ZIERIKZEESCHE Mi l SIIOIH.
No. 54L55.
5lsteJaarg.
Donderdag 5 September 1874.
Men abonneert zich:
In Nederland bij de Uitgevers
DE LOOZE WAALE,
Hoek van de Schuithaven, B, No. 94,
en bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
In Noord-Amerika bij J. QUINTUS, te Grand Rapids, en bij A. van NIMWEGEN te Paterson.
Abonnements-Prys:
Voor 8 maanden1,30.
Franco per post, in Nederland- 1,60.
Voor Noord-Amerika, franco p. post - 2,50.
V" erschyut:
Dingsdag, Donderdag en Zaturdag.
Ad verteutiên:
10 cent per gewone regel.
GROOTE LETTERS worden naar plaatsruimte berekend.
Dienstaanvragen 30 cent h contant en franco aan het Bureau
De inzending der Advertentiën kan geschieden
Maandag, Woensdag en Vrijdag, uiterlijk tot des voormiddags 10 ure.
Ongefrankeerde brieven worden
niet aangenomen.
Door het POSTKANTOOR te ZIERIKZEEzyn
gedurende de 2de helft der maand July 1874, de
navolgende brieven verzondengeadresseerd aan per
sonen wier namen op het adres vermeldter plaatse
van bestemming onbekend zijnals
Mej. J. SCHULLING te Rotterdam.
VAN HET HULPKANTOOR BROUWERSHAVEN
J. DE JONG te Rotterdam.
J. KROMMEICH Vlissingp.n.
VAN HET HULPKANTOOR OUWERKERK
K. VERMEULE te Harderwijk.
Bekendmaking.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zie-
nkzee brengen ter kennis van de ingezetenendat
door den Raad dezer gemeentein zijne op den
31 Augustus jl. gehouden Vergaderingis benoemd tot
LID DER COMMISSIE VOOR DE FABRICAGE:
.cl© lieer K. li O O L E.
Zierikzee den 2 September 1874. 1
De Burgemeester en Wethouders
v. CITTERS.
De Secretaris,
J. P. N. ERMERINS.
Nieuwstijdingen.
Volgens den Petit Moniteur is Jhet onderzoek
aangaande de ontvlugting van Bazaine afgeloopen en
heeft generaal Lewal zijn rapport aan de Ministers van
Oorlogvan Binnenlandsche Zaken en van Justitie
zoomede aan den procureur generaal bij het Hof van
appèl te Ais toegezonden. Dit stuk komt tot de con
clusie, dat een gedeelte van het civiel personeel, hetwelk
met de bewaking van Bazaine belast was, medepligtig
is aan de ontvlugting. Eén militair, een schildwacht,
was nalatig in het vervullen van zijn pligt, aangezien
hy op het oogenblik van Bazaine's ontvlugting niet
op zijn post was. Het rapport concludeert om dien
soldaat voor een krijgsraad te brengen. Voor het
overige rust op geen der officieren en soldaten van de
bezetting op Sainte Marguerite eenige verdenking.
De kolonel Villette (hij is sinds geruimen tijd uit
den militairen dienst ontslagen) wordt als een der hoofd
schuldigen beschouwd, en het rapport stelt voor hem,
even als de anderen verdachten, voor het Hof van
assises van de Maritieme Alpen te brengen.
Smitsthlauh.
Een appelboom in den riddergoedstuin te Stolpe
in Pommeren (zoo lezen wij in het Rein. Wochenschrift
van 17 July 11.) heeft niet minder dan 47 scheffel appeis,
goede «Sommer-Verdorfer" opgeleverd. En daar 1 schef
fel gelijk bijna 55 kop is, gaf deze boom 2585 kop of
meer dan 253/4 mud appels. Nu is die boom zóó groot,
dat elke hoofdtak een statigen boom zou kunnen uit
maken; zelfs Alexander van Humboldt schonk er al
zijne aandacht aan en achtte hem eene afbeelding waard.
De ouderdom van dezen kolossalen boom, die nog
volmaakt gezond is, is niet juist bekend, maar bedraagt
toch minstens meer dan 200 jaren, iets wa.t by vrucht-
boomen zelden voorkomt.
