ZNIIIkZIIMIII NIEUWSBODE. No. 5450. 5IstcJaarg. Dingsdag 5 November 1874. Verschijnt DINGSDAG, DONDERDAG en ZATURDAG. De prjjs per 3 maanden is 1,30, franco per post 1,60. ADVERTENTIËN 10 Cts. per regel, kimnen uiterlijk tot des Maandags, Woensdags en Vrijdags voormiddags 10 ure bezorgd worden. Bekendmaking. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zie- rikzee maken bekend dat JOZEF van GRAAFEILAND, wonende in deze gemeentevergunning heeft gevraagd om eene Bergplaats van Petroleum te maken, op het erf, achter het huis, staande aan de Noordzijde van het Kerkhof, plaatselijk bekend wijk B, no. 432, en dat de information de commodo et incommodo betreffende dit verzoek zullen worden gehouden op Woensdag den 4 November aanstaande te 12 uur des middagsin de gewone vergaderkamer van het Bestuur, ten Raadhuize zullende allen die tegen dat verzoek bezwaren mogten willen inbrengen, alsdan in de gelegenheid zijn om in hun belang te worden gehoord. Ziebikzee, den 30 October 1874. De Burgemeester en Wethouders v. (JITTERS. De Secretaris, J. P. N. ER MER INS. Politieke krankheden. Het is onbegrijpelijkhoe men soms met weinig tevreden kan zjjn. De Tijd in zijn nummer van Zaturdag bespreekt «het oordeel der Tweede Kamer" over het M nisteriegelijk dit blijkt uit het Voorloopig Verslag over Hoofdstuk I der Staatsbegrootingen het blad voegt er zelfs in zijne naïviteit bij: «Dit (eerste) ge deelte is hl. van het hoogste gewichtuit hoofde dat er een gemotiveerd oordeel in wordt uitgesprokenzoo door de verschillende minderheden als door de meer derheid der Kamerover het optreden en de plannen der tegenwoordige bewindvoerders. De lezers die zich op de hoogte van den toestand willen stellendienen er dus nauwkeurig kennis van te nemen." Wij zijn van een ander gevoelen. De lezersdie zich op de hoogte van den toestand willen stellenzullen er niet veel bij verliezenindien zij- van dit stuk niet al te naauwkeurig kennis nemen. Wat de Tijd in zijne verhitte verbeelding een stuk »van het hoogste gewicht" en «het öordéel der Tweede Kamer" gelieft te noemen is niet veel anders dan eene rapsodie van verschillende meeningenbont dooreenwarrelendewaarbij men schier geene minderheid of meerderheid kan onderkennen eene registratie van al de dagblad-artikelen, die ge durende de zomermaanden over de ministeriele crisis zijn verscheneneen zeer oppervlakkig geredekavel over de vraagof het tegenwoordig Ministerie niet had behooren weg te blijven en of zijne optreding is ge- regtvaardigd. De heeren leden der Tweede Kamer, die zich daarover zoo warm hebben gemaaktzagen geheel voorbijdat die vraag op dezen oogenblik voor geene beantwoording vatbaar is. Geregtvaardigd is de optreding van dit Ministerie alleen danindien het zich voortvarend werkzaam en constitutioneel betoont. Men is in de afdeelingen der Tweede Kamer nog tot verschillende andere weidsche ontdekkingen gekomen. Men heeft er ontdektdat het eerste Ministerie Heems kerk een weinig constitutioneel Ministerie is geweest dat een cabinet d" affaires zich met geen affaires heeft te bemoeijendie van ingrijpenden aard zijndat de beginselen der Regering met die van de meerderheid der beide Kamers moeten overeenstemmen; dat drie liberale ministeriën achtereenvolgens zijn bezweken en dat dit gebeurd is «deels door de oppositie van minderheden, deels door gebrek aan innerlijke levens kracht." Ziedaar, tot welke gewigtige ontdekkingen de ernstige studiën onze afgevaardigden hebben geleid. Heeft de Tijd geen reden om van een stuk «van het hoogste géwicht" te spreken? Wij blijven met de Tijd ver schillen. Willen wij ruiterlijk zeggen hoe wij er over** denken Het gewigtige stuk vangt aan met de mede- deeling «Bij het begin van het onderzoek der Staats begrooting voor het dienstjaar 1875 werdenin vier afdeelingenbeschouwingen van staatkundigen aard in het midden gebragt.'» Welnu ons komt het, onder verbetering, voor, dat. de