B IJ VOEGSEL Zierikzeeschen Nieuwsbode van Dingsdag 5 September 1882, VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD behoorende bij den T E ZIERIKZEE, gehouden den 30 Augustus 1882. Voorzitter Mr. J. Mauritsz GandcrheijdenBurgemeester. Afwezig de HIT. Moens, Schneijders van G reij flens wcrtli, van Kinschot en Moolenburghde laatste met kennisgeving. De notulen der vorige vergadering worden gelezen. Na de lezing daarvan verzoekt de heer Zuurdeeg het woord. Hij waardeert de -beleefdheid van den Secretarisom de iTwetsende woorden, die de heer Moolenburgh hem in de vorige zitting heeft toegevoegd, niet in de notulen op te nemen en onder andere omstandigheden zou hij daarmede ook tevreden zijn. Thans meent hij echter te moeten ver zoeken, dat die woorden iu de notulen worden opgenomen. In de vorige vergadering heeft hij daarop gezwegenomdat hij den heer Moolenburgh niet kon volgen op den weg der Sersonaliteiten, zonder zijn gegeven woord te breken. Daar e heer Moolenburgh niet in deze vergadering tegenwoordig isbepaalt Spreker zich tot den wensch dat net gesprokene in de notulen zal worden opgenomen. Met algemeene stemmen wordt daartoe besloten. De Voorzitter deelt mededat is ingekomen eene circulaire van het lloofd-bestuur der Nederl. Vereeniging tot afschaffing van Sterken Drank betreflende de werking der Drankwet deze circulaire wordt ter visie voor de leden gelegd. Van de benoemde onderwijzeres aan do Meisjesschool, Mcj. R. M. Breetvelt, is ingekomen een brief, houdende berigt dat zij niet v66r 16 Nov. a. s. in functie kan treden. Dc Voorzitter deelt mede dat Burgemeester en Wethouders haar hebben verzochtzoo spoedig mogelijk tc komenindien in hare plaats zal zijn voorzien. Voorts is ingekomen een brief van den Minister van Binnenlandsche Zakenhoudende toezending van eene missive van den Minister van Justitie, waaruit blijkt dat dc invoering van het nieuwe Wetboek van Strafregt niet vóór 1 Mei 1884 zal kunnen plaats hebben. De Minister vertrouwtdat de Raaddoor dit schrijven op de hoogte gebragt, niet langer zal dralen tot herziening dor strafverordeningen over te gaan. Deze brief wordt gesteld in handen der Commissie voor de Strafverordeningen. De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen een verzoek van het Bestuur der Vereeniging tot oprigting eener Am bachtsschool alhier, om eene subsidie uit dc geraeeutekas. Het Bestuur wijst er op dat door de Prov. Staten van Zeeland is toegestaan eene subsidie van 300 per jaar, gedurende 5 jarenonder voorwaarde evenwel dat een bedrag van f 200 voor gelijken tijd door de gemeente Zierikzee worde verleend. Na gewezen te hebben op de Ambachtsschool te Goes op de uitbreiding die deze steeds erlangt en op de vruchten die deze op de laatst gehouden Zeeuwsche Tentoonstelling heeft getoond, verzoekt het Bestuur aan de gemeente eene jaarlijksche toelage van f 200gedurende 5 jaarin tc gaan met 1883. Tevens is ingekomen een verzoek van den heer E. W. Mus die voor eigen rekening heeft opgerigt eene ambachts- en industrie-school en zich aanvankelijk mag verheugen in het getal van 13 leerlingen tusschen 14 en 25 jaar, om eene subsidie van 100 per jaar. Beide verzoekschriften zijn gesteld in handen van Burge meester en Wethouders. Van den heer A. J. P. Mazure, onderwijzer aan de school voor minvermogenden is ingekomen een verzoek om ontslag, dat, overeeenkomstig het advies der plaatselijke schoolcom missie, eervol wordt verleend. De rekening van het Burger-Weeshuis over 1881 wordt gesteld in handen ecner Commissiebestaande uit de H. II. W. A. Ochtman, G. A. de Looze en M. C, de Crane. De lieer Goemans brengt namens dc daartoe benoemde Commissie rapport uit over a. de rekening der gemeente over 1881 in ontvangf 134.592,42 in uitgaaf.- 130.944.08s goed slotf 3,648,33s b. de rekening der dienstdoende Schutterij in ontvang937,60 in uitgaaf.- 938,60 ïiadcelig saldof 1, Op voorstel der Commissie worden beide rekeningen goed gekeurd; bij de eerste onthielden zich dc beide Wethouders van stemming. Ten opzigte der laatste rekening (die van de dienstdoende Schutterij) vereenigde zich de Raad mot den wensch der Commissie, dat de post van 150 voorkomende op de rekening voor vuur, licht en schrijfbehoeften nader behoorde te worden gespecificeerdvooral ook omdat daar reeds vroeger aanmerkingen op zijn gemaakt. Vervolgens wordt door Burgemeester en Wethouders aan geboden de gemeentebegrooting voor 18S3. Deze wordt tot onderzoek en rapport in handen gesteld eener Commissiewaartoe de Raad benoemd de H. II. MoolenburghW. A. Ochtman en vau Kinschot. Tot leden van het stembureau voor de verkiezing van een Raadslid op 