/IllllkZHStlll NIEUWSBODE.
No. 5054. Zaturdag 16 Maart 1872. 28steJaarg-.
Eene interpellatie in de Tweede Kamer.
Oneindig meer van belang dan de interpellatie van
den heer Haffmans over den heer Haffmans (die alleen
bewees, dat cumulatie van betrekkingen altijd groot
bezwaar oplevert en dat zelfs de bekwaamste man niet
honderd betrekkingen te gelijk met evenveel zorg en
yver kan waarnemen), was do interpellatie, die in
de zitting van Maandag jl. in de Tweede Kamer werd
gevoerd over de opiumpacht in Nederlandsch Indie.
Wat de jenever is voor de vadzige bevolking van
Nederland is de opium voor de trage en loonie be
volking van Nederlandsch Indie een invretende kanker
een langzaam werkend vergifeen zeker middel van
zedebederf en geestverslapping. En even als het jenever-
verbruik in Nederland op noodlottige wijze toeneemt
even schrikbarend vermenigvuldigt zich het opium
verbruik in Nederlandsch Indie.
Op welke wijze dit kwaad te keer te gaan Natuurlijk
door zooveel mogelijk dat verbruik te beperkenden
pijja van het voorwerp van verbruik zoo hoog mogelijk
te stellen. Van daar de invoering, onder het bestuur
van den Gouverneur-Generaal Pahud, van de opium
pacht waarmede men zich tweeërlei doel voor oogen
stelde vooreerst beperking van het verbruik door kunst
matige opdrijving van den prjjs en ten tweede winsten
voor de schatkist.
Beiderlei doel werd bereiktde opium steeg in prijs
en de schatkist verkreeg in do laatste jaren uit den
opium eene zuivere bate van tien millioen gulden. Even
als de Nederlandsche finantiën dryven op de jenever-
flescb dry ven de Indische op de opium-batti. Er ligt
niets ongeoorloofds in dat do Staat eene verderfelijke
zaak lot voorwerp maakt eenor dure belasting. Daarin
ligt niets onzedeljjks. Verkeerdeljjk zegt men wel eens,
dat de Staat op die wyze zich met eene onzedelijke
winst verrjjkt. Dat is het geval niet. De Staatwaar
bjj voordeelen trekt uit jenever of opium streeft er
juist naar om bestaande misbruiken op te heffen on
zedelijkheid te keer te gaan zyn doel is geen winst
bejag maar de winst is het gevolg van eene belasting
op de onzedelijkheid.
Het in Indie in zwang zjjnde stelsel kwam hierop
neder. Aan den pachter werd het regt bij uitsluiting
gegeven om in het door hem gepacht district den
opium in het klein te verkoopen. Daarvoor betaalde
hy aan den Staat eene niet geringe pachtsom. Den
pachter werd eene zekere hoeveelheid opium verstrekt
onder voorwaarde dat hy niet meer zoude kunnen en
mogen debiteren dan de hem verstrekte opium, waarvan
de bandebprys gewoonljjk 20 gulden per batti was
terwjjl die hem door het Gouvernement verkocht werd
voor honderd gulden. Dat was het zoogenaamde «Wan
stelsel." Er werd eene beperkte hoeveelheid opium tegen
hoogen prijs aan den pachter gegevendie uit den ver
koop zjjne winst moest behalen en daarenboven den
pachtschat betalen. Later werd nog bepaald dat aan
den pachter behalve de hoeveelheid opium van hoogen
prjjsby de pachtconditiën voorgesteld (tiban) daar
enboven eene geringe hoeveelheid tegen handelBprys
zou gegeven worden naar mate daartoe de behoefte
in zjjn district bleek en bewezen werd. Deze later ver
strekte opium droeg den naam van siram.
Deze regeling leverde de gunstigste uitkomsten op
alleen kon de sluikhandel niet geheel overwonnen worden,
die waar de prijzen van het belaste voorwerp stijgen
nooit geheel is te keeren. Inderdaad nam die sluik
handel in de laatste jaren zeer ernstige proportion aan.
