BIJVOEGSEL Zierikzeeschen Nieuwsbode van Zaturdag* 5 November 1885. VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD BEHOOEENDE BIJ DEN T E ZIEHIHZEE, gehouden den 29 October 1883. Voorzitter Mr. J. P. N. Erraerins, Burgemeester. Afwezig de HH. Moolenburgh en de Crane, beide met kennisgeving. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen vier brieven van Gedeputeerde Staten, houdende goedkeuring van de raadsbesluiten I. tot verkoop van Inschrijving op het Grootboek der Nat. Schuld; II. tot uitgifte van gemeentegrond in erfpacht aan F. C. de Roo en M. Lucas; III. tot ingebruikgeving en verpachting van gemeente grond aan J. Hanse; IV. tot wijziging der heffing van begrafenisregten. Door dit laatste is noodzakelijk geworden eene wijziging in de instructie van den opzigter der begraafplaatswaarom de Voorzitter namens Burgemeester en Wethouders ter tafel brengt eene conceptwijziging dier instructie, welke wordt gesteld in handen eener Commissie, bestaande uit de heeren de Looze, Goemans en S. J. Ochtman. Nog is ingekomen een brief van Z. Exc. den Minister van Binnenlandsche Zaken, houdende goedkeuring van het raads besluit tot verhooging der jaarwedde van den leeraar in het Fransch en Engelsch aan de Hoogere Burgerschool. Deze mededeelingen worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen een verzoek schrift van M. van der Ploeg, Cz., houdende beroep bij den Raad van een besluit van Burgemeester en Wethouders van 25 Julij 11., waarbij zijn verzoek om te worden vrijge steld van den dienst der brandweer, is gewezen van de hand. Burgemeester en Wethouders stellen voor dit beroep niet ontvankelijk te verklaren, op grond dat de termijn verstreken is, binnen welken adressant in beroep behoorde te komen, terwijl zijal ware dit beroep ontvankelijktoch tot afwijzing zouden adviserenomdat de verzoeker niet valt in eene der vrijstellingendie bij de verordening zijn genoemd. Het voorstel van Burg. en Weth. wordt met algemeene stemmen aangenomen. Door de Plaatselijke Schoolcommissie is ingezonden eene aanbeveling van een dubbeltal, ter benoeming van een lid in die Commissie, in plaats van Mr. Heemskerk. Dit dubbeltal bestaat uit de IIH. Dr. Z. Th. Diehl en Mr. J. van Bi lisbergen. Eerstgenoemde wordt verkozen met 8 stemmenMr. van Binsbergen had 2 stemmen. Van de Commissie van Toezigt op het Middelbaar Onder wijs is ingekomen eene aanbeveling van een dubbeltal ter benoeming van een lid in die Commissie, in plaats van Mr. J. Moolenburgh. Het dubbeltal bestaat uit de HH. Mr. J. van Binsbergen en Mr. A. J. F. Fokker. Eerstgenoemde wordt verkozen met 9 stemmenterwijl op Mr. Fokker 1 stem was uitgebragt. Aan Mej. R. M. Breetvelt wordt op haar verzoek, wegens vertrek naar Schoreeervol ontslag verleend als onderwijzeres aan de Meisjesschoolin te gaan met 1 December c. k. De Voorzitter deelt mede dat zoo spoedig mogelijk in de vacature zal worden voorzien en reeds ééne sollicitante zich heeft aangemeld. Van den heer J. Gr. de KaterJr.is ingekomen een verzoek om twee perceeltjes gemeentegrond in eigendom te verkrijgen. De verzoeker is door aankoop eigenaar geworden van twee woonhuisjes in de St.