vijfde afdeeling gelijk had, die zich met geene beschouwingen van staatkundigen aard bemoeide. Zelfs zijdie over het Ministerie nog het best oor deelden maakten toch nog eenige reserves: Toege geven, dat het minstens twijfelachtig is" zeiden zij «of eene zoo wenschelijke stabiliteit thans is verkregen." Hóe hebben wij het nu Stabiliteit ontbrak onder de drie liberale kabinettendie achtereenvolgens bezweken zijnstabiliteit zóó wenschelijk is ook thans niet verkregen. Wanneer zal dé zoo wénschelijke stabiliteit dan eindelijk eens verkregen worden Zou de Kamer niet diteenvoudig antwoord hebben kunnen geven Wanneer wij ons wat minder met politiek en wat meer met de zaken zelve wilden bemoeijen." Gemis van stabiliteit mag aan eene Regering niet verweten worden wanneer de Tweede Kamer niets anders doet dan die stabiliteit te ondermijnen. i Van de vijf afdeelingen was er ééne bijzonder praat ziek. «In ééne afdeeling! sloot zich aan de medege deelde gedachtenwisseling eene andere dan over den staatkundigen toestand des lands. Deze isniemand sprak het tegen niet gezond. Het behoort tot de roe ping der Vertegenwoordiging met de RegeeriDgiu debat te treden overdeoorzaak van het ongunstig verschijnsel." Zonderlinge opvatting van de roeping der Volksver tegenwoordiging Nadat twee jaren verloopen zijn zonder dat op parlementair gebied iets groots is tot stand- gebragtzou böt' nu de roeping der Vertegen woordiging zijn te debatteren Neen dan hebben wij eene andere opvatting van die roepingwij zouden meenendat nu juist de tijd gekomen is om met het debatteren op te houden Van de tien ledendie ver moedelijk in deze afdeeling met elkander »van gedachten wisseldenwas er waarschijnlijk ééndie tot de ont dekking was gekomen: onze staatkundige toestand is niet gezond." En nu wordt in het Verslag geboek staafd «niemand spralc het tégen." En nu kómt de Tijd ons verhalendat een staatstuk verschenen is «van het hoogste gowigt." Meent misschien iemand dat die gedachtenwisseling in de afdeelingen der Kamer aan oppervlakkigheid lijdt, dat men daar slechts keuvelt om te keuvelen? Aanstonds zal hij worden beschaamd gemaaktwan neer wij de diepzinnige gedachten peilen welke in deze ééne afdeeling gewisseld zijn. Men dèbatteerde dóór over niets meer of minder dan over de oorzaak van het ongunstig verschijnsel." Dit belooft ons een diepzinnig onderzoek. Mén spoort geeneoorzaken van eene kwaal op of men dringt tot den bodem door. Laat ons zien wie de schuld heeft van onze politieke ongezondheid volgens ééne afdeeling in de Tweede Kamer Waaraan ligt dp-schuld? »Aan de natie"* gaven sommigen tén antwoord, «de Vertegenwoordiging met hare vérdeeldheid in kleinere groepenmet haar gemis aan krachtige levensuiting is eene getrouwe afspiegeling der natie." Met andere wóórdenomdat er te veel individualisme heerscht in: de natie, moet er ook te veel individualisme bestaan in de Vertegenwoordiging. Wat is die stelling anders dan een paradox De Vertegenwoordiging wordt niet door de natiemaar door een deel der natie gekozen. Dit vooreerst. Ten anderede Vertegenwoordiging is niet geroepen om al die questiën te beoordeelen welke dé natie verdeeld houdenmaar behoeft zich enkel met staatkundige vraagstukken in te laten. En nu vragen wijwat behoeft de Vertegenwoordiging te beletten daaromtrent tot eenstemmigheid te komen al is de natie daarover verdeeld? Zij zijn de uitver korenen zij zijn verkozenomdat zij in kennis en schranderheidin helderheid van oordeel boven het meerendeel uitmuntenen kunnen zij dit nietdan blijkt daaruit alleendat zij niet voldeden aan de verwachtingdie van hen werd gekoesterddat zij die geroepen waren zelfstandig en zaakkundig te be slissen en met elkander tot overeenstemming te komen daaraan niet beantwoorden. Juist, omdat er zooveel verdeeldheid bij de natie heerschtis het hunne taak te beslissen. Maar do diepzinnige redenering is nog niet afgeloopen. De