geheele lengte der haven kistingen heeft moeten aan
brengen oiu het oo*teljjk gedeelte der «tad voor over-
stroomiag te bewaren. Eene wjjk kan slechts met moeite
door twee locomobiles watervrjj gehouden worden. Van
de woningen aan do oostzjjde van den Langendjjk en
Kortondjjk zjjn alle kelders en keukens sedert weken
geïnundeerd. Daar de sluizen voortdurend gesloten
blyven, kunnen geen schepen in- of uitvarendoch ook
de vaart is gestremd. Langzamerhaud ontstaat er gebrek
aan turf tot groot ongerief der water- en vuurneringen.
Buiten de stad ziet het or echter nog treuriger uit.
De aauhoudende regens maken de djjken week en
drassig: deze hebben buitendien zooveel van den hevi-
gen golfslag te verdurendat de grootsto inspanning
vereischt wordt om op sommige plaatsen een gebcele
afkabbeling te voorkomen. Wanneer niet spoedig de
wind verandert, is het ergste te vreezen. Reeds zjjn
hier een aantal buitenlieden aangekomendie hunne
woningen aan de buitenzede der dg ken hebben moeten
Ontruimen.
Bjj het afzenden van dit berigt is het water nog
steeds wassendook de laatste tijdingen uit Keulen
berigten voortdurenden was.
14 Maart. Zondag avond omstreeks
8 uur is dc inspecteur van politie de heer Rauch
alhierop het onverwachts in e»n geheim speelhuis
dat reeds eenigen tjjd in een der uithoeken van Vlis-
Bingcn gehouden werd, binnengedrongen op een oogen--
blik dat 9 sï 10 spelers bezig waren met »kloppen."
Door do politie werden de kaarten speelgeld dob-
belsteencn en eenig ameublement in beslag genomen,
terwijl van een en ander proces-verbaal is opgemaakt.
Uit het ingesteld onderzoek is geblekendat de hou
der van dat speelhuis is eou man van ruim 50 jaren,
die gewoouljjk «de bank had," zjjn bezoekers allen
jongens van fatsoenljjke familie, tusschen do 14 en
17 jaren zeer tot spelen aanzette en van enkelen
hunner soms 2 gulden op een avond won Om het
bezoek aan zjjn huis door deze jongelieden te regt-
vaardigen, bad bjj een snoepwinkeltje opgorigt v waar
door hjj de politie op een dwaalspoor zocht to bren
gen. Algemeen is men den heer Rauch zoer dankbaar
voor zjjn flinke houding in deze.
Betreffende de oprigtiag oenor zeovisscberjj alhier
door den heer Hector wordt thans medegedeelddat
die visscherjj voor gemeenschappelijke rekening zal
worden opgerigt door de heeren J. J. P. Hector, Jhr.
M. J. de Marees van Swinderen on A. Meyers. De
noodige beschikkingen zijn reeds genomen om tegen
Mei e. k. de visscherjj te kunnen beginnen.
Het Fransche barkschip «Hirondelle" is bjj het
fort RammekenB gestrand, aan boord hebbende 6000
vaatjes buskruit om voor rekening van het Fransche
gouvernement naar Afrika te worden overgebragt. Om
het schip vlot te krijgen, znl men het van zijn lading
moeten ontdoen, en onze Minister van Oorlog heeft
met do meeste bereidwilligheid do magtiging verstrekt
om deze massa buskruit tjjdeljjk in gemeld tort to bergen.
Men zal moeten toegeven, dat dit Bchip met het oog
op do lading nergens Beter had kunnen strandon.
Zierilcxvo, 17 Maart.