Maar wat dedeu nu de Minister de Waal en de Gouver
neur-Generaal MijerAlleen bedacht, om den sluik
handel te keeren, gaven zjj den handel geheel vrjj en
kwamen tot dit besluitde pachter in het geheel niet
meer beperkt moest worden in de hoeveelheid die hy
wilde debiteren. Als de pachter krijgen kon zooveel als
hy hebben wildan bestond er voor hem geene aan
leiding meer om zich door sluikhandel meerderen opium
te verschaffen.
Zonderling, alleronbegrijpelijkst besluit! Wij zouden
ons hebben kunnen voorstellendat de koloniale Re
gering den handel in opium in gansch Indie zou hebben
verbodenmaar in geen geval is een besluit tot vol-
kotnene vrijmaking bestaanbaar.
En wat zijn nu de gevolgen geweest der nieuwe
regeling voor zoover als wij die thans kunnen nagaan
In de eerste plaats met het oog op den fiscus.
Het eerste jaar na de invoering was de pachtschat
reeds beduidend lager; het verschil was ongeveer zes
ton. En nu moet men niet vergeten dat men dit jaar
voor het eerst op zeer groote schaal de vroeger ver
boden kringen weder heeft opengezet en dat onder den
pachtschat nog bovendien begrepen is hetgeen toen
betuald is in verschillende buitenbezittingenwaar men
toen voor het eerst de opiumpacht had ingevoerd. Onder
andere behoort daarbij de Westkust van Sumatra,
waarvoor eene som van ƒ102,000 geboden was. Het
eerste jaar dus is de pachtschat met eeu klein millioen
verminderd en dit jaar heeft men in de voornaamste
residentiën geene pachters kunnen viuden men beeft
ten slotte door allerlei faciliteiten pachters opgezocht,
en ofschoon nu wel de verpachting voor 1872 is ge-
réustseerd, is dit dan toch geschied met een verlies voor
de schatkist van tivee millioen.
Maar wat beteekent deze opoffering van den fiscus
tegenover de benadeeling van de belangeu van de be
volking! Terwijl toch de hoofdstrekkiug van den opium
pacht tot nu toe washetopiumdebiettedoen verminderen,
is dit met de nieuwe regeling schrikbarend toegenomen.
Uit het koloniaal verslag blijkt dat het debiet in het eerste
jaar reeds met 80 percent is geklommen; nu reeds is
het gebruik vau opium in verscheidene residentiën met
500 h 600 percent toegenomen en dit kan niemand
verwonderen indien men ziet dat de prjjs van een thail
opium eene hoeveelheid zoo als die in het klein wordt
gedebiteerd die onder do vorige regeling altijd betaald
werd met ƒ28 tot ƒ24 thans zelfs tot 2,50 gedaald
is. Als de debietprjjs zóó daaltkan het dan andets
dan dat de consumtie enorm vermeerdert?
Het is inderdaad wenscheljjkdat op den door den
Minister de Waal en den Gouverneur-Generaal Mijer
ingeslagen weg zeer spoedig worde teruggekomen.
Anders is het te voorzien dat wij voor de pacht reeds
van het volgend jaar weder eenige millioenen zullen
moeten missen. Men spreekt veel van het behartigen
der zedelijke belangen van den Javaan. Nietswat die
belangen meer in de waagschaal steltdan een toe
nemend opiumverbruik.
Het zal tot de schoonste herinneringen behooren van
het lid der Tweede Kamer, den heer Mirandolledie
deze interpellatie tot den Minister van Koloniën heeft
gerigten van dezen de krachtigste instemming verkreeg,
wanneer hjj door zijn edelmoedigen en menschlievenden
aandrang zal hebben medegewerkt om eene betere
regeling der opiumpacht in het leven te roepen.
Nieuwstijdingen.
tSWf-Swïirüiw.
Uittreksel van eene particuliere correspondentie uit
Batavia over de overstroomingen op Java:
Nog nooit heeft op Java de Westmousson zich zóó
doen gevoelen als dit jaar; een Europeaan, die nu op
Java zou komen, vervuld van de verhalen van een
altjjd blauwen en onbewolkten hemel, zou zich zeer
te leur gesteld vinden, want de heldere zon verbergt
zich reeds sedert maanden achter ondoordringbare
wolken.
