BIJVOEGSEL Zierikzeesclien Nieuwsbode van Zaturdag 18 Mei 1872. VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD behoorende bij den TI! Z I E R I li z E E, g-eliouden den 15 Mei Voorzitter mr; B. C. Cau. De notulen der vorige zitting zijn gelezen en goedgekeurd. De ingekomen jaarverslagen van de gemeenten Utrecht, Tiel, RotterdamSneek en Amersfoort zijn ter inzage gelegd van de leden, om later in het archief geplaatst te worden. Op verzoek van W. A. M. Kalkman wordt hem remissie verleend van den hoofdelijken omslag 'over 1871 over 7 maanden tot een bedrag van 4,22. De rekeningen over 1871 van liet harmoniegezelschap //Kunst en Eer", van de bank van leeningvan den straatweg tussclien Zierikzee en Brouwershaven en van het Evangelisch- Luthersch Armbestuur, alsmede de gewijzigde begrooting van het burgerweeshuis over 1871 zijn gesteld in handen eener commissie, tot leden waarvan de voorzitter benoemd de HH. Jhr. de Jonge, Labrijn en van der Yliet. De Raad besluit om van de onvoorziene uitgaven., begroe ting 1871, over te schrijven op hoofdstuk III afd. I art. 1 (onderhoud gemeente-werken) ƒ139,325. Aan P. Aalbregtse, pachter van de visscherij in de brakke gracht, wordt verleend remissie van pacht over 1871 tot een bedrag van 17,op grond dat in dat jaar nog garancine water in die gracht gevloeid is en hierop bij de gehouden verpachting niet gerekend is. Jhr. mr. Schorer verlaat de vergadering. De voorzitter stelt, namens B. en W. voor om ten behoeve der commissie voor de viering van het feest onzer onafhankelijk heid, te geven in Juli a.s., uit de gemeentekas eene som van ƒ500 beschikbaar te stellen. De giften, die de com missie heeft ontvangen, beloopen eene som van ruim 34-00, behalve nog 300 toegezegd door de sociëteit //Tot Nut en Genoegen." De raming der uitgaven is begroot op ongeveer ƒ1000 meer. De heer Zuurdeeg vraagt waaruit die 500 zullen gevon den worden. Nadat de voorzitter had gezegd dat ze moesten komen uit de onvoorziene uitgaven, vraagt de heer Zuurdeeg of de hoofdelijke omslag er niet door verhoogd zal wordenwaarop de voorzitter antwoordt dat dit in 1872 het geval niet zijn zal. De heer van der Grijp had gehoopt dat eene mindere som voorgesteld was geworden. Er is zooveel nuttigs en nood zakelijks te doen, dat hij het jammer vindt dat het noodige geld niet gekomen is uit den boezem der burgerij. Hij zal er daarom echter niet tegen stemmen. De voorzitter zegt dat B. en W. het hiermede volkomen eens zijn. Het was eigenaardiger geweest als het feest uit particuliere krachten gedekt had kunnen worden. Na de inlichtingen der commissie gehoord te hebben is het moeilijk om van wege de gemeente niets bijtedragen. Wel is het plan voor inkrimping vatbaar, maar de som, die spreker heeft voorgesteld, zal niet gemist kunnen Avorden. De heer Ivoole zegt dat ieder lid der vergadering wel gewenscht zal hebben dat' de hulp der gemeente niet noodig Avare geweest. Er is echter door de ingezetenen goed bij gedragen en liet is daarom wel wenschelijlc dat de gemeente iets doet. De hoofdelijke omslag zal daarvoor Avel geen ver hooging moeten ondergaan in dit jaar, maar later zal er toch zooveel minder overblijven', als nu gegeven wordt. De heer Zuurdeeg zou niet gaarne zien dat de hoofdelijke omslag hierdoor grooter moest worden. Dan zag hij liever, dat het bedrag genomen werd van de opbrengst der zelkasch. De voorzitter zegt dat het moeilijk is om die uitgaaf te voterenzonder dat men zeker is van de opbrengst van de zelkasch. De heer mr. Moolenburgh wijst er op dat, volgens den administrativen loop van zaken, eerst oij het maken der begrooting voor 1875, deze uitgaaf invloed kan hebben. Zonder hoofdelijke stemming is het voorstel aangenomen. De Raad besluit daarna van de om'oorziene uitgaven, begrooting 1872, overteschrijven op hoofdstuk YIII afd. IY art. 12 (kosten openbare vermakelijkheden) ƒ500. a De heer Jhr. mr. Schorer verschijnt weer ter vergadering. De voorzitter deelt mede dat de verpachting van de gras- aaiing van het geëffend Zuid Zeiketerrein heeft opgebracht ƒ32. Voor kennisgeving aangenomen. De heer mr. Fokker brengt, namens de daartoe benoemde commissie, rapport uit van haar