Groningen29 Aug. Eergisteren vervoegde
zich in een schoenwinkel alhier een manspersoon met
de boodschap, dat aan een heer, wonende in dezelfde
straat, te half twaalf uur eenige heeren-schoenen op
keur móesten worden gezonden, waarop te twaalf uur
antwoord moest worden gehaald. De winkelier bragt
zelf zeven paar schoenen op den bepaalden tijd aan
het opgegeven adresen daar noch mevrouw noch de
meid iets van de bestelling wist en de heer niet te
huis waswerden de schoenen aangenomenwaarna
de winkelier op den bepaalden tijd terugkwam om
bescheid te halen.
Tot zyne niet geringe verwondering kreeg hy ten
antwoord, dat ze reeds allen door een man waren
Het vermoeden viel terstond op den persoondie
de schoenen besteld had, en de aangifte by de politie
leidde tot de ontdekking, dat reeds drie paar in de
bank van leening waren verzet, waar ze in beslag
werden genomen.
Naar men verneemt, moet de policie reeds den ge-
waanden boodachaplooper op hét spoor zijn.
Legerplaats bij Milligen 30 Aug. De
godsdienstoefening voor de hervormde militairen werd
heden geleid door Ds. van Walsem, predikant te Alfen
a/d Rijn, die tot tekst gekozen had I Corinthen VI 20.
Daarna hielden de troepen, als naar gewoonte, groote
parade, waarbij een officier het ongeluk had, van zyn
paard te stortten en zich eenigzins aan den schouder
te kneuzen. Het getal bezoekers was ditmaal zeer groot.
Ook de echtgenooté van den opperbevelhebber was over
gekomen. Morgen weder manoeuvres in het vuur. De
majoor intendant de Groot is benoemd tot luitenant
kolonel. Volgens een algemeen verspreid gerucht, zou
Z. M. de Koning den 5den Sept. op het Loo komen
en dan ook het Kamp bezoeken. De gezondheidstoestand
der troepen blijft zeer gunstig, dagelijks vermindert het
getal zieken in de ambulance. Gisteren is het eerste
sterfgeval voorgekomeneen huzaar overleed aan eene
hersenziekte.
Lilund Tiexi gemeten, 28 Aug. Klaagt
men op verscheidene plaatsendat de uitkomst der
aardappelen, dit jaar, wegens langdurige droogte en
buitengewone warmte niet groot isals zijnde de knol
niet goed uitgegroeid van hier kan het tegendeel ge
meld worden. Bij dén bedrijfböër J. Schutter is deze
week een stuk land ter groote van pl. minus 2 H. A.,
waarop Engelsche jammen stonden, gedolven, waarvan
de opbrengst 300 H. L. per H. A. is. Men heeft, als
bijzonderheid, eenige dezer aardappelen gewogen, waarbij
er waren die de buitengewone zwaarte hadden van
9l/a H. G.
Maastricht, 30 Aug. Men zal zich herinneren
dat in het begin van dit jaar melding is gemaakt
van een dubbelen moord, onder de gemeente Vaals op
de reeds bejaarde echtelieden S. gepleegd. De gruwe
lijke misdaad scheen tot aanleidende oorzaak diefstal
?ehad te hebben; althans eene vrij beduidende som
ruisisch geld, aan de echtelieden toebehoorende, was
verdwenen. Als vermoedelijke dader werd aangewezen
een knecht, die geruimen tijd by de verslagenen in
dienst was geweest en op aen clag van den moord
geheel onverwacht zijn dienst verlaten had en naar zijn
geboorteland (Pruissen) was wedergekeerd. Blijkens
telegrafisch berigt is het de Pruisische politie eindelijk
gelukt dien persoon aan te houden, en wel teDussel-
dorf. Door de Pruisische justitie is reeds aan den
procureur-generaal in Limburg aanvrage gedaan om
overlegging van voorloopige getuigenissen en bewijs
stukken.
Mi«ltlelï>tirg'31 Aug. In den laatsten tijd
wordt onze stad, en ook een aantal andere plaatsen in
Zeeland, herhaaldelijk bezocht door monitors, ram-moni-
tors en hoe die monsters meer mogen heeten. Zij komen
om manschappen te werven voor de marine, maar slagen
in dat doel volstrekt niet, zoodat in dit opzigt hun
togten wel grootendeels nutteloos zullen zijn.
