B IJ VOEGSEL Zierikzeeschen Nieuwsbode van Zaturdag 19 Februari) 1881. VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD behoorende bij den TE Z I E R I H Z E E, gehouden 16 February 1881. Voorzitter Mr. J. Mauritsz Ganderheijden. Burgemeester. Afwezig de heer Zuurdeeg. De resumtie der notulen van de vorige vergadering wordt uitgesteld. De Voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een schrijven van Mevr. Douarière van Citters van der Lek de Clercq, houdende kennisgeving van bet overlijden van wijlen haren echtgenoot. Hij is verzekerd dat de Raad met deelneming deze kennis geving zal ontvangen, want al heeft de overledene door zijne ongesteldheid geen zitting kunnen nemen, de ver dienstelijke wijze waarop hij zijne andere betrekkingen zoo lang mogelijk heeft waargenomengaven gegronde hoop dat hij een waardig raadslid zou zijn geweest. Hij stelt voor een brief van rouwbeklag aan de weduwe te zenden. Aldus besloten. De Voorzitter vertrouwt dat de vergadering zeker met het grootste genoegen vernomen heeft dat onze communicatie middelen vermeerderd zijn met oen e nieuwe groote boot, de //Zeeland." Die boot moet natuurlijk cene ligplaats hebben en wel een zoodanige, dat hij deze haven steeds in- en uit zal kunnen komen. Verschillende plannen zijn door Burgemeester en Wethouders opgemaakt, om de booten een goede ligplaats te gevenals 1.° de Spoorboot te leggen voor de Venkel en de" //Zeeland" op de plaats der Spoorboot. De kosten hiervan zouden beloopen a. voor uitdieping, paardentrap en vlocipalen ƒ2300, b. voorziening der keibank- 300, 2600,— 2.° de Zierikzcesche boot en de Spoorboot 10 Meters Oostwaarts te verleggen en de //Zeeland" een ligplaats te geven tegenover de sociëteit //Bellevue", waarvan de kosten worden geraamd op f 4600. Burgemeester en Wethouders achten dit plan niet wen- schelijkmet het oog op de kosten. Bovendien bestaan voor de Maatschappij Zeeland daartegen bezwaren; 3.° de //Zeeland" en //SchouwenDuiveland" eene ligplaats te geven aan het Karsteil, waarvan de kosten worden ge raamd op ƒ600. Dit plan is evenwel ongeschikt bevondendoordien do booten dan verpligt zouden zijn op tij te varen en er moei lijkheden zouden ontstaan bij het zwenken; 4.° de //Zeeland" te leggen op den hoek van het Mitldel- burgsche veer en het Luitje, waarvan de kosten geraamd worden op ƒ12- it ƒ1300. Dit plan heeft ook bezwarenomdat het bij harden zuiden wind voor de boot onmogelijk zou zijn die plaats te verlaten; 5.° de //Zeeland" te leggen vóór het Middelburgsche veer en daartoe een steiger te maken; dit plan is met het oog op de groote kosten onuitvoerbaar 6." de Spoorboot te leggen op den kop van het Luitje en de //Zeeland" op de plaats der Spoorboot; ook dit plan is onuitvoerbaaromdat bij het uitdiepen der haven gevaar bestaat voor het instorten der kaaimuur; 7.° om buiten de Hoofdpoort een nieuwen steiger tc maken, tot aanleg van eenige booten; wegens de hooge kosten kan ook dit plan niet worden uitgevoerd. Burgemeester en Wethouders hebben gemeend aan het sub 1.° genoemde plan de voorkeur te moeten geven en stellen aldus aan den Raad voor hen een crediet te veïleenen van ƒ2600, onder bepaling dat cfe firma F. Kloos en Zonen, eene borgtogt stelle van 2000, met verbeurd verklaring daarvan, indien zij binnen 5 jaren hunne stoom boot-onderneming tusschen Zierikzee en Rotterdam mogten staken. Tegen dit voorstel zijn eerst heden morgen ingekomen drie requestenwaarvan voorlezing wordt gedaan 1. Ken vqrzoek van den Directeur der Spoorbootmaat schappij om de verplaatsing der Spoorboot niet te doen doorgaan, daar hij dat niet alleen echt in het nadeel dei- belangen van de ondernemersmnnr ook tot belemmering in den dienst en dus van het publiek verkeer; hij meent dat genoemde Maatschappij, bij de toegekende subsidie uit de Provinciale kasgehouden is tot vervulling van den dienst op eenen voet, welke zij niet zou kunnen volbrengen als zij verstoken