onderzoek van de rekening van het pensioen- en weduwenfonds van gemeenteambtenaren over 1871. Zij bedraagt in ontvang 453,94 en in uitgaaf - 420,53 goed slot. 33,41 Het kapitaal ingeschreven op het 21/2 °/o grootboek der nationale schuld bedraagt 7300. De commissie adviseert tot goedkeuring. Alzoo besloten. Een toegezonden exemplaar van de Stoompostbevattende een artikel over den spoorweg RoozendaalZwaluwe, wordt ter inzage van de leden gelegd om later in de boekerij te worden opgenomen. De commissie in wier handen Avas gesteld een voorstel tot Avijziging van de verordening der plaatselijke commissie van toezicht voor het Middelbaar Onderwijs, adviseert, bij monde van den heer Mulock Houwer, gunstig over het voorstel om genoemde commissie samen te stellen uit 7 leden in plaats van 5en den diensttijd te bepalen op 7mede in plaats van op 5 jaren. De arfct. 1 en 3 dier verordening zijn dien overeenkomstig gewijzigd, zonder hoofdelijke stemming. De heer Mr. Moens brengt, namens de daartoe benoemde commissie, rapport uit over het voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot opheffing der tweede openbare school voor gewoon- en meer uitgebreid lager onderwijs. De commissie begint met hare bevreemding te kennen te geven, dat over het voorstel niet is gehoord den districts schoolopziener. De motieven voor het-voorstel van Burgemeester en, Wet houders, zijnde: 1°. het aanmerkelijk verminderen van het getal leerlingen op de eerste en tweede school voor gewoon- en meer uitge breid lager onderwijs, veroorzaakt: a. door het veranderen van het instituut 'voor meisjes in eene meisjesschool; b. het tot stand komen eener niet gesubsidieerde bijzondere school; 2°. het in gebruik nemen op 1 Januari IS71 van een nieuw locaal voor de openbare school voor minvermogenden, Avaardoor voor meer dan 100 leerlingen ruimte beschikbaar is, zoodat bij opheffing der tweede school voor gewoou- en meer uitgebreid lager onderwijs de leerlingen zouden kunnen worden geplaatst hetzij op de eerste school voor dat onder wijs hetzij op de school voor min verm ogend en 3°. het bestaan van een voldoend getal scholen voor de thans bestaande behoeften; worden door de 'commissie onderzocht. Ten aanzien van het eerste punt geeft zij als haar gevoelen te kennen dat door het tot stand komen der meisjesschool slechts weinig meisjes van de school van den onderwijzer Rensen zijn vertrokken, maar dat de oprichting der bijzondere school grooter invloed heeft gehad op het getal leerlingen der school van dien onderwijzer. Uit de vermindering van liet getal leerlingen mag echter niet worden afgeleid dat eene school overbodig is, te meer niet, omdat in casu die vermindering een gevolg is van de minder doelmatige wijze, waarop bedoelde school is ingericht, en omdat zonder groote geldelijke opofferingen die inrichting kan Avorden verbeterd en het getal scholieren daardoor weder kau toenemen. Het eerste motief van Burgemeester en Wethouders acht de commissie dus niet gegrond. Evenzoo oordeelt zij over het tweede motief en wel om deze redenDe openbare scholen zijn in deze gemeente zóó ingericht, dat er voor iedere klasse van ingezetenen, als het ware eene afzonderlijke school is aangewezen. De commissie betreurt dit, maar acht het toch onmogelijk hierin verandering te brengen. Nu die Avijze van inrichting eenmaal bestaat, mag zelfs wel worden toegezien, dat de verhouding waarin die scholen tot elkander staan niet uit elkander gerukt Avordt/ en hiervoor loopt men gevaar bip de opheffing der school van den onderwijzer Rénsen. Heft men die school op, dan moeten de leerlingen, als hunne ouders geen voorstanders zijn van het bijzonder onderwijs, of toch naar die school gezonden worden, Avant de school van den onderwijzer Bastmeijer en de meisjesschool zijn te duur voor de klasse der ingezetenen wier kinderen gaan op de school van den onderwijzer Rensen, of naar de school voor minvermogenden, doch, daar worden ze niet toegelaten, want zij zijn niet minvermogend. Deze zelfde bezwaren gelden ook voor het derde motief van Burgemeester en Wethouders. Het getal scholen is dan

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1872 | | pagina 3