Aan do erfgenamen de Grujjtor, over het geheele
land verspreid zjjn thans inlichtingen verstrekt over
de erfenis onz.die wel geschikt zjjn om ieder naar
een deeltje van den buit te doén watertanden. Men
beweert nameljjk, dat de erflater de Grujjter in Indie
overleden ie en wel in het jaar 1656; dat hjj kinder
loos gestorven ia en heeft; nagelaton de kapitale som
van zestig millioen gulden. Vele der tot do erfenis bc-
hoorende goederen zjjn gelegen in Indie, maar ook
vele in Belgie en Nederland. De overledene moot geen
testament hebben gemaakt. Do onderschoiden erfge
namen hebben tot advokaut aangesteld mr. J. H. Mos-
selmans te 'sHage.wien een tiende gedeelte ia beloofd,
ingeval hjj er in slagen mogt, do zaak tot een ge-
wenscht einde te brengen, terwjjl jhr. W. H M. I,ies,
adjunct-commies bjj het ministerie van Finantien aldaar,
i9 benoemd tot president van de commissie van beheer
voor dc maatregelen tot het bekomen der erfenis, de
heer S. J. E. N. Bresler, dour waarder aldaar, tot lid
der commissie van onderzoek. Bjj aangifte aan een
dezer heeren worden vereischt: de bewijzen van het
voorgeslacht.
Den 28 April 1868 verongelukten in de Noord
zee oen 28tal visschers. Een achttienjarig meisje te
Urk verloor daarbij haar vader en een broeder. Op
het vernemen dier droevige tijding kreeg zij van schrik
zenuwkoortsen (typhus), waarvan zjj hersteldeechter
zoodanig, dat zij Da dien tjjd geen voedsel meer ge
bruikte. In den beginne at zjj 's morgens één beschuit
met één kop koffielater maakte eon stukje banket
baar geheele voeding uit en sedert een paar jaar ge
bruikt zo niets meer dan een dronk schoon water.
Het spreekt vanzelfdat zjj zeer zwak is doch ove
rigens gevoelt ze zich wel. Om de 3, 4, soms 8 da
gen komt ze even uit het bed. Geneesmiddelen gebruikt
ze niet.
Kerltiileuws.
Drietal to Goes: F. J. Locher te ZelhemE. IV. van
I.oon te Voorthuizen en A. v. d. Telier te Harlingen.
GcmengfJe berigton.
In de liefde gaat 't net als de kinderen die men
een roointaartje goeft, zjj beginnen mot de room en
gaan met de rest morsen. Als een radikanl mid
del tegen rhumatiek wordt op groud van goedo erva
ring aanbevolen het dragen vau een doode padde in
den onderbroek. Iemand te A. adverteert dat het
tandentrekken twee galden per stak kostmaar bjj
het dozjja doet bij 't wat minder. Lieve hemel, zei
B. tegen K.heb je nou al acht kinderen allemaal
meisjes? Ja, antwoordde K. wat men in zijn jeugd zoo
vurig verlangt, heeft men dikwjjh op zjjn ouden dag
te veel. In een klein weekblad leest men Alhier
is dezer dagen een bril verloren, guande van hier naar
M. Iemand te Goudswaard zegt zelfdat hjj een
knappe vent is en dat er niets op hem is aftowjjzen
dan dat hjj bang van den dienst is. Nu moet bjj exa
men gaan afleggen voor sergeanten men zegt dat hjj
bang van 't schieten is. Eene vrouw te Hoodekous-
kerke zegt: »Het gaat ons hier goed; met twee geiten
zjjn wjj begonnenen nu sterft onze koe. Maar zoo
gaat hetEen arm m-jnsch sterft zjjn koe en een
■iik mensch sterft zijn kind." Ein boereu-zoon te
Sint-Annaland wordt aangeraden alle avonden zoo
niet te loopen naar de dochter van een commissionair,
want hjj kan haar tdcb niet krjjgen
Want bjj is veel te dom,
Zjjn boenen zjja te krom
Zjjn hoofd is veel te dik
En veel te breed zjjn rik.