werd van de tegenwoordige ligplaats der boot; om deze redenen, zou, weru onverhoopt haar het gebruik barer ligplaats ontzegdde Spoorhootmantschappij middelen tot afwering en verzet moéten beramendie haar door den nood zijn opgelegd. II. Een request van Commissarissen der Zeeuwsche Spoor hootmantschappij te Zierikzee. Adressanten wijzen er op dat reeds vroeger cene verleg ging der Spoorboot op de thans aangegevene wijze is ter sprake gekomendoch dat zij toenna eene conferentie met Burgemeester en Wethouders, de verzekering ontvingen dat dit denkbeeld was opgegeven. Hoewel nu bij bet besluit van 29 Dec. 11. de aanwijzing van ligplaatsen voor stoom- en zeilschepen aan Burgemeester cu Wethouders is opgedragen, bezit de Raad de koorden der beurs; aan hem is dus de beslissing over het toestaan van geldendie door het Dagelijkse)) Bestuur voor een of ander doel worden aangevraagd. Indien de Raad hun ge voelen deeltdan is het zijn taak om de gelden voor dit bepaald doel gevraagd tc weigeren, ten einde alzoo Burge meester cu Wethouders er toe te leiden, hun genomen be sluit in nadere overweging te nemen. Daarom verzoeken zij den Raad het crediet niet toe te staan, door Burgemeester en Wethouders met het bepaalde doel aangevraagd, om de plaats ten Oosten der legplaats van de stoomboot Zierikzee, door uitdieping enz. geschikt te maken tot ligplaats voor de Spoorboot. Zij doen dit verzoek op de volgende gronden: 1.° Bij usgang is de aangewezen plaats minder gemakkelijk om uit de haven te komen en onder alle. omstandigheden belemme rend. De gezagvoerder verklaard pertinent, dat de dienst de grootste belemmering zal ondervinden, daar het onmogelijk is op de aangeduide plaats bij alle tijdenmet laag water te zwaaijen, waardoor het gebeuren kan dat de boot 2 h 3 uren na het vastgestelde uur zal moeten vertrekken; de groote booten hebben 12 uur tijd om te zwaaijen de spoor boot dikwijls slechts !/t uur. De tegemoetkoming van Burgemeester en Wethouders dat de Spoorboot op zijne oude plaats zou kunnen leggen indien de andere booten er niet zijn, kan niet helpen, want wie verzekert dat die booten daar 's winters niet zullen leggen vooral nu er reeds stappen zijn gedaan om bij de bestaande (oude) Zierikzcesche onderneming nog een tweede boot in de vaart te brengen. Bovendien, ieder der Rotterdamsche booten gaat de haven wekelijks driemaal in en uit, terwijl de Spoor boot minstens zevenmaal in- en uitgaat. Moet dan de tegenwoordige ligplaats voor dc Spoorboot niet als de beste en meest doelmatige worden geacht? De belemmering kan in enkele gevallen voor de boot nadeelig, doch zal steeds voor het publiek nadeelig zijn, omdat, indien op denzelfden dag reis wordt gedaan, bij lossen en laden, de minste verhindering die steeds kan ontstaanindien men achter twee groote booten ligtde correspondentie met den trein te Goes zou verbroken worden; 2.° Het kantoor van den agent, en de bergplaats van steenkolen is thans onmiddelijk in de nabijheid van de aan legplaats moet de boot van ligplaats veranderendan zal dit met liet oog op de beide genoemde zaken veel hoogere uitgaven vorderen; ongerekend nog, dat er enkele malen tijd te kort zal schieten door den' verderen afstandom de kolen behoorlijk aan boord tc krijgen. Na nog gewezen te hebben dat de dienst zeer oude brieven heeft op de tegenwoordige ligplaats, verzoeken adressanten, dat de Raad een besluit zal nemen, waarbij de tegenwoordige ligplaats wordt verzekerd. III. Een adres van eenige ingezetenen, dat zij vernomen hebben, dat door HH. Burgemeester en Wethouders aan de Spoorboot zou aangewezen worden een ligplaats over de Venkelstraat dat zij de vrijheid nemen hunne bezwaren daartegen in te brengenals wordende zij daardoor in hun bedrijf zeer be moeilijkt, benadeelt en gekrenkt, aangezien de schepen voor lossen en laden bestemd, verre van hunne pakhuizen zouden

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1881 | | pagina 3