5 September a. s. worden benoemd de H. H. de Looze en de Crane en de overige leden tot plaatsvervangers. Aan den heer J. C. Montijn wordt wegens zijn vertrek uit deze gemeente, teruggaaf van Hoofdelijken Omslag verleend voor 4 maanden ad 23,33s. Een verzoek van de Weduwe Logmans betrekkelijk de afwijzing harer reclame Hoofdelijken Omslag komt niet in behandeling, als behoorende bij Gedeputeerde Staten. Aan adressanten zal daarvan kennis worden gegeven. De Voorzitter deelt mede, dat gisteren nog is ingekomen een verzoek der vrouw van W. Meesters om meerdere belooning voor het schoonhouden van het gebouw voor lijders aan besmettelijke ziekten. Adressante wijst er op dat zij door het vertrek van twee harer kinderen genoodzaakt is vreemde hulp in te roepen om het gebouw behoorlijk te onderhoudenwaardoor zij alzoo extra uitgaven moet doenniet overeenstemmende met de bezoldiging die zij geniet. Dit adres is gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders. Alsnu komt iu behandeling het verslag van de Commissie voor de aflevering van zelkasch omtrent de door Dr. Gratama ingezonden verslagen van zijn onderzoek betreffende Zelkasch. Het rapport van Dr. Gratama bepaalt zich tot 1°. eene qualitatieve en quantitatieve chemische analyse van zelkaschmet het oog op hare toepassing als meststof 2°. a. de middelen om net zwart uit de zelkasch op de meest voordeelige wijze te verwijderenen b. het onderzoek waartoe de zelkasch in de glasfabrieken gebezigd wordt, namelijk als grondstof alleen of gemengd met andere stoffen. Wat het eerste verslag betreft, vereeuigt de Commissie zich met de conclusiedat de zelkasehdie ongeschikt is ter aflevering aan de glasblazerijenwaarschijnlijk met succes tc gebruiken zal zijn als hulpmeststof voor dc zoogenaamde zure of koude grondenen stelt zij voordie bij wijze van proef voor de landbouwers verkrijgbaar te stellen tot 1 per M8. op de plaats genomen. Wat het tweede punt betreft, deelt zij mede, dat door Dr. Gratama op zeer bevattelijke wijze in een uitvoerig verslag is uiteengezet de rol die de zelaasch vervult in de glasblazerijenwaaruit blijktdat de zelkasch daar niet als grondstof alleenmaar gemengd met andere stoffen gebruikt wordt. Het geschil in gehalte en zamenstclling der verschillende soorten wordt in dat verslag door uitvoerige chemische analyses aangetoondterwijl daarin eindelijk verschillende middelen worden aangegeven om het zwart (niet verbrande derrie) steenen en gruis, zooveel mogelijk uit de zelkasch te ver wijderen en zoodoende de kwaliteit daarvan te verbeteren. De slotsom der redeneering van Dr. Gratama is, dat hij aanbeveelt de zelkasch door slibben te ontdoen van dc schadelijke bcstanddeelenterwijl eene beschrijving van dc toestellen wordt gegeven en de kosten worden berekend waar voor die inrichting tot stand zou gebragt kunnen worden. Ten opzigte van het eerste verslag vereenigt de Commissie zich met de conclusie dat de zelkasch, die ongeschikt is ter aflevering aan de glasblazerijen, misschien met goeden uitslag te gebruiken zal zijn als hulpmeststof voor de zoo genaamde zure of koude gronden en stelt zij voor die bij proefneming voor dc landbouwers verkrijgbaar tc stellen tot 1,per kubieke Meter op de plaats zelve genomen. Wat het tweede punt betreftwaarbij Dr. Gratama be veelt om de Zelkascli door slibben te ontdoen van de scha delijke bcstanddeelen meent de Commissie de voorkeur tc moeten geven aan de tegenwoordige wijze van exploitatie boven het toepassen eener fabriekmatige bereidingdie door de daarstelling van verschillende toestellen met groote kosten zou gepaard gaande Commissie vindt daarom geen aanlei ding om verandering in de tegenwoordige wijze van exploi tatie voor te stellen. Eindelijk stelt de Commissie voor, om de declaratie van honorarium en onkosten van Dr. Gratama ad 549,92 goed te keurendaar haar die som na onderzoek niet te hoog voorkomt. De behandeling van dit rapport was in de vorige zitting aangehouden. Alsnu opent de Voorzitter de algemeene beraadslagingen. De heer de Crane vraagt of cr voor dit onderzoek een crcdiet is aangevraagd bij den Raad. De Voorzitter meent dat de opdragt is gedaan met voor kennis van den Raad. De heer de Crane meent dat het nog al bezwarend is voor deze gemeentedie toch al zoovele uitgaven te doen heeft, dat er voor dit onderzoek zooveel kosten zijn gemaakt. De heer van Manen heeft nog niet in dc gelegenheid geweest deze rapporten met aandacht te lezen. Hij merkt echter op, dat beide rapporten lïjnrcgt met elkander in strijd zijn. Hij zou dus dc behandeling der hoofdzaak

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1882 | | pagina 3