Te 's Heerenhoek moesten sommige menschen op
haar eigen letten en geen kwaad van Jan spreken
maar hjj zegt
Dat ik niet behoef te werken
En mjjn pintje drinken kan
Dat is afgunstkan ik merken
Van mjjn vrienden en buurman.
Eene jonge jufvrouw te Neuzen moest zooveel snaps
niet hebben van haren vasten vrjjer, nu zjj een oogje
heeft op een ander, maar dien zjj toch niet kan krjjgen,
Dus Betje, nu maar opgepast,
Maar kind gjj krjjgt hem toch niet vast,
Want hjj wil niets van u weten
Daar hjj a reeds heeft vergeten.
Te Sint-Maarlonsdjjk is eene mevrouw zoo jaloersch
en hoos op haar man en zoondat de moid met Mei
moet verhuizen. Nu zal zjj eene zeer leeljjke meid
nemen of een klein raoisje dat maar weinig kan eten.
Een kastelein te Sint-Maartonsdjjk is zoo verbljjd
dat or een heer met Mei gaat verhuizen dat hjj het
nau ieder zegt. Hjj komt wel in de herberg, maar hjj
verteert geen cent. Eene booren-dionstmeid onder
Rilland heeft zooveel koffie gedronken met den knecht
toon haar baas en vrouw op reis warendat zij beidon
zjjn weggejaagd. Het praatachtige Pietje in uo Oude-
landsche straat te T. wordt aangeraden zooveel
onwaarheden niet te vertellen van een fatsoenlek meisje
waar niets van te zeggen valt, daar zjj anders in moeite
zal komen. Te Ilerkingen wordt iemand verzocht
geen kwaad to stichten in bet huishonden van een
ander. Men zou dat van hem niet verwachten, daar
hjj zelf een zoon heeft waar nog al voel van te zeggen
ia, en die graag oen slokje lust. Eene bieren-dochter
in don Nieuwen Kvaajjert is zoo big dat zjj mot Maart
naar hui9 komt, dat zjj overal loopt vertellen, dat
zjj dan wel een vrjjer zal krjjgen, en komt or geen,
dan zal zjj er zelf wel een opzoekcu.
Iugozouden Stulrlten.
't Middelbaar Onderwijs verdedigd!
ONS MIDDELBAAR ONDRRWIJS;
opmerkingen zoowel voor vrienden daarvan
alt voor geestverwanten van Mr. P. M. Tutein
Nollheniut, door Dr. P. Schuringa.
Zieri K/.ze H. LAKENMAN, 1876.
Zie zoo, nu hebben wo weer vrede met Nolthenius'
pamflet, dat aan »alle ouders in Nederland, die belang
stellen in onderwijs en opvoeding" zjjne aanmatiging
voor zaakkennis zijne praatjes voor argumenten wilde
opdringen, om, kon 't zjjn, het hedcndaagsche lager-,
maar vooral 't middelbaar onderwijs naar 't hart te
steken. Nu hebben wo er vrede moe, want wo danken
er aan eene zaakrjjkewarme verdediging op den man
af, zonder omwegen en terughouding, van de hoogere
burgerschool en haar streven. Opmerkeljjk voor Mr.
Noltheniusdat hem deze wederlegging op zijne lees
tafel wordt nedergclegd door de hand van een vakman
in de wis- on natuurkunde 1 Do ond-burgemeester kan
nu al vast eens nadenken over zjjne onverkwikkcljjke
uitspraak, dat wiskundigen zoo dikwijls «maatschap
pelijke sukkels" zjjn. Ons dunkt, dat hem bljjkcn zal
thans ten minste met iemand te doen te hebben, wiens
geest van kracht getuigt om maatschappelijke vraag
stukken te onderzoeken en te peilen en die daarbjj ae
stof weet te rangschikken scherpte te houden in de
redeneering.'