Voortdurend regent het; in breede stroomen valt
het water neêr, en als geene hoogere belofte ons het
tegendeel verzekerde, zou men somtijds meenen dat
Batavia en omstreken door een' tweeden zondvloed
zouden vergaan. Reeds weken achtereen houdt de
regen aan, en maakt ons niet alleen bevreesd voor
het tegenwoordige, maar doet ons nog meer duchten
voor hetgeen zal komen.
Zoo ver het oog reikt, ziet men niets anders dan
water, en droevig is het om te aanschouwen, hoe de
inwoners zich voor het gevreesde water willen bevei
ligen. Zoo op den 24n January, toen de rivier Bata
via begon te dreigen en elk oogenblik de dijken in
gevaar waren te bezwjjkon, zag men den armen in
lander met zijne schamele garde-robe naar Batavia
afzakken, om daar ten minste een onderkomen te zoeken.
Hier vond hij niet alleen een dak, maar ook de
noodige levensbehoeften die hem ruimschoots werden
toebedeeld: een ieder kreeg naar zjjne behoeften en
de talrijkheid van zjjn gezin. Bedenkt men nu dat
er menig inlander is wiens huisgenooten ten getale
van 30 zjjn, dan zal men begrijpen hoe groot de
kosten zijn aan het verleenen van onderstand verbonden.
Alle plaatsjes rondom Batavia, als Moolenvliet,
Kebou, Serie, Tona, Noordwijk en de meeste kampongs
staan onder watervele personen verdronken dan ook,
hoewel de iulanders bekend zjjn als goede zwemmers.'
De dijken zjjn, door den onvermoeiden jjver der
genie, gespaard en hebben aldus een groot gedeelte
van Batavia voor de overstroomingen gevrjjwaard, als
ook vele velden inde onmiddellijke nabjjheid der stad.
Dat de levensmiddelen onznglylc in prjjs stegen, is
te begrjjpen. Zoo kostte de rjjst op don eersten dag
des rampspoeds reeds 3 gulden meer per pikol; gras,
*tot voeding der paarden, dat anders 0,25 per pikol
kost, steeg nu tot den prjjs van 3 gulden en zoo
alles in evenredigheid.
De gasfabriek stond mede onder water, zoodat Batavia
geruimen tjjd in duisternis gehuld was.
Gelukkig begint het water tot zjjn normale laagte
te keeren, doch de vroeselijke gevolgen der overstroo
ming beginnen zich reeds te doen gevoelen.
Eene verderfelijke lucht, door ontbinding van ver
dronken geiten, schapen, hoenders enz. veroorzaakt,
verspreidt zich reeds en doet de vrees outstaan voor
ziekten, bij het intreden van het drooge jaargetjjde
als soms in maanden geen druppel regen den uitge-
droogden grond laaft.
Jüwslttm*!'.
Te SlavgoroJin het Gouvernement Poltawa
stierf verleden maand den welgestelden landbouwer K.,
zonder voorafgaande ziektezonder eenige in hot oog
loopende ongesteldheid. Door de groote verwjjdering
van het dorp, ongeveer tien wersten of uren, kon de
oude, zwakke geestelijke eerst den vierden dag na zijnen
dood de begrafeniaplegtigheid komen vieren.
Na de gebruikelijke gebeden en ceremoniën in de kerk
en op het kerkhof, werd het deksel op de kist met
spjjkers vastgeslagen. Reeds was men gereed de kist in
het graf nêer te laten, toen deze eensklaps op hare oneffen
rustplaats aan 't wankelen sloeg. Het deksel der kist
werd opgeligt, viel in het gapende graf en de doode
rigtte zich met een steunenden zucht en wjjdgeopende
oogen in zjjne kist op.
De oude priester en al de aanwezige personen namen
bevreesd en met de handen boven het hoofd de vlugt.
Meer dan een uur verliep er, alvorens het den uit zijnen
schyndood ontwaakten boer gelukte op handen en voeten
naar zjjne woning te kruipen en de schrik over de
verrijzenis van den doode nam hierdoor nog toe. De
heele bevolking nam de vlagt.