-Antoniestraatde grond van een dier huisjes en een gedeelte van den grond achter die huisjes staat ten name van de gemeente Zierikzee. Deze perceeltjes hebben naar het oordeel van den adressant voor de gemeente niet de minste waarde. Hij biedt daarvoor f 20. De Voorzitter zegt dat deze zaak nog niet duidelijk is. Hij acht het alzoo in het belang ook van den verzoeker om dit adres te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders, ter onderzoek. Aldus besloten. Op voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt be sloten aan den Commies-Griffier J. G. Bethe eene belooning van 40 toe te kennen voor het opmaken der tienjarige tafels op de alphabetische registers van den Burgerlijken Stand. Deze som zal gevonden worden uit den post van Onvoor ziene Uitgaven. Afschrijving van Hoo/deüjken Omslag wegens vertrek uit de gemeente wordt verleend aan J. F. de Papevoor 8 maandentot f 7,465 G. H. Spiekerman, voor .3 maanden, lot - 10,50 J. F. B. v. Delftvoor 2 maanden, tot - 0,465 Op voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt, in overleg met de raden der overige betrokken gemeenten genomen het volgende nader besluitin zake de wegsver- betering in Schouwen: 1.® er in te bewilligen dat, ingeval van nalatigheid in de teruggaaf of in het onderhoud van de wegendeze met hunne inkomsten en al wat daartoe behoortdoor de Staten, desverkiezende voor rekening der provinciein beheer en onderhoud worden genomen of aan anderen in beheer of in onderhoud worden gegeven, onverminderd het verhaal op de nalatigen, en 2.® te verklaren dat het verleende renteloos voorschot van f 53,000 wordt aangenomen onder de bepalingen vastgesteld bij het besluit der Provinciale Staten vzn Zeeland, van 24 November 1882, No. 24 (ProvinciaaIbladNo.il?.) De Voorzitter doet mededeeling van den uitslag van gehoudene aanbestedingen 1.® het leveren en stellen van 49 schoolbanken in de stads Armenschool, aan J. van DijkeHz. alhier, voor/"370 2.® de levering van 4X0 Heet. kolen, ten behoeve van enkele gemeente-inrigtingenvoor het saisoen 1883/84 nan J. P. Kooman, voor 551/# ct. de Heet. j 3.® het maken en plaatsen van eene af heining op het terrein der nieuwe school voor Lager onderwijs, aan H. Bezaans, voor f 526. Wordt voor kennisgeving aangenomen. Aisnu wordt mededeeling gedaan van het proces-verbaal der opneming van de kas en boeken van den Gemeente- Ontvanger op 15 October 11.waaruit bleek dat deze in orde waren en zich in kas bevond 34,315,35. De Voorzitter deelt mede dat dit hooge cijfer veroorzaakt wordt door den verkoop van N. W. S.ten behoeve der termijnen van betaling voor den bouw der nieuwe school. Voor kennisgeving aangenomen. Is ingekomen de begrooting van het Burger-weeshuis voor 1884. Deze wordt tot onderzoek en rapport gesteld in handen eener Commissie, bestaande uit de HH. de Looze S. J. Ochtman en van Kinschol. De Voorzitter deelt mededat eerst heden morgen is ingekomen een verzoek van de wed. Douw van der Krap, om vermindering van Hoofdelijken Omslag, wegens het overlijden van den heer K. F. Douw van der Krap, wiens inkomsten berekend waren bij haren aanslag over dit jaar. Dit adres wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders. Mr. van Manen brengt namens de daartoe benoemde Commissie rapport uit omtrent de rekening der dd. schutterij over 1882, strekkende tot goedkeuring, in ontvang op f 926,60 in uitgaaf op- 913,60 Goed slot vanf 13,— De Commissie stelt voor goedkeuring der rekening, doch zij heeft toch twee aanmerkingen. Vooreerst heeft het hare aandacht getrokken dat onder No. 5 der ontvangsten //boeten" geen cijfer is ingevuldhet zou wel zeldzaam zijn indien er geen boeten zijn opgelegd, doch indien dit zoo isdan zou zij de reden wenschen te weten waarom deze niet zijn ingevorderd. Ten andere wordt