natie heeft schuld, maar niet alleen de natie. «Voeg daarbij den verslappenden invloed van den rijkdom en vooral van den overvloed in onze staatskaswelke toelaat aan te dringen op allerlei uitgaven tegenover welke geene nieuwe lasten behoeven te worden opge legd." Daarom moet het ongezonde van den toestand worden toegeschreven. «De rijkdom verslaptIs dat waar, dan behoeven wij ons verder niet meer te verheugen over de toeneming der stoffelijke welvaart, of aan de verhooging dier welvaart onze zorgen te wijden»De rijkdom verslapt:" het staat in een offi cieel staatsstukNu weten de kiezers wie zij voortaan naar de Tweede Kamer hebben af te vaardigen liefst burgerjongens, boerenzonen, want rijkdom verslapt natuurlijk ook den geest. «De overvloed in onze staatskas." En de Minister van Finantien heeft batige sloten van vroegere jaren noodig om het te kort te dekkenDe overvloed in onze staatskas zou ons poli tiek ongezond maken! Vreemde redenering! Stuitte vroeger niet iedere aandrang op grootsche ondernemin gen af op schaarschte in onze staatskasDat was vroeger het doodend argumentNu hebben wij over vloed nu kunnen wij een deel der Zuiderzee droog- malen, nu kunnen wij spoorwegen subsidiëeren, rivieren verbeterenenomdat wij nu geld hebbenmoeten wij politiek ziek worden. Vreemd, dat juist het tijdperk onzer vroegere amortisation zamentreft met dat onzer politieke gezondheid Wij zijn nog niet ten einde. De hoofdfout is deze: «Bij formatie van kabinetten wordt niet aan de be kwaamste leden der richting waaruit het bewind gekozen wordt, eene plaats aangewezen." Dit is van het hoogste gewicht. Let wel«Die eisch is in dén laatsten tijd men zou haast zeggen ook bij de zamenstelling van het tegenwoordig ministerieniet betrachten in de miskenning van dien eisch ligt, volgens dit gevoelen, meer dan in iets anders de oorzaak van den minder gelukkigen gang van zaken in ons land." Doen wij in de eerste plaats opmerken, dat hieraan in geen geval de natie schuld heeft. De overvloed in onze staatskas is nog een gevolg hiervandat de natie goedwillig is belastingen te betalen. Trouwenshare kwaadwilligheid zou niet straffeloos kunnen geschieden. Maar aan de benoeming der Ministers heeft de natie geene schuld. Deze grief treft de kroonen te ver wachten is hetdat de heer Jonckbloet bij de aanstaande begrootings-discussien met al de warmtedie hem pleegt te bezielendeze zijdelingache blaam op den Koning zal afweren. Maar wat is er nu van die stelselmatige wering van de bekwaamste leden eener partij Deze grief is in ieder geval zeer overdreven. Het kan zijn, dat, Voeger of latereen enkel bekwaam lid eener partij niet tot Minister werd verkozenmaar, alvorens daarvan een grief te maken, moet men weten wat den Koning weerhield. Als regel stellen wijdat de bekwaamste afgevaardigden gekozen worden tot Ministers. Jammer, dat bekwaamheid nog niet altijd geschiktheid in zich sluitDe allerbekwaamste kan onhandig zijn. Doch felukkigdat de natie zich dit niet heeft aan te trek en, en dat wij althans deze wijsheid van de Kamer hebben geleerd, volgens de Tijd eene hoogst gewigtige wijsheiddat onze politieke ziekelijkheid niet voort vloeit uit gemis van parlementair overlegmaar uit overmaat van denkbeelden bij de natie en overvloed van geld in de staatskas Nieuwstijdingen. 31 Oct. By Villa-Franca had een gevecht plaats met 12 bataljons Carlisten, onder bevel van Cucula, waarbij de Carlisten geslagen werden, en 120 dooden, vaandels en tal van krijgsgevangenen verloren. m Verleden Zondag-morgen had te Hurst een wan- hopig gevecht plaatstusschen een' dief en een 14jarig meisje. John Walwock en zijn huisgezin waren naar de kerk gegaan en hadden dit meisje met een klein kind alleen te huis gelaten. Toen zij naar de achter plaats ging om een tapijt te halen, kwam eensklaps een mandie zich onder het venster had verborgen op haar af, greep haar bij de keel en zwoer dat hij haar zou