Eindoljjk herkregen eenige porsonen moed en met
bijlen gewapend, voorafgegaan door den priester, waag
den zij het de woning van den wederkomende binnen
te treden. De boer lag ten volle hersteld op den vloer
eu vroeg op smeekenden toon om eten, zoodra de eerste
persoon het hoofd binnen het vertrek stak.
Daar een geest toch geen eten ncodig heeft, waagden
het nu allen binnen te treden, den schjjndoode op te
nemen, te bed te leggen en eten en drinken te bezorgen.
Hoe krachtig nu ook de natuur van K. scheen, had de
schrik der begrafenis, de koude en de reis in den sneeuw
van het kerkhof naar zijne woning hem sterk aangedaan.
Daags daarop kreeg hy eeue heete koorts en elf dagen
later overleed hjj inderdaad.
Er is op dit oogenblik in het Parlement een wets
ontwerp aanhangigtot bescherming van de Zuidzee-
eilandors. Zoo ooit, dan mag dit ontwerp dringend
noodig worden geheelen, want indien eeoig schepsel
bescherming behoeft, dan is het voorzeker de arme
Zuidzee-eilander, met wien dikwjjls onder het masker
van Christeljjke zending, door Britsche en Auierikaansche
piraten, zulk een barbaarsche slavenhandel wordt ge
dreven. Moejjelijk echter zjjn deze goede voornemens
van het Parlement te rijmen met het dezer dagen ont
vangen berigt, dat Hr. Ms. oorlogschip Rosario het
dorp gebombardeerd en vernield heeft, op het eiland,
waar bisschop Patterson werd vermoord. De Echo vestigt
de aandacht op deze aangelegenheid. Het iszegt het
blad, het eeuwige drama in vijf bedrjjven:
Eerste bedrjjf. De eilanders in heidensche onwe
tendheid, rust en onschuld.
Twoede bedrjjf. De eilanders bekeerd door een
bisschop, dien ze (wjj nemen het gunstigste geval) achten
en liefhebben.
Derde bedrjjf. De eilanders aan boord van een
slavenhaler gelokt, onder voorwendsel dat hun bisschop
in de kajuit ziek ligt en zjjn kinderen wenscht toe te
spreken. Het anker geligtden steven gewond
en honderd mannen en vrouwen als beesten in het
hol gesloten, om elders te worden verkocht.
Vierde bedrjjf. Komst van den bisschop. De
eilanders, zeer natuurlijk in den waan dat hjj mede-
pligtig is aan den pas gepleegden roof, vermoorden hem.
Vijfde bedrijf. Een oorlogschip. Wraakneming
wegens het ombrengen van den goeden bisschop. Bom
bardement. Slagting iu het groot. Afgebrande dorpen.
Wat wordt er nu in dit drama van de classieke
wet der billjjkbeid? De schurk zegepraalt in het
derde hedrjjf. Wordt hy gestraft in het vijfde? Wan
neer het regtvaardig is een dorp te vernielen omdat
er een bisschop doodgeslagen is, mag het dan ook
niet regtvaardig heeten eeu bisschop dood te slaan
wanneer men zijn vrouw, kinderen en broeders als
slaven heeft zien wegvoeren door delandgenooten van
dien bisschop, en (naar de eilanders moesten meenen)
met diens bisschops medeweten en toedoen Eene
fraaie wijze van beschermen 1
Een schrander werktuigkuudige te Londen heeft een brand
kast gemaakt, waarvan hij beweert, dal zij niet open te breken
is, en om hen, die het niet raogten willen gclooven te over
tuigen, heeft hij een bankbillet van 100 p. st. in zijn znk
gestokendaarna zich zeiven inet een grooten voorraad van
levensmiddelen in de kast laten sluiten en den slentel in den
Theems doen werpen. Degene, wien het nu gelukken mogt de
braudkast open te makcDzou de honderd pond krijgen.