de aandacht er op gevestigd, dat de post No. 17 der Uitgaven, ƒ150 voor vuur, licht en schrijfbehoeften weder niet is gespecificeerd. Reeds voor de derde maal maakt de Raadscommissie daarop aanmerking, daar die som toch bijna l/# gedeelte der geheele begrooting uitmaakt, en nu hoopt zij dat de volgende rekening geen aanleiding zal geven om voor de vierde maal de vraag om meerdere specificatie te doen. Ten einde storing in den gang van zaken te voorkomenheeft zij voor ditmaal nog berust in ietsdat naar haai oordeel minder volledig te noemen is. De Voorzitter geeft eenige inlichtingen omtrent laatstge noemde post en zegt dat in bet vervolg een en ander nader zal worden gespecificeerd. Daarop wordt de rekening voorloopiggoeedgekeurd en zal deze ter definitieve goedkeuring aan Ged. Staten worden opgezonden. De Voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een verzoek van den onderwijzer Rensenom eene tegemoetkoming in de schade die hij lijdt bij de opheffing zijner school. Adres sant wijst er op dat hij reeds verschillende verbouwingen aan zijn huis heeft gedaanten behoeve der school, waardoor een groot gedeelte daarvan als woonhuis veel minder waarde heeft. De Voorzitter deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders hierop in de eerstvolgende Raadsvergadering zullen adviseren, tegelijk met het verzoek van deu heer Bastmeijcr. Hierna komt de Gemeente-begrooting voor 1884 in be handeling. De heer van Kinschot brengt namens de Commissie van onderzoek rapport uit. De Commissie heeft met den meest mogelijken ijver haar onderzoek gedaan en kan de verklaring afleggen dat de begrooting blijken draagt van met groote naauwgczethcid te zijn opgemaakt, terwijl over het algemeen bezuiniging bij de uitgaven in acht genomen is. De financiëele toestand der gemeente heeft aan de Commissie geenc redenen tot bijzondere opmerkingen gegeven. Moge die niet vooruitzijn gegaanvan achteruitgang blijkt evenmin. De beraadslaging over de begrooting in het algemeen worden geopend. De heer S. J. Ochtman vraagt het woord en zegt dat hij op de eerste bladzijde dezer begrooting //Zierikzee" met z gespeld ziet. Allen is het bekend dat de Minister van Water staat enz. de spelling van de naam onzer stad met een s heeft voorgeschreventerwijl Gedeputeerde Staten van Zeeland eene gelijkluidende spelling van den naam der gemeente verzocht hebben en in hunne stukken Zierikzee met een z voorkomt. Hij weet zeer goed, dat het belang der gemeente niet be vorderd -wordt door spelling met s of zmaar hij wenscht dat ook op dit punt orde en eenstemmigheid hcersche. Hij verzoekt daarom inlichting van het Dagelijksch Bestuur, waarom steeds hier in officiëele stukken Zierikzee geschreven wordt. t De Voorzitter antwoordtdat ook het Dagelijksch Bestuur wenscht gelijkheid in de spelling en dat hij in de volgende vergadering zal mededeelen, waarom Burgemeester en Wet houders bij de Z in Zierikzee blijven. Thans wordt overgegaan tot dc behandeling der verschil lende art. der begrooting, waarbij de volgende posten zijn gewijzigd of aanleiding hebben gegeven tot eenige bespreking. De opmerkingen door de Commissie gemaakt, worden vermeld bij de artikelen, waarop zij betrekking hebben. Op de Ontvangsten heeft de Commissie geene aanmerkingen, alzoo wordt begonnen met de UITGAVEN. Bij Hoofdst. Iafd. 1art. 1 (jaarwedde van den Bur gemeester) herinnert de heer van Manen dat reeds maanden geleden toezegging is gedaan van een voorstel tot verhoo