vermoorden, indien zij hem de plaats niet aanwees waar zich het geld bevond. Zij weigerde, waarop hij haar den keldertrap afwierp en een stool achterna smeet. Het meisje keerde terug en zag den booswicht naar de eerste verdieping gaan. Zij liep' hemhard schreeuwend, achterna en trok hem bij zijne kleêren achteruit'. De dief keerde zich om, sloeg haar met een vuistslag tegen den grónd en sleurde haar by de Jiaren over den vloer. Vervolgens nam hy een stox uit den gang en bragt haar nog twee slagen op het hoofd en verscheidene op den rug toe. Eindelijk drong hij haar tegen den muur van den gang en trapte en schopte haar vreesaelijk. Het meisje bleef echter voortschreeuwen en zich met eene onbeschrijfelijke krachtdadigheid verde digen. De booswicht f gedwongen het op te gevenwierp haar in eene kamer, waarvan hij de deur achter haar dichtsloot en verwijderde zich toen in allerijl zonder iets medegenomen te hebben. In de afgeloopen week is te Bellingsgateip Londende eerste steen gelegd voor eene overdekte vischmarktwelke eene oppervlakte zal hebben van 39,000 voet. De groote katoenspinnerij der heeren Abr. Haigh Son is Dingsdagavond te Over bij' Winsford in Engeland afgebrand. Het gebouw was zeven verdie pingen hoog en gaf werk aan ongeveer 600 arbeiders. Er waren slechts weinig personen in de fabriek toen de brand uitbarstte, doch niettemin hebben acht men- sohen het leveneer bij verloren. Kort nadat de brand uitbarstte, wierp eene vrouw hare twee kinderen uit de zesde verdieping, daar de trappen verbrand waren. Het eerste kind werd niet opgevangen en viel te pletter. Het tweede kwam in een diépe vergaarbak voor regen water téregt, en werd gered. De moeder wierp bierop zichzelve naar omlaag, doch haar hoofd kwam in aan raking met den muur en zij werd gedood. Eène andere vrouw bleef by het uitspringen uit een venster met haar voeten en kleeding aan iets haken. Zij hing met haaf hoofd omlaag in de vlammen. Haar hartver scheurend gillen werd eenigen tijd gehoordtoen stortte het verbrande venster ineen en viel het verkoolde lijk der ongelukkige op straat. Twee mannen van de brandweer, die haar trachtten te' redden kwamen om m de vlammen. Acht lijken zyn reeds gevonden in de bouvry^llen. De schade wordt op 1,800,000 herekónd. JFirawftrijlb lil 1872 werden te Parijs 274,197 kilogram oesters inge voerd, uitmakende ongeveer 13 millioen stuks; het volgende jaar steeg dat getal tot oogeveer 14,600,000 stuks. Volgens een nieuw tarief, waarbij de oesters in drie klassen worden ver deeld, berokeut men dat Parijs aan inkomend regt alleen op dat weeldeartikel ruim 200,000 fr. per jaBr zal ontvangen. Zondag-avond had te Braine le Comte een treurig voorval plaats. Twee dochters van wijlen den notaris Saillez twamen te huis van een bal. Een der meisjes wierp een lamp, die beneden aan den trap stond, met haar kleed omver en stond onmiddelyk in vlam. Haar zuster wilde die blusschen, doch ook haar kleederen vlogen in brand. Onder vreeselijke kreten wentelden de meisjes zich over den grond. Door hun angstgeschrei werd haar broeder gewekt; hij wilde haar te hulp snellen, en viel daarbij van de trappen, waardoor hij zich ernstig bezeerde. Toen de moeder kwam, was alle hulp op redding verloren. Zij werd met brandwonden bedekt, maar kon de vlammen niet blusschen. Reeds den volgenden morgen overleed een van de meisjes, terwijl het andere in hopeloozen toestand verkeert. Eene jonge vrouw te Parijs, die een ongeoorloofde betrekking onderhield met haar oom, werd door haar man verrast op het oogenblik dat zij zich ten huize van den trouweloozen bloedverwant bevond. Toen de beleedigde echtgenoot aandrong om te worden binnen gelaten, stortte de vrouw zich uit een raam der derde verdieping op de straat, waar zy op de steenen ver pletterd werd. ©ttifsrWanfo. W urzburg, 30 Oct. Het proces tegen Kuilman die in den afgeloopen zomer een aanslag deed op het leven van prins Bismarck, is