Voor onsdie tot »de vrienden van 't middelbaar
onderwijs" bchoorenis dit vlugschrift van Dr. Schu
ringa in de eerste plaats eene welkome gelegenheid om
hem in 't publiek te zeggendat dit boekje niet slechts
zjjn naam eer aan doet als man van eene rjjke bele
zenheid en veelzijdige kennis wie Dr. Schuringa
kentgeljjk wij was dit reeds lang en langs andere
wegen bekend maar ook als een leeraardie zijn
tjjd en moeite heeft willen besteden ter verdediging
van 't middelbaar onderwijs, waaraan hjj zjjne krachten
wjjdt. Aan 't eind der lezing van zjjn vlugschrift zjj
hem voor allo dingen onze dank gebracht en onze
hoogachting betuigd
Dr. Schuringa heeft het middelbaar onderwjjs verde-
diigd tegen den heftigen aanval van Mr Nolthenius en hjj
heeft het met kloeke hand gedaan. Van 't begin tot het
eind zoekt bjj zjjne kracht in logische redeneeringen
en degeljjke argumenten. Zelfs waar hij klaarbljjkeljjk
warm wordt, verliest hjj daarom de zaak niet uit het
oog ter wille van eene welverdiende kasljjding des per-
soons. Eu hij is eerlijk in da hoogste mate hjj zoekt
niet te vergooijjken wat verkeerd is; hjj durft be
staande gebreken en tekortkomingen rondom bjj den
naam noemen. Voorstander van alle goed en degeljjk
onderwjjs, als hjj ia, tracht hjj niet slechts onverdiende
aanvallen af te slaan maar arbeidt bjj tevcua in op-
bouwenden zin zóódat de leeraren en de vrienden
der hoogere burgerschool meer dan ééue gelegenheid
vinden èn om in te gaan in eigen opvatting en vol
brenging van de wet en hun beroepsplichtèn om
met ernstige liefde voor de goede zaak te verbeteren,
wat die verbetering hoog noodig heeft Want van
Dr. Schuringa zal niemand vernemen, dat wo 't aireede
gevonden hebbenwel 't beginselniet de beste toe
passing.
Als de schrjjver zjjn harteljjk protest dat lijj ge
rust in naam van alle leeraren mocht omhoog houden
heelt doen hooren tegen «onbewezen en ongerjjmde
beschuldigingenis hjj even zeer gereed om te er
kennen dat er door dezen en genen leeraar nog «el
iets meer gedaan zou kunnen worden dan tot heden
't geval was ter bereiking van 't doel dor schoolont
wikkelde burgers vormen. De vormen, de waarde van
't letterkundig onderwjjs, van de letterkundige weten
schappen iu 't algemeen vinden in Dr. S. een te
waardeeren pleitbezorger; het sesthetisch beginsel voor
do 6chool staat hjj voor het onderwjjs «in professo
raten vorm" werpt bjj weg onder de enkelen die er
nog steeds huD heil in moeten zoeken de liefde in
't onderwjjs is hem niet vreemd! Aldus zouden we
willen voortgaan met van den totaal-indruk reken
schap te geven dien Dr. Schuringa's geschrift op ons
heelt gemaakt. Haast nog moer, nog gropter is die
indruk uit het oogpunt van de aaDwjjzingzoo is V
middelbaar onderwijsdan tor zak©zoo als Mr. Nol
thenius zegt, is 7 niet. De scherpzinnige lezer heeft
echter reeds opgemerktdat we eigenljjk niet hebben
gezegd wat er dan toch wel allemaal in het bedoelde
geschrift te lezen is. Welnu dat was ook One doel
nietdo belangstellende vriend (en vjjand) van 't mid-
delbaaronderwjjs leze zelf. Daartoe wekken wo liem
op dat willen wjj hem raden. Eene schoone bladzjjde
echter vindc hier uD prikkel tot die kennismaking
eene plaatsdo bladzjjdewaar hjj de opvoeding
door 7 onderwijs aldus behandelt
Doch 't allermeest heeft die plaats door 't onderwijs self.