ging dier jaarwedde. Tot nog toe heeft hij er echter niets van gehoord en daarom vraagt hijhoe staat het met dat voorstel? Hij zou het tijd achten dat aan die toezegging gevolg werd gegeven. De Voorzitter herinnert dat de jaarwedde van den Bur gemeester is vastgesteld bij besluit van Gedeputeerde Staten van 25 November 1853 en dat tot uogtoe geen voorstel tot wijziging daarvan is ingekomen. De heer van Kinschot zegt dat de Commissie tot onder zoek der begrooting aan deze zaak wel heeft gedacht, doch dat zij meende dat een voorstel daartoe niet op baar weg lagmaar moest uitgaan van drie of meer raadsleden. Het art. wordt daarop onveranderd aangenomen. Bij Hoofdst. Illafd. 1art. 4 (jaarwedde van beambten op de begraafplaats) herinnert de heer van Manen aan het verzoek van den grafdelver op de begraafplaats indertijd gedaan om verhooging zijner jaarwedde. De Voorzitter verzoekt den Secretaris voorlezing van het indertijd door C. Timmerman ingediende adres: Aan de WelEdele Achtbare Heeren Burgemeester en Wethouders der gemeente Zierikzee. De ondergeteekende Casper Timmerman, wonende te Zierikzee, geelt boogstbeecbeiden te kennen, vud dat bp als grafdelver, Btr- rietetter eo bewaker, van de Begraafplaats, zicb too min tiet be zoldigd, hp dit daarom heden noodig acht, het ter tafel te brengen om too iomer mogelpk eenige verbooging tjjoer jaarwedde S. v. P. te verzoeken. Aangezien bp ten jare 1875, de opgaaf brato werd voorgesteld, datmet een en ander het per jaar 200, zoude kannen zjjn, als iokomenzoo toch blpkt het, dat zulk maar 100thans daar- stelden alzoo in overweging geveDde aan de Wel Edelen Acht- bbrj Hoeren, dat ook hun de overtuiging zal daarstellen, het niet dan min te noemen isvoor eene accurate en nette bediening de Begraafplaats als eerste vereuebte daaraan verbonden. Alzoo dienaangaande, met het oog zpoer Vrouw en Kinderen, hoopt hy zal gunstig worden beschikt, zie ook boe gering de ver hooging ook moge zyn. Ziebikzez, 17 Febr. 1883. 't Welk doende, enz C. TIMMERMAN Dit adres hadden wij niet in zijn geheel opgenomenindien de adressant het kort borigt omtrent deze zaak in vorig bet No, dezer Courant niet voor «nvraar had verklaard. (DE VERSLAGGEVER). De Voorzitter stelt namens Burgemeester en Wethouders voor afwijzend op dit adres te beschikken. Behalve vrije woning, heeft de verzoeker nog het gebruik van een stukje grond waarvan de opbrengst door het vellen van eenige boomen zal worden vermeerderd. Daarenboven is bcm in den afgeloopen zomer bij het verpligte onderhoud der be graafplaats meermalen hulp verleend. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt daarop aangenomen. Bij Hoofdst- III, afd. II (Kosten voor gewoon onderhoud) merkt de Commissie op, dat de wijze waarop in deze en andere afdeeiingen de berekeningen voorkomen van V4, andere dienstjaren betredende, zeer omslagtig is. Zij meent dat het dat het wenschelijk zou zijn ter vereenvoudiging der admi nistratie die l/4 te brengen op de rekeningen der dienstjaren waarop zij betrekking hebben. De Voorzitter geeft eenige inlichtingen. In het begin van Mei worden de gemeentewerken aanbe steed zoodat altijd een gedeelte der termijn-betalingen in het volgend jaar komen. Burgemeester en Wethouders mcc- nen dat de tijd van aanbesteding in April of Mei het best is, daar dan ook dc reparation kunnen gedaan worden die na den winter voor den dag komen. Deze wijze van aan besteding is reeds meer dan 25 jaar gevolgd en wijziging daarin zou