aangevangen. Een buiten gewoon groot publiek is tegenwoordig. De Voorzitter deelde mede dat volgens de adviezen der geneeskundigen over Kullman's geestvermogenszijn toestand van dien aard is, dat de misdaad hem slechts in beperkte mate toerekenbaar is. Hy heeft verklaarddat hij het vaste voornemen had gehad om prins Bismarck te vermoordendat hij hem op 't hoofd heeft gemikt en het hem speet hem niet te hebben gedood. Hij verklaart ook nog een percussiedopje bij de hand te hebben gehouden, voor het geval dat het pistool mogt weigeren. Hij had zich den moord zoo vast voorgenomendat hij. het schot zou hebben gedaan, ook al had er een gendarme naast hem gestaan. Of men hem nu wil opsluiten, dan wel »een kop kleiner maken" is hem totaal onver schillig. Hij houdt vol, dat hij geen medepligtigen heeft, ook door niemand tot de daad ia aangespoord, en hij die om geen andere redenen had ondernomen dan wegens de uitvaardiging der kerkelijke politieke wetten en de vervolging tegen de bisschoppen. Hy gevoelt jegens Bismarck geen persoonlijken, maar enkel politieken haat, onder andere ook omdat Bismarck in den Rijksdag de ultramontaansche party had voorgesteld als vijandig tegen het Rijk. Kuilman is heden tot 14 jaren tuchthuisstraf ver oordeeld. Hij heeft voorts zijne burgerschapsregten verbeurd en zal gedurende den tijd van 10 jaren, na afloop van zyn straftijd, onder toezigt der politie staan. Het Openbaar Ministerie had eene tuchthuisstraf van 15 jaren geëischt. Kuilman is thans 21 jaar oud. Zijne houding was en bleef steeds dezelfde, be daard en betrekkelijk waardig. Uitdrukkelijk heeft hy verklaard, dat noch de geestelykheid, noch zijn verkeer in de Katholieke Gezellen-Vereeniging hem tot de daad hadden gebragt. Door Kullman's advocaat, die tot vryspraak conclu deerde, is in 't midden gebragt dat de beschuldigde door het kerkelijk conflict, de Meiwetten en zijn lid maatschap der Katholieke gezellen-vereeniging in een toestand van geestdrijverij was geraakt, waarin zyn daad niet toerekenbaar was. Dezer dagen ontsnapte te Brunn een tijger uit de tent eener reizende menagerie, welke thans aldaar op het Radnitsplein is opgeslagen. Het dier vatte een man onverhoeds bij hoofd en schouders en wierp hem ter aarde. De ongelukkige zou waarschijnlijk een prooi van zijn bespringer zyn geworden, dewijl hij zich volstrekt niet kon verdedigen. Dewijl hét onheil voorviel op een marktdag, waren vele toeschouwers tegenwoordig, maar de eenige, die .toeschoten om dén man te helpen, waren groentevrouwen. Zij trokken den tijger bij zijn staart, sleurden hem een eind voort en sloegen behendig een ledige kist over hem heen, waarin zij hem met inspan ning van alle krachten gevangen [hieldentotdat do eigenaar met personeel kwam opdagen. De klaauwen van het roofdier hebben diepe wonden by den onge lukkige achtergelaten. Een kunstbloemen-fabrikant te Weenen vergiftig de Dingsdag avond zich zelf, zyn vrouw en zyn twee kinderen door Cyankali. Wanhoop over den slechten stand zijner zaken was de oorzaak van dit vreesselyk besluit. De ongelukkige stond bekend als een eerlijk en ijverig koopman. Men vond een stuk papier waarin hij zyn nalatenschap tot voldoening van 't achterstallig loon aan zyn knechts en verder aan zijn schuldeischers bestemde. Leeuwarden, 27 Oct. In de maand Augustus dezes jaars raakte een heer uit deze stad verzeild in een nachthuis, welks bewoonster sinds lang als zeer slecht bekend stond, Op gewelddadige wijze 'vyerd den bezoeker zijn gouden horloge ontnomen; toch gelukte het der politie spoedig het géstolene weder in handen te krijgen, en werd tegen de bewoonster regtsingang verleend, gelijk mede tegen nog eene vrouw en twee mannen, verdacht van medepligtigheid, door het ge- stolene, des bewust aan te nemen en té verbergen. In de vorige week stonden deze vier personen deswege voor het hof in Friesland te regt, en luidde het requi sitoir van den adv.