Al de smeden, timmerlui en inbrekers-dilettanten van Londen
hebben reeds sedert een week op de kast geslagen en gebeukt
maar zonder succes, en de man zit er nog altijd inl Wel
heeft hij nu door het sleutelgat 1000 pond geboden aan hem,
die de kast opeubreekt om hem er uit te latenmaar zijn
werk schijnt al te soliede te zijn en men vreestdat men
het ijzer zal moeten smelten om den uitvinder te bevrydeo.
üOUbevliiHlr.
Deventer, 10 Maart. Alhier is een inzameling
geopendom een twaalftal predikanten van de ortho
doxe richting uit te noodigen om alhier te komen
prediken in het lokaal voor Evangelisatie. In plaats
van 12, hebben zich daartoe 24 predikanten geneigd
betoond. Reeds heden morgen werd de eerste leerrede
gehouden. De inteekening voor toehoorders bedraagt
ƒ5, waarvoor een plaats in het lokaal zal worden aan
gewezen.
11 Maart. Do werkbazen te dezer stede, hebben
ter kennis van de werkgevers gebragt, dat na de bekende
circulaire der werklieden-vereeniging met het oog op
den onhoudbaren toestand van den werkenden stand,
hier ter stede, na rijpeljjke overweging door hen be
sloten is, in dezen toestand eene poging tot verbetering
te doen, door de werbloonen naar de bekwaamheid
en den ij ver van den werkman te regelen, en daardoor
eene hoofdoorzaak tot billijke klagten weg te nemen,
en eenen nuttigen naijver onder de werklieden op te
wekken. Van af 1 Maart 1872 is besloten het loon
van een bekwaam en ijverig werkman tot 12 cent per
uur te verhoogen, en de overigen in evenredigheid van
hunne bekwaamheid en geschiktheid. Om bjj deze loons-
verhooging de verdienste der bazen gelijken tred te
doen houden (wat bjj vroegere loocsverhooging niet
altjjd geschied is) zal het loon, zoo het door hen aan
do werklieden betaald wordt, met 25 percent winst
op jaarrekening gesteld wordenechter zal om het steeds
langer uitgerekte krediet, en daardoor ontstane moejje-
lykheden voor den werkbaas te matigen, voor elke
maand binnen het loopende jaar vroegere betaling dan
31 Dec. eene korting van '/2 percent per maand toe
gestaan worden.
De tolgaarder op den weg, welke van Hengelo naar
Ruurlo leidt, zag hedeu omstreeks half vijf ure een wagen
met paard bespannen zonder geleider den tolboom naderen.
De man begaf zich dadelijk op weg en vond na eenigen tijd
gaaii9 het lijk van den voerman uitgestrekt langs den weg.
De ongelukkige lag met het aangezicht tegen den grond, terwijl
een golf van bloed zich vóór deu mond uitstrekte, 's Morgens
was de man op reis gegaan nanr Hengelo, had daar een var
ken verkocht en keerde in don namiddag van laatstgemelde
plaats huiswaarts.
^mstex-clain, 13 Maart. In het Plantsoen bjj
de Willemspoort is gisteren namiddag het lijk opge
haald eener dame (weduwe) die om onbekende redenen
aldaar een einde aan haar leven heeft gemaakt. Zij
had zich met haar rijtuig in het Plantsoen laten bren
gen en tot den koetsier gezegd, dat zjj verder wenschto
te wandelen. Daarop wist zij haar kamenier met een
gemaakte boodschap te verwjjderen en schjjnt toen in
het water te zjjn gesprongen. In de hand van het
ljjlc vond men een kaartje met den naam der onge
lukkige.
's Gravenliage14 Maart. Bjj de tweede
kamer is van den minister van oorlog een nota van
wijzigingen op het wetsontwerp tot regeling en vol-
toojjing van het vestingstelsel ingekomen.
Bjj den raad van state, afdeeling voor de geschil
len van bestuur, is gisteren o. a. ingekomen een
koninklijk besluit van 5 dezer, houdende afwjjzing
van het beroep van den raad der gemeente IJzendijke
van een besluit van gedeputeerde staten van Zeeland,
waarbjj de goedkeuring is onthouden aan het raads
besluit betrekkeljjk het bedrag der jaarwedde van den
hoofdonderwijzer aan de openbare lagere school in
gemelde gemeente.
