaar van het koffiehuis is geen Italiaan,
noch een Pruis, maar een Luxemburger, die reeds
jaren te Parjjs woont, genaturaliseerd is en met een
Fransche vrouw is gehuwd. Den volgenden ochtend
opende bjj het koffiehuis weer, maar moest dit spoedig
weer sluiten, wagens de dreigende houding, welke bet
volk tegen hem aannam.
Belg*
-ie.
De rechtbank te Brussel heeft uitspraak gedaan
tusschen den Staat en een bakker te Brussel, wiens
vrouw en kind bij de spoorwegramp te Groenendael
gedood zijn en die deswege eene schadevergoeding van
100,000 franc3 geëischt had. Den man is eene som van
40,000 francs toegewezen.
Brussel, 17 Juli. Door den Minister van Finan
ciën is bjj de Kamer ingediend een wetsontwerp,
volgens hetwelk een licentie-recht geheven zal worden
van alle inrichtingen, geopend na 1 Juli j.l., waarin
alcoholische dranken verkocht worden.
Nederland.
Apeldoorn, 18 Juli. Geen tjjding is goede
tjjding is een spreekwoord,dat meestal juist is,
ook ten opzichte van M. Z. onzen Koning.
Sedert lang deelden wjj onzen lezers niets omtrent
Z. M. mede, alleen omdat wjj gelukkig slechts voort
durend dezelfde en steeds goede berichten hadden
moeten mededeelen.
Toch achten wjj het gewenscht weder eens onzen
lezers met een enkel woord te verzekeren, dat de
gezondheidstoestand van Z. M. den Koning bjj voort
during gunstig is en in geen opzicht te wenschen
overlaat.
Wel geniet Z. M. de Koning hoogst zelden van de
buitenlucht, doch is dit eenerzjjds daaraan toe te
schrjjven, dat Z. M. het loopen eenigszins moeielyk
valt, anderzijds, en niet het minst, is het meer
ongunstige weder hiervan de oorzaak.
Om toch zonder hinder van de lucht te genieten,
wordt thans een draagstoel vervaardigd, waarin Z. M.
bjj gunstig weder, in de buitenlucht door twee
kamerdienaren gedragen zal kannen worden.
Mi<3<lelt>urg-, 18 Juli. Sedert Zondag jl. houdt
het >Leger des Heils" alhier zjjne oefeningen in het
voormalig kerkgebouw der Doopsgezinde gemeente op
de Hoogstraat. Dinsdagavond nu bewoog zich voort
durend een groote menigte in en in den omtrek van
het gebouw, waaronder natuurlijk de lieve jongens
niet ontbraken. Deze nu hadden de laagheid met
steenen de ruiten integooien, wat natuurljjk aanleiding
gaf dat de politie zich er mede bemoeide en het gooien
zich dan ook bepaalde tot bet inwerpen van 4 ruiten.
Om 10 uur gingen de heilsoldaten en de adjudant naar
de stoomtram om daarmede naarYlissingen te vertrekken,
dit nu gaf aanleiding dat de jongens begoonen te
schreeuwen en scheldende politie heeft echter toch
gezorgd dat de soldaten veilig in den tram konden
gaan, waarna tegen een 8tal jongens proces verbaal is
opgemaakt. Woensdagavond nu was het verboden op de
Hoogstraat te blijven staan, en moeBt ieder doorloopen.
De heilsoldaten konden nu, door de politie achtervolgd,
gerust naar den tram loopeiqp^Mfel te hqpen dat de
baldadigheden nu ook voor goea zullen ophouden.
Woensdagavond is gevangen genomen en naar
het huis van bewaring te Middelburg overgebracht,
G. S., 32 jaar oud, timmermansknecht, wonende te
Vlissingen, verdacht van medeplichtigheid aan de
poging tot brandstichting, waarvoor bereids zjjn meester
J. de B., is gedetineerd.
Door den Gemeenteraad van Vlissingen is een
buitengewone zitting gehouden, die onmiddellyk in
een vergadering met gesloten deuren overging. Na de
heropening werd het voorstel om den keurmeester
van het slachtvee, wegens verregaande onachtzaamheid
in de uitoefening zyner bediening, voor den tjjd van
een maand te schorsen, met 10 tegen 1 stem aan
genomen, onder bepaling dat bjj herhaling der feiten
ontslag zal volgen.
Goes, 18 Juli. Zooals men weet heeft de heer
W. Temperman indertijd bedankt voor zjjn lidmaat
schap der Sociëteit Van Ongenuchten Vrjj, zonder,
zooals het reglement voorschrjjft, zjjn aandeel in de
schuld dier Sociëteit te betalen, er zich op beroepende,
dat deze geen rechtspersoonlijkheid bezit. De kanton
rechter te Goes veroordeelde evenwel den heer T. en
wees aan het bestuur van V. O. V. zjjn eisch toe. De
veroordeelde ging echter in hooger beroep en nu heeft
volgens de Zeeuw het gerechtshof te 's Gravenhage
beslist, dat de appellant de gevraagde som niet hoeft
Naar het F r a n s c U
van
i) GEORGES OHNET.
i.