Z. M. heeft benoemd tot leeraar aan de Hoogere
Burgerschool alhier, de tijdelijke leeraars J. Broekema
en A. J. G. Paardekooper.
1 Sept. Heden morgen is te Vlissingen gearriveerd
het aldaar verwacht wordend stoomschip Tromp, be
stemd om aldaar lading in te nemen voor Java.
fNienw- ©n St.-Joostlantl2 Sept. In
den afgeloopen nacht is de korenmolen in deze gemeente
totaal afgebrand. Men vermoedt dat de bliksem in
dezelve geslagen is. Ruim honderd mudden graan zyn
vernield.
Goes, 31 Aug. 'tis kermis. Voor sommigen eene
groote ergernis, voor anderen een tijd van genot. Of
dat genot nu werkelijk zoo groot is zullen wij daar
laten. Er i9 ten minste niet veel bizonders te zien.
Maar ook de ergernis heeft geen redelijken grond. Het
volk wil een tijd van uitspanning en heeft daaraan
behoefte. En nu zou het zeker wenschelijk zijndat
het vermaak wat edeler en reiner was, maar zoolang
men het niet daarhenen wendt, om wat beters in de
plaats te geven, zoolang zullen de kruistochten tegen
het jaarlijks wederkeerend vermaak weinig baten. Eene
misschien zeer welgemeende poging heeft ook al weder
schipbreuk geleden. Reeds is het heinde en verre ver
meld dat de mannen van de bijbelkraam weinig succes
hebben gehad en zelfs aan smaad hebben blootgestaan.
Wij keuren het ten sterkste af, dat men hen bemoeilijkt
die met hunne koopwaar komen en meenen een uiterst
geschikt handelsartikel gevonden te hebben. Men mag
de vrijheid zijner medeburgers te dezen aanzien niet
belemmeren. Er is ook iets kinderachtigs in om de
tractaatjes te verscheuren en de gevers uit te jouwen.
Maar wij hebben hier dezelfde bedenking die wij vroe
ger tegen de geestelijke of kerkelijke kermissende
zoogenaamde zendingsfeesten, maakten. In dat plaatsen
van bijbelkramen ligt geen tegengif tegen de kermis
en het zijn slechts zeer enkelen, die er eenig nut van
trekken. Men moge zeggen: als er dan maar enkelen
gewonnen wordenmaar men vergete daarbij niet, dat
niet elk middel aan te prijzen isal is het doel ook
nog zoo goed. Er is hier eene noodelooze uitlokking tot
bespotting van hetgeen anderen eerwaardig is. De zaak
van den godsdienst, de belangstelling daarin, wordt er
niet door bevorderd en er zijn duizend andere en betere
gelegenheden om de menschen een goed woord in
handen te geven. Daarbij komt het ons voor, dat zij
die geschriftjes tegen de kermis schrijven, weinig tact
toonen om de menigte te winnen. Zeker doen zij het
niet langs den weg der zoekende liefdedaar zy met
vreesselijke bedreigingen zoeken te ontrusten. En zou
men het ook als christelijke deugd mogen aanzien
wanneer de schrik voor die bedreigingen van het ker-
misgenot onthouden deed, terwij] de lust er voor bleef
bestaan? Eene goede leiding van het volk, in overeen
stemming met het niet te miskennen menschelijk karak
ter, zou den levensernst kunnen winnen en op den duur
rijker vruchten afwerpen, dan de voorbijgaande indrukken
door de sprekers uit de bijbelkraam teweeggebracht. Om
den bijbel te verspreiden, als men die nog in meerdere
handen wenscht, is er wel geen kennis noodig.
Zierikzee, 2 Sept. Naar wij vernemen, heeft
Ds. H. AGillot, vroeger pred. alhier, thans te St. Peters
burg, eene gift van vijftig gulden geschonken aan de
vereeniging »het Kerkelijk Koor" alhier.
Benoemd tot hoofdonderwijzer aan de bijzondere
school te Bruinisse de heer N. J. Bastmeijer.