Schoonhoven, 14 Maart. Alhier is eergisteren
eene werkstaking uitgebroken onder de goud- en
zilversmedeu. Een aantal van 90—100 werklieden
staakten den arbeid en eischten verhooging van loon.
Weldra werd hun voorbeeld door de koperslagers
gevolgd, en daar 3/3 der bevolking van de goud-,
zilver- en koper-industrie leeft, heeft deze werksta
king een grooten stilstand in het werk en een groote
drukte op straat veroorzaakt. Aanzienlijke troepen
werklieden loopen al zingende door de straten, voor
zien van vlaggen waaraan hazenpooten, het symbool
der goudsmederjj, bevestigd zjjn. De orde is echter
niet verstoord.
Driel, 12 Maart. In de afgeloopene week had op
de Maas in de nabjjheid van het dorp Empel een
treffend ongeluk plaats. De knecht van den heer D.,
woonachtig te Driel bevond zich aldaar met twee zij
ner kinderen in eene aak, die'bjj door middel van
een zoogenaamden boom voortduwde.
Weder een zet met dien boom doende, bleef deze
zoo stevig in de bedding der rivier zitten, dat de man,
dien boom met geweld los willende maken 't evenwigt
verloor, buiten boord viel en door den stroom mede
gevoerd werd. Ondanks zjjn akelig hulpgeschrei kon
niemand te zjjner hulp komen opdagen, en moesten
zjjne twee kinderen het hartverscheurend schouwspel
aanstaren hunnen geliefden vader in de diepte te zien
verdwijnen. De brave oppassende huisvader laat eene
bedroefde weduwe met zes kinderen achter.
Sus van Gènt, 11 Maart. Op heden heeft
alhier door administrateuren der naamlooze vennoot
schap: de Zeeuwsche Suikerfabriek, de aanbesteding plaats
gehad van het opbouwen eener suikerfabriek en hare
aanhoorigheden, in deze gemeeute, in de nabjjheid van
het spoorwegstation en het kanaal van Gent op Neuzen,
en zyn daarvoor ingekomen drie biljetten, als van de
heeren: F. Migom, bouwkundige te Gent, voor 66,293;
E. L. Allo, aannemer te Gent, voor ƒ64,411, en L.
F. Willems, koopman te Sehaete, voor ƒ61,500. Ad
ministrateuren hebben zich drio dagen beraad voorbe
houden.
Neuzen, 13 Maart. Do aanstaande feestdag van
1 April, herdenking van de grondlegging van Neêrlands
onafhankelijkheid, is men voornemens alhier op eene
waardige wijze te vieren. Althans te oordeelen naar
hetgeen men zich voorstelt op dien dag te doen plaats
hebben, zal Neuzen, in geljjkheid van plaats, voor geen
andere gemeente behoeven achter te staan.
De commissie, die zich gevormd heeft om uitvoering
aan de voorbereidende maatregelen te geven, onder
vindt dan ook eene algemeene medewerking, hetgeen
genoegzaam bljjkt uit de vrjj aanzienljjke som over welke
zjj nu reeds kan beschikken, welke som thans bijna ƒ900
bedraagt, zoowel van ingeschrevene bjjdragen door de
ingezetenen, alsook van eene toelage van wege den
gemeenteraad.
Dat het eenen nationalen feestdag belooft te wezen,
waardig aan de herdenking van hetgeen over 300 jaren
plaats vond, getuigt nu reeds de algemeene deelneming
vau en de goede stemming bjj alle ingezetenen.
Daar er nog geen vast besluit omtrent den aard der
festiviteiten schjjnt genomen te zjjn, zoo spreekt men
toch reeds voornameljjk van eenen allegorischen optogt,
iets dat bjj de Neuzenaars bijval vindt en ook eene
treffende uitvoering belooft; voorts allerhande volks
vermaken, voor de uitvoering waarvan men thans, buiten
vroeger, een ruim marktplein bezit; zoomede illuminatie
en vuurwerk; terwjjl door bet muziekgezelschap Apollo
en eene mannen-zangvereeniging beurtelings muziek
en zang zal worden gegeven. Ook de leerlingeu der
scholen zullen gezamenljjk in de vreugd van den dag
deeleu, terwijl de armen ook niet vergeten worden,
alzoo bij de verstrekte som door den gemeenteraad,
ad ƒ350, ook de voorwaarde is verbonden om eene buiten
gewone bedeeling aan alle armen te doen.