De klok op het raadhuis te Dieppe had juist
tien ure geslagen, toen het tuinhek van een dei-
weelderigste gebouwen in de Aguado-straat openging
en eene slanke, deftige Engelsche jonge dame, met
blond baar, een blozend, door twee opeuhartige
oogen verhelderd gelaat, gekleed in een lief matrozen
pakje met ankers op de halskraag en gouden galons
op de mouwen, naar buiten trad. Achter haar
kwam eene eerbiedwaardige in zwarte zjjde gekleede
dame, met een uit stroo gevlochten hoed op en
beladen met twee parasols en een zeekijker. De
jonge dame haalde de frisscbe, zilte lucht gretig op,
trippelde met hare verlakt leeren schoentjes, met
lage hakken, over den grond en zei:
»Mooi weertje, Harriett!"
De eerbiedwaardige dame, klaarblijkelijk eene
gouvernante, knikte met het hoofd, liet een soort
goedkeurend gehinnik hooren, en sloeg, terwijl ze
met haar scherpen elleboog hare leerlinge aanzette,
den weg naar de haven in.
De zee had den zachten grijsrosen tint van den
opaal. In den gloed der zonnestralen smolten de
lichte schapenwolkjes weg in het heldere blauw
des hemels; een frisscbe zeewind wiegde de dunne
takjes der tamarinden en deed de vlaggen boven
de deuren der hotels vroolijk wapperen.
Op het door de zomerzon verschroeide grasveld,
plat getrapt onder de voeten der badgasten en rood
als eeu oude matras, leidden de kooplieden in honden
troepen hazewinden, brakken en patrijshonden, alle
door elkander, aan touwen rond. Jonge dames in
tricot-tailles en heeren in korte flanellen rokken
speelden laron-tennis, terwijl blonde babies, met bloote
beenen, aan een langen draad een vledermuisvor-
niigen vlieger oplieten. De kleine tram, die vanaf het
Casino naar het havenhoofd loopt, ging opeen sukkel
drafje voorbij en straatjongens uit Pollet boden onder
oorvordoovend geschreeuw den voorbijgangers pro
gramma's der wedrennen aan.
Zoo, in vluggen tred doorwandelende, waren de
twee dames op de hoogte van het hótel Royal ge
komen, toen een opgeschoten jonkman, die met
gebogen hoofd en peinzend gelaat de gang uitkwam,
hen bijna tegen 't lijf liep. Hij sloeg aan, uitte eenige
woorden van verontschuldiging in een ietwat vreemd
accent en week uit naar den muur. Een Uitroep der
jonge miss deed hem de oogen opslaan, zijn bleek
gelaat bedekte zich met een vurig rood, zijne zwarte
oogen schitterden en terwijl hij de handen tegelijk
van verwondering en vreugde ineensloeg, vroeg hij
Daisy, jij, ben jij het?"
Sténio", riep het jonge ineisjs door een hevige
aandoening overmand uit. Daarna greep zij den
vreemdeling vertrouwelijk en gebiedend bij den arm
en eensklaps toegevende aan eene onbedwingbare
nieuwsgierigheid, zeide zij
Vertel me voor alles van mijne zuster? Waar
hebt je haar gelaten? Hoe is het met haar? Maar,
hoe kan ik zoo dwaas zijn, jij bent te Dieppe Dau
is zij er ook! Sténio, vriend, ik bid je waar is
MaudGauw, breng me bij haar, ik verlang zoo
zeer haar te omhelzen
»Daisy! lief kind!" stamelde Sténio. Zyn breed
door zwarte, krullende lokken overschaduwd voor
hoofd trok zich samen als een meer onder den storm
wind, tranen ontvloeiden zijne oogen en zijne stem
beefde. Tegelijkertijd schudde de eerbiedwaardige
dame, die in 't eerst stijf van verwondering bad ge
schenen, haar vrees af en besloot tusschenbeide te
komen.