Men leest in het Vaderland:
Onverstandige ambtsijver van een rijksveldwachter
bragt de jfeheele bevolking van Bruinisse verleden
week in opschudding. Een kramer beweerde dat een
timmerman, die een koek by hem had geloot, twee stuks
boven zijn regtmatig eigendom had weggenomen. De
rijksveldwachter aarzelde geen oogenblik om zich als
regter op te werpen. Hij drong tegen den zin des
timmermans in de woning van dezen door, nam twee
der daar gevonden koeken""weg en bezorgde een kind
een stuip van angst en den vader bijna een toeval
van toorn. De laatste vloog op straat en riep de
hulp der voorbijgangers in. Spoedig waren honderde
varensgasten en arbeiders op de been en de rijksveld
wachter, ongenegen de koeken terug te geven, moest
ergens in huis vlugten. De bewoners evenwel wierpen
hem naar buiten, toen hij ook tegenover hen nog be
weren bleef in zyn regt te zijn, ofschoon zij hem aan
vankelijk vergund hadden zich daar in veiligheid te
stellen. Een gedeelte volks had de straat voor het tele
graaf bureel bezet om te voorkomen, dat naar Zierikzee
om hulp geseind werd. De grootste massa bleef op den
veldwachter wachten en deed hem door de'spitsroeden
loopen, toen hy weer buiten kwam. De gemeente-veld
wachter geraakte onder den voet, doch werd niet mis
handeld. Anders verging het den rijks-veldwachter, wien
'tten slotte gelukte naar het open veld te ontvlugten.
Men zegt dat door 't gemeentebestuur proces-verbaal
tegen hem opgemaakt is wegens verstoring der orde
en door den timmerman wegens 't bezigen van geweld
en 't nemen van zyn eigendom. De rijkspolitiedienaar
heeft alles vergeten, naar men zegt, en herinnert zich
zelfs niet klappen gehad te hebben.
Dat de aardappelteelt in Nederland een zeer be
langrijk deel van den bouwgrond inneemt kan het'
volgende bewijzen. In 1872 werden daarvoor niet minder
dan 126,449 van de 747,411 hectaren bouwgrond in
gebruik genomen. De opbrengst van dit gewas in dat
jaar wordt geraamd op 18,738,778 hectoliters, verte
genwoordigende, naar den gemiddelden marktprijs be
rekend, eene waarde van ƒ51,719,027.
Zeker is er veel omtrent het spoorwegongeluk
bij Warmond overdreven, maar toch komen er meer
feiten aan hét licht, die niet van algemeene bekendheid
zijn en toch van hoogst treurigen aard. De heer B.
uit Uitgeest meende aanvankelijk hoegenaamd geen
letsel bekomen te hebben, doch weinige dagen na het
ongeval kreeg hij bloedbraking zoodat zijn toestand niet
geheel buiten gevaar is. Een heer uit Haarlem dacht
slechts zeer weinig gekwetst te zijn, zoo zelfs dat hij
nog ijverig meegeholpen heeft, de verminkten op den
noodlottigen avond te helpen; later evenwel hebben
zich ijlende koortsen bij hem geopenbaard. Daaren
boven is zijn been zoozeer aangedaan, dat hij niet dan
met behulp van een stokje loopen kan. Een derde
eindelijkde heer v. d. W.huurkoetsiermede uit
Haarlem, die dacht slechts een lichte kneuzing aan
zijn been bekomen te hebben, heeft ook hevige bloed
braking gekregen en verkeert in zorgvolle omstandig
heden.
Nu eenmaal de lijkenverbranding eene vraag van
den dag geworden is, schijnen de gebeurtenissen van
onzen tijd zeiven mede te werken om de noodzake
lijkheid te doen inzien, dat men haar in de plaats stelle
van het begraven.
De pest, die thans in het Oosten is uitgebroken en
Europa bedreigt, is volgens het verslag der deskundigen,
die naar Afrika vertrokken zyn, om deze ziekte waar
te nemen, ontstaan uit de uitwasemingen van het
kerkhof te Merdji.