Worden daarbij niet dagelijks dc leerlingen aangesjtoord tot
orde, vlijt, cn ernstige ontwikkeling hunner talenten, en wor
den daartoe niet dc minst onedele beweegredenen gebruikt door
icderen leeraar, die slechts ccnigcrmatc pacdagoog is 7 Wordt
niet geheel de onsterfelijke geest dien zij hezitten, door dc
studie zelf doordrongen met het besef dier onsterfelijkheid,
cn ontvlamd in zuivere liefde tot het ideale 7 Lecrcn niet ook
hjj en door het Middelbaar Onderwijn, do toekomstige burgers
eigen zin cn wil te buigen voor het gemeenschappelijk belang,
en het recht der overigen 7 Worden zjj ook déhr niet dagelijks
opgeleid tot de toepassing van het voorschriftgeljjk gij wilt
dat u de mcnschcn zullen doen, doe gjj hun desgelijks 7 En
wordt a«n den anderen kant niet bij elke dagelijkschc gele
genheid hnu gevoel voor recht cn billijkheid versterkt, hun
zedelijke moed opgewekt, hun beter ik vervuld met afschuw
voor laagheid cn lafhartigheid, niet slechts door dc bezielende
kracht der karaktervastheid bij den ontwikkelden man, maar
zelfs tegen wil cn dank door een enkelen, die in zijne zwak
heid soms ze.lf het voorbeeld mocht geven van bet tegendeel 7
En hoe krachtig werkt op hun gemoed dc zuivere, rein
mcnscbeljjke liefde van den leeraar, die 't wel met hen meent 1
En voor dc herkenning daarvan hebben zij voorwaar gcon
scherpen toetssteen, geen scheikundig reactief noodig het
jeugdig gemoed is even onfeilbaar cn onmidddKllijk iu het
bemerken, als in 't beantwoorden dier genegenheid. Zonder
twijfel: in dezen, gelijk in alle opvoeding, is dc persoonlijk
heid van den leeraar alles. Maar hij behoeft juist geen engel
te zijn, of zcdcmccstcrzijn standpunt en zjjn noodzakelijk
dagcljjksch deelnemen in 'l belang der leerlingen, makcu
hem dc hier omschrcvcnc taak natuurlijk en gemakkelijk.
Hij is verstandelijk en zedelijk hun meerdere, ook omdat hjj
toont door het niet te laten gevoelen hg werkt slechts voor
hun welzijn, boven en behalve zijne verplichting, cn dikwijls
tegen hunne wcnschcn van het oogcub'.ikhij neemt deel
in hun lief cn leed, en richt inmiddels hunne belangstelling
op hetgeen goed cn groot en mannelijk is het goede in hen
aan te moedigen, het onedele op kicschc wjj» te bestrijden,
is hem plicht cn noodzakelijkheid. En dan, gehechtheid,
achting, liefdehoeveel zedelijke kracht, welk con allersterkst
opvoedend vermogen ligt er niet reeds in het enkele bezit
dier gevoelens door dc lccilingen zclfl
Welnuis dat geen bladzjjdedie tot de lezing
van 't geheel uitlokt? Willen wjj 't eens zeggen
't middelbaar onderwijs en wio in dat onderwjjs een
zegen zien voor 't volk, zjj mogen Dr. Schuringa danken
voor zulke woorden eu voor zulk geschrift. Zoo doen
wjj bjj dezen 1 A.
Prjjzen <lpr Boter o« Kjjeren,
Ziertkzee, 16 Maart 1876.
Boter laagste koers 0,62s en hoogste koers /0,72 s
per 5 hectogrammen. Kip-Ejjeren laagste koers 0,82s
en hoogste koers ƒ0,90 per 25 stuks.
Uitgevers: DE LOOZE .Sc WAALE.
Snelpersdrukkerü van OCHTMAN PIETERSE
van DISHOECK, Meelstront B, 65.