Lieve, ik bid je zeide zij, terwijl ze zich
vastberaden tusschen hare leerlinge en den jonkman
plaatste. Ge kent de bevelen van uwen vader
Als hij vermoedde dat in mijne tegenwoordigheid
zoo'n onderhoud O, maar 't is bepaald onmoge
lijk! Denk toch eens na, hartjeAls gij niet
redelijk genoeg zijt om naar me te luisteren, moet
piijnheer althans begrijpen
Geheel buiten adem, staakte zij haar onsamenhan
gende woordenvloed en bleef zoo rood als een baan,
met opengesperde oogen, in eene aandoenlijke en te
gelijk belachelijke verlegenheid voor de jongelieden
staan. Toen zeide Daisy, terwijl ze hare wenkbrauwen
fronsde en den kleinen mond met eene dreigende uit
drukking plooide
Goede Harriètt, luister wel. Ge weet hoe gewillig
ik ben in gewone omstandigheden en hoeveel ik van
je houd Maar van daag, zie je, is het geval zoo
ernstigMijne zuster, begrijp je, het is over mijne
zuster, over Maud Ach Harriett 1 hoe kun je me
over zoo iets lastig vallen."
Een vloed van tranen onderbrak hare woorden.
Eenige badgasten, die in een landauer wegreden om
te Pourville te gaan ontbijten, keken met verbazing
naar de oude dame, wie dit bevallige meisje onder
tranen aansprak, in tegenwoordigheid van dien jonk
man. De gouvernante schudde bet grijze hoofd onder
den grooten hoed, en zweeg met de onderworpen kop
pigheid van een oude ezelin. Eindelijk mopperde zij
»Maar de bevelen van mylord."
»Maar de smeekingen van miss!" hernam Daisy
levendig. Harriett je moet kiezen tusschen mijn vader
en mijJe hebt zoo vaak verklaard dat je me
voor niets ter wereld zoudt willen verlaten en dat je
zelfs als ik getrouwd ben in mijn huis hoopt te blijven
om de kleine babies te verzorgen Welnu 1 Har
riett, als je nu van daag om mij eeu plezier Ie doen,
niet een enkelen van je plichten kunt opofferen dan
o, ik zal er zeker schrikkelijk veel spijt van hebben 1
maar dan, Harriett, zal alles tusschen ons afgedaan
zijn
Daisy!" barstte de gouvernante snikkend uit
>0, Daisy, ik heb voor u, lieve, alles overal
-was het mijn levenMaar iets, dal zoo streng
Terboden is Wat zal mylord zeggen als hij het
verneemt.''
»Ik zal hem er over sprekenKomaan, 't is
in orde, Harriett. Ik houd veel van je, je bent eene
goede, oude, lieve En ze drukte hare friscb roode
lippen op het brandende voorhoofd der gouvernante.
»Ik zal nooit, neen nooit vergeten, wat ge voor me
doetMijnheer Sténio Marackzy, mijn schoon
broeder, zal het ook niet vergeten, daar ben ik zeker
van."
De vreemdeling boog ernstig bet peinzend hoofd en
zich tol Daisy wendende
Ge wilt uwe zuster zienhelaasGe zult
haar niet weörvinden zooals ge baar gekend hebt
Ze is zeer verandejrd, die arme Maud, ze is erg ziek."
De kleine miss hief de oogen angstvol tot haar
schoonbroeder op
Gevaarlijk?" vroeg ze.
»Ja, Daisy, gevaarlijk."
Zij uitte een onderdrukten kreet.
>Gauw! Sténio, breng me bij haar."
En gevolgd door Harriett, die liep alsof ze tei'
strafplaats werd geleid, gingen de twee jongelieden
de binnenplaats van het bótel binnen. Terwijl ze
hunne schreden naar het vierkante paviljoen wendden,
dat rechts van den voorgevel i9 gelegen, ontmoetten
ze eene zeer deftige jonge vrouw, vergezeld van eene
non, in het grijze kleed en het witte kapje der arinen-
verzorgsters. Daisy wendde haastig het hoofd af,
verhaastte haar tred en trok Sténio met zich voort,
alsof ze vreesde dat men haar in zijn gezelschap mocht
herkennen. Maar hare voorzorgsmaatregelen waron
nutteloos, want ze hoorde achter haar de jonge vrouw
met eene uitdrukking van groote verwondering
zeggen
»Kijk! Miss Mellivan met Marackzy 1"
Eene plotselinge ongerustheid sloeg Daisy om het
hart. Maar zulk eeu sterk verlangen dreef baar voort,
dat ze verder ging. Sténio opendo de deur vau het
paviljoen en gevolgd door hare gouvernante trad de
jonge miss binnen. De non was stil blijven staan en
had den vreemdeling met de oogen gevolgd. Ze sloeg
den blik ten bemel en zeide
>0, als Mijnbeer Marackzy zijn naam op het pro
gramma van ons concert wilde laten zetten
wat een voordeel zou dat voor onze nagelaten
visscherskinderen zijn."
>Gö weet dus wie Marackzy is, zuster Elizabeth?"
»Maar mevrouw, is zijn naam niet wereldbekend,
evenzeer als dien van Liszt of Rubinstein