-generaal, veroordeeling tot eene tuchthuisstraf van 515 jaren voor ieder der beschul digden. Gisteren deed het Hof uitspraak, en werden veroordeeld: de beide vrouwen en één der mannen ieder tot 5 jaren tuchthuisstraf en de vierde beschul digde tot 8 maanden correctionele gevangenisstraf, in eenzame opsluiting te ondergaan. Eene der vrouwen, de wed. ET. de V., oud 57 jaar, heeft zich echter aan de uitvoering van het vonnis onttrokkenheden morgen vond men haar lijk in de stadsgracht. Blankenham29 Oct. Eergisteren had hier een treffende gebeurtenis plaats. Een jongeling toch van ongeveer 20 jarende eénigè zoontevens het eenige kind van een onzer meest geachte en welva rendste ingezetenen, hacl het ongeluk van een liooimyt te vallen, ten gevolge waarvan hij dadelijk sprakeloos was en reeds heden nacht is overleden. TTtreclit28 Oct. Bij den Raad is ingekomen eene voordragt van B. en W., betreffende de bank van leening. De controlour der bank en de commissie van financiën en later, op haar advies, ook de verschillende armbesturen in deze gemeente, zyn gehoord over de vraag, of opheffing der bank van leening wénschelyk is. De gevoelens waren daarover verdeeld. De vermin dering van het gebruikdat van de bank gemaakt wordtis o. a. toe te schrijven aan het bestaan van andere inrigtingen, waar niet zoo hooge rente geheven wordt, dat zij onder de clandestine zyn te rekenen. De meerderheid der commissie van financiën was van ge voelen, dat deze overweging evenwel niet tot opheffing der bank moest leiden, omdat dan de behoeftige inge zetenen ter voorziening in hunne werkelyke of ver meende behoefte aan krediet, in handen zouden vallen van clandestine inrigtingenwaar woekerrente zou moeten worden betaald. Daar de meerderheid echter den ongunstigen toestand meende te moeten toeschrijven aan het gemis eener goede wetgeving op dit punt wilde zij bij adres aan de hooge Regering op verbete ring aandringen. B. en W. hebben zich met het advies der meerderheid vereenigd en in dien geest eene voor dracht aan den Raad gedaan. Gravenhage29 Oct. De Raad van State (afdeeling voor de geschillen van bestuur) hield gisteren een openbare vergadering, waarin o, a. ingekomen is een koninklijk besluit;: tot handhaving van het besluit van Gedeputeerde Staten van Zeeland van 19 Junij 1874, waarbij de goed keuring is onthouden aan een besluit' van den Gemeente raad van IJzendijke, tot het aangaan van een geldleening van ƒ31,000, met de Maatschappij van Grondcrediet te Amsterdam. In de afdeelingen der Tweede Kamer is een be rekening gemaakt gegrond op de tegenwoordige heursnoteering der Spaansche fondsen en van een groot aantal Amerikaansche spoorweg-valeurs dat het na tionaal vermogen tengevolge van de gestaakte rente betaling der Spaansche effecten en de daling der Amerikaansche spoorwegwaarden, gedurende het laatste jaar, een verlies heeft geleden van niet minder dan vijfhonderd millioen gulden. Middel burg131 Oct. Het prov. geregtshof in Zeeland heeft heden uitspraak gedaan in de zaak van M. Rinkier, gewezen "boekhouder in de bank van leening te Zierikzeebeschuldigd van1°. het als ambtenaar in "de verrigtingen tot zijn post behoorende begaan van twee valschhedendoor onder3chuiving van valsche personen in actenen daarin valsche feiten als waar uit te maken en het desbewust gebruik maken van die valsche stukken2°. knevelarij, door als ambtenaar te vorderen en te ontvangen hetgeen hij wist het ver schuldigde te huiten te gaan; 3°. moedwillige brand stichting, waarbij te voorzien was dat eenig menschen- leven in gevaar was kunnen gebragt worden4°. het opzettelijk verbranden en vernielen van een acte van het openbaar gezag; 5°. het als openhaar bewaarder verduisteren en aan hunne bestemming onttrekken van gelden tot een bedrag van minder dan 3000 franken en beneden de bepalingen van art. 170 van het wet boek van strafregt; 6°. het als ambtenaar hy eene stedelijke bank