De inwoners namelijk begraven hunne dooden in het
zand ter diepte van slechts twee 9padesteken, en be
dekken hen daarna met stroo. Als het regent vullen
die graven zich met water, dat den volgenden dag reeds
door de zonnestralen geabsorbeerd wordt, doch reeds
een spoedig bederf veroorzaakt heeft, welks miasmen de
atmosfeer in zich opneemt.
's Winters wordt het kerkhof een meer gelijk. Het
water, dat er dan staat, wordt door de inwoners niet
alleen gebruikt, maar ook gedronken, trouwens alle
bronnen en wellen in Merdji worden door het kerkhof
water gevoed. Dat meer is de stookplaats van "de ziekte.
A T cTlTl N.
Een berigtgever der Londensche Times, zijnde «iemand,
die van de militaire autoriteiten te Batavia verlof ont
vangen heeft, om mede te gaan aan boord van eene
stoomboot, die troepen naar Atchin zou overbrengen",
heeft in July 11. uit den Kraton een langen brief aan
het genoemde blad geschreven, die in het nummer van
28 Augustus 11. opgenomen is en waarin eene uitvoerige
beschrijving gegeven wordt van het terrein, de vesting
werken enz. in het vijandelijke land. De berigtgever
klaagt er ter zeerste over, dat ter reede van Atchin
nog geen behoorlijk havenhoofd was aangelegd, vermits
in den slechten mousson het landen wegens de hevige
branding uiterst bezwaarlijk is, en hij eindigt zijn be
langrijk en aanschouwelijk schrijven, dat echter niet
veel meer dan bekende zaken inhoudt, met de volgende
opmerkingen»Toen in het laatst van April 11. besloten
werd, de hoofdmagt voor het volgende saisoen terug
te nemen, hebben de Nederlanders de posten, die zij
ten oosten der Atchin-rivier bezet hielden, laten varen.
Dit is voor de onverzettelijke Atchineezen onmiddellijk
het sein geweest, .om het onbezette grondgebied weder
te bezetten en er eene linie van forten aan te leggen
en thans pogen de Nederlanders het terrein te her
winnen, dat vóór drie maanden in hunne magt was.
Thans echter kost hun dit, uithoofde der nieuwe forten,
meer moeite dan de eerste maal.
»Ik begrijp volstrekt niet, op welken grond de Neder
landers den oorlog in April 11. voor «geëindigd" ver
klaard hebben, vermits de Atchineezen er nooit aan
gedacht hebben, zich te onderwerpen, en nog onbegrijpe
lijker is het, waarom zy een terrein, dat zij goed in hunne
magt hadden en dat zij zoo moeilijk hadden veroverd,
hebben laten varen. Ik spreek als niet-militair en voorts
als bijzonder persoon, zonder onder eenigen invloed van
personen of partijen te staanmaar ik moet zeggen, dat
ik de vroegere zoowel als de tegenwoordige handelwijs
der Nederlanders onverstandig acht. De generaal van
Swieten laat zich, geloof ik, door een gevoel van men-
schelykheid leiden en wil verzoenende maatregelen
beproeven, als een pijnstillend middel na de meer ge
welddadige manifestatiën van belegeringen en bestor
mingen. Zulk een stelsel moet tegenover Oostersche
volken in het algemeen en bepaaldelijk tegen een zoo
hardnekkigen en fauatieken troep als de Atchineezen,
noodzakelijk mislukken. Een volk, in welks taal geene
uitdrukking bestaat voor dankbaarheid, en dat zich
behelpt met te zeggen: »ik neem aan wat gij brengt",
schrijft natuurlijk alle verzoeningsgezinde stappen aan
vrees of onverstand toe en maakt er, in plaats van er
door getroffen te worden, eenvoudig gebruik van.