Goes, 13 Maart. Sedert de opening van de
spoorweglyn Goes-Middelburg krjjgen wjj schier da-
geljjks bezoek uit Walcheren, deels van nieuwsgierigen
die met onze stad kennis komen maken, deels van
hen die nimmer eene zoo goedkoope en gemakkelijke
gelegenheid hadden om bunne vrienden en betrekkin
gen te kunnen bezoeken. Moge dit ook als het schoone
weêr aanhoudt en als het zomert nog wat voortduren,
men zal daarvan verzadigd worden en dan zal eerst
langzamerhand bljjken of wjj werkelijk voor het ver
tier in onze gemeente gewonnen hebben. Aanvanke
lijk hebben wij eenige huisgezinnen zien vertrekken,
die niet door anderen vervangen worden, daar vele
spoorwegbeambten op den duur in Middelburg of latei-
in Vlissingen zullen moeten wonen. Van hier wordt
ook nog al van den spoorweg naar Middelburg gebruik
gemaakt, maar in mindere mate om de eenvoudige
reden, dat men zoo goed geweest is de treinen zóó te
regelen, dat men van hier slechts voor een halve dag
naar de hoofdstad kan gaan. Had men in plaats van
een lokaaltrein in den vroegen morgen eene avond-
trein van Middelburg naar hier laten loopen, zeker
zou het den spoorwegkas geen nadeel zyn geweest.
Het schijnt echter dat men de bjjzondere belangen der
aan de ljjn gelegen steden niet in aanmerking geno
men heeft. Waarscbjjnljjk zal men er later wel toe
komen en dan op zyn echt Nederlandsch de zaak
verbeterenals eerst al het ongerjjf eener verkeerde
regeling ruimschoots ondervonden is.
Van feestviering op 1 April hoort men hier
niets. Denkelijk meent men dat hier zooveel vertoo
ningen gegeven worden, dat het publiek niet overvoerd
worden mag. Nude Gasthuis-kwestiede raadszit
tingen, de kromme sprongen op schoolgebied zjjn dan
ook zoo vermakeljjk dat men geene optogten enz. noo
dig heeft voor amusement. Sommige beweren dat de
zelfde invloed, die zich voor 300 jaren hier gelden
deed om de Watergeuzen weg te jagen en de stad aan
de Spanjaarden te laten, hier nog in het spel is, en
dat daarom onze jongst gekozen raadsleden, die anders
nog al tot de joligen behooren, van geene feestviering
durven gewagen. Meer waarschynljjk is het, dai men
van de burgerjj geene feestoffers vragen wil, omdat zij
reeds genoeg bezwaard is, nu zjj weder voor d.e gel
den zorgen moet die de overschrijding der Gasthuis-
begrootiug vorderen.
ZïeriUczee, 14 Maart. Onder dankzegging aan
allen die de Directie der Dorcas vereeniging in staat
hebben gesteld, de onlangs gehouden verloting te
doen plaats hebben, wordt berigt,' dat de opbrengst
is geweest, zuiver 293,40.
Naar men verneemt, zal in Aug. a. s. in de le
gerplaats bjj Millingen eene groote troepenvereeniging
plaats hebben.
Ziex-ilizsee15 Maart. In de gisterenavond
gehouden Nutsvergadering trad de Heer Dr. N. Beets
onder ons op en hield eene rede, rjjk van inhoud en
keurig van vorm, over Letterdieverij, Navolging en
Oorspronkelijkheid.