van leening niet houden van boek, als de reglementen vereischenhoudende achtereen en zonder eenig wit tusschenbeide of eenige tusschenregel, de ter leen verstrekte zaken en de namen der leeners. By een uitvoerig gemotiveerd arrest heeft het Hof, na het hooren der getuigenissen en het in verband brengen van verschillende omstandigheden, wettig be wezen aangenomen de punten 14 en 6, hierboven omschreven, en den beklaagde, op grond van verschil lende toepasselijke wetsbepalingen, veroordeeld tot eene tuchthuisstraf voor den tijd van 6 jaren, alsmede in drie geldboeten elk van ƒ50 en eene geldboete van ƒ1, desnoods bij lijfdwang tè verhalen, alsmede in de kosten van het geding. Het Hof heeft den beschuldigde vrijgesproken van valschheid inhet register der verkochte panden en van het verduisteren van gelden. 2 Nov. De veroordeelde is heden tegen boven- geméld vonnis in cassatie gekomen. Veere, 29 Oct. De verwarring in ons gemeente bestuur wordt hoe langer zoo grooter. Thans heeft ook de heer H. C. Buth 'zyn ontslag ingediend als lid van den gemeenteraad. Goes, 31 Oct. Op eene vergadering van dit de partement der Maatschappij tot Nut van 't algemeen, welke „Donderdagavond in de concertzaal alhier werd gehouden, zyn acht door het hoofdbestuur dier maat- schappij toegekende medailles voor 25jarige getrouwe pligtsvervulling in dezelfde zaak en voor eenige toe wijding aan de belangen hunner, meesters, uitgereikt aan A. van Offenbeek, J. Kopmels, T. van Veen, J. A. Groffen, C. Clement, M. Hoogesteger, W. Mijnsbergen en A. Brandt. De plegtigheia werd door voordragten van de alhier gevestigde muziek-Nen rederijkersveree- nigingen opgeluisterd, terwijl dó voorzitter de bekroon den in hartelijke bewoordingen met de hun te beurt gévallen onderscheiding geluk wénschte. Zierikzee, 31 Oct. In de gisteren gehouden zitting van den gemeenteraad is o. a. ingekomen een verzoekschrift van J. A. Kwastom met 1 Nov. a. s. te worden ontslagen uit zijne betrekking van muziek meester en kapelmeester van het muziekkorps der dd. schutterij benevens een verzoekschrift van D. H. Ezerman, om tot gemelde betrekkingen te worden benoemd, hetwelk gesteld is in handen van Burge meester en Wethouders. Op het verzoek van drie hulponderwijzers om ver hooging hunner jaarwedde is afwijzend beschikt. Aangenomen is een voorstel van den heer Koole en drie andere raadsleden om het schoolgeld voor het bijwonen der lessen in enkele vakken aan de Hoogere Burgerschoolwaar nu voor elk vak 10 wordt be taaldte stellen op hoogstens 40, zijnde het bedrag van het schoolgeld voor volledig onderwys. Mede is aangenomen een voorstel der schoolcom missie om het schoolgeld op de school voor gewoon- en meer uitgebreid lager onderwys te bepalenvoor 1 leerling op ƒ30, voor 2 of meer uit hetzelfde gezin op ƒ25 en voor 3 of meer op ƒ20 's jaars. Daarna werd de begrooting voor 1875 vastgesteld, in ontvang én uitgaaf op ƒ128,429,79. Bij de behandeling dier begrooting is o. a. bepaald dat de jaarwedde der gemeente-vroedvrouw tijdelijk zal worden verhoogd van ƒ200 op ƒ250; terwijl het voorstel tot vergrooting der armenschoolwaarvan de kosten geraamd zijn op ƒ6000ie, aangenomen. Kerknieuws. De cand. J. G. Bruiningberoepen te Oosterland ontving ook toezegging van beroep naar Nieuw- Beijérland en heeft bereids bedankt voor aanzoeken naar Noorden en naar Eemnes-binnen. Gemengde berigten. Do veldwachter te H, wordt aangeradengeen dienstmeid meer uit to 9chelden danr hjj anders zelf zal uitgescholden worden door al de meiden van het dorp. Deu burgemeester zal er vooraf kennis van gegeven worden, en verlof gevraagd worden om hem vau het dorp te jagen. Eenu dame te O........ móest zoo niet van het eene huisgezin in het andero praten, dat maar verdeeldheid geeft onder rustige burgers. Ook moest zij van een bakker, waar niets van te zeggen valt,

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1874 | | pagina 1