«Ik ben met zeer vele der officieren, die deel van
de expeditie uitmaken, in aanraking geweest; Neder
land kan voor zyne vertegenwoordigers geen bekwamer
of dapperder korps verlangenmaar die officieren heb
ben eene moeijelijke taak. De oorlog wordt veel te
langzaam en kleingeestig gevoerd, en de soldaten, die
niet volkomen op denzelfden trap staan met de Euro
peanen, worden vadzig uit gebrek aan bezigheid. Om
te slagen zou de eene slag den anderen moeten volgen,
en zou ieder voordeel door een nieuwen aanval gevolgd
moeten worden; maar thans verloopen somtijds één
of twee weken tusschen de operatiën. Men voert aan,
dat Nederlaud daartoe niet over genoeg kracht beschik
ken kan doch in dat geval ware het, mijns inziens,
beter, zich geheel van den strijd te onthouden, tot tyd
en wijle men de noodige magt verzamelen kan, om met
la-acht tegen de Atchineezen op te treden. Wekelijks
sterven vele manschappen in de hospitalen, die, indien
men hen toch verliezen moet, meer voordeel zouden
hebben aangebragt, indien zij in het veld waren ge
sneuveld. Indien de troepen beter gehuisvest en ge
voed waren, zou veel ziekte voorkomen kunnen worden.
Sneller handelen zou hieraan ook bevorderlijk zijn en
zou in elk geval den tijd, gedurende welken de man
schappen aan het klimaat blootgesteld worden, bekorten.
»Eene reeks van ernstige en snel elkaar opvolgende
nederlagen, gepaard met volkomen verwoesting van
eene groote streek lands en met handhaving eenex
krachtige blokkade, zou ongetwyfeld ten gevolge hebben,
dat de Atchineezen vredesvoorwaarden verzochten, en
hieruit zou een duurzame vrede kunnen voortkomen."
Gemengde berigten.
Twee jongens te Yerseke moesten zich schamen
om met twee meisjes te vechten omdat die niets van
hen wiilen weten. Zoo zullen zij zeker nooit hun doel
bereiken. Te Berlijn zal een congres van Duitscbe
bakkers gehouden worden, dat acht dagen zal duren.
Pri zal vooral gesproken worden over het loon der
knechts en den tijd van werken. Ook* zal er over de
broodsoorten gehandeld worden en hoe de prijzen te
regelen. Als de vrouw in de herberg te Ellew. op
haar geld moet passendan moet L. B. te E. wel de
eerste zijn die haar betaaldewant zij heeft al lang
op hem gewacht. Het past zoo iemand niet schuld bij
die vrouw te maken. Eene boerendienstmeid te Her-
kingen wordt aangeradenals het kermis is; haren
jongen wat beter te behandelenanders zal zij het er
zoo goed niet afbrengen als de vorige keer. Het is dan
ook maar een babbelaar en loopt soms uren ver om
nieuwtjes op te loopen. Eene meeldame te Middelh.
wordt aangeraden, zich zoo mooi niet op te schikken
met strikken en lintjes om zoodoende een metselaar
in de fuik te krijgenwant het is maar moeyelyk om
met onwillige honden hazen te vangen. In een
polder is onlangs eene dienstmeid getrouwd met een
boer, en nu is zij bepaald boerinmaar zy is niet wel
en de boer heeft niets te zeggen. De knechts eu meiden
krijgen geen eten en het brood is meest beschimmeld.
Spek en vleesch is afgeschaft, en de pap is meest water,
zoodat de boer weldra zonder werkvolk zal raken.
Op kermis-Zaturdag is het in den Doel te Rotterdam
al verward toegegaan, hoewel het er wemelde van
politie-agenten. Er lagen hoopen verbrijzelde stoelen
tafelsglazenflesschen en banken. Toen nu een agent
er een wilde inpakkenregende het vuistslagen van
heeren en dames op zijn hoofd. - Een winkelier te
R. adverteerde onlangs aldus «Het geachte publiek
wordt verzocht mij niet te verwarren met een anderen
windmaker, vlak tegenover mij." Te M. zit zeker
iemand te mopperenomdat zyn lief hem bedankt
heeft, en nu zingt hij van tijd tot tijd: «Wat kan
de koning daaraan doen." Te zingt een kenner
van honden en vrouwen dit versje. De man weet er
1 trouwens alles van:
»Waar werd oprechter trouw
Dan tusschen man en vrouw
Ter waereld ooit gevonden?