Naar aanleiding van wan Lennep's voorrede voor een
zjjner werken, waarin deze ruiterl jjk beweert veertig ja
ren lang van roof en diefstal geleefd te hebben, wees de
geachte spreker, in een gesprek door vier personen
gehouden en tintelend van humor, in forsche trekken
het onderscheid aan tusschen diefstal en navolging op
letterkundig gebieden deed in een gedichtjen van
Bilderdijk, een Italiaanschen dichter nagezongen, ge
voelen dat de navolging oorspronkelijkheid is, zoo
dra de door een verwanten geest uitgesproken gedachte,
rein opgevat, diep gevoeld, in eigen vorm wedergegeven
wordt.
Schoon en behartigingswaardig was hetgeen de spreker
zeide over originaliteit. Wat hjj ten beste gaf over het
verschil tusschen oorspronkelijkheid en zonderlingheid
door vele onnadenkenden voor hetzelfde gehouden
geldt ook dunkt on9 op ander als alleen letter
kundig gebied en mocht doormenigeen behartigd worden.
Toch, hoe schoon van inhoud en vorm de rede van
den gevierden spreker wa9wagen wjj de bescheiden
vraag
Welke soort van lezingen zjjn voor het Zierikzeesch
publiek geschiktereenvoudigen, ontleend aan maat
schappelijk of geschiedkundig gebied waar ieder iet9
aan heeft, waarvan ieder iets kan meedragen of zulken,
als we er gisteren eene hoorden, die het begrip van verre
weg de meesten te boven gaan omdat zij een vrjj groote
mate van letterkundige ontwikkeling bjj het publiek voor
onderstellen?
En als er sprake zjjn kan van verveling waar
zou het Zierikzeesch publiek zich dan het minst vervelen
Kerknieuws.
Beroepen te Wageningen Ds. G. C. Boomerpred.
te Ritthem.
Bedankt voor het beroep naar Arnemuiden door Ds.
J. Kooij, pred. te Zelhem.
Gemengde berigten.
Zeker dametje te Campcrland moest zooveel snaps niet hebben
en zooveel onwaarheden niet uitbazuinen vnu een bakkers-zoon;
Dus meisje van klein Camperland,
Gebruikt toch beter uw verstand.
En wil zooveel kwaad niet spreken,
Maar beziet eerst uw gebreken.
Twee dame9 te 'a Heer-Areudskerke worden aangeraden,
wanneer zij weder een feeBt bijwonen, wat vroeger naar hui9
te gaan, anders krijgen zij weêr maar dol met den baas.
Als gij weder feest gaat vieren,
Dan vooral zoo laDg niet zwieren,
Want de baas die is niet mak,
Ligt geeft hjj dan u een pak.
Neeltje te T. moest een boe ren-kp echt zoo niet naloopen
en er geen naloopers op nahouden, om hem do compliment
te laten doen, want zij moet er niet op rekenen om met de
Paschen met hem nit te gaan.
Wil dus toch niet blijven gek,
Want die rat komt niet aan 'tspek,
En men zegt het overal:
Nooit krijgt zij hem in de val.
Iemand te 's Gravenpolder wordt verzocht bet kwaadspreken
na te laten, want dat past niet voor een oud man die tweemaal
op een zondag naar de kerk loopt. Een bocren-knecht tc
Oudelande moest des zaturdags-avonds zoo niet loopen bij
zekere vrouw, waar het dnn wemelt van jonge dames, en die
dan niet zot maken door het vele beloven en weinig geven.
Maar hij kan bij de pakkendragers niets meer krijgenzonder
geld; eerst moet hij het oude betalen, eer hij het nieuwe
krijgen kan. Een kruidenier te N. mag wel acht geven
op zijn zoondaar men dat heerschap met zijn wit voorschool
den ganschen dag in alle riglingen op straat ontmoet, spelende
om geld, waarvoor vader zjjne lade niet zal openenI Een
buitenmodelschen boer te's G. wordt zóó geprezen, dat men zingt:
Een ieder moet het zeggen,
En waarheid is 't gewis,
Dot er bij zulke mannen,
Niets tc verdieneu is.
Hij laat de menschen loopen,
En vliegen door het veld,
Zij moeten roaur veel werken,
En dat voor weinig geld.
Men hoort alom ook klagen
En zeggen: nu is 'tmis,
Dat zulk een karig heertje,
In 'tdorp gekomen ii.