eene geheele verandering in verschillende bere keningen ten gevolge hebben. De heer van Kinschot zou wenschen dat men niet in eens maar zacht aan op het denkbeeld der Commissie kwam, nl. om de aanbestedingen van Januari] tot uit. December te doen loopenwaarop de Voorzitter antwoordtdat hij zijne mede werking belooft om in overleg met de Commissie van Fa bricage naar de gegeven wenkelen te handelen. Bij Hoofdst. Illafd. II.art. 1 (Onderhoud van open bare gebouwen) meent de Commissie dat de brandspuithuisjes behooren tot de openbare gebouwen en het onderhoud daarvan op dit artikel moet worden gebragt. Zij stelt daarom voor dit ook te verhoogen met f 75,en de kosten der Brandweer (Hoofdst V, afd. Ill, No. 2) met die som te verminderen. De Voorzitter zegtdat Burgemeester en Wethouders de beslissing omtrent deze zaak aan den Raad willen overlaten. Het voorstel der Commissie wordt met algemeene stemmen aangenomen. De heer de Jonge wenschte bij de aanstaande 3jarige aanbesteding van het onderhoud der klokkende voorwaarde te stellendat alle gemeente-klokken gelijken tijd aangeven en niet zooals thans de eene klok met de andere 5 minuten verschilt. De Voorzitter meent dat het publiek gewoon is aan de tegenwoordige tijdregeling. De heer de Jonge zou wenschen 66ne klokdie het juiste uur aangaf, maar geen havenpoort-, kerk- en stadhuisklok. De heer Boeije meentdat deze zaak tot de competentie van het Dagelijksch Bestuur behoort. Hij meent echter dat de havenpoortklok hoofdzakelijk dient voor de arbeiders die in den Zuidhoek en in die buurt werken en die zich daarnaar regelen. Nadat de heeren Zuurdeeg en Goemans hadden aange drongen op bestendiging van den tegenwoordigen toestand wordt het voorstel van den heer de Jonge verworpen met 7 tegen 3 stemmen (die van de heeren van Manen, W. A. Ochtman en dc Jongel. Afd. II, art. 2 (Onderhoud van haven- en kanaalwerken) geeft de Commissie aanleiding tot de vraag of de slechte toestand der kaaimureninzonderheid de verzakkingen, niet voor een groot deel het gevolg zijn van de op ae kaden geplaatste zware vrachtenzooals bazalt- en metselsteenen zij meent dat hierin veel verbetering zou zijn aan te brengen door daarvoor een andere stapelplaats, bijv. buiten de Noord havenpoort aan tc wijzen. Ofschoon voor liet gebruik der kaden als stapelplaats eenige huur wordt betaald, meent de Commissie dat die niet kan opwegen tegen de door de zware lasten aangebragte schade aan de kaaimuren. De Voorzitter zegt, dat het leggen van zware lasten op de kaaimuren zeer zeker geen voordeeligen invloed daarop uitoefentde thans geankerde muur is echter slecht uit zich zelve. Burgemeester en Wethouders zullen echter gaarne de wenk van de Commissie ter harte nemen en zooveel mogelijk de steenen doen overbrengen naar het omrasterd terrein buiten de Zuidhavenpoortwaar reeds veel steen van particulieren geborgen is. Hoofdst. III, afd. II, art. 2. De Commissie wenscht te weten welke plannen het Dagelijksch Bestuur heeft omtrent den steenen duiker in den Wcsthavendijk, in verband met de waterloozingvroeger ten dienste der garancinefabriek. Zij meende dat het de goedkoopste wijze zou zijn den duiker digt te maken en het water afloop te geven door de sluis van den Westhavendijk. De Voorzitter wijst er op dat in do Memorie van Toe lichting der Begrooting voor 1882 eene som van f 45 is uitgetrokken tot verbetering van den toestand. Bij het

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1883 | | pagina 3