Ziedaar een vraag van hoog gewicht,
En echter valt het antwoord ligt,
Die vindt men by de honden 1"
Eene jonge dochter te den Bommel wordt aange
raden geen aanspraak te maken op den naam van een
fatsoenlijk meisje, want op de kermis is het gebleken
ij dat zy het niet is. Tot driemaal is zij in het bijzijn
van haar vrijer met een heerschap mede gegaan, die
geheel buiten haar rang en stand is. Dus wordt zulks
verwacht van een fatsoenlijk meisje Te Sint. staat
i ieder mensch verbaasd dat zeker persoon vergund is
om t'huis te wachten bij eene vrouwals de baas van
huis is. Als de haas van huis i9, moet er ook gehan-
I deld worden in het belang van de vrouw. Een
zaad-zifter te O. wil maar geen schuld betalen en zegt
»Het moet Goessche kermis worden en als ik alles
betaal dan kan ik niet goed Goessche kermis houden
en omdat goed te doen dat kost wat." Dus
't Is met hem ook zoo gesteld
Liever schuld als zonder geld,
j Dat al is 't geen kermis
Hier en daar al mode is.
Nog steeds worden de bakkers in Turkije die te
ligt brood verkoopenmet hunne ooren aan de post
der deur vastgespijkerd. Als deze methode in ons lieve
vaderland in praktijk werd gebrachtzou er zeker
eene hooge rijzing in de pryzen der spijkers komen.
Ingezonden stukken.
Op 1 November 1873 werd de pry's van het Gaz
tengevolge van de duurte der steenkolen verhoogd
van 14 tot 16 cent, per M3. Zyn wy wel ingeligt, dan
kostten de kolen den vorigen zomer aan de Gas-fahriek
ruim 40 °/0, zegge veertig percent, meer dan die welke nu
ontvangen worden.
De petroleum is ook uiterst goedkoop eu vindt, bij het
énorme prijsverschil tegenover het Gazmeer en meer
verbruikers.
Zou nu niet evenzeer het belang der Gaz-exploitatie
als dat der Gazverbruikers gediend worden met eene
prysyerZa^my van het Gaz, zooals wy gezien hebben,
dat reeds elders plaats had?
Zierikzee, 1 September. X.
Haagsche Brieven.
28 Aug. '74.
Kent gij, waarde lezer, den Circe-drankhet middel
om op eenmaal eene ruime Indische bijdrage te too-
veren? Daarvoor moet gij een boekhouder zyn. Geen
wetenschapzoo verhevenzoo diepzinnigal9 die
van het boekhouden, het dubbel boekhouden {la par tie
double). Trouwensin de politiek zyn er velendie
la par tie double verstaan; vooral de zoodanigedie met
het Ministerie en de oppositie gelykelijk heulendie
zich de vrienden van het Ministerie noemenmaar in
het geheim niets onbeproefd latenom het te doen
vallen. Dat zijn de dubbele boekhouders in de politiek.
Dart de grouper les chrffres mag aan geen staatsman
onbekend zijn. Sedert de Minister de Waal zich door
zijn «zedelijkheidsgevoel" liet leiden, is de jaarlijksche
bijdrage (van batig slot was geen sprake meer)op
10 millioen en eene breuk bepaald. Wel kon zijn systeem
eener vaste bydrage de goedkeuring der Wetgevende
Magt niet verwerven, maar wij hebben dan ook eene
onvaste in de theoriemaar eene vaste in de praktijk
gekregen. De onvastheid zit in de tonnende vastheid
in de millioenen. «En toch beweegt zij zich" zeide
Galilè'L «En toch is zij vast" zegt iedere opvolgende
Minister van Koloniëndoelende op de 10 millioen en
eene breuk. In vertrouwen geheel in vertrouwener
bestaat geen reden waarom ae bydrage voor 1875 geen
11 of 12 millioen, of misschien nog meer zou kunnen
zijn. Maar, ik deed het reeds in mijn vorigen brief
opmerkenIndie mag niet meer betalen aan het moe
derland dan de diensten, die het van het moederland
genietEn vermits nu die dienstenvolgens
deskundigen, ver beneden de 10 millioen zyn te schatten,
betaalt Indie ons jaarlyks nog eenige tonnen daaren
boven. Men moet diep in de politieke geheimen zijn