De lieer Six zegt, dat hij heeft,opgemerkt, dat vrees voor vermindering van gebruik bij hoogeren prijs heerschtdoch wat zal liet gevolg zijn van verlaging? Men krijgt natuurlijk vermeerdering van debiet. Maar de Commissie voor de gas fabriek zegt thans reeds, dat zij vreest dat de fabriek zal moeten worden vergroot, maar dan zal deze nog meer moeten worden uitgebreid en dan zal de fabriek weer geld moeten leenen en alzoo den gasprijs weder moeten verlioogen. De heer W. A. Ochtman zegt, dat zooals de gasfabriek thans werkt, zij toch op enkele gedeelten zal moeten worden uitgebreid; bij de lage petroleumprijzen zal het debiet ook niet zooveel vermeerderen. De heer Houwer merkt den heer Zuurdeeg op, dat iedere Ct. per Kub. Meter verlaging ƒ1600 voor de gemeente is, zoodat zijn voorstel te ver strekt. De heer Zuurdeeg trekt daarop zijn voorstel in. Alsnu wordt in stemming gebragt liet voorstel der Commissie, dat verworpen wordt met 4 tegen 8 stemmen. Vóór stemden de lieeren Van Manen, Moolenburgh, Six en Van Kinschot. Hiermede is aangenomen het voorstel van het Dagelijksch Bestuur om den gasprijs voor 1887 te bepalen op 9 ets. per Kub. Meter. Tengevolge dit besluit worden enkele posten der begrooting, waarop //licht" voorkomt, gewijzigd en de geheele begrooting aangenomen in ontvang en uitgaaf op f 118648,4<71/r Op voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt af schrijving van Hoofdelijken Omslag verleend aan J. de Vlieger te St. Maartensdijk, ten bedrage van ƒ1,40. Alsnu komen in behandeling de bezwaarschriften der HH. Mrs. A. J. P. Fokker en P. L. van Eetcn tegen hunne plaatsing op de lijst van benoembaren bij de Brandweer. De lieer Pokker heeft als zijne bezwaren opgegeven lo. dat hijhoewel vrijgesteld van de dienst der schutterij hij vrijwillig is geworden auditeur bij de dienstdoende en rustende schutterij en als zoodanig volgens al. 1 van art. 48 belast is met de zorg voor het archief; 2o. dat hij als auditeur kan gerekend worden schutterpligtig te ziju en alzoo niet benoembaar bij de brandweer. De lieer Van Beten voerde aanlo. dat hij hoewel rustend nog schutterpligtig is, daar de wet tweeërlei schutterpiigtigen kent, nl. dienstdoende en rustende; 2o. dat hij bij plaatsing bij de brandweer, als Ambtenaar van het Openb. Ministerie, meermalen geroepen zou worden om de overtredingen zijner medeleden te vervolgen3o. dat hem is opgedragen de zorg voor het Archief van het Kantongeregt. De Voorzitter deelt mede dat Burgemeester en Wethouders afwijzend hebben beschikt op deze bezwaarschriften. Wat Mr. Pokker betreft: lo. omdat de bewaring van het Archief alleen noodzakelijk zou kunnen geacht worden indien de brand in de nabijheid van zijne woning ontstond, en 2o. omdat hij naar hunne meening niet kan gerekend worden onder de schutterpiigtigen en alzoo onder de vrijgestelden voor de brandweer Ten opzigte van Mr. van Beten gronden Burgemeester en Wethouders hunne afwijzing op lo. hij is slechts reserve- schutter en behoort alzoo niet tot de vrijgestelden bij de brandweer; 2o. al is hij Ambtenaar bij het Openb. Min., dit sluit zijue benoembaarheid bij de brandweer niet buiten; 3o. het is hun niet bekend dat hij volgens zijne instructie zich bij brand ter bewaring van het archief op eene andere plaats moet bevinden. De Commissie, bij monde van Mr. Van Manen, achtte de beschikking van Burgemeester en Wethouders gegrond en vereenigde zich daarmede geheel. Ten opzigte van Mr. Fokker merkt zij op, dat ZEd. niet schutterpligtig is, daar adressant dit op afdoende gronden heeft bewezen, daar hij onvoorwaardelijk van schutterlijken dienst is vrijgesteld. Zij wijst echter op de Verordening in zake de brandweer, die duidelijk zegt dat alleen schutter piigtigen niet die vrijwillig daarbij eene betrekking waarnemen, zijn vrijgesteld. Betrekkelijk Mr. van Beten zegt de Commissie dat adres sant is overgegaan tot de reserve en Art. 43, No. 3 alleen van de Brandweer vrijstelt diegene, die niet tot de reserve zijn overgegaan; terwijl de overige opgegeven punten vol strekt geene reden tot vrijstelling geven. De heer Six vereenigt zich geheel met de conclusion, doch vraagt: hoe wordt gehandeld met de vrijwilligers bij de Schut terij? Worden die op de lijst der Brandweer geplaatst? De Voorzitter zegt, dat dit niet het geval is. De heer van Manen vraagt of het de bedoeling van den heer Six is de vrijwilligers ook op die lijst te brengen. De heer Six zegt dat zijne bedoeling juist was eene wij ziging in de Verordening te brengen. De Voorzitter zegt deze bezwaren ter kennis der betrokken Commissie te zullen brengen. De Raad vereenigde zich daarop met algemeene stemmen met het voorstel van het Dag. Bestuur, om beide bezwaar schriften te verwerpen. Na omvraag sluit de Voorzitter de vergadering. UitffeversDK LOOZE WAALE. Gedrukt bjj J. WAALE, te